25 juni 1998 - 33 - VOORZITTER: Ik sluit deze discussie af en mag constateren dat de raad met het voorstel kan instemmen. Het voorstel (RV 98-42) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 13. Lokaal onderwijsachterstandenplan 1998 t/m 2002. Heer LOKKER (CDA)Een drietal punten, kort en een vraag ten slotte. We zien dat in de nota een getalsmatige benadering wordt gevoerd. We pleiten ook om met name een kwalitatieve benadering toe te passen. Dat betekent dus dat bij het beoordelen van de verschillende werkplannen, zoals dat straks gaat gebeuren, je vooral moet kijken naar niet alleen de hoeveelheid allochtonen per school, per groep, maar ook naar de soort problemen die zo'n groep heeft en dan met name ook het type school. Dus ik hoop dat niet alleen het getal maatgevend zal zijn, maar ook de kwaliteit van de proble men, de moeilijkheidsgraad. Het tweede punt is heel erg belangrijk, waar in de nota wel enige aandacht aan wordt gegeven. Dat is dat de aansluiting tussen basisonderwijs en voortgezet onderwijs gegarandeerd moet zijn. Het is namelijk van wezenlijk belang voor het uiteindelijke succes van de maatregelen die u in de voorfase neemt. Het uiteindelijke doel is dat je een leerling niet alleen maar aflevert met succes naar het voortgezet onderwijs, maar dat die uiteindelijk daar een diploma haalt. Wat we in de praktijk zien is dat het afhaakpercentage juist in die categorie erg groot is. Ik denk dat zo'n leerlingvolgsysteem dat eigenlijk alleen maar tussen haakjes in de nota wordt genoemd, toch heel belangrijk is om dat goed op te zetten, waardoor je dus ook plannen kunt maken die wat verder reiken dan alleen maar de basisschool, waar toch het grootste deel van het geld ook naar toegaat. Maar als die follow-up er niet is, dan zal er ook meer geld voor het voortgezet onderwijs nodig zijn, dan is het uiteindelijke succes te betwijfelen. Het streven naar een integrale aanpak heeft onze instemming, maar we moeten dan wel oppassen dat we niet een soort ingewikkelde organi satiestructuur daarvoor gaan maken, waarin eigenlijk veel te veel wordt overlegd en te weinig wordt uitgevoerd om het probleem op te lossen. Dus dat is toch wel heel belangrijk. Dan een vraag of u in ieder geval via de commissie en via de leeskamer ons nauwkeurig op de hoogte wilt houden van de aard van de werkplannen en de subsidies die daarbij betrokken zijn, zodat wij als raad -die daarvoor verantwoordelijk is, voor dat beleid- in ieder geval ook kunnen controleren of het op een juiste manier wordt uitgevoerd. Mevrouw MANN (GL/PS)Ja, het is een startnotitie. Ik denk, omdat het een startnotitie is, dat nu pas het moment gaat komen om dit hele proces heel kritisch te gaan volgen. Op zulke momenten ben ik zelf altijd vanuit mijn ervaringen in de praktijk een beetje teleurgesteld, omdat er zo weinig in doorklinkt wat er in vijftien of twintig jaar eigenlijk al aan de hand is geweest. Het is natuurlijk altijd een hele kunst om dat soort dingen op de een of andere manier in zo'n nota een beetje door te laten klinken. Maar we zijn blij dat er in de leeskamer concrete plannen en wensen al lagen die we konden inzien, toen kwam het al een beetje tot leven. Het is natuurlijk heel interessant dat de gemeente Soest het onderwijsvoorrangsbeleid en het onderwijsachterstandenbeleid zelf moet gaan doen. Dus ik hoop dat we net zo fel worden met elkaar als onze staatssecretaris Netelenbos vanuit Den Haag dat altijd zo geroepen heeft. Wethouder TEN HOVEDe vaststelling van het lokale onderwijsachterstanden beleid is een uitvoering van een nieuwe wettelijke maatregel die per 1 augustus a.s. ingaat. Het plan zoals het nu voorligt is mede daardoor ingegeven. Ook in de commissie heeft mevrouw Mann opgemerkt dat er natuur lijk allerlei relaties zijn, er zijn ook bestaande relaties en die moeten daar natuurlijk ingeweven worden. Maar in het plan dat hier ligt is uitgegaan van het wettelijke kader en in de praktijk moeten we uiteraard een en ander inpassen. Vanuit het CDA kwam de vraag: let niet alleen op de getalsmatige benade ring, maar ook op de kwalitatieve benadering. Uit de werkplannen die ons inmiddels bereikt hebben en die volgende week bediscussieerd worden in de stuurgroep die hiervoor in het leven is geroepen, heb ik in ieder één

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1998 | | pagina 114