16 oktober 1996 -44- op een gegeven moment als ruilobject zouden kunnen gebruiken -en daar geld uitslaan natuurlijk- voor het oude Soester Natuurbad. Kortom, we zijn er van alles mee aan het doen en de eigenaar zwijgt. Waarom zwijgt die? Er wordt alleen maar over hem gepraat en niet met hem gepraat. Ik zou het college mee willen geven: ga nou eens eerst praten met Sinaï en dan horen we het wel van u, dan kunnen we wel eens kijken of we überhaupt wel besluiten moeten nemen. Maar dit gaat ons veel te ver, ik vind het een onzinmotie Heer WITTE (GGS)Ja, voorzitter, het is ons wel duidelijk dat van de BAM weinig te verwachten is als het om goede plannetjes gaat. Wij vinden dit voorstel in de kruipruimte van de politieke onmogelijkheden, de motie van de heer Meilof van het GPV/SGP/RPF, een hele creatieve. Eerder was hij nog creatiever, of misschien minder creatief, het is maar hoe je het bekijkt. Toen suggereerde hij nog dat dit model om Zonnegloren terug te geven aan de natuur, zou kunnen worden gerealiseerd door het contract met de projectont wikkelaar van het oude Soester Natuurbad open te breken en daar permanente bewoning toe te staan. Nou, dat ligt uitermate moeilijk bij mijn fractie, hoezeer dat model I bij Zonnegloren ook onze voorkeur heeft. Wij denken dat de huidige situatie wel eens zo zou kunnen zijn, dat die acht apparte mentsgebouwen die oorspronkelijk op het terrein van het Soester Natuurbad zouden worden gebouwd, er helemaal niet komen. De verkoop loopt voor geen centimeter. En kijk, dan heb je toch ook een goede zaak voor de natuur, want dan wordt daar op het Zonneglorenterrein niet of minder gebouwd. Voorzitter, dit is een motie waar wij ons helemaal in kunnen vinden. Wij vinden helemaal niet zoals de BAM dat dit vooruitlopen is op iets. Juist op het gebied van ruimtelijke ordening denk ik dat wij als gemeenteraad het voortouw dienen te nemen. Het is juist goed, ook al is het van een ander op dit moment. We hebben verschillende keren met die instelling gesproken, met elkaar afgetast wat de mogelijkheden waren voor Sinaï om daar dingen te doen. Daar hebben we toen ook allerlei afwegingen bij gemaakt, of we dat een goed of een slecht idee vonden. We zijn Sinaï ter wille geweest, we hebben de intentie uitgesproken dat ze daar toch zouden kunnen doen wat ze nodig hadden. Ik vind het dan ook helemaal niet gek, als dan blijkt dat Sinaï vanwege hun moverende redenen een andere locatie zoekt om uit te breiden, dat wij dan vervolgens zeggen: nou, nu ontstaat er een nieuwe situatie en wij willen in ieder geval zorgen dat wat er ook gebeurt, het niet meer zal zijn dan wat er nu staat en het liefst zoveel mogelijk eraf. Wat dat betreft denk ik dat als je inderdaad vindt dat de natuur en het landschap van Soest en het buitengebied belangrijk zijn, dan kun je eigenlijk weinig anders doen dan deze motie van harte omarmen. Heer VISSER (GL/PS)Ja, het is niet alleen een creatieve motie, voorzit ter, maar gezien wat er boven staat, is het ook een poëtische motie. Ik ben stikjaloers op de zin "in de kruipruimte van de politieke onmogelijkheden", dat klinkt goed. Het is een idealistische motie, maar u weet dat de provincie daar helemaal geen woningbouw wil, dat hebben we destijds al eens geprobeerd. En niemand heeft behoefte aan een soort goudkust van dikke villa's en mooie tuinen eromheen in dat gebiedje. Het hoort gewoon in het buitengebied thuis, waarvan het streekplan zegt dat het een stukje ecologi sche hoofdstructuur is. Dus moet het terug naar de natuur. En dat moeten we dan ook met elkaar uitspreken. Ik weet dat u geen enkele waarde hecht aan het streekplan, maar ik vind toch dat wij met elkaar nu moeten afspreken om er voorzichtig mee om te gaan en te proberen dit voor de natuur te behou den. Mocht deze motie niet aangenomen worden, dan hou ik mij het recht voor straks bij de hoofdstuksgewijze behandeling bij het onderdeel ruimtelijke ordening alsnog een keiharde zakelijke motie in te dienen over dit onder werp, plus -waar sommigen mij toe uitgedaagd hebben maandagavond- over het natuurbadterrein. Kortom, voorlopig steunen wij deze motie van harte en ik hoop de meerderheid. Heer ROEST (D66)Voorzitter, toen wij de motie lazen, sloten alle punten -behalve inderdaad het vierde gedachtestreepje- perfect op onze ideeën over Zonnegloren aan. Het vierde gedachtestreepje koppelden wij onmiddellijk aan de uitleg in eerste instantie die de heer Meilof aan zijn voorstel had gegeven, dat was die specifieke uitruil. Zijn beantwoording vandaag geeft

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 333