16 februari 1995 - 8 - gehanteerd worden, zoals structuurvisie en dergelijke. Nou, die vier kerntaken zijn: voorlichting, duurzaam bouwen, gemeentelijke energie-aanpak en het voor ons toch wat vage onderdeel lokale agenda. Als daarin voorlich ting wordt uitgelegd als educatie, dan kunnen we akkoord gaan. Als het onderwerp lokale vooral agenda is: het van onderop, dus vanuit de bevolking werken aan concrete projecten, dan gaan wij ook akkoord. De vraag is alleen, misschien kunt u ons daarin toch geruststellen, of het gevaar bestaat dat de regionaal vastgestelde kerntaken binnen deze zelfde regeling in conflict komen met de gemeentelijk vastgestelde kerntaken. Er staat namelijk ook iets in dat het rijk eigenlijk weinig vertrouwen heeft in wat de gemeenten samen met elkaar ervan bakken op milieugebied. Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, ten aanzien van de gedachte dat voorlichting overwegend educatie is, dat wil ik bevestigen. In de tweede plaats, de samenwerking binnen het gewest krijgt steeds meer vorm en feitelijk mag je ervan uitgaan dat, juist doordat je niet allemaal hetzelfde doet, er een snellere upgrading komt. Het is een moeilijk woord, maar het houdt in wezen in dat we tot een hoger niveau komen allemaal in totaliteit. Ik denk dat dat een belangrijk aspect is, juist in het milieu beleid van de toekomst. Het voorstel (RV 95-125) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 9. Evaluatieverslag 1994 Milieubeleidsplan. Mevrouw SWINKELS (D65): Voorzitter, het milieubeleidsplan Soest is een geïntegreerd plan. Dat wil zeggen dat er per afdeling binnen de gemeente goed wordt gelet op allerlei milieu-optieken en dat we plannen hebben op al die afdelingen om bepaalde doelstellingen te bereiken. Nu hebben we in de commissie daar al uitvoerig over gesproken, ik zal dat hier niet herhalen. Alleen, het totaalcijfer van onderdelen waarvan op dit moment te weinig gebeurt is 25. Ik heb ze geteld en gecontroleerd. Dat wil zeggen dat op 26 punten van het geïntegreerde milieubeleidsplan er te weinig gebeurd is het afgelopen jaar. Afgezien van het feit dat ik dat voor Soest -dat tot voor kort tot de potentiële winners op het terrein van milieu behoorde- erg slecht vind -we worden nu ook door de inspectie als «zwoegers» gezien, dat is aanmerkelijk lager in status dan «potentiële winners»- vind ik ook dat Soest zich aan moet aantrekken wat de O.E.S.O. de organisatie voor economi sche samenwerking en ontwikkeling onlangs geconstateerd heeft. Iedereen heeft het in de krant kunnen lezen: Nederland is goed op weg, maar minder transport is de voornaamste milieutaak. Grote koppen in de kranten 1 Voorzitter, ik zou de wethouder milieu alsnog vanavond willen verzoeken, nu dat rapport zo duidelijk is, om ook tegen deze voornaamste milieutaak eens wat extra energie aan te gooien. Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, ik vind het wat moeilijk om op lokaal niveau te gaan zeggen: we gaan ons nou eens storten op minder transport. U hebt in de afgelopen dagen gelezen dat de meeste landelijke politieke partijen van harte, zonder enige uitzondering, ingestemd hebben met een sterke uitbreiding van Schiphol, met een sterke benadrukking van de Betuwelijn, met een sterke benadering van andere transportaspecten die landelijk van economische betekenis zijn en die een sterke relatie hebben met hetgeen de O.E.S.O. zegt. Ik wil niet zeggen dat dat moet betekenen dat wij op lokaal gebied ons niet moeten inzetten tot beperking van onnodige transporten. Dat zeg ik u ook toe: wij zullen bekijken wat we daarin kunnen doen. Maar we moeten wel beseffen dat in het landelijk aspect heel uitdruk kelijk gewogen wordt: wat kun je niet als je geen transport hebt? Dan kan wel eens het economische aspect van zeer doorslaggevende betekenis zijn. Dat wil ik toch even onder de aandacht brengen. Heer WITTE (GGSVoorzitter, ik had eigenlijk niet het woord willen voeren, maar nu ik de wethouder hoor beweren dat het op lokaal niveau zo verschrikkelijk ingewikkeld is om iets te doen aan transport, moet ik er toch even fijntjes op wijze dat met name de plannen om allerlei fijne routes te gaan maken tussen de Al en Leusden, Amersfoort, dat daar toch wel degelijk enige moeite gedaan wordt om het tegenovergestelde te doen als er door de O.E.S.O. wordt voorgesteld. Ik denk inderdaad dat Soest op het s correctie 16 ge he ge Me aa be mi ze mc Wc ee We g< te te m; me Hi 10. V P V r A H s 11. H W h t 2 Z c f c i r 1 e e i i

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1995 | | pagina 35