25 juni 1998 - 28 - verzoek aan u om mij een vraag te mogen stellen, maar die heb ik niet begrepen. Ik ga dus maar door met datgene wat ik wilde gaan zeggen. We hebben de kerntakendiscussie gehad. De kerntakendiscussie heeft aangegeven dat er een bezuiniging zou zijn bij de verschillende onderdelen in het gemeentelijk apparaat. Een aantal taken zijn kerntaken van de gemeente Soest, waaronder de bibliotheek. Maar we zagen mogelijkheden om de biblio theek en C-drie in het samengaan een mogelijkheid tot bezuiniging op te leveren. Tegelijkertijd hebben we het CAI-bedrijf verkocht en de gelden van het CAI-bedrijf -die van de burgers waren- netjes teruggesluisd naar die burgers, anders hadden we het uit de algemene middelen of via verhoging van allerlei gelden anders moeten doen. Wat is nu de feitelijke situatie? De feitelijke situatie is dat we bij de kerntakendiscussie een besluit hebben genomen op basis waarvan we tot uitvoer komen. In een tussenliggende periode, die je als voorbereiding hebt om tot dat besluit te komen, is een aantal uren, de halvering van de heer Roest, van het project dat aangepakt moet worden aan de orde. Wat de heer Roest dan constateert is dat hij een paar brieven die hij niet gehad heeft -ik neem aan dat de wethouder daar zo nog even op ingaat- reden is voor het feit dat hij het vertrouwen opzegt in de wethouder. Terwijl ik juist de indruk heb -en de manier waarop andere fracties in deze raad ten aanzien van dit onderwerp steeds gereageerd hebben- dat de wethouder met betrekking tot zowel het maatschappelijk aspect, zijnde de openingstijden op termijn, op het moment dat het klaar is, de vergroting daarvan, de toegankelijkheid van C-drie en de bibliotheek maximaliseren, ofwel datgene doen wat we gevraagd hebben als raad, dat dat uitgangspunt in de uitvoer even wordt vergeten in een klein onderdeel van de voorbereiding. Dat is voor mijn fractie geen reden om zo'n motie te steunen. Want ik denk nog steeds, daar waar we de CAI-gelden stoppen in een project C-drie/ bibliotheek -en we doen dat ook bij andere projecten, bij de sport doen we dat ook en er zijn nog andere projecten, ik geloof een brandweerkazerne- dat die CAI-gelden ontzettend goed besteed worden. Als dat dan resulteert in het feit dat we ruimere of dezelfde openingstijden hebben en dat de toegankelijkheid gewaarborgd en toegezegd is door dit college, aangevend dat bij deze soort verbouwing en datgene wat men tegengekomen is een groter geldbedrag nodig heeft, dat dit college juist zegt tegen de stichting: sorry, meer geld hebben we niet, maar als u nou zelf dat geld zou lenen, dan willen we het aan de raad wel voorleggen om eventueel dat geldbedrag te garanderen. Dat is het voorstel dat er ligt. Het kost dus niet de gemeenschap meer geld, gevraagd is aan het bestuur van C-drie/ bibliotheek: het mag niet ten koste gaan van openingstijden en van de toegankelijkheid. Het gaat dus over de openingstijden en de toegank elijkheid als het klaar is. Ik ben ervan overtuigd dat tijdens zo'n heel proces van bouwen, voorbereiding etcetera, je allerlei dingen tegenkomt op basis waarvan je ad hoe beslissingen moet nemen. Als de wethouder zo meteen zegt: ja, oké, die brieven, dat had ik misschien moeten vertellen, maar ik dacht dat het minder relevant was voor de uitkomst van datgene wat u gezegd hebt dat ik moest gaan uitvoeren, dan heb ik geen enkel probleem met dat antwoord. Maar ik heb ook geen enkele behoefte aan deze motie. Mevrouw KOSTER (GL/PS)Voorzitter, ten aanzien van de informatievoorzie ning. Het is een zeer kwalijke zaak dat de informatievoorziening naar de raad toe, ondanks herhaalde verzoeken met name van de heer Roest, niet gekomen is. Des te meer vind ik het verbijsterend, het antwoord van de wethouder. Zij zei: ik heb wel de heer Roest gezien bij vragen om enige informatievoorziening, maar er zijn ook fracties die ik helemaal niet gezien heb en mij verzocht hebben om meer informatievoorziening. Ik vind dat toch een beetje omdraaien van de feiten. Het is toch een hele vreemde zaak dat de raadsleden zelf op zoek moeten gaan naar informatie, terwijl met nadruk gevraagd wordtwilt u het ter inzage leggen en wilt u het geven? Derhalve, ten aanzien van de informatievoorziening steunen wij deze motie Ten aanzien van het inhoudelijk aspect van het raadsvoorstel hadden wij nog een aantal vragen gesteld, die we graag dadelijk nog beantwoord zouden willen zien. Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Voorzitter, ten aanzien van de motie, mijn fractie had in de laatste vergadering van de commissie financiën met betrekking tot dit punt al duidelijk gemaakt dat de hele gang van zaken

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1998 | | pagina 109