18 oktober 1995 (begroting)
- 10 -
gemeenschapsgeld wordt beheerd door mensen die daar ook op aangesproken
kunnen worden, dat zou bij een commissie niet het geval zijn. Maar het moet
ook eigenlijk niet zo zijn dat voorstellen die door de gemeenteraad worden
afgewezen als zijnde niet passend in het gemeentelijk beleid, via een omweg
weer worden gesubsidieerd, ook door gemeentelijk geld, maar met een soort
tweede raad ernaastDus de intentie van Gemeentebelangen Groen Soest wordt
door het college gedeeld, dat het goed als er mensen komen met ideeën die
niet passen in het reguliere beleid, dat je daar een budget voor zou kunnen
hebben. Als het zo zou mogen zijn dat er een beroep op wordt gedaan dat
veruit die 40.000,= te boven gaat, dan kun je natuurlijk altijd in een
volgend begrotingsjaar het bedrag ophogen. Maar de motie zoals die er nu
ligt, daarvan zeggen wijdat gaat te ver, daarmee legt u onnodig beslag
-zelfs voor één jaar- op de gemeentelijke middelen.
Dit is wat mij betreft de tweede instantie.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGSVoorzitter, ik dacht dat ik de hele tijd heb
gezegd dat op het moment dat het geld niet uitgegeven wordt, het geld dus
niet weg is. Wij hebben ook gezegd dat het gewoon uit de algemene reserve
moet komen, dus ik zie niet in waarom wij beslag leggen op de gemeentelijke
middelen. Misschien kunt u dat nog even uitleggen.
Wethouder BLOMMERSIk zal het u nog even uitleggen, mijnheer Van Wuijck-
huijse. Als ik nu opschrijf: één miljoen zou in principe Stel dat u
morgen een project krijgt voor 999.999,= dan zou ik dat moeten vasthouden
en tot 31 december kan ik geen zinnig ding doen met dat miljoen, want dat
wilt u vasthouden voor het geval er nog iets komt. Dan zeg ik: dat is een
onnodig beslag. Ik vind 40.000,= als mogelijkheid om een project te
starten een genereus aanbod.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, ik denk dat ik deze bijzondere dag
met goed nieuws begin. Wij hebben besloten om bij de bijzondere bijstand,
de nieuwe regeling die 1996 ingaat, de drempel, de eigen bijdrage te laten
vervallen. Dat is gevraagd door zowel de WD als de PvdA en ik denk dat de
overige raadsfracties daar ook wel erg tevreden mee zal zijn.
Andere vragen die gesteld zijn afgelopen maandagavond betroffen onder
andere de professionele uitleg ten aanzien van de woonruimteverdeling van
de WD. Ik heb daar intussen ook een motie van gezien. Wij zullen de motie
overnemen, omdat het exact de intentie dekt. Ik vraag u alleen, omdat u
zegt: wij vragen dat per november 1995, om ons enige ruimte te geven. Mocht
het in november niet lukken, dan zeker dit jaar, laten we dat met elkaar
afspreken
VOORZITTERZullen we afspreken dat als we over moties praten dat we even
het nummer noemen? Dan weten we dat we allemaal over hetzelfde praten.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Dit was nummer 17.
Ten aanzien van een vraag over het overleg met de sport. Wij hebben in goed
overleg met alle sportvertegenwoordigers in de Sportraad een bepaalde
structuur gekozen om de toekomst in te gaan voor wat betreft accommodatie
besprekingen en het totaal overleg. Dat is in de commissievergadering van
juli uitvoerig besproken, alle fracties konden zich daarin vinden, in de
toen overeengekomen aanpak. Wij gaan die aanpak in en feitelijk vraagt u
vanuit de WD: houdt u ons op de hoogte van de ontwikkelingen? Dat zullen
we zeker toezeggen, het overleg zal grotendeels worden verslagen op papier
en daar krijgt u dan ook heel duidelijk inzicht van.
Ten aanzien van Spullenhulp heb ik begrepen dat u er uiteindelijk niets
meer van begreep. Daar stond u niet alleen in, ook bij de fractie BAM was
een soortgelijk geluid te horen, ondanks het feit dat in het afgelopen half
jaar dit al meerdere malen in de commissie is toegelicht. Voor de duide
lijkheid wil ik twee punten nog eens sterk benadrukken. Ten aanzien van de
berging die wij vorig jaar met elkaar waren overeengekomen, lag het accent,
het tot stand brengen lag op verzoek van Spullenhulp bij Spullenhulp. Men
heeft dat later dit jaar, in juli, aan ons teruggegeven met de gedachte:
wij zien daar geen kans toe. Ik heb toen in de zomermaanden -dat kan ik ook
aantonen- regelmatig overleg gepoogd te krijgen. Op hun verzoek is uitein
delijk het eerste overleg in september gestart. Wij zijn nu zover -dat