Raadsvergadering 12 september 2002
- 20 -
Soesterberg hebt moeten verplaatsen. Het heeft geld gekost als water. Niet gebruikt, klaar af. U moet
beter bij de praktijk blijven. Als u kleine kinderen in dat park wilt hebben, dan kunnen er geen grote
kinderen komen, want dat zien we op de Dorpsstreek ook. Als de skeelerbaan gebruikt wordt door
jongere kinderen van onder de 10, zeg onder de 12, dan komen jongens en meisjes van boven de 15,
dan zijn die kleinen weg, want die voelen zich dan niet meer thuis. Dat is het enige wat ik zeggen wil.
Ik wens u veel wijsheid. Blijf bij de praktijk meneer Witte, dan komt u veel verder, en wees eerlijk
tegen uw burgers. Dank u wel.
VOORZITTER: Dank u wel dames en heren insprekers. Ik schors de vergadering voor twee minuten
voor een korte sanitaire stop.
VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. De tweede termijn van de raad. Wie wil het woord?
Mevrouw MANN (GL): Voorzitter, ik heb eigenlijk niet zoveel meer te zeggen. Maar, ik ben
ontzettend blij dat we tegenwoordig het dualisme hebben. Dat kun je ook echt zo merken nu. Het is
een volkomen andere vergadering dan dat we normaal gewend waren. Vroeger was het altijd zo: de
collegepartijen, allemaal met elkaar en zo'n gevoel van dat hebben we met z'n allen al een beetje
afgeregeld. Toen kwam het dualisme en ik dacht: ha, nu gaan al die mensen persoonlijk daarover
nadenken, en hun eigen standpunten innemen. En dan wordt het heel interessant in de raad. Ja, nou,
even wennen. Die laatste mevrouw, mevrouw Hilhorst, zei het heel goed, waarom ben ik hier eigenlijk
gekomen? Dat gevoel heb ik zelf ook. Waarom doe ik al die moeite?
Mevrouw HUBERTS (VVD): Voorzitter, ik heb in eerste termijn aangegeven dat de VVD-fractie
vindt dat de openbare ruimte voor iedereen toegankelijk moet zijn. Dus voor alle belanghebbenden, en
dat is dus ongeveer heel Soest. We hebben vanavond mensen gehoord als inspreker die voor hun
belang of het belang van een groepering opkwamen. Dat is prima. Het is ook goed dat dan de
raadsleden, dat de VVD-fractie in dit geval de afweging kan maken tussen al die verschillende
belangen en daaruit een conclusie formuleert. En op basis van afweging van al die belangen waardoor
je dus nooit iedereen kan honoreren in zijn wensen, op basis van die afweging vinden wij nog steeds
dat het een goed plan is dat daar gerealiseerd gaat worden en wij zijn het eens met de dekking uit de
ISV-gelden. Wij denken dat die daarvoor bestemd zijn en wij hopen eigenlijk dat de negatieve klank
die op dit hele gebeuren rust nu kan plaatsmaken voor wat meer positieve klanken.
Heer LEMMEN (PvdA): Voorzitter, ik denk aansluitend op wat mevrouw Mann zei, heb ik ook niet
ervaren dat hier een echt duaal stelsel optima forma aan het functioneren is. En ik vind het ook wat
gemakkelijk van mevrouw Huberts om te zeggen het eens te zijn omdat het publieke ruimte is, want
het is met name de VVD geweest die in voorgaande besprekingen nogal kritisch is geweest over de
centen die daarheen gingen.
Mevrouw HUBERTS (VVD): Even een interruptie, voorzitter. Ik denk dat het ook heel terecht is dat
de VVD-fractie daar kritisch in was, omdat we tenslotte met die middelen zorgvuldig om willen gaan
en dat maakt deel uit van onze besluitvorming. Dus u kan ons beter complimenteren dat we kritisch
zijn.
Heer LEMMEN (PvdA): Daar begrijp ik helemaal niks van. Want dan zou u toch wel eens even wat
verder op dit aspect zijn ingegaan om de financiën eens op hun eigen merites te gaan beoordelen. Wij
vinden het in ieder geval nog steeds een te hoog bedrag en wij vinden dat ook andere partijen die in
het verleden hier datzelfde vonden, dat die ook dat vandaag hadden kunnen zeggen, ook al zijn ze van
een coalitiepartij. Daarmee denk ik dat het toch wel belangrijk is om ook dan misschien maar in de
commissie Bestuurlijke Vernieuwing of naar de toekomst toe toch dat duale wat sterker naar voren te
krijgen, waardoor de raad in ieder geval zelf wat duidelijker consequent is in zijn standpuntbepaling.
Dat wat betreft een reactie nog even op het voorgaande. Ik heb niet begrepen dat het college bereid is
om op onze suggestie in te gaan om wel een park daar te realiseren, maar dan voor een bescheiden
bedrag, waardoor in onze mening het geld dat dan hoognodig is voor andere zaken ook daar ingezet
kan worden waar het ingezet moet worden. Wij betreuren dat. Ik heb al gezegd in eerste termijn dat