18 december 1997
- 19 -
zijn uiteraard wel benieuwd hoe dat zich ontwikkelt als we samengaan met
Zeist en wat daar de gevolgen van zijn als het op een andere manier zou
gaan gebeuren.
Verder zouden ook wij aandacht voor het personeel willen vragen, het
personeel als zodanig moet goed en tijdig geïnformeerd worden, dat voorkomt
problemen op langere termijn. Er is een aanmerkelijk verschil tussen
leeftijdsopbouw van het personeel in Zeist en in Soest, dus ook daar goed
kijken naar de consequenties die het heeft als we samengaan.
Daarbij is het zo dat op dit moment in afvalstoffenland heel veel gebeurt
en we willen graag dat ook de nieuwe ontwikkelingen meegenomen worden. De
heer Glastra gaf ook al een opmerking in die richting, ook ten aanzien van
het producthergebruik, ten aanzien van kringloopwinkelactiviteiten zouden
wij willen dat u daar zeer veel aandacht aan besteedt en deze organisaties
ook zeker betrekt in het toekomstige plaatje.
Ik zou graag van de wethouder willen horen -dat is een terzijde- wanneer
wij nu eindelijk eens gaan spreken over de nota van Spullenhulp die al een
tijdje gepresenteerd is waar het gaat over textielinzameling
Tot slot zou ik willen zeggen dat wij de ontwikkelingen kritisch, met
belangstelling, uiterst positief zullen volgen.
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, mag ik misschien wat aan de
WD-fractie vragen? U hebt als WD een aantal opmerkingen gemaakt ten
aanzien van personeel, reiniging en overhead. Maar tegelijkertijd stemt u
in, althans, ik hoor een instemming, met het voorstel zoals het er ligt.
Daar wordt namelijk niet gesproken over een bedrijfsplan. Al die onderdelen
die u noemt alvorens een onderneming te starten, komen in een bedrijfsplan.
Zou het dan niet veel beter zijn om parallel enerzijds de rechtsvorm en
anderzijds het bedrijfsplan te onderzoeken? Want daarmee krijgt u antwoord
op uw vragen en het zijn hele logische en reguliere vragen.
mst
al
Mevrouw HUBERTS (WD)Ik meende dat de heer Boerkoel aangaf dat hij eerst
een bedrijfsplan wilde.
Heer BOERKOEL (PvdA): Nee, niet eerst.
Mevrouw HUBERTS (WD)Nou, dat is ook het spoor dat wij graag zouden
willen trekken in die zin. Ik denk ook dat het heel goed samen kan lopen.
en
Heer BOERKOEL (PvdA)Maar dat staat niet in het voorstel. In het voorstel
van het college staat namelijk: kennis nemen van het bijgevoegde rapport,
2) een besluit om bij de reinigingsdiensten een nadere beslissing te nemen
op basis van meer inzicht en 3) in te stemmen en op te dragen een analyse
van mogelijkheden over de rechtsvorm en 4) in te stemmen met bestuurlijk
overleg. Wat ik zeg als vijfde erbij: je zou niet alleen dat bestuurlijk
overleg moeten doen en onderzoeken welke rechtsvorm, maar je zou ook het
bedrijfsplan moeten maken, anders kun je een aantal andere dingen niet mee
onderzoeken
Mevrouw HUBERTS (WD) Dat is wat mij betreft akkoord.
eds
m
VOORZITTER: Zullen we even het antwoord van de wethouder in eerste termijn
afwachten, dan kunt u in tweede termijn daar nog verder op reageren.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, dit is eigenlijk een van de eerste
keren in deze raad dat ik meemaak dat we spreken over een zaak van schaal
vergroting waar ik simpelweg blij mee ben en waarvan ik denk: dit is niet
op grond van het feit dat enkelen roepen van: het is onontkoombaar, het
gebeurt toch, het moet toch. Dit is gewoon simpelweg op grond van inzicht,
hier hebben we baat bij, hier doen we iets zinnigs. Daar ben ik blij mee.
In die zin is het ook goed dat we zo eens een gesprek hebben gevoerd met
een vertegenwoordiging uit Zeist, zodat je ook een beeld hebt met wie je
gaat samenwerken. Ik ga ervan uit dat datgene wat de heer Boerkoel stelt
ten aanzien van het bedrijfsplan, eigenlijk toch inherent is aan wat hier
gebeurt. Ik vind het ook in die zin zeer wenselijk. In het hele overleg,
zoals dat gaande is, ontstaat dat bedrijfsplan. Dat is mijn uitgangspunt,
dat het gelijk opgaat. Ik denk dat het belangrijk is dat de wethouder dat
bevestigt en dat we het dan redelijk eens kunnen zijn. U weet uit de