-12-
Heer ROEST (D66)Voorzitter mag ik in eerste termijn vragen wat mevrouw
Stekelenburg van de prijs vindt.
VOORZITTER: Ja, wat mevrouw Stekelenburg net zei is eigenlijk buiten de
orde, want daar gaat het hier niet om. Het gaat niet om de planologie en
advies van het probleem, maar het gaat om de verkoop van grond. Dat staat
hier op de agenda. De vraag van de heer Roest, mevrouw Stekelenburg.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Wil ik beantwoorden. Wij gaan akkoord met het
voorstel van het college.
VOORZITTER: Dan is het woord aan de wethouder.
Wethouder BLOMMERSVoorzitter, op 27 augustus 1998 hebben wij in het
college een voorstel behandeld om de grond aan te bieden aan de Rabobank,
om een offerte te doen. Op dat moment was er nog geen sprake van het
herzien van grondprijzen, want dat is later gebeurd. U weet dat de grond
prijzen in deze gemeente door het college worden vastgesteld, maar altijd
na overleg met de commissie. En de adviezen van de commissie die leiden ook
wel eens tot bijstelling. Op het moment dat wij dit advies aangeboden
kregen als college was de prijs voor bedrijven 250,In dit geval is
dat drie keer 250,--, want u weet dat we hebben gezegd, het zijn drie
kantoorlagen, dus in wezen is dat 750,/m2 plat. Als je de redenering
volgt van: is dit een winkel of is dit geen winkel, want dat is dan toch,
denk ik, de enige zuivere vraag op dit moment, want op dat moment vond u
250,een redelijke prijs voor bedrijven, want dat is ook in de commis
sie hier geweest, en u vond het een redelijke prijs voor winkels om daar
iets meer voor te vragen. Wij hebben die discussie in de commissie nooit
gehad om zo'n duidelijk onderscheid te maken. Want als je zou zeggen bij
een bank, ja daar komen toch mensen die daar gelddiensten kopen, moet ik
dan zeggen, want dat was ook de discussie over de VVV hè, waar worden de
diensten gegeven en waar is de ondersteunende afdeling. Dan zou je kunnen
zeggen: de benedenvloer zou je misschien kunnen zien als winkel maar de
bovenste twee, waar nooit een klant komt, moet je dat dan als kantoor zien?
Ik denk mevrouw Koster, u kunt wel zeggen: nou, maar als u die gedachte had
uitgewerkt in de commissie, had ik nu een klip en klaar voorstel. Ik heb op
dit moment voor dit soort gemengde gebouwen geen tarief. En ik kan me best
voorstellen dat u zegt: wij vinden dat u dat wel moet gaan hebben. Dan
moeten we er ook een afspraak voor maken van wat is dan een winkel. Dat
loopt wel vaker door elkaar heen in bepaalde situaties. Dan zou je je best
kunnen voorstellen dat je daar afspraken over kunt maken. Maar dit is
aangeboden conform de regels die we op dat moment hanteerden. Ze betalen
dus als je plat op de grond kijkt 750,/m2 omdat er drie-hoog gebouwd
wordt en ik denk dat dat volgens de regels de goede methode is. Dan ben ik
het eens met de heer Van Wuijckhuijse, die zegt: het college kan niet
anders dan dit standpunt handhaven. En als de raad de regels omtrent de
grondprijzen wenst te veranderen, dan moet een meerderheid ons die opdracht
geven. Maar anders kan het niet.
Heer ROEST (D66): Ja voorzitter, erg juridisch geschoold ben ik natuurlijk
niet, maar ik heb altijd begrepen dat aanbiedingen altijd ontbindende
clausules hebben mits de raad akkoord gaat. Precies, de raad moet nu ja of
nee zeggen. Dat is een heel duidelijk punt.
Ik moet toch ingaan op uw argumenten richting VVV, want ik heb de bijlig
gende stukken geraadpleegd en ik heb begrepen dat bij de VVV een prijs van
350,is gevraagd en ik wijs u erop dat zowel een VVV als een bank
reizen verkoopt. Daarom is het des temeer denk ik noodzakelijk dat we daar
in ieder geval in de toekomst, als de raad daar niet mee akkoord mocht
gaan, wat ik jammer zou vinden, dat we daar dan onderzoek naar doen. En ik
wil u vragen om expliciet even aan te geven of u het met mij eens kan zijn
dat er een onderzoek moet komen hoe het besluit grondprijzen van 11
december 1998 op een zodanige wijze kan worden aangepast dat ook voor
25 februari 1999