25 juni 199 8
- 7 -
beschikbare budgettaire ruimte zal 200,-- per huishouden verstrekt kunnen
worden, in totaal zou er dan maximaal twee ton mee zijn gemoeid, burgers
die meer kosten aan sociaal culturele deelname hebben kunnen deze kosten op
declaratiebasis individueel bij de gemeente alsnog incasseren volgens de
geldende regels. Ik denk dat dat stuk de verwarring geeft, want waar leg je
nou de nadruk op bij meer of alsnog. Het is dus absoluut niet waar wat
mevrouw Koster net zei dat we tegen mensen zeggen: dan mag u helemaal niet
meer meedoen aan die regeling. Zo is het absoluut niet gegaan. Eén ding is
zeker, iedereen die bij ons bekend is en die voldeed aan die voorwaarde van
drie jaar, heeft 200,-- op zijn rekening gekregen en we hebben daarnaast
bijna twee keer zoveel aanvraagformulieren voor de regeling van mensen van
buiten. En dat bevalt ons goed, want dat was ons doel. Dus ik stel voor dat
we die cijfers gewoon werkelijk op maat gezet -want u kunt met deze cijfers
niks, omdat de categorieën door elkaar lopen- in de commissievergadering
van augustus bespreken, dan kunt u precies zien wat het besluit is dat u
hebt genomen en hoe het heeft uitgewerkt
VOORZITTER: In verband met de afloop van de voetbalwedstrijd, hebben we
gemeend u iets te moeten aanbieden. De uitslag wisten we van tevoren niet,
ik dacht: als we verliezen is het ter troost en als we winnen dan is het om
de overwinning te vieren.
Heer BOERKOEL (PvdA)U wilt toch niet zeggen dat u geen vertrouwen vooraf
had, hè?
VOORZITTER: Jawel, dat had ik. Mevrouw Stekelenburg, kunt u akkoord gaan
met het voorstel om het in de commissie te bespreken, of wilt u in tweede
termijn nog het woord?
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Voorzitter, de wethouder heeft nu toegezegd
dat we, wat ik ook gevraagd heb, in augustus daarop terugkomen. Ik zou dat
aan willen vullen door te vragen of het dan ook zo kan zijn dat u uit
elkaar haalt het minimafonds in het kader van het geoormerkte geld van het
rijk en ons eigen declaratiefonds, omdat ik een zuivere discussie wil
hebben. En omdat ik begonnen ben met te zeggen: wij meenden dat het
misschien wel een sigaar uit eigen doos kan zijn, zou ik dus ook willen
weten in hoeverre het onze begroting ontlast en eventueel wat er met het
verschil zal gaan gebeuren als we deze regelingen niet in elkaar hadden
gevlochten maar uit elkaar hadden gehaald. Ik denk dat daar de crux van het
probleem zit. Wij, in ieder geval een groot deel, en ook u -dat herhaal ik
nogmaals- ook binnen uw eigen apparaat en niet mensen van het lichtste
niveau, twijfelen aan de toepassing zoals die nu gebeurt. Ik vind dat daar
helderheid over moet komen. Het tweede punt dat ik nog even neer wil zetten
is: geeft u alstublieft opdracht dat alle mensen die zich nu aanmelden dat
daar niet de informatie, de namen, adressen, enzovoorts, van verdwijnt.
Want als wij tot de conclusie komen in augustus dat we de regeling verkeerd
toepassen, dan zou ik die mensen in ieder geval alsnog dan tegemoet willen
komen. Het zou me spijten als die info dan verdwenen is.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, ik vind het uitermate teleurstellend dat nu
een besluit, waar we heel lang over gepraat hebben en waar een dikke
meerderheid van deze raad in commissieverband zich over uitgelaten heeft,
echt met de strekking en de intentie om de doelgroep die drie jaar of
langer op een niveau van bijstandsuitkering zat, om die een extra te geven.
We waren het er met z'n allen al over eens dat de 200,-- die we al uit
hadden gerekend, uitgaande van de speculatie dat het duizend personen zou
betreffen. Ik vind het uitermate teleurstellend voor deze groep mensen die
het betreft, waarvan in onze maatschappij toch bekend is dat deze echt op
een gigantische achterstand staan ten opzichte van de andere burgers, dat
we nu zeggen: dat zullen we dan wel in augustus bekijken. Ik vind dat met
de uitvoering van dit raadsvoorstel niet gehandeld wordt in de geest ervan.
Dan kunnen we wel zeggen: ja, als je het dan grammaticaal uit elkaar haalt,
maar als wij hadden geweten op dat moment dat het raadsvoorstel zo zou
worden uitgevoerd, dan waren wij allemaal tegen geweest. Het gaat niet om
kunstjes hoe je iets zó kunt aanpakken dat het toch in je straatje komt.
Het gaat erom, als je iets met elkaar bespreekt en de strekking is er, dan
moet het voldoen aan die strekking.