12 oktober 1998 -51- telijk onderwijs, er is helemaal niets aan de hand, en nu wordt het open baar onderwijs ook zelfstandig, dus prachtig toch. Nee, maar ik vind, het onderwijs heeft wel een plek in de maatschappelijke verhoudingen in Soest en die discussie wat het onderwijs in Soest zou kunnen betekenen, die mag je best breed voeren en het hoeft niet alleen maar te blijven binnen al die eigen zuiltjes. Dus al ben je dan niet toegerust als ambtenarenapparaat, je zou het toch wel kunnen entameren, die discussie in het veld. En dat hebben we vroeger ook wel gehad, en ik denk dat dat zeker ook met de jeugdproble men die er soms zijn, een hele goede discussie kan zijn. Dan rond het ROC hebben we nog wel een vraag. Blij dat het weer in de picture is, er aan dacht voor is. Is er niet aan de orde dat er taken afgestoten worden? Dat was ons niet helemaal duidelijk. En welk beleid heeft de gemeente of komt dat ook de volgende keer in de commissievergadering? Die betaalbare wonin gen willen we alleen nog maar zeggen: dat is heel triest voor Soest. Wat de tennisparken betreft van de heer Boerkoel, hij zegt wel: oh, die keuze kun je toch niet maken, dus allebei die tennisparken moeten gewoon aangepakt worden. Wat ons betreft hoeft dat eigenlijk in z'n algemeenheid niet eens, zo'n tennispark. Maar ik heb wel begrepen dat niet alle banen in dezelfde tijd aangelegd zijn. Dus u zou ook kunnen zeggen, de oudste banen worden het eerst aangepakt en dan zou je in Soesterberg, heb ik begrepen bij onze rondgang drie banen kunnen doen, en in Soestdijk vier banen. Waar we geen antwoord op hebben gekregen dat is: wat investeert Soest eigenlijk in de vredesopvoedingDie vraag is niet beantwoord. Over voorlichting ben ik net niet in de gelegenheid geweest, want ik wilde nltoen al zeggen dat ik vond dat de wethouder zich er een beetje luchtig vanaf maakte in de krant Op 11 Hoogt. Wij hebben het gevoel dat gemeente Soest toch een professione le aanpak mist. Dat ze eigenlijk een PR-afdeling mist. En als je bijv. ziet, toen wij met de ontmoeting van Soest en Soest (Duitsland) bezig waren, hoe in Soest (Dld.) die PR aangepakt werd en hoe de voorlichting was, dan moet ik eerlijk zeggen, we doen in Soest altijd alles beter, maar dit deden we toch niet helemaal beter, vind ik. Die hele begeleiding van hoe ga je van A tot Z met die informatie om, naar alle geledingen, nou, daar kunnen we nog wel eens een keer over doorpraten naar mijn gevoel. Je hebt ook het gevoel dat die samenwerking tussen de decentrale voorlichting en de centrale voorlichting, dat die toch onvoldoende op elkaar is afge stemd, en dat de gemeente dus daardoor niet genoeg met één gezicht naar buiten komt en welk gezicht wil het ook eigenlijk hebben. Dat kan je ook nog aardig bevorderen. Dus, voorlichting, dat kan in de toekomst misschien nog heel veel aandacht krijgen. Dat is het. VOORZITTER: Dank u wel, mevrouw Mann. Dan ga ik naar de heer Meilof. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Dank u wel voorzitter. Voorzitter, een paar opmerkingen. Financiën. Ik heb net naar het verhaal van de heer Van Wuijckhuijse geluisterd en ik weet niet of je dat nou specifiek vakkundig moet noemen, maar dat is even een typering die ik elders heb gehoord. Ik vond het een verhaal, waar in ieder geval, als je elkaar wil moed inspreken in een situatie die niet zo leuk is, dan kun je het zo doen. En dat werkt soms ook wel. Wij hebben nou zo'n anderhalf, twee jaar achter de rug dat we de ene bezuiniging na de andere hebben, de ene ellende na de andere als het gaat om de uitkering vanuit Den Haag of iets wat al lang toegezegd was en wat we toch niet kregen. En nu hebben we voor het eerst een ombuiginkje en ik weet niet eens of je het een ombuiging mag noemen of dat het een mooie treffer is, die hier in Soest aankomt, en daar wordt dan gelijk inderdaad heel juichend mee omgegaan in de sfeer van dat het zich ook wel zal voort zetten, dat we daar ook meer omheen kunnen plannen. Er wordt tegelijker tijd, ja, geld weggedacht. Ik snap dat best, de discussie over de SDV, maar op het moment dat u het zo berekentga ik er niet vanuit dat ons ambtena rencorps achterlijk is en dat het tot op heden simpelweg een zaak van

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1998 | | pagina 220