10 - 25 april 1996 - 11 - 'en een de sen, het Lts- ■c op les eer k te n de nen weet het aag :t :ning over lel we Ion gingen voor de burger als we niet iets anders weten te bedenken om dat op te lossen. Dat betekent dat wij in ieder geval u eraan willen herinneren dat het noodzakelijk is om op zo kort mogelijke termijn daar goed over na te denken en te proberen het gat dat opdoemt, te dichten. Ten aanzien van de vragen die wij hebben gesteld, hebben we naar tevreden heid antwoord gekregen. Ik heb ook aangegeven dat mijn fractie de bestem ming van het jaarresultaat, voor zover het iets anders betreft dan het toevoegen aan de daarvoor bestemde reserves, namelijk de algemene reserve en de andere is de reserve bouwgrond, dat wij die bestemming zo willen doen en dus de andere zaken die u hier opnoemt niet willen doen. We vinden dat niet de juiste plek. Heer KROL (CDA)Voorzitter, er is één vraag blijven liggen bij ons, die heeft betrekking op de voorlichting, pagina 57. Om tijdswille zou ik graag met u daar in de commissie nog eens over willen spreken. Er is sprake van 41.000,= overschrijding en ik zou graag met u -misschien op 6 mei- nog eens willen praten over hoe dat komt, dat hoeft niet vanavond. De opmerking van de heer Boerkoel om inderdaad 30.000,= niet nu uit de bestemming van het jaarresultaat nu al te besteden, maar dat bij de voorjaarsnota te doen. Daar kan ik wel mee instemmen, maar dat betekent dat wij dat dan ook vanavond moeten doen. In die zin zou ik het inderdaad ook willen ondersteunen. Heer JOUSTRA (BAM)Voorzitter, er rest bij mij eigenlijk nog één opmer king. Ik ben zeer verheugd dat u 84.000,= in ieder geval weer terugge trokken hebt ten aanzien van het jeugdhonk, maar desalniettemin, alle publikaties daaromtrent die hebben plaatsgevonden, hebben toch bij iedereen en zeer zeker bij de jeugd in Overhees de mening postgevat dat daar een jeugdhonk komt. Mijn vraag is: bent u nog steeds in gesprek met vertegen woordigers van de jeugd, oftewel: hoe vertel ik het mijn kinderen daar? Heer KRIJGER (WD)De inzichten in onze fractie zijn niet veranderd sinds vorige week. We vinden het goed dat u een paar dingen hebt aangepast, teruggehaald naar de algemene middelen omdat het meer kan worden, die 84.000,= dat is de intentie die erin staat, dus wat dat betreft is het heel goed. Het is een schoonheidsfoutje, zou je kunnen zeggen, moet in het jaarresultaat nou iets worden opgenomen dat ook past bij de voorjaarsnota? Dat kan best voor ons, maar dan ook wat de heer Krol zegt, vanavond al. Wethouder BLOMMERS: Voorzitter, de opmerkingen van mevrouw Swinkels over de effecten van de doorlichtingen graag bij de voorjaarsnota, ik denk dat ik dat graag in het college zou willen bespreken, want het moet natuurlijk ook actueel zijn. We doen doorlichtingen eigenlijk heel planmatig, na overleg met de desbetreffende commissie wordt er besloten dat zoiets opgezet wordt. Het is natuurlijk zo dat de gegevens en de uitkomsten van de doorlichtingen wel degelijk worden betrokken door ons bij het beleid. Maar ik zal het meenemen, want ik begrijp wel wat uw intentie ermee is. Die kwaliteitsverbetering, dat is inderdaad een langdurig proces en we zullen u daar zeker over rapporteren. Ik denk dat de rekenkamercommissie eigenlijk ook nog maar eens terug moet komen in de functionele commissie en daar nog eens even over te praten. Ik ga morgen pas naar die studiedag. Ik zal u op een A-viertje de voors en tegens geven en ook de studiemap die ik er waarschijnlijk bij krijg ter inzage leggen, zodat we daar gewoon eens even op basis van gegevens over kunnen praten. Ik heb genoteerd dat de heer Visser graag lid wil worden. Dan zegt de heer Visser dat we voorzichtig moeten zijn dat de tevredenheid niet gaat overheersen, dat vindt hij een groot risico. Nou, ik ben tenmin ste blij dat door Coopers en Lybrand is geconstateerd dat er reden tot tevredenheid is. Dat we niet vervolgens achterover moeten leunen, dat ben ik met u eens en we zullen alles doen om te zorgen dat u ook de komende jaren tevreden zult zijn. Wat betreft de opmerkingen van de heer Van Wuijckhuijse heb ik er nadrukke lijk kennis van genomen dat hij verwacht dat er grote creativiteit van ons allen wordt verwacht om te komen tot een oplossing van de financiële problemen die op ons afkomen. Ik denk dat hij gelijk heeft, dat zal een hele zware klus worden, omdat u natuurlijk in de afgelopen jaren al een

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 86