14 oktober 1996
- 13 -
standsbeleidEr wordt een beetje een relatie gelegd met de commissie
minderheden. Zoals we laatst al hebben besproken in de commissie financiën,
verwachten we dat beide groeperingen uit de commissie minderheden, zowel de
Marokkaanse als de Turkse vertegenwoordiging verkiezingen zullen houden in
het najaar. Ik denk dat je dan ook nog eens moet praten over: hoe is het
werkterrein van de commissie minderheden, wat willen zij zelf, wat kunnen
zij zelf? Wat betreft het achterstandsbeleid in brede zin hebben we vrij
recent een overleg gehad met alle betrokken ambtelijke afdelingen en is er
afgesproken dat de drie aspecten -onderwijs, dat bij de burgemeester is,
welzijn van wethouder Ten Hove en minderheden uit mijn portefeuille-
gecoördineerd zullen worden tot één commissie achterstandsbeleid, waarvan
ik dan de coördinerend wethouder ben. Tenminste, een commissie, een
werkterrein. We denken dat het niet goed is om weer een aparte commissie in
het leven te roepen waarvoor je weer mensen van buiten moet halen. We
willen het meer doen op de manier waarop de commissie milieubeleid werkt,
dat je op een goed moment, als je vragen hebt, gericht mensen kunt vragen.
We hebben natuurlijk de beleidsgroep, u weet dat we een beleidsgroep
onderwijsvoorrangsbeleid hebben, daar zitten alle instellingen in. Dus dat
is sowieso een klankbord en ik denk dat het redelijker is om dan per
onderdeel de contacten met het betrokken veld te doen, dat belast ook niet
alle mensen die daar op dat moment niet zo direct bij betrokken zijn.
Wat betreft de vraag over het «Nieuwe Buren» programma van Trema. Er is in
de commissie financiën nadrukkelijk gesteld dat dit nu een verantwoorde
lijkheid is van het ROC. Het college houdt daaraan vast. Wat niet wil
zeggen dat als binnen het ROC mogelijkheden zijn, dat ik heb toegezegd dat
de contacten met eventuele sponsors opnieuw kunnen worden gestart
Dan de kunstuitleen. Het was ons al duidelijk uit de algemene beschouwingen
hoe daar de kaarten lagen, dus het college neemt uw voorstel over om de
kunstuitleen 13.000,-- structureel te geven, bovenop het bedrag dat al in
de begroting staat voor de huisvesting in C-drie.
U hebt ook opmerkingen gemaakt over de bibliotheek in Soesterberg. Dat is
vrij recent aan de orde gekomen. Het college staat er positief tegenover,
maar kan het eigenlijk nog niet zo erg goed inschatten. Ik weet het niet,
ik geloof het dat de BAM was die zei: er zijn meer ontwikkelingen in het
Dorpshuis. We zouden u dus eigenlijk willen voorstellen dat we het gaan
uitwerken, het plan en dat we zo spoedig mogelijk bij u terugkomen. U weet,
1 april komt de politiepost pas leeg, dus je zou de middelen bij de
voorjaarsnota ter beschikking kunnen stellen.
Heer BOERKOEL (PvdA)Mag ik bij interruptie vragen wat u bedoelt met: er
zijn meer ontwikkelingen in het Dorpshuis?
Wethouder BLOMMERSNou, u kunt zich voorstellen dat als wij praten over
nieuwe technologieën, dat we dan zeggen: we werken hier samen met de
bibliotheek en het gemeentehuis, dat zou daar ook moeten. We willen dat
eens even met elkaar in verband brengen en we willen gewoon weten wat het
precies uitgewerkt wordt, want we hebben nu slechts een globale opmerking
van een aannemer dat het ongeveer dat gaat kosten. We zeggen dus dat we het
een goede ontwikkeling vinden en ook een kans die we zeker zorgvuldig
moeten onderzoeken, maar we willen eigenlijk graag van u de toestemming
hebben om dat bij de voorjaarsnota dan te concretiseren, omdat het toch per
1 april leegkomt en dan pas verbouwd kan worden, dus dat zou op tijd zijn.
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, het probleem met het antwoord
van het college is
VOORZITTERU krijgt in tweede termijn allemaal het woord.
Heer BOERKOEL (PvdA)Ja, dat begrijp ik wel, maar dan kan misschien gelijk
het antwoord ook meegegeven worden. Het probleem is, het huurcontract gaat
over, het Dorpshuis moet ergens zijn inkomsten vandaan hebben. Als u nu als
college zegtwe nemen over het feit dat daar een huur uitkomt van ongeveer
17.000,-- en we stellen ongeveer een hoeveelheid geld ter beschikking op
basis waarvan de verbouwing kan, als u dat antwoord zou geven, dan denk ik
dat de raad daar geen enkele probleem mee heeft. Dan kunt u bij de voor
jaarsnota altijd nog de juiste invulling doen.