- 10 -
20 februari 1997
- 11 -
gesprek
ijn
oezeg-
lemaal
toe
dsperi-
e en
.et wat
denk
:r zo
zaken
Ik ben
jouwen
ïten dat
Lleen,
om
even
bij
3verga-
mochten
jp dat u
rberei-
eerst
hebt om
gen over
an de
de
ebben
armoedegrens en 20.000 huishoudens hebben om financiële redenen niet altijd
voldoende eten in huis om geen honger te hoeven lijden. In 43.000 gezinnen
kan door geldgebrek niet iedere dag een warme maaltijd worden genuttigd. De
koopkracht van de lage inkomens is in de periode 1990-1996 met zo'n 5%
achtergebleven, dit terwijl de vaste lasten sterk zijn gestegen. En dan
hebben we het nog niet over de achterstand (minimaal 15%) die in de jaren
tachtig is ontstaan. Dit zijn gegevens uit Arm Nederland, het eerste
jaarrapport armoede en sociale uitsluiting.
Deze situatie heeft ertoe geleid dat diverse gemeenten allerlei maatregelen
invoeren om de -door de te lage uitkeringen ontstane- armoedeproblemen
tegen te gaan.
De laatste jaren vindt de gedachte dat de minimumuitkeringen te laag zijn
meer ondersteuning. Verschillende organisaties hebben zich daarover reeds
uitgesproken. We noemen bijvoorbeeld de Raad van Kerken, maar ook de Arme
Kant van Nederland. Ook konden we afgelopen maand via de media vernemen dat
ook de sociale diensten van mening zijn dat de minimumuitkeringen te laag
zijn. De voorzitter van Divosa (organisatie van sociale diensten) meldde
een verhoging van 5% nodig te vinden. Wij kunnen dit pleidooi van harte
ondersteunen. Hoewel ons van het hart moet dat we de verhoging aan de
magere kant vinden. Maar we vinden het een goede zaak dat organisaties die
zich dagelijks bezighouden met het verstrekken van uitkeringen, nu aangeven
dat de minimumuitkeringen te laag zijn om fatsoenlijk van rond te komen.
Ook minister Melkert zei zich te willen buigen over het verzoek van Divosa.
Wij vinden dat de minister een extra steuntje nodig heeft. Zo zou de
gemeente het kabinet kunnen laten weten dat ook Soest de minimumuitkeringen
te laag vindt en dat de wens van Divosa omgezet moet worden in klinkende
munt. Dit naar voorbeeld van onder andere de gemeente Groningen, die het
initiatief tot dit alles heeft genomen.
De fractie van GL/PS, ondersteund door D66 en PvdA zal de gemeenteraad in
zijn vergadering van 20 februari verzoeken bovenstaand voorstel over te
nemen. Daarvoor dient zij de volgende motie in.
De gemeenteraad van Soest, bijeen op 20 februari 1997,
spreekt uit
dat de minimumuitkeringen te laat zijn
dat het daarom noodzakelijk is deze structureel te verhogen,
zodanig dat de koopkracht toeneemt;
verzoekt het college
deze opvatting aan het kabinet kenbaar te maken;
en gaat over tot de orde van de dag.
Groen Links/Progressief Soest, Nel Koster
D66, Mieke Swinkels
Partij van de Arbeid, Wil Stekelenburg.
temmen?
VOORZITTERDe originele motie, voorzien van handtekeningen, heb ik
inmiddels voor mijWenst iemand verder bij dit agendapunt het woord?
n.
over de
punt dat
ld
adslid
,inks/-
zicht-
nciden-
ize
l om
.tke-
ias leert
>grens
Mevrouw SWINKELS (D66)Voorzitter, we hebben hier in december met deze
raad een voorstel aangenomen onder de titel «Vaststelling minimabeleid». Ik
citeer uit dat raadsvoorstel. Bij punt 1 zegt het college en heeft de raad
onderstreept dat het de laatste jaren duidelijk is dat er sprake is geweest
van achteruitgang in de koopkracht van de sociale minima. Bij de tweede
alinea hebben wij allemaal ondersteund en goed gevonden dat er staat: "Door
de vermindering van het vrij besteedbare inkomen neemt de participatie in
maatschappelijke activiteiten af. Het college wil dit soort effecten waar
het kan voorkomen en beperken." Dan citeer ik nog een derde zin van de
voorpagina van het raadsvoorstel van december, daar staat: "De zorg voor de
sociaal zwakkeren is een wezenlijk element van het collegebeleidVoorzit
ter, ik denk dat dit juiste uitspraken zijn geweest, die wij allemaal
onderschreven hebben in deze raad. U begrijpt dat ik de motie van Groen
Links van harte ondersteun en dat ik hoop dat de gemeenteraad zijn eigen
woorden gestand doet en deze motie unaniem ondersteunt.
Heer VAN DEN BREEMER (CDA)Voorzitter, ook wij kunnen deze motie wel
steunen, met name daar waar de zinsnede staat dat het juist de landelijke
overheid zou moeten zijn die hierin het voortouw moet nemen. Wij realiseren
iuder
opIk
te