16 oktober 1996 -19- bepaalde plaatsen, dat moet ook nog gedefinieerd worden. Op basis van die evaluatie besluiten we -dat is ook afgesproken met de commissie, waar u bij was- om tot verdergaande invoering van ondergrondse opslag over te gaan. Dat beeld zal dus begin volgend jaar naar u toekomen en dan zullen wij ook de middelen moeten reserveren -al of niet op leenbasis, maar dat is een verhaal dat ik graag nog eens met mijn collega wil bespreken- en daar dan ook uitvoering aan geven. De tweede vraag die u hebt gesteld, mevrouw Swinkels, was de groenvoorzie ning in Boerenstreek, of dat een beetje groot groen kan zijn, volwassen groen noemt men dat over het algemeen. Wij hebben de bedoeling om de Hofstedering, dat is de grote ontsluitingsweg door de wijk, van groot groen te voorzien, zodanig dat dat al een beetje «smoel» heeft en dat de aanpa lende wijken van normaal groen worden voorzien, dat dan in de groeifase ook een andere hoogte kan bereiken. Voorzitter, dat was de toelichting op de vragen van maandag. Dan ga ik nu naar een aantal moties toe. Ik heb als eerste motie nummer 8 van GGSDat is nogal een ingrijpend verhaal. De basis van het verhaal is: zou je in de tweede fase Boerenstreek een gesloten grondbalans kunnen introduceren? Dat houdt in dat je de grond die je wilt gebruiken voor ophoging, uit het gebied zelf of aanpalende gebieden kunt halen. Technisch is het mogelijk. We hebben twee dingen die we toch nog eens uitdrukkelijk moeten bezien. Daarom stel ik voor om deze motie nu niet aan te nemen, maar het nader te bekijken. Het eerste uitgangspunt is dat wij binnen de structuurvisie dat gebied hebben aangeduid als blijvend agrarisch. Nou zou je een plas best agrarisch kunnen noemen, maar het is mij niet bekend of dat in Nederland ooit is voorgekomen. Maar de bestemming is dus blijvend agrarisch en zou je daar een plas maken, dan is daar heel duidelijk een bestemmingsverandering voor nodig. In de tweede plaats is het zo dat we in de tweede fase Boeren streek ongeveer een 120.000 m3 zand nodig hebben, vulzand is dat in algemene zin. Dat betekent dat je dan met de normale becijfering tot twee meter diep willen gaan. Zou je dieper gaan, dan zou je de waterkerende lagen doorbreken en dan krijg je hele vervelende kwelsituatiesdie weer tot afpompen moeten leiden. Maar in ieder geval, twee meter diep betekent per hectare 20.000 m3 en dat is dan 6 hectare plas voor de ophoging. Dat is natuurlijk in de verschaffing, dus het verwerven kostbaar, het is in andere zin misschien ook nog wel belemmerend, omdat de grondslag daar mij niet bekend is. Eindconclusie, voorzitter, is dat ik de motie zou willen afraden op dit moment, maar het college wil nader bekijken welke mogelijkheden er zijn. Ik ga naar motie nummer 10, die gaat over het minimuminkomen. Ik zou u willen voorstellen -omdat ik ook de wens van de PvdA heb gehoord om het minimabeleid nog eens bij de hoofdstuksgewijze behandeling te behandelen- om ook deze motie op dat punt te behandelen, omdat die daar ook een hele sterke relatie mee heeft Dan ga ik naar motie 11, ten aanzien van het leasen van gebruiksgoederen, een motie van Groen LinksDie zou ik ook kunnen behandelen bij het minimabeleid, maar laat ik die nu behandelen. Wij wijzen deze motie op dit moment af. We hebben alle moties die financieel beslag leggen afgewezen. Er is een tweede reden waarom ik deze motie nu niet in deze vorm wil overne men. We hebben de minimanota twee weken geleden integraal behandeld, die is positief ontvangen, die is ook vastgesteld. De laatste alinea's van de minimanota beschrijven de positie van de gemeente nadat wij in 1997 gelden hebben ingezet voor de woonkostentoeslag. In 1998 neemt het rijk de woonkostentoeslag over en we hebben gezegd: we willen in 1997 bezien wat we met die vrijkomende middelen -want we hebben bepaalde middelen daarvoor gedefinieerd- in de zin van duurzame gebruiksgoederen kunnen doen. Dat staat als einde van de minimanotitie. Ik wil wel meenemen, en dat gaan we ook nu al onderzoeken hoe dat gedaan kan worden, de leaseconstruct:eHet zou best kunnen zijn dat de leaseconstructie een deel van de uiteindelijke benadering kan zijn. Dan ga ik door naar de PvdA. Heer WITTE (GGS)Voorzitter, toch is mij niet helder waarom de wethouder dit punt eruit haalt, terwijl de andere dingen, de andere moties Ik bedoel, de motie die wij hebben ingediend legt ook extra beslag op de middelen. Dus, als hij het argument gebruikt van: dat legt extra beslag op

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 308