van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest op donderdag 27 mei 1999, aanvang 19.30 uur. Voorzitterdhr. J. de Widt, burgemeester; Secretarisdhr. W.P. de Kam. Aanwezig de leden: dhr. B.D. Anderson, mevr. J.M.C. Bijman, mevr. A. Blommers - Biezeno, dhr. R. Bordewijk, dhr. G.L. van den Deijssel, dhr. M.K. van Geet, mevrouw B.M. Gerritse-van Ee, dhr. L.J. van 't Holt, dhr. P.V. ten Hove, mevr. E. Huberts, dhr. H.H. Koning, dhr. A.F.M. Krijger, dhr. R.W. Krol, mevr. J.M. Mann-Voortman, dhr. W.R. Meilof, mevr. J.D. Mulder, dhr. W.H. Roest, mevr. W.A.A. Stekelenburg - Ruitenburg, dhr. P.O.M.M. Storimans, dhr. J.C. van Vuuren, mevr. N.C. de Waard - Fran- sooys, dhr. P.G.M. van der Weij, dhr. H.L. Witte en dhr. J.B. van Wuijckhuijse. Afwezig met kennisgeving de leden: dhr. C. Boerkoel, mevr. P.C.H. Koster, dhr. J.A. Smeeing VOORZITTER: Ik open de raadsvergadering van 27 mei 1999 en heet u allen van harte welkom. Berichten van verhindering hebben wij ontvangen van de heren Boerkoel en Smeeing en van mevrouw Koster. Beëdiging nieuw benoemde raadsleden VOORZITTER: Het betreft vanavond twee nieuwe raadsleden, te weten mevrouw Gerritse en de heer Koning. Ik nodig u allen uit te gaan staan. Ik heb begrepen dat u beiden de eed af wilt leggen. Dan zal ik nu eerst overeenkomstig artikel 14 van de gemeentewet, daar staat in: Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de raad in de vergade ring, in handen van de voorzitter, de volgende eed c.q. verklaring of belofte af. De tekst zal ik nu voorlezen: Ik zweer dat ik, om tot lid van de raad benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van het gemeentebestuur naar eer en geweten zal vervullen. Mevrouw Gerritse, wilt u mij nazeggen: zo waarlijk helpe mij God Almachtig. Mevrouw GERRITSE: Zo waarlijk helpe mij God Almachtig. VOORZITTER: Meneer Koning, wilt u mij nazeggen: zo waarlijk helpe mij God Almachtig Heer KONING: Zo waarlijk helpe mij God Almachtig.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1999 | | pagina 126