8 - 18 juli 1996 - 9 - Heer WITTE (GGS)Voorzitter, ik hoor toch echt absoluut geen enkel concreet voorbeeld. Ik hoor wel weer een heleboel VOORZITTERMijnheer Witte, u krijgt nog een tweede termijn. Nu heeft de heer Visser het woord. Heer VISSER (GL/PS)Voorzitter, ik denk dat de verwarring toch in de laatste commissievergadering ruimtelijk ordening is ontstaan, toen de wethouder zei dat er inderdaad een toezegging is gedaan voor die bouwver gunning, maar dat het een gevolg is geweest van een misverstand. Deze woorden worden ook aangehaald in de brief van D66 en Gemeentebelangen Groen Soest. Ik vind ze niet terug in de notulen van de commissie ruimtelijke ordening, maar volgens mijn herinnering is dat wel gezegd. Ik wacht ook liever de discussie af in de volgende commissievergadering r.o. waarin we inderdaad nog eens kunnen kijken wat er nou precies aan de hand is en of het verstandig is om een bedrijfsbestemming te veranderen in een woonbestemming. Wat mij wel opvalt -en dat is misschien toch een klein beetje een vorm van klassejustitie- de egards die de heer Smeeing heeft ontvangen en de medewerking die toegezegd is. Hij is ontvangen door de portefeuillehouder en de burgemeester. Dan denk ik: tjonge, de loper is voor de heer Smeeing uitgelegd, hij heeft werkelijk volstrekt alle medewerking gekregen. Dan vraag ik me af: is die loper ook voor de familie van Vulpen wel eens uitgelegd, is daar wel eens mee gepraat om te kijken: wat kunnen we voor u doen? Dat steekt mij dus, dat op deze manier toch de één kennelijk meer kansen heeft in dit huis bij het college dan de ander. Te meer daar dus morgen al in de welstandscommissie de bouwtekeningen worden bekeken en dan is het inderdaad verrekte moeilijk om straks tegen de heer Smeeing te zeggen: helaas, het gaat niet door, we rollen de loper weer op en u kunt door de achterdeur dit huis weer verlaten. Heer VAN DEN BREEMER (CDA)Voorzitter, u kunt wel horen, de heer Visser praat met ervaring! Heer VISSER (GL/PS)Ik begrijp niet wat hij bedoelt. Als u gezien had in de vorige periode hoeveel klompen hier aan de voordeur stonden van boeren die wij met alle egards hebben binnengelaten -en die konden ook weer door de voordeur eruit om hun klompen weer aan te doen- dan is er hier nog nooit iemand de achterdeur uitgegaan. Dat kan trouwens ook helemaal niet. Maar daar gaat het niet om. Ik denk dat de strekking van mijn woorden u heel duidelijk overkomt. Ik vind het geen stijl van beleid en ik vind het ook jammer dat de strenge woorden die wel in de notulen staan van de commissie ruimtelijk ordening én van het CDA én van de VVD, die echt de wethouder over de hekel haalden de vorige week, toch een beetje terugge draaid worden. Maar ik begrijp dat nu het verhaal gewoon duidelijker is en dat we er de volgende keer nog maar eens uitvoerig over moeten praten. Wethouder TEN HOVEVoorzitter, ik blijf toch van oordeel dat we hier een zuivere procedure gevolgd hebben. Een burger komt met een verzoek bij de portefeuillehouder, die legt het aan het ambtelijk apparaat voor, krijgt daar een antwoord en informeert de burger. Dan blijkt er een misverstand te bestaan en we vonden het wel zo zuiver, omdat hier de wethouder recht streeks bij betrokken was, om samen met de burgemeester de betrokkene daarover te informeren en hem proberen te overtuigen een andere weg in te slaan. Dus dat heeft niks met voorkeursbehandelingen of wat ook te maken. Mevrouw TOMASSEN (GL/PS) overtuigen? Een wethouder moet toch gewoon zelf iemand kunnen VOORZITTERIk denk dat het aan de burgemeester is -u zult het mij niet kwalijk nemen dat ik bij zijn afwezigheid namens hem spreek- en ook het recht mag worden toegekend om elke burger te ontvangen. Daarvoor is hij dacht ik burgemeester. Wie mag ik in tweede instantie het woord geven? Heer KRIJGER (WD)Sorry, maar ik heb geen enkel antwoord gehad.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 180