13 oktober 1993 - 63 - leidster met hulpouder, die we dan natuurlijk moeten toerusten, dat is duidelijk. Ik denk dat ik het in eerste instantie hier even bij laat, want ik wil toch nog even de kans krijgen om de amendementen zoals die net door de Partij van de Arbeid zijn ingediend, te bestuderen. Al moet ik op dat punt in zijn algemeenheid zeggen dat we een afspraak hebben gemaakt.... Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, als ik de heer Lokker even mag interrumperen. Ze zijn ingediend door D66, Progressief Soest, de WD en de Partij van de Arbeid. Heer LOKKER (CDA)Fijn, zie je, dat kan ik nu ook inderdaad lezen. VOORZITTER: Goed, leest u ze eerst even rustig, dan ga ik eerst naar andere woordvoerders. We komen dan straks op de amendementen terug. Mevrouw VAN ECK (D66)Voorzitter, wij hebben op dit moment geen behoefte om de commissie over te doen, daar is van alles gezegd. Ik wil alleen even het amendement dat er ligt namens onze partij, de WD, Progressief Soest en de Partij van de Arbeid toelichten. Het project sociale raadslieden is niet doorgegaan, omdat we vinden dat er projecten zijn die prioriteit verdienen. Eén daarvan is het hier beschreven project. Wethouder KINGMA: Voorzitter, al in de commissievergadering was duidelijk bij de behandeling van het plan -dat als reactie naar degenen die een opmerking gemaakt hebben over de peuterspeelzalen en van twee naar één leidster- dat de meerderheid van de commissie daar niet voor voelt. Ik denk dat daar ook de consequentie in de beleidsnotitie voor genomen moet worden. Dus dat onder deel, die suggestie verdwijnt feitelijk van tafel. Hij was gekoppeld aan een inkomensafhankelijke ouderbijdrage om de toegankelijkheid van de peuter speelzaal te vergroten. Ik heb in de commissie al gezegd dat dat wat mij betreft ook betekent, bij gebrek aan financiële middelen, dat die discussie wat dat betreft wel even kon worden stilgelegd. Ik denk ook niet dat het verstandig is om uit te gaan zoeken wat het zou gaan kosten, simpelweg vanwege het feit dat het er toch niet inzit om het te gaan doen. We hebben onze tijden denk ik hard nodig om zeg maar, zoals de heer Boerkoel het altijd zegt, de A-tjes, B-jes, C-tjes en D-tjes eens goed in te vullen en zoals de heer Lokker nu ook heeft gezegd dat met name dat verschrikkelijk belangrijk is om die activiteiten te toetsen en te concretiseren en tot uitkomsten te laten leiden. Mijnheer Krijger, ik denk dat u terecht meldt dat de medewerkers van de afdeling welzijn inderdaad op de inzet van de politiek rekenen, waarbij u ook weet dat u op de inzet van die afdeling kunt rekenen. Uw opmerkingen worden in ieder geval graag overgebracht De heer Meilof is gelukkig akkoord met de hoofdlijn, maar heeft een aantal opmerkingen die hij niet voor het eerst meldt en ook niet voor het laatst, denk ik. We zouden er uitgebreid op in kunnen gaan, hebben dat naar aanleiding van de algemene beschouwingen zeker als het om kinderopvang gaat, al gedaan. Hij treft vaker een vergelijking met de samenleving zoals die zich in Amerika ontwikkelt en dan word je niet opgewekt. Maar we zijn gelukkig nog steeds een andere en dat blijkt ook uit de discussie die nu op landelijk niveau bijvoorbeeld over de sociale zekerheid wordt gevoerd, hoe verschillend daar vaak ook wordt gedacht, de conclusie is in ieder geval nog steeds niet dat het daarmee tot Amerikaanse toestanden komt, met alle consequenties vandien. Ik geloof dat mijn collega Menne altijd zegt dat je het meest bang bent voor datgene wat eraan zit te komen. Zo vertaal ik het maar even. Moeten we dat wel echt zijn? De heer Meilof maakte een opmerking en dat deed de heer Lokker ook nog, over de organisatie van het welzijnswerk, hoe dat moet. Moet dat in een wat grotere instelling of moeten het allemaal kleinere eenheden zijn? In de eerste plaats moeten de instellingen zelf het idee hebben dat ze er met z'n allen op vooruit gaan als ze het anders organiseren. Daarbij is voor ons en voor de instellingen denk ik een belangrijke toets of de klant erop vooruit gaat. Daar doen we het uiteindelijk voor. De heer Lokker zegt: ja, maar we hebben een discussie gehad over de professionalisering van de Stichting Kindercentra en dan zegt hij: dat is eigenlijk een drogredenering. Nee, juist niet. We merken dat er een heleboel mensen werken, beroeps. En we merken dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1993 | | pagina 346