22 - >r, :n we ;el ie ïr ;inig nu Lig idere nt- adie iets r Ik een werd Hove a van r aan 'ij ilgen, Lgend te toch ais- /■ind, jaakt is- Len. U ictio- te want n het kan er zin Je or n klip lale :n .euwd :ten te iringen 18 januari 1996 - 23 -ik zat met hetzelfde euvel als mevrouw Swinkels- om uitgebreid hier nog weer eens op in te gaan. Het stuk gaf er alle aanleiding toe. Twee korte punten even vooraf. Dat zijn twee technische punten waar kennelijk nog niemand naar gekeken heeft, maar wij toevallig wel. Op pagina 5, bij de percentages, eengezinswoningen 82,2. Als je dan naar rechts doorrekent moet het uitkomen op 100. Dan zit u op 12 0%, dus ik denk dat het een rekenfout is, het moet 62,2 zijn. Dan op de allerlaatste pagina, voorzitter, de lijst woningbouwlokaties daar missen wij één lokatie: de Oranjelaan/Anna Paulownalaan, daar worden zes woningen gebouwd. Die komen in deze lijst niet voor, ik dacht dat ze thuishoorden bij de oplevering 1996. Daar graag van u een antwoord over en op de vraag of er dan nog meer van die lokaties zijn die niet op deze lijst staan, want zo kunnen we misschien nog meer gaan ontdekken, wat niet de bedoeling is. Voorzitter, de laatste commissievergadering hebben wij ons als BAM-fractie aangesloten bij het standpunt van de Partij van de Arbeid. Ik geef u op voorhand maar vast mee dat we dat in hoofdzaak ook vanavond zullen doen. Ik had ook gehoopt, voorzitter, dat toen wij dat deden en de Partij van de Arbeid in de laatste commissievergadering met een aantal zinnige voorstel len kwam, dat voldoende door zou klinken in het college. Dat is niet gebeurd en dat getuigt, mijnheer Krijger, niet van een soort in de steek laten of politieke lafheid, maar ik denk toch een stukje politieke moed. Heer KRIJGER (WD)Mijnheer de voorzitter, mag ik even vragen aan de heer Joustra of dat soort woorden door mij gebruikt is, of dat hij zelf die conclusie trekt? Want dat is iets anders dan mij woorden in mond leggen die niet zo gebruikt zijn. Heer JOUSTRA (BAM)Mijnheer Krijger, ik heb net ook gezegd: zo vat ik het op, alsof u de heer Boerkoel een soort politiek-in-de-steek-laten, een soort politieke lafheid verwijt dat hij nu het college niet volgt. Ik heb niet gezegd dat u dat letterlijk hebt gezegd, maar zoals ik het voel en zoals ik het interpreteer. Het is niet uit electorale overwegingen dat ik nu de heer Boerkoel achterna loop, maar het is toch niet zo dat je te allen tijde het college achteraan moet lopen als je in een partij zit die toevallig een wethouder levert. Dan kunnen we wel ophouden met de politiek, want dan is het gewoon een rekensommetje, dan hebben ze altijd de meerder heid en dan heeft de rest niks in te brengen. Dus dit moet gewoon een keer kunnen. Vooral, voorzitter, als het gaat om een zo belangrijk aspect als de sociale woningbouw, waar we hier mee geconfronteerd worden. Mijn betoog wordt brokkelig en dat moet u mij niet kwalijk nemen. Ik had vier kantjes en ik had mij eigenlijk voorgenomen om die uit te spreken. Ik zal dat niet doen, omdat de Partij van de Arbeid met deze motie is gekomen, waarvan heel veel terug te vinden zou zijn in het stuk dat ik gemaakt heb. Dus ik kan dat voor een groot deel achterwege laten en mij bepalen bij een klein aantal hoofdpunten. Ik hoorde vanavond het woord «marktpartijen» even vallen. Als ik dat woord hoor, dan denk ik toch altijd gewild of ongewild een beetje aan commercie. Laten we wel zijn, voorzitter, sociale woningbouw voor de lager betaalden, dat is geen categorie die een marktpartij is, dat is geen categorie die iets te vragen heeft. Ja, wel te vragen heeft, maar niks te bieden heeft. Ik denk dat wij ook als gemeente binnen de randvoorwaarden van de struc tuurvisie een sociale plicht hebben om voor deze categorie voor woningbouw te zorgen. Natuurlijk willen wij Soest niet volplempen. Dat gaat ook niet. Maar dan zul je iets aan verschuivingen, iets aan doorstroming moeten doen. De hoofdregel moet zijn: we moeten zorgen voor woningbouw voor de lager betaalden en daarna gaan we pas kijken of we ze de gemeentegrens over moeten zetten. Niet andersom: vol is vol, Soest is vol en onze woningzoe kenden zoeken het maar elders. Dat mag niet het uitgangspunt zijn. Het uitgangspunt moet zijn: voor onze eigen woningzoekenden in principe in Soest en als het dan binnen de randvoorwaarden van de structuurvisie niet gaat, dan elders. Daar past het voorstel van de Partij van de Arbeid heel goed in. Die verschuift in feite en bevordert daarmee een stuk doorstro ming. We hebben niet zoveel behoefte aan woningen van drie, vier en vijf ton. Als je dan aan aantallen vastzit, dan moet je gaan schuiven in die aantallen en zeggen: de primaire behoefte ligt bij de sociale LO- L

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 24