- 19 januari 1995 - 9 - rn Het is natuurlijk bijna onmogelijk geworden, voorzitter, om hier vanavond nog sec een bijna juridische discussie te voeren over wat we nou vinden van het advies van onze eigen commissie. Deze commissie, met daarin twee leden uit de gemeenteraad en een onafhankelijke deskundige, is -zoals zo vaak in deze gemeenteraad- ook verdeeld. Uiteindelijk valt dan toch bijna iedereen, met respect voor diegenen die bereid zijn hun mening te herzien, terug in j zijn politieke standpuntbepaling: zijn we voor of zijn we tegen? Voorzitter, de CDA-fractie heeft in de afgelopen jaren, als het ging over de Lindenhof, steeds geprobeerd -en dat is moeilijk als je praat met omwonenden en dat is moeilijk als je praat met de organisatie A.S.V.Z., die natuurlijk probeert om met behulp van dit soort brieven deze raad te beïnvloeden- om puur te kijken naar de lokatie, zijn we daar bereid om et planologisch medewerking te verlenen aan dit plan? En uiteindelijk kies je dan. Dat is uiteindelijk ook de manier zoals het zou moeten gaan in de gemeenteraad Voorzitter, de CDA-fractie was ervan overtuigd dat het plan zoals het er nu ligt, planologisch door de beugel kan en daarom zal het u niet verbazen dat n> we het advies van de commissie voor de bezwaar- en beroepschriften zullen u" ondersteunen. t (Qr Mevrouw STEKELENBURG (PvdA): Voorzitter, toen enige weken geleden dit ten voorstel mij bereikte en ik daarvan kennis had genomen, toen had ik best een goede dag. Niet voor mij persoonlijk, maar ik dacht even aan die mensen van de Lindenhof. Dat is geen sentiment, dat zijn onze argumenten voortdu rend geweest. Ik denk dat het voor die mensen heel belangrijk is en dat heeft de brief die wij vandaag kregen, nog eens onderstreept. Waar het vanavond feitelijk om gaat, voorzitter, is dat er een voorstel voor ons ligt waar in ieder geval de juridische kant nog eens kritisch is bekeken. Ik heb geconstateerd dat van de twee door ons gekozen mensen in deze commissie er een verdeeld advies is gekomen. Ik hecht dan ook aan de onafhankelijkheid van in dit geval de voorzitter van de commissie, die ook ter zake kundig is op dit gebied. We zijn er dan ook maar gemakshalve van uitgegaan dat de heer Witte -die naam hebben wij hier althans maar bij ingevuld- een minderheidsstandpunt zal innemen en de heer Blaauw het advies van de commissie zal volgen. Voorzitter, ik heb respect voor mevrouw Tomassen, die al die jaren ten aanzien van deze zaak een andere mening geformuleerd heeft, maar zich neerlegt bij de deskundigheid die ingebracht is door dit advies. We hebben alsmaar gezegd: we zitten niet te wachten op procedures, we hebben behoefte aan snelheid. We hebben enige maanden geleden met het college over deze zaak een woordenwisseling gehad en dat heeft erin geresulteerd dat een van de leden van het college destijds heeft gezegd: ik volg het advies van de beroepschriftencommissie. Wij gaan er ook van uit dat het college in die zin vanavond de gelederen weer heeft gesloten. U kende onze mening, hij is niet gewijzigd. We zijn gesterkt in onze opvattingen en wij volgen het advies. Mevrouw SWINKELS (D66)Voorzitter, het zal duidelijk zijn dat D66 in de loop van al die jaren vele pogingen heeft gedaan om een eerlijk en recht vaardig oordeel te vellen over de Lindenhof. We hebben, zoals de heer Krijger hier ook verwoordt, in december 1993 zelfs de hele verkeerssituatie daarbij onder de loep genomen en ons ook nu weer laten overtuigen door de wethouder van verkeer en door de personen die bezig zijn met de verkeerssi tuatie in Soest uit te werken, de ambtenaren, dat er wel degelijk aan de motie beantwoord wordt die wij ingediend hebben in verband met de Linden hof. Voorzitter, of ik moet eigenlijk zeggen, commissie die het oordeel geveld heeft. Het is zo dat dit inderdaad de allerlaatste kans is voor de gemeenteraad van Soest om een walgelijke moloch op een plaats die nu nog mooi is, te voorkomen. Het is nu eenmaal zo dat wij als raad ons geconfor meerd hebben aan de keuze van de leden van de commissie. De commissie heeft geoordeeld. Ik moet u zeggen dat wij, alle argumenten afwegend en met de grootste moeite op dit moment niet anders kunnen zeggen dan dat de argumen tatie en de motivatie, de juridische onderbouwing van het werk dat de commissie geleverd heeft, ons over de streep hebben getrokken. Het is niet zo dat ik het minderheidsstandpunt niet respecteer. Het standpunt zowel van het ene als van het andere lid van deze raad, die hebben deelgenomen aan deze commissie, zij hebben mij beide overtuigd. Ik heb er grote moeite mee

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1995 | | pagina 10