18 maart 1993
- 16
Voorstel tot aankoop van een bosperceel aan de Oude Leusderweg van de erven
van de heer >T A. van den Breemer.
Mevrouw TOMASSEN (PS)Voorzitter, ik was tijdens de laatste commissie milieu
niet aanwezig, daarom weet ik niet wat de uitslag is van het verrichte
bodemonderzoek
Wethouder MENNEEr is geen verontreiniging aangetroffen.
Het voorstel (RV 93-32) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Voorstel tot verkoop van het perceel Weteringpad 13 aan de besloten
vennootschap met beperkte aansprakelijkheid L.E. van Braam Beheer BV te
Hillegom en het nemen van een voorbereidingsbesluit voor dit perceel.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, mijn fractie is van mening dat het niet
mogelijk is dit raadsvoorstel vanavond weloverwogen te ondersteunen. Daarvoor
zijn twee redenen aan te voeren, die in eikaars verlengde liggen, net zoals
de twee raadsbesluiten waarover wij nu een uitspraak moeten doen.
Het eerste besluit betreft de verkoop van het resterende gedeelte van het
zogenaamde CocaCola pand voor ruim 1,9 miljoen gulden. In de commissie
financiën heb ik dat op zichzelf beschouwd geen slecht financieel resultaat
genoemd. Immers, daarmee komt de totale verkoopopbrengst precies op de
taxatiewaarde te liggen. Daarin is de huuropbrengst van ruim een ton niet
eens meegerekend. Het nadelig resultaat is er helemaal aan toe te schrijven
dat de verkoop en de verplaatsingsprocedures tijd hebben gekost. Mijn betoog
was, dat dat grotendeels voorzienbaar was, omdat geprobeerd is de voor het
eerste jaar voorzienbare renteverliezen door een hogere verkoopopbrengst goed
te maken. Dat speculeren op een hoger bod heeft ons tijd en als gevolg
daarvan ruim 400.000,- gekost. Als wij dat verlies indertijd direct genomen
hadden, was verkoop zonder bestemmingswijziging mogelijk geweest. Nu wordt
dat door de tijd opgelopen verlies beperkt door het aanvaarden van een hoger
bod, uitgelokt door het vooruitzicht van een bestemmingswijziging. Erkend
moet worden dat dat het risico is van het handelen in onroerend goed door de
gemeente, het heeft ertoe geleid dat dezelfde instantie die verkoopt, nu
voorstelt de bestemming te wijzigen van een pand dat door die bestemmings
wijziging meer opbrengt voor de gemeente. Dat we onszelf in die dwangpositie
hebben gebracht, is de fout die we met elkaar gemaakt hebben. En daarmee zij:
we bij het tweede besluit gekomen dat we moeten nemen.
In de commissie financiën heb ik gevraagd voor deze vergadering vast te
leggen en ter inzage te leggen wat die bestemmingsverandering nu precies
inhoudt. En wel omdat het vermoeden bestaat dat het een wijziging betreft die
wij als gemeente aan een andere eigenaar niet zouden hebben toegestaan. De
heer Nota heeft namens het MKB opgemerkt dat er bouwmarkten zijn waar je
behalve volumineuze zaken, van alles kunt kopen wat ook in detailzaken
verkocht wordt. Als we naar Nijhof kijken, dan kan je daar zowat alles kopen
wat in en om het huis bruikbaar is. Maar, heeft de wethouder gezegd, wat daai
mag wordt aan strikte banden gelegd en ook bij doorverkoping van het pand is
de bestemming beperkt. Voorzitter, mijn probleem is dat ik nergens kan lezen
hoe die bestemming ingeperkt gewijzigd wordt. De bij dit besluit behorende
kaart heb ik nergens kunnen vinden. Ik heb er bij de afdelingen grondzaken ei
r.o. naar gevraagd, men kon mij niet wijzer maken. Mijn vraag in de commissif
financiën naar die informatie is dan ook niet gehonoreerd.
Voorzitter, mijn fractie is dus genoodzaakt om tegen te stemmen. En als
anderen voor stemmen, dan doen zij dat zonder te weten waarvoor, of ongeacht
de bestemmingswijziging, omdat 1,9 miljoen nu een keer 1,9 miljoen is.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, nog enkele opmerkingen. Het is goed
dat we op het punt zijn aangekomen dat we kunnen gaan verkopen. Het is ook
goed dat we het pand in beheer hebben gehad, maar we zijn er nu hard aan toe
om het af te stoten. Het pand is destijds aangekocht om milieuhinderlijke
bedrijven in de bebouwde kom te kunnen verplaatsen. We hebben het pand
daarbij als drukmiddel gebruikt, maar er is niet of nauwelijks op ingegaan.
Nu het pand wordt verkocht, dring mijn fractie erop aan om het feit dat het
is aangeboden als drukmiddel te laten bestaan. Het is nu het risico van de
bedrijven als ze geen plek kunnen vinden. Ik wil dat toch als zwaar druk-