18 september 1997
- 25 -
tot deze integratie komen. Dat maakt dat ik het plan van de heer Roest op
dit moment aantrekkelijk vind. Ik vind het dan ook buitengewoon wenselijk
dat u dit alsnog doorrekent, het effect ervan doorrekent. De heer Roest
geeft eigenlijk globale indicaties van wat het zou moeten kosten en zou
moeten opleveren. Op dat moment denk ik dat we tot een reëlere keus kunnen
komen van de variant die nu door de drie partijen is ingediend en de
variant van de heer Roest, waarbij ik dus het inhoudelijk aspect op dit
moment zo aantrekkelijk vind, dat ik daar de voorkeur aan geef.
Mevrouw KOSTER (GL/PS)Voorzitter, ik ben helemaal ontroerd door al die
pleidooien van de collegepartijen, maar ik ben er uiteraard helemaal niet
verbaasd over. Vooral het enorme verhaal van de WD en wat mijns inziens
toch weer nieuwe voorstellen zijn, nieuwe modellen. Anders zal ik het wel
niet begrepen hebben.
Heer KRIJGER (WD)Mijnheer de voorzitter, ik denk dat ik mevrouw Koster
moet bijvallen dat ze het niet begrepen heeft. Ik geef u gelijk.
Mevrouw KOSTER (GL/PS)Meent u dat serieus?
Heer KRIJGER (WD) Ik ben altijd serieus, mevrouw Koster.
Mevrouw KOSTER (GL/PS)Nou, ik heb ook weer wat nieuwe woorden geleerd,
zoals «ontluchten». Nou, ontluchten doe ik op een andere manier, maar in uw
Heer KRIJGER (WD)Mijnheer de voorzitter, de uitzending van de heer Menne
is geweest over ontluchten en dat is nog steeds een actueel woord, hoor.
Mevrouw KOSTER (GL/PS)Dat mag u me straks eens uitleggen. Maar ik begrijp
aan het eind van het verhaal -en daar hoor ik dan straks van u het antwoord
wel op- of u het voorstel inderdaad terugneemt, zoals de collegepartijen
dat presenteren en wat we dan meer gaan doen. Dus ik hoor het wel.
Het is wel zo dat bij het horen van het woord sport iedereen aan zeer
aangename dingen denkt. Nou, als je dit hier zo hoort, dan is het bijna
voor de tribune niet meer te volgen, al die modellen die over de vloer
gaan. Jarenlang hebben we al getracht met de vertegenwoordigers van de
sport en de gemeenteraad tot een vergelijk te komen om de kosten te
beheersen van de aangename spelsport. Want het gaat ons toch allemaal
teveel geld kosten. Prachtige rekensommen zijn ook gemaakt door de ambtena
ren, door de Sportraad, de Heidemij en wie nog niet meer. En zoals we nu
gehoord hebben, iedereen begint ook met zijn eigen rekenmodellen. De grote
dreiging van dat alles is wel dat de sport zelf uit het oog verloren wordt.
Dat ben ik volledig met de heer Roest eens, dat hij het inderdaad over de
kwaliteit heeft. Het is onderhand een prestigekwestie gaan worden. Sport is
belangrijk voor lichaam en geest, zelfs in de troonrede zei Beatrix al iets
over de sport. Daarom zijn wij als gemeenteraad mede verantwoordelijk voor
goede voorwaarden, ook op de lange termijn en niet een korte-termijnoplos-
sing. En geen oplossing omdat we er nu eindelijk maar eens uit moeten
komen, maar een oplossing waar we ook in de toekomst mee uit de voeten
moeten kunnen. Dat het geld zal gaan kosten, is onvermijdelijk. De hoogte
moet echter inderdaad wel in verhouding staan tot de effecten van de
clustering en ook in verhouding staan tot de vragen en noden die de andere
welzijnsinstellingen hebben. Want daar doen we nogal eens moeilijk over als
het over een paar ton gaat en hier hebben we het over miljoen. Daarom
vinden wij het compromis van de heer Roest alleszins het overwegen waard.
Wij vragen dan ook om dit compromis mee te nemen ten opzichte van het
collegevoorstel. Het heeft geen zin om nu een model erdoor te duwen dat
alleen gedragen wordt door de drie coalitiepartijen en dat door de rest van
de raad noch door de Sportraad gedragen wordt. Dat schept alleen maar
polarisatie en het vertrouwen is dan het eerste jaar of de eerste jaren
volledig verdwenen. We vinden dat een hele slechte zaak voor de toekomst.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, de clustering. Er wordt hier steeds gezegd
dat het een idee is dat geboren is uit de kerntaken, maar volgens mij is
het geboren uit het feit dat wij zo graag de Koningsweg vrij wilde spelen
en dachten: dat kunnen we dan mooi allemaal tegelijk doen. Die 5,5 miljoen