Raadsvergadering 21 november 2002
-29-
de richting van de SWOS die duidelijk op 55-plus focust. Het is ook niet omdat ik in de doelgroep val,
maar we hebben toch in Nederland te maken met enorm veel vitale ouderen. Dat is in de loop der jaren
echt voortgeschreden en ik denk dat we in Soest langzamerhand toe zijn aan oprekking van die tijd.
Dus 55-plus moet niet meer de ondergrens zijn. En daarna kunnen we dus nog discussiëren over welke
groep we het dan wel hebben. Wat betreft doelstelling 7, een echt integratiebeleid komt nog niet tot
stand, maar dan zou ik het toch wel heel plezierig vinden, dat hebben wij in het fractieberaad ook nog
even afgesproken dat als aandachtstreepje wordt toegevoegd: het bevorderen van integratie in de
samenleving. Dat zouden wij een waardevol iets vinden in een ouderenbeleid. Vooral waar de
problematiek bij allochtone ouderen dus toch ook heel erg behoorlijk is. Dus misschien zou je dat nog
mee kunnen nemen.
Dan nog een opmerking over de zinsnede van: willen wij een functionerende structuur opgezet
hebben, gefaciliteerd door de gemeente? Dat is een beetje cryptisch. Ik dacht dat we naar aanleiding
van ons afscheid van de ouderenraad hadden gezegd van: we laten het initiatief aan de particulieren
over. Particulier initiatief doet het en de gemeente faciliteert. Dat is een beetje het model Baam en ik
zou de wethouder willen vragen of hij met deze zin dat ook bedoelt. Dat de gemeente dus inderdaad
faciliteert, dat het initiatief ligt bij de particulieren en of hij misschien ook in de richting van Baarn
denkt.
Wethouder KRIJGER: Laat ik dan eerst maar eens omgekeerd beginnen richting opmerkingen van
D66 en GroenLinks. Ik schrik ervan zal ik maar benadrukken. Want wat was de bedoeling van de
notitie? Dat wij gaan kijken met de middelen die we nu hebben, waar wij naar toe gaan. In ons
overzicht in de visie staat dan ook wel de leeftijd 55-59, geenszins de bedoeling om aan te geven dat
voor die categorie wel of geen cursussen moeten komen. Maar wat ook zo mooi is, als je kijkt naar het
aantal 55-59, daar staat achter 3.000, en wij kunnen rekenen, dan gaat het om een termijn van 2002 -
2006, dan zien wij aankomen dat er 3.000 mensen in de loop van de komende jaren bijna 65 zijn. En
dan kom je wel op een gegeven moment in een buurt waar we wat aan moeten doen. En wat gaan
doen? Dan komen we ook op de structuur die van belang is. Twee dingen kun je doen: je kunt wachten
tot ouderen al of niet georganiseerd initiatief nemen met betrekking tot beleidsvragen, of wat dan ook.
Het is omgedraaid. Wij denken dat het nodig is dat de gemeente zelf actief is, initiatief neemt en de
ouderen opzoekt. Daar zijn twee manieren voor: je kunt een aantal mensen hebben die dat gaat doen
namens de gemeente. Je kunt ook aansluiten bij de bestaande structuur dat er heel veel overleg is
tussen vrijwilligers, en dat zijn dan mantelzorgers, dat zijn mensen die de seniorenbus rijden, mensen
die warme maaltijden bezorgen, 350 mensen zijn bezig met die kwaliteit, die structuur voor ouderen.
Wij zouden graag gebruik willen maken van de kennis die die 350 mensen gezamenlijk hebben. Daar
is structuur voor nodig. En dan komt het faciliteren wat gevraagd werd. Hoe maak je gebruik van die
kennis: door die mensen met elkaar te laten communiceren. En als gezegd, staat in de notitie,
communiceren niet om het communiceren, het praten om het praten, neen, om tot uitwisseling te
komen van gegevens van belang om als gemeente een goed beleid te formeren. En dat beleid is
integraal. Ik zeg het bewust met een wat zwaar woord. Als u denkt: hè integraal, wat bedoelt hij
daarmee? Dat zal ik uitleggen: als net wordt besloten dat wij ons houden aan de rode contouren,
hebben wij dus besloten dat wij geen ruimte bieden in Soest voor grote nieuwbouwprojecten in de lijn
van andere gemeenten in de woonzorgzones. Woonzorgzones, bedoeld om heel veel mensen bij elkaar
te krijgen, daar de zorg bij in te bouwen, zorgpunten, informatiepunten. Prachtige voorbeelden, maar
Soest heeft niet de ruimte en de maat om grote nieuwe projecten op dat niveau te gaan doen. Dus moet
je zoeken naar de bestaande structuren, bestaande infrastructuur, kun je daar optimaal gebruik van
maken. Moetje gaan praten met degenen die dat zijn. Moetje gaan overleggen met in dit geval die
350 vrijwilligers met de daarbij betrokken besturen van een aantal organisaties om precies te weten
wat nou de temperatuur is in de samenleving, nu 55-59, over een aantal jaren, daar kun je gewoon op
wachten, is die 60-65. Daar gaat het om. En die structuur willen wij faciliteren.
Mevrouw MANN (GL): Voorzitter, mag ik heel even onderbreken? Waarom begint u dan bij 55? Als
u dan een hele grote toekomstvisie heeft, kan u veel beter bij 20 jaar al beginnen. Dan kan u al op
lange termijn uitvinden, ja ik vind dat eerlijk gezegd niet helemaal een verklaring waarom dat dan
nodig is. Discussiëren met de samenleving kunnen we altijd wel als het gaat om de problemen van