26 mei 1994 14 - heer Meilof in de betrokken commissievergadering zelf aanwezig was; ik was er zelf niet. Maar zijn betoog hier is natuurlijk erg principieel en ik heb respect voor de wijze waarop hij zijn mening uitdraagt. De inhoud van zijn betoog is niet de mijne, D66 denkt daar toch enigszins anders over. Maar wij hebben ook ons ervan verzekerd dat de afdeling onderwijs de ouders die het betreft al zeer tijdig op de hoogte gebracht heeft van alles wat hier voorgesteld wordt. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Enkele weken geleden; bij interruptie, voor zitter Mevrouw SWINKELS (D66)Naar mijn informatie is dat langer geleden, mijn heer Meilof. Maar ik denk dat er toch zorgvuldig genoeg mee omgesprongen is om op dit moment een besluit te nemen. D66 zal het collegevoorstel steunen. Heer PLOMP (WD) Mijnheer de voorzitter, het standpunt van de WD is sinds de behandeling in de commissie niet gewijzigd. Wij gaan akkoord met uw voorstel, omdat wij vinden dat het voorstel op zeer zorgvuldige wijze is voorbereid, ook tegen de achtergrond van hetgeen de VNG ons heeft meege geven. Wij zijn ook van mening dat de zaak zeer zorgvuldig in de commissie is behandeld en dat met alle aspecten rekening is gehouden. Als wij dan commentaar geven op het amendement dat ons net is verstrekt, kunnen wij als fractie zeggen dat wij kennis nemen van hetgeen daarin staat, we hebben ook goed geluisterd naar degenen die commentaar op hun eigen amendement hebben gegeven. Wij zijn van mening dat, mochten zich problemen voordoen, zoals in het amendement genoemd -dat zullen dan problemen kunnen zijn volgens het amendement op financieel gebied- dat het dan in de eerste plaats een zaak is tussen de ouders, bestuur en directie van de school. Mochten zich op enig moment problemen voordoen, dan is er natuurlijk alle mogelijkheid voor het bestuur en directie van bedoelde scholen om zich te wenden tot de VNG, maar zij kunnen zich ook wenden tot het college van B&W. Wij vinden dus dat het in de eerste plaats een verantwoordelijkheid is die gezocht moet worden tussen de ouders die de keus maken en de schooldirecties en -besturen en wij vinden dat hun reactie moet worden afgewacht, voordat wij überhaupt verder over dit amendement willen spreken. Wij gaan akkoord met uw voorstel. VOORZITTER: Als ik dan mag antwoorden namens het college, dan wil ik even als voorzitter vragen of het amendement waarnaar door u beiden is verwezen en dat ook is rondgedeeld, moet worden beschouwd als officieel ingediend? Ja. Dan begin ik met het amendement voor te lezen. Amendement op raadsvoorstel RV 94-59 voorstel tot wijziging van de verordening leerlingenvervoer gemeente Soest. De gemeenteraad van Soest, in vergadering bijeen op 26 mei 1994, overwegende dat vrijheid van keuze voor levensbeschouwelijk onderwijs door de gemeentelijke overheid in alle opzichten gewaarborgd dient te worden dat leerlingenvervoer van die kinderen, wiens ouders kiezen voor een onderwijsvorm welke niet in Soest aanwezig is, bij draagt tot het waarborgen van genoemde vrijheid; dat de voorgestelde wijziging van de verordening op een dermate laat tijdstip komt dat ouders kinderen al op hebben gegeven voor het nieuwe schooljaar, uitgaande van de bestaande situatie dat de wijziging voor ouders onvoorziene financiële consequen ties met zich meebrengt; dat het van zorgvuldig bestuur getuigt indien de gemeenteraad van Soest ouders en scholen de mogelijkheid biedt een voor hen passende oplossing te zoeken en te vinden voor de nieuwe situatie die ontstaat na het van kracht worden van de genoemde verordening; dat het zoeken naar een oplossing voor het voor hen ontstane probleem op dit moment onder tijdsdruk zou komen te staan, gezien het tijdstip waarop de gemeenteraad deze verordening

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1994 | | pagina 195