4 -
22 oktober 1997
- 5 -
dat
we
ook
die
iet
De
int
ïee
Le
te bewoning, dan zeggen we: wacht even, dat was geen afspraak. Kijk, als
men wil gaan bouwen als woningen, dan hebben we een probleem. Het waren
recreatiewoningen, dat is nog steeds het standpunt formeel van een meerder
heid van de raad en het college. Dan zegt die ontwikkelaar: daar kom ik
niet uit, dus begin ik maar met de dingen die wel uitkomen, waaronder het
volledig verhuren van de horecavoorziening, waardoor hij vijf jaar finan
cieel geen problemen heeft. Ik denk heel realistisch dat het heel lang kan
duren voor wij iets zullen zien, tenzij wij het kunnen afdwingen zoals het
college heeft aangegeven. Ik schat het niet erg optimistisch in, dat wij
kunnen afdwingen dat ze het gaan doen, want er staat nergens een termijn
binnen welke periode alle voorzieningen moeten worden gerealiseerd. Dus ik
gun het college succes, dan hebben wij ook wat succes, maar ik ben realis
tisch, ik denk dat het niet snel zal gaan.
Een tweede punt dat naar voren gebracht is, is de situatie rondom de Gemar.
Ik wil twee dingen uit elkaar halen. De Gemar als bedrijf heeft best onze
sympathie, het bedrijf moet goed kunnen draaien naar de eisen van deze
tijd. Dat is één. Het tweede, ik denk niet dat 6 november de boel opgelost
is, want het heeft veel meer consequenties dan zeggen: nou, het is toch wel
leuk, laat het hem dan maar doen. We hebben zeer bewust stap voor stap
gezet, met alle voorbeelden die de heer Joustra heeft overgenomen, die
waren al bekend. De situatie Tamboerijn is gesproken over een bestemmings
plan waar het moest gaan gebeuren met veel meer dingen samenhangend in de
buurt, wat moet gaan gebeuren. Dan is het logisch dat je een voorziening
daar laat uitbreiden. C-1000 is een zeer complexe situatie in Soest-zuid,
dat is niet op zichzelf staand, heel complex en onderdeel van een totaalge-
bied, dat is heel beleidsmatig gebeurd. Dat Honsbergengebeuren, daar hebben
wij toch nog een vieze smaak van, want dat is niet direct een uitbreiding
toestaan, een miniem stukje, maar het is groter worden door andere gebrui
kers eruit te zetten. Dat is heel wat anders dan een grote supermarkt
maken. Albert Heijn, met betrekking tot de Smitshof is zeer bewust bespro
ken in het bestemmingsplan. Albert Heijn aan de Van Weedestraat verplaat
sen, daar hoef ik niet veel over te zeggen, dat is ook niet zomaar een zaak
geweest van even beslissen in een commissie. Dus ik neem aan dat de
situatie Gemar wel besproken kan worden gezien de bedrijfsgegevens in de
commissie financiën en economische zaken, maar dat het zeer veel andere
consequenties heeft, met name op r.o.-gebied. Dus ik neem aan dat het terug
zal komen welk beleid er kan worden gelegd onder het al dan niet toestaan
van uitbreiding van de Gemar. Gaat het alleen om een kwaliteitsverbetering,
dan denk ik dat we verder kunnen komen. De oppervlakten zijn u bekend, maar
de tijd van witte schuren is grotendeels voorbijWil men, er ooit begonnen
als witte schuur, het aanpassen aan deze tijd, hoeft dat niet direct veel
meer oppervlakte te zijn, maar ruimte voor kwaliteitsverbetering. Als het
die kant opgaat, dan denk ik dat we wel op 6 november klaar kunnen zijn.
Ln
Drdt
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Voorzitter, zonder meteen allemaal retoriek te
gaan gebruiken in het kader van de Gemar, hecht mijn fractie er toch wel
aan dat het terugverwijzen naar de commissie als reden heeft dat het op dit
moment door de Gemar zelf als vertrouwelijk wordt opgevoerd. De toets in
hoeverre eventuele uitbreiding van de Gemar en het op dit moment daartoe
negatief genomen besluit van het college zich verhoudt met een al dan niet
gevoerd winkelbeleid door deze gemeenteraad, willen wij in de openbaarheid
behandeld zien. Dat betekent dus dat na de behandeling in besloten commis
sie op 6 november er naar het idee van mijn fractie een openbare behande
ling zal moeten volgen, waarbij uiteindelijk die toets in hoeverre dus een
eventuele uitbreiding van de Gemar voldoet aan het winkelbeleid van de
raad, kan worden beantwoord.
Dok
Mevrouw SWINKELS (D66)Voorzitter, ik kan me heel goed vinden in datgene
wat de heer Van Wuijckhuijse zegt, dus daar sluiten we ons bij aan.
Mevrouw GERRITSE (CDA)Ja, wij denken er eigenlijk ook precies zo over. We
hebben wel erg veel sympathie tegenover de Gemar.
an
het
aat,
;an-
Wethouder TEN HOVE: Voorzitter, er zijn nog een paar aanvullende vragen
gesteld. De eerste vraag van de heer Joustra, die zei: is er al reactie van
de zijde van de ontwikkelaar? Ik heb inderdaad het verzoek gekregen -dat is
van hen uit gekomen- om met hen in gesprek te komen naar aanleiding van
l 1
i