8 juli 1993
ons genomen hebben om ten aanzien van het financiële beleid steeds
duidelijker verantwoordelijkheid te dragen, dat we daar niet te gemakkelijk
in kunnen zijn. Er is sprake van een ombouw van een klimaat van de wijze
waarop er gemeentelijk intern, ambtelijk, met geldstromen omgegaan wordt,
verschuivingen enzovoorts. Daar moeten we mee doorgaan. Het feit dat dit
soort dingen gebeuren, die soms onaangenaam zijn, betekent dat die zaak
verder verduidelijkt moet worden, dat het een steun in de rug is om daar hard
aan te werken, dat we weinig kansen krijgen om dingen op deze wijze mis te
laten lopen.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, het zal u niet verbazen, ik kan mij helemaal
aansluiten bij wat de heer Meilof net gezegd heeftIk kom ook tot de
conclusie dat er geen wethouder kan functioneren zonder dat er nu en dan hier
en daar fouten gemaakt worden. Of je het vertrouwen opzegt of niet, heeft te
maken met het totale beleid. Dan kan je inderdaad een cumulatie van punten,
een lijst van punten opstellen van allerlei positieve zaken op het gebied van
het milieu die bereikt zijn.
Als ik naar de motie zelf kijk, dan denk ik: ja, die rammelt toch ook, want
er staan een aantal punten in waarvan je moet zeggen: wat daar financieel
geregeld is, daar is de raad soms al jaren van op de hoogte, er is uit-en-
ter-na, keer op keer over gesproken en er is nooit enig voorstel gekomen op
die punten om er verandering in te brengen of dat anders te gaan doen. Daar
is dik de kans voor geweest, dus ik kan niet zeggen dat je dat de wethouder
of het college zou kunnen aanwrijven. Als je daar problemen mee hebt, dan
moet je dat ook jezelf aanrekenen. Als je daar problemen mee hebt en die heb
ik dus niet, dat wil zeggen, ook D66 heeft bij herhaling gezegd -en dat
gebeurt ook in steeds betere mate- dat het goed is om heel correct en heel
zuiver de cijfers op tafel te krijgen en daar goede afspraken over te maken.
Wij vinden ook dat in bepaalde sectoren de verslaggeving, de manier waarop
wij de cijfers krijgen, en dus ook de wethouders ze krijgen, uit het
ambtelijk apparaat, niet overal op dezelfde manier gebeurt. Ik heb er vaker
voor gepleit om laat ik maar zeggen de controlefunctie te versterken, zodat
er a) een duidelijker, een eenduidiger berichtgeving naar de raad toekomt en
b) dat de kans op het maken van fouten daardoor vermindert. Ik zou daar graag
toch nog eens indringend op een ander moment over willen praten, ik weet niet
in welke commissie, om te kijken in hoeverre dat verbeterd kan worden.
Mijn conclusie is natuurlijk dat er wat ons betreft geen enkele reden is om
zo'n motie -ik vind het een politiek misplaatste motie- te aanvaarden. Hij is
niet zindelijk en wij wijzen dat ook volstrekt af. We kunnen het ook niet
eens zijn met wat het CDA zegt. Maar ik kan wel begrijpen dat er op een
gegeven moment wensen zijn ora bepaalde punten op bepaalde termijn
gerealiseerd te zien.
Mevrouw TOMASSEN (PS)Voorzitter, inderdaad, de heer Meilof zei het al, we
hebben een drukke periode gehad het afgelopen jaar. Door allerlei inspraak
zijn onder andere, door de meerderheid van de raad, plannen omgegooid, is de
koers van het beleid dat we tot op heden hebben gevoerd, ik denk dan onder
andere aan het verkeersbeleid, verlegd. Er zijn problemen geweest, inderdaad,
met de busroutes. Ik vind ook dat het contract met Centraal Nederland voor de
raadscommissie van september getekend moet zijn. Maar ik heb nog het volle
vertrouwen in de wethouder en wij zien geen reden om de motie van de WD noch
de gele kaart van het CDA te ondersteunen.
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, de heer Verheus noemde het net,
waarom heeft het zolang geduurd? Omdat het een moeilijke vraag is om daar zo
een-twee-drie op te antwoorden. Waarom is die moeilijk voor de Partij van de
Arbeid? Omdat op veel van de punten die hier staan regelmatig, zeer harde
kritiek geweest is vanuit onze fractie met betrekking tot de manier waarop
daarmee omgegaan is. Wat wij vervolgens gezegd hebben is dat dan, als de
meerderheid van de raad dat heeft laten gaan, ook al waren wij het er niet
altijd mee eens, is dat dan een reden om op dit moment te zeggen: dit is nou
de druppel die de emmer doet overlopen? Ik had in het antwoord van het
college heel even gehoopt dat de regeling met de rijksoverheid intussen wel
rond was. Dat was ook niet zo. Ik had heel even gehoopt dat de wethouder zou
zeggen: dat heeft meer tijd gekost want we wilden een goede maatregel. In de
verschillende commissievergaderingen voorafgaande aan deze raad en voorgaande