19 november 19 9 8 -5- discussie t.a.v. mogelijke belangenverstrengeling op zich tot een integri- teitsprobleem leidt dat naar onze mening slechts kan worden opgelost d.m.v. een openbaar debat, dus zoals hier nu gebeurt, waarbij de mate van herken baarheid van de oordeelsvorming en de transparantie in de belangenafweging in voldoende mate wordt hersteld. Heer KRIJGER (WD)Meneer de voorzitter, ik beluister uit dit verhaal van de heer Witte, waarvan ik aanneem namens de vijf leden van zijn fractie, dat hij de brief heeft voorgelezen die dus openbaar isIk neem aan dat iedereen de brief kan hebben. Maar ook dat men voortgaat in het door elkaar halen van schijn en werkelijkheid. Dat is voor mensen die opletten toch wel waarneembaar, want datgene wat verteld is in de commissie r.o. en wat geschreven is, is niet hetzelfde. Er zijn ingrepen gedaan vanuit de commis sie r.o. en ik heb daar niet aan deelgenomen als fractievoorzitter WD. De heer Witte haalt namens de fractie weer iets door elkaar. In de commissie vergadering zit een aantal raadsleden die adviseren na overleg in hun frac tie aan het college over bepaalde standpunten. In de discussie die begon met de heer Van 11 Holt was nog helemaal niets gezegd over mijn fractie, over mijn partij. Hij, de fractie, begon, en dat vond ik het kwalijke en daar komt de heer Witte dus niet op terug, met een grote bevolkingsgroep gewoon tegen de haren in te strijken. Er was geen naam genoemd maar mensen met religieuze achtergronden werden door het slijk gehaald, aangegeven ach terkamertjes politiek, er was nog geen naam genoemd. Op dat moment meen ik best te mogen reageren als nestor die wat meer doet dan alleen maar af scheid nemen van mensen, van hoort het zo. Ik heb toen de heer Witte aan gesproken. Als een jong raadslid, jong, niet in jaren, maar gewoon in erva ring, dingen verkeerd doet, mag/moet zijn fractievoorzitter ingrijpen of daarnaast het meer ervaren raadslid, wat de heer Witte toch geacht wordt te zijn. Dat deed hij niet. Dat bleek later ook wel. Het was een vooropgezette bedoeling. Ik zeg maar scherp: met voorbedachten rade ging men mensen en belangen beschadigen. Men ging dus integere belangen van insprekers gebrui ken voor eigen politieke doeleinden. En op dat verhaal reageert de heer Witte namens de fractie nauwelijks of niet. Ook voor de schorsing werd ge sproken over de besluitvorming, de procedure. Het ging niet in eerste in stantie over hoe het zo gekomen was dat wij meer aandacht moeten gaan be steden aan werkwijze, dan aan de zakelijke belangenafweging. En ik zou toch via u aan de heer Witte willen vragen of hij voldoende spontaan kan zijn op de verklaring die u bij aanvang van het agendapunt heeft voorgelezen, om daar op te reageren. Of hij inderdaad kan aangeven, namens de fractie, dat het hun bedoeling niet geweest is de integriteit van anderen aan te tasten. Ik heb geleerd in deze raad en ik hoop met mij velen, dat je best heel ste vig van mening mag verschillen maar dat de democratische houding, dat de mening van iemand de mening is van meerderen, dat je de mening respecteert en nooit op de man speelt. En men blijft op de man spelen en dat vind ik een kwalijke zaak. Ik hoop dat GGS kan worden overtuigd van het ongelijk. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, ik ben fors teleurgesteld door de reactie van de heer Witte en zijn fractie dat hij alsnog de brief voorleest zoals hij die al klaar had liggen, die ook publiekelijk is geworden. Fors teleurgesteld omdat hij spreekt in deze brief over suggesties die vanuit anderen gedaan zijn over het verhaal Van 't Holt. Suggesties t.a.v. reac ties Maar het erge is dat het verhaal Van 1t Holt al voordat hij een naam genoemd had, stampvol suggesties zat. Een geweldig suggestief, pijnlijk verhaal waarin iedereen kon voelen dat mensen zonder dat er iets genoemd wordt, gemanoeuvreerd worden in een positie waarin je alleen maar kunt zeg gen: zo dat is slecht van de PvdA, zo dat een CDA dat durft zeg, iemand in de raad te hebben die betrokken is bij een Rabobank. Een suggestie werd daar neergelegd, een gevoelswaarde met een forse lading. Op het moment dat dan nu het antwoord van de heer Witte vooral is dat wij van onze kant, en dat is de kant van verschillende partijen er veel gesuggereerd wordt over de sfeer van wat er gezegd wordt, vind ik dat een trieste reactie.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1998 | | pagina 296