4-
16 oktober 1996
-65-
voorzit gebracht worden en daar moet dan ook consensus over verkregen
worden. Lukt dat niet, dan is het uiteraard de raad die de knoop doorhakt
en er een beslissing over moet nemen. Maar we zullen dat uiteraard nauwlet
tend volgen, zoals we dat tot op heden ook doen.
Hoofdfunctie 5. Cultuur en recreatie.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, in de antwoorden op de vragen gesteld in de
commissie, met betrekking tot de bossen, bladzijde 144, daar hebt u
antwoord gegeven over de prunusbestrijding. Daar suggereert u dat u met een
plan zult komen. Daarbij krijgen wij een beetje het idee uit uw verhaal dat
u toch op de een of andere manier nauwkeuriger wilt gaan spuiten. Er staat:
"Wel is er spuitapparatuur beschikbaar gekomen waarmee uiterst nauwkeurig
gedoseerd kan worden." Voorzitter, er is de afgelopen weken een contract
afgesloten tussen justitie en Staatsbosbeheer om mensen die een alternatie
ve straf moeten ondergaan, te werk te stellen in de bossen. Ik zie dat er
een bedrag van ongeveer 37.000,-- beschikbaar is. Ik zou u willen
voorstellen om te onderzoeken of de gemeente Soest in dit kader ook zo'n
soort contract zou kunnen afsluiten.
Mevrouw HUBERTS (WD)Voorzitter, in aansluiting op wat de heer Witte
zegt, op zich kun je dat natuurlijk altijd onderzoeken of de gemeente Soest
daarvoor in aanmerking komt. Maar toch zou ik wel willen dat u doorgaat met
datgene wat u ons hier belooft en als er dus een voorstel is waarop we op
een goede manier die prunus kunnen gaan bestrijden in de toekomst, mogelijk
toch efficiënter, dan zien we dat graag tegemoet.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, twee dingen. Dat technische spuiten,
dat is natuurlijk op zich al heel prettig dat er van die doseerspuiten
zijn. Nou het middel nog, want dat is dan het tweede wat je nodig hebt om
heel gericht tot een bestrijdingsvorm over te gaan. De ontwikkelingen
volgen wij en die juichen wij van harte toe.
De tweede vraag: onderzoek van te werk stellen. Wij noemen dat wat anders,
maar goed. We hoeven dat niet te onderzoeken, we hebben dat namelijk twee
jaar geleden gedaan. We hebben twee jaar geleden meegewerkt met de officier
van justitie om mensen in de bossen aan bepaalde activiteiten te helpen.
Dat betekent: onder toezicht en in grotere aantallen, we hebben wel eens
een groep van acht mensen gehad. Dat is prima verlopen, de ervaringen
daarmee zijn goed geweest. Het enige nadeel was dat het werk moest zijn dat
je normaal niet in de begroting had zitten. Het mocht dus niet op de
arbeidsmarkt gaan concurreren, het moest iets zijn dat een incident was en
redelijk spontaan. We hebben toen ook prunus bestreden, door het met
mankracht uit de bossen te verwijderen. Het enige nadeel daarvan en ook de
reden dat we ermee gestopt zijn, in overleg met de officier van justitie:
de kosten van toezicht waren voor de gemeente, dus het kostte ons geld.
Toen zeiden wijja, we zijn wel goed, maar niet helemaal gek, want in
wezen zijn wij het probleem van justitie aan het oplossen en kom dan ook
maar met geld. Daar is toen een brief over uitgegaan. Het is in feite nog
niet helemaal gestopt, ik ben blij dat het openbaar ministerie nu met
oplossingen komt, dus dat ze niet alleen werk maar ook geld meenemen. Dan
is er best een nieuwe basis te vinden om met elkaar samen te werken.
Heer GLASTRA (BAM)Voorzitter, op bladzijde 148 staat in de vierde regel
van de tweede alinea dat het bos één hectare is uitgebreid, het openbaar
groen is één hectare uitgebreid. Wanneer je dan naar de prestaties kijkt en
naar de kengetallen, dan zie je dat het een halve hectare kleiner is
geworden. Dat verbaast me. Ik heb dat de heer Van Logtenstein gevraagd en
hij zou het nakijken voor me. Ik heb nog geen antwoord gehad.
Heer VAN DEN DEIJSSEL (GGS): Schriftelijk, mijnheer Glastra.
Wethouder VAN LOGTENSTEINBij de begrotingsbehandeling in de commissie is
diezelfde vraag op tafel gekomen. U vindt het in de schriftelijk beantwoor
ding
Heer KROL (CDA)Voorzitter, naar aanleiding van de behandeling van de