Raadsvergadering 18 april 2002 -20- er expres drie uitgelicht. Dorpsplein Soesterberg, ontwikkelingen in Soesterberg-Noord, combinatie bedrijven en wonen, en Spoordal. Ik denk datje hier reëel moet zijn en moet zeggen: als je daar de komende jaren je maximale inzet op pleegt, dan is een Spoordalachtige operatie de komende jaren niet te verwachten. Een tweede opmerking van de CDA-fractie gaat over agrarische bedrijvigheid. Verschillende van mijn collega's in het college hebben dat natuurlijk al aangegeven, we hebben het raadsprogramma gesteund en overgenomen. Dus ook de opmerkingen die er over de agrarische bedrijvigheid staan. Maar we hebben niet op elk punt daarin gereageerd. En met name bij agrarische bedrijvigheid staat bij punt 20 gewoon, dat met welwillendheid, even mijn eigen woorden, bezien moet worden die creatieve gedachten die er binnen de agrarische sector leven om zich te verbreden en dat het gemeentebestuur en het college dat soort initiatieven ook positief-kritisch moet bekijken. Zo staat het er eigenlijk. Dat vraagt niet in eerste instantie beleid van de gemeentelijke overheid, maar dat vraagt datje positief meedenkt met mensen die met initiatieven bij je komen. Ik kan er trouwens wel bij vermelden dat ik als portefeuillehouder ruimtelijke ordening tweemaal per jaar overleg heb met de agrarische organisaties van deze gemeente, de GLTO, en dat ik het laatste overleg inderdaad vorige week met de GLTO gehad heb en al die punten die in de agrarische sector in deze gemeente spelen, maar ook hun inzet voor behoud van het landschap, en dat staat ook met nadruk in het raadsprogramma, nog maar weer eens uitgebreid heb besproken, en dan gaat het ook over de kwaliteit van de Eng en dergelijke. De laatste opmerking vanuit de CDA-fractie ging over de Richelleweg, dat is punt 18 van het raadsprogramma. En voor de goede orde, dat staat er niet. Bij punt 18 van het raadsprogramma zoals we dat ondersteund hebben, staat dat wij ons moeten inzetten voor een nieuw bedrijventerrein in Soesterberg van ca. 4 tot 5 hectare ten behoeve van in de gemeente Soest gevestigde bedrijven. Dat heb ik omarmd. Dat betekent dat u van dit college, van deze portefeuillehouder mag verwachten dat wij ons blijven inzetten voor een bedrijventerrein van die omvang in Soesterberg. En dat kan de Richelleweg zijn, het kan ook een andere locatie zijn. Want het staat niet voor niks op deze wijze geformuleerd in het raadsprogramma. De laatste opmerking voorzitter, ging in de richting van de PvdA-fractie: houd u bij uw contourendiscussie, zo heeft u het eigenlijk geformuleerd, wel een beetje rekening met de woningbehoefte van de gehele Soester samenleving. En die moet ik toch een beetje bestrijden. Punt 42 van het raadsprogramma zegt dat in die discussie over contouren uitgangspunt is de contouren zoals die nu in het Bestemmingsplan en Streekplan zijn aangegeven, met uitzondering van de kern Soesterberg. Dat betekent dat de hele grote vrijheid van laten wij met z'n allen eens een gezellige discussie over contouren voeren, in dit artikel eigenlijk niet mogelijk is. Dat is ook bewust denk ik zo geformuleerd, en dat is een reden waarom ook dit college deze verklaring op deze wijze ondersteunt. Maar ook in algemene zin moeten we in dit huis nooit tegen elkaar zeggen dat de woningbehoefte in deze gemeente kan worden opgevangen binnen de huidige contouren, dan wel als we die contouren nog eens flink oprekken. Dat is ook niet de bedoeling van rijks- en provinciaal beleid. Rijks- en provinciaal beleid zijn uitdrukkelijk dat de opvang van de woningbehoefte zoals die in Soest bestaat helaas, dat zeg ik er als portefeuillehouder volkshuisvesting bij, in het stadsgewest moet worden opgelost, en dat is in dit geval in Amersfoort. Dat voorzitter, namens het college. VOORZITTER: Dank u wel. Misschien is het goed van onze kant, of van mijn kant, nog even twee termijnbeperkende opmerkingen of tijdsbeperkende opmerkingen voor vanavond te maken. Ik denk dat het goed is dat we niet de volledigheid nastreven om alle punten die we uitwisselen van wederom reacties te voorzien, want dat is ook niet de bedoeling, laten we zeggen, wat ons betreft, gelet op de motivering om een verklaring af te leggen. Dus de volledigheid hoeven we vanavond niet na te streven. En het tweede is, dat is ook makkelijk te realiseren, omdat we namelijk een voorjaarsoverleg hebben medio mei, en daarin kunnen - voorzover u dat noodzakelijk acht - in politieke zin natuurlijk de punten genoemd worden zoals u die graag wenst te noemen. En sommigen van u hebben aangegeven in commissieverband nog eens verder te willen spreken. Ik denk dat het dan goed is het stuk te begeleiden naar het agendaoverleg, dat tezamen te doen met de planning, zodat als in het agendaoverleg inderdaad die route aangegeven wordt, het mogelijk moet zijn daar bijvoorbeeld in de junivergadering in commissieverband nog eens over beide zaken te spreken. Maar ik geef iets van de richting aan die gevolgd zou kunnen worden. Is er behoefte aan een tweede termijn?

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2002 | | pagina 103