29 april 1999 - 17 - Dan ten aanzien van een opmerking die gemaakt is door de PvdA ten aanzien van de gemeentereiniging, hebben wij er toch een beetje bezwaar tegen dat er een voorschot wordt genomen op een uitkomst van een onderzoek dat nog gaande is en wij willen hier nogmaals aangeven dat het misschien wat efficiënter zou kunnen, of dat er misschien doelmatiger zou kunnen worden gewerkt, maar als het ten koste gaat van de kwaliteit van de dienstverle ning, als het ten koste gaat van de kwaliteit van de ophaal, dan denk ik dat wij ertegen zijn. Heer BOERKOEL (PvdA)Voorzitter, ik hoor allemaal dingen die misschien in de hersenpan van de heer Lokker naar voren gekomen zijn, of opgeborreld zijn, maar ik heb ze niet genoemd hoor. Heer LOKKER (CDA): U had het namelijk over een mogelijke besparing. Heer BOERKOEL (PvdA): Ik heb het niet over vermindering van kwaliteit, ik heb het over de invulling pas andat je de gegevens hebt. Ik weet niet waar je het allemaal over hebt hoor. Heer LOKKER (CDA): Ja hoor, u boekte eigenlijk al een soort voordeel in toen u het daarover had door juist dit samengaan met Zeist te noemen. U boekte het als voordeel in zonder dat het onderzoek in feite voldoende heeft plaatsgevonden. Dat zijn uw letterlijke woorden. En ik wil onderstre pen dat het CDA vooral zal kijken niet naar doelmatigheid, maar vooral naar kwaliteit van dienstverlening. Dus u heeft het niet over de kwaliteit van dienstverlening gehad, maar u heeft het wel gehad over het inboeken van een mogelijk voordeel en u nam dus een voorschot op iets en dat vind ik VOORZITTER: Goed, wilt u allebei via de voorzitter spreken. Heer LOKKER (CDA): Neemt u me niet kwalijk voorzitter. Vervolgens het VOS- project. Inderdaad, de drie partijen hebben nogmaals een keer nagedacht en ik moet vooral mijn fractiegenote Els de Waard toch noemen die ongelooflijk veel veldwerk heeft verricht, dat in het verleden heeft gedaan en dat ook tot het laatste moment heeft gedaan. De signalen gehoord hebbende dat vanuit de SWOS een gebaar moet worden gemaakt, hoe moeilijk dat ook is, dat is ons allemaal erg duidelijk geworden. Wij vinden dat de inhoudelijke discussie voldoende heeft plaatsgevonden en dat het enige punt waar onenig heid over bestaat de financiering is. Wij willen daarom als drie partijen een motie indienen die u inmiddels ook voor u heeft. U heeft zonet een voorzet gekregen om ten aanzien van de nood ver weg in Kosovo het voortouw te nemen door het voorlezen van een motie. Ik zou eigenlijk dezelfde lijn willen volgen. De nood dichtbij is ook heel groot en misschien zou u dan als voorzitter van de raad deze motie willen voorlezen. VOORZITTER: De raad van Soest in vergadering bijeen op 29 april 1999, overwegende dat a. Het project Vereenzaming Ouderen Soest, blijkens de evaluatie die plaatsgevonden heeft, zijn bestaansrecht meer dan voldoende bewezen heeft, b. De SWOS onvoldoende in staat is om uit eigen middelen de voortgang van het project te financieren, c. Professionele ondersteuning van de talloze vrijwilligers binnen dit project noodzakelijk is om de voortgang van het project ook op langere termijn te garanderen, d. De SWOS kan rekenen op 9.000,- die bespaard is op de personenalar- mering en 6.000,- die bespaard is op de huur van de dienstencentra en rekening houdend met het feit dat 5% van de opbrengsten van horeca en huur van de dienstencentra structureel ten goede komt aan het VOS- proj eet Besluit tot een structurele verhoging van het budget van de SWOS van 30.000,- per

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1999 | | pagina 98