13 oktober 1993
- 66 -
sociale raadslieden, dat is duidelijk een andere zaak. Wij kunnen ons hierin
vinden
Heer KRIJGER (WD) U heeft gezien dat bij een aantal amendementen de WD is
toegevoegd. Dat vergt wel een verklaring, neem ik aan, zeker ook gezien de
inbreng van de heer Lokker, waar we veel mee te maken hebben gehad in de
commissie welzijn en nog mee te maken zullen hebben. Eén ding is toch een
reden voor onze fractie geweest -en dat is ook de reden geweest dat we
getekend hebben- dat is: het gaat over de herschikking van middelen en als je
kijkt naar I, III en IV, dan zou je kunnen denken: hé, er gaat wat gebeuren
binnen welzijn, maar overal staat dat daar een dekking voor gevonden is. Dus,
geen herschikking, er zijn meer middelen beschikbaar gekomen. Niet door ons,
maar ze zijn er wel en we geven ze graag mee uit voor I, III en IV.
Heer KROL (CDA) Voorzitter, een korte vraag via u aan de heer Krijger. Het
is natuurlijk ook meeliften met inderdaad een andere dekking, dat is op zich
legitiem, dat vind ik prima, maar betekent het dat de zinsnede dat een
geringe verhoging van enkele guldens OZB maatschappelijk aanvaardbaar is,
gesteund wordt door de WD-fractie? Dat vind ik fijn om te horen.
Heer KRIJGER (WD)Nee, dat hebt u niet goed begrepen. Ik heb aangegeven, de
middelen zijn er, dat was motie 17, die beruchte, waar wij tegen waren. Als
de raad gaat beschikking over zijn algemene middelen, voorzitter, mogen wij
toch gewoon meegeven wat we willen gaan uitkiezen?
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Slappe hap hoor, die opmerking.
VOORZITTER: Mag ik dan constateren dat bij alle vier de amendementen er een
meerderheid van in ieder geval 14 stemmen is die voor die amendementen zijn
en dat er daarmee voldoende draagvlak in deze raad is, waardoor ze zijn
aanvaard? Het college stemt voor, met uitzondering van wethouder Menne.
Akkoord? Dan is aldus besloten: alle vier de amendementen aanvaard.
Dan het raadsvoorstel zelf, RV 93-21, daar bent u mee akkoord, rekening
houdend met de amendementen. Dat is ook besloten.
Hoofdfunctie 6. Sociale voorzieningen en maatschappelijk werk.
Hoofdfunctie 7. Volksgezondheid (onder voorbehoud van behandeling tarieven
bij hoofdfunctie 9)
Wethouder KINGMA: Voorzitter, ik had de raad beloofd dat als het gesprek van
woensdagmorgen over de situatie rond het zorgcentrum en de bodemverontreini
ging iets opleverde dat te melden viel, dat ik dat zou melden. Ik denk dat
het goed is dat ik dat meld, overigens met de mededeling dat over het
vervolgtraject in het college nog geen nadere afspraken zijn gemaakt. Dus met
dat voorbehoud. De situatie is denk ik als volgt. Er is weergegeven wat de
situatie is richting gedeputeerden. De reactie was dat het in ieder geval
nodig was een nadrukkelijk saneringsonderzoek, waarin de noodzaak van het al
dan niet saneren keihard op tafel ligt, met ook de vraag of het een verant
woordelijkheid is van de provincie -dat is het alleen als het onder de
Interimwet Bodemsanering valt- of niet en de nodige risico-analyse die
daarmee vergezeld hoort te gaan. Als dat er ligt, dan is een vervolggesprek
mogelijk omtrent het dan te volgen traject. Een van de gedeputeerden uitte
zich als volgt: op het moment dat het onze verantwoordelijkheid is, dan zit
er inderdaad een heel ernstig probleem en is er niet echt een sanerings-
noodzaak, dan ligt de verantwoordelijkheid bij de gemeente. Wij zullen daar
natuurlijk ook de betrokken partijen verder over informeren en met hen
overleggen. Het betekent in ieder geval dat een nader saneringsonderzoek
nodig zal zijn. Zo gauw als we weten hoe lang dat duurt en wanneer de
uitkomsten beschikbaar zijn, dan zult u daarover worden geïnformeerd. Daar
zou ik nu geen uitspraak over willen doen, zij het dat het geen kwestie van
maanden lijkt, maar eerder van weken. Ik zeg dat met de nodige omzichtigheid,
laat dat duidelijk zijn. Ook daar zullen we de partijen over informeren en
bekijken welke consequenties dat moet hebben. Dat betekent in ieder geval dat
niet door de provincie is gezegd dat op dit moment al een uitspraak valt te
doen dat er niet gebouwd mag of kan worden. Dat betekent ook niet dat er