Raadsvergadering 17 januari 2002
over een bepaald referendabel onderwerp een referendum gehouden kan worden. En de meeste regels
rondom dit fenomeen liggen in feite ook al vast en die staan in de wet. Dus de discussie gaat vanavond
eigenlijk alleen om de opsomming van de betreffende besluiten die referendabel zijn. Artikel 8 van de
wet geeft een opsomming daartoe en er staat ook in dat de gemeente een aantal besluiten daaraan kan
toevoegen. Dus de gemeente is in staat om het uit te breiden. D66 heeft hiertoe het initiatief genomen.
Ook is het mogelijk om beslissingen of besluiten uit te sluiten van het geheel. Mijn fractie heeft het
standpunt dat belastingen en besluiten rond leges uitgesloten zouden moeten worden in verband met
het feit dat collectief belang ondergeschikt kan worden aan het individueel belang. De toevoegingen
van D66 vonden wij wat te eenzijdig, eigenlijk te willekeurig. Het gaat uitsluitend om beleidsgebieden
als milieu, ruimtelijke ordening en infrastructuur, terwijl er ook nog meer te doen is in onze gemeente.
Ik denk aan onderwijs, veiligheid en sport. Dus wat ons betreft zou het uitgebreid kunnen worden. Het
moet geen uitgeklede versie worden, zoals we die vanavond gaan vaststellen. Het leek ons het meest
eenvoudige, ook naar de burgers toe, om gewoon alle raadsbesluiten referendabel te doen zijn. Niet
beseffend op dat moment dat we daarmee een discussie over ons zouden afroepen over besluiten en
beslissingen en het verschil tussen besluiten en beslissingen. Dankzij de interventie van de gemeente
secretaris is er uiteindelijk een tekst gepresenteerd, en dat is tekstvoorstel A, die vrijwel overeenkomt
met onze intentie. In artikel 3 is er sprake van alle besluiten met vervolgens een 4-tal voor de hand
liggende uitsluitingen. Dat is tekstvoorstel A. Dus wij gaan ook met dat voorstel akkoord. En wij zou
den ook graag willen, en misschien kan het toegevoegd worden aan het besluit, of in de regels, dat na
elk referendum er een evaluatie plaatsvindt van de gang van zaken en wellicht dat het dan ook moge
lijk zou kunnen en moeten zijn om de regels hier en daar wat aan te passen. Dus uiteindelijk, conclu
derend voorzitter, vinden wij dat tekstvoorstel A, zoals het opgesteld is door de gemeentesecretaris het
dichtst komt bij de intentie die het CDA uitgesproken heeft tijdens de commissievergadering. Dank u
wel.
Heer VAN GEET (VVD): Voorzitter, tijdens de commissie ABZ is er een initiatiefvoorstel ingediend,
dat is ook heel duidelijk gesteld, dat zou eventueel hebben kunnen leiden tot wat verwarring en wat
ongewenste gevolgen als dit allemaal gevolgd zou zijn. Complimenten richting gemeentesecretaris,
die op een hele duidelijke wijze heeft ingegrepen, als ik dat woord mag gebruiken, en de zaak ook
eens op een rijtje heeft gezet en ons een aantal dingen duidelijk gemaakt. Ik denk ook dat het goed is
dat dat is gebeurd, want ondanks het feit wat de heer Koning zegt, en daar heeft hij ook gelijk in, dat
de Tijdelijke Referendumwet al in werking is getreden, is het natuurlijk niet iets wat zomaar aan je
voorbijgaat, het is een zeer ingrijpend geheel. Mijn fractie is ook heel verheugd, en dat zeg ik in alle
oprechtheid, dat het CDA ook op de schreden is teruggekeerd en niet alle besluiten en beslissingen
referendabel wil maken. Dat vinden wij bijzonder plezierig, want dat zou ons écht te ver gegaan zijn.
Al met al kan de VVD-fractie zich vinden in het besluit zoals het er nu ligt, althans onder A, en wij
zullen dat besluit ook steunen.
Heer KONING (CDA): Mag ik inmiddels, voorzitter, al mijn vreugde uitspreken richting de VVD dat
men deze draai gemaakt heeft?
Heer MEILOF (CU/SGP): Voorzitter, wij nemen vandaag het voorstel met tenminste de suggestie van
een redelijk democratisch gehalte. En daar zou je in theorie blij mee kunnen zijn. Als ChristenUnie/
SGP zijn wij er niet echt heel erg blij mee. Vooral vanwege het suggestieve van het democratische
gehalte en het waardevolle van het mogelijke proces dat er op gang zou kunnen komen. Wij zijn niet
blij, omdat wij vinden dat wij in Soest op dit moment ten aanzien van de bestuurlijke vernieuwing,
niet dat ik altijd overal heel enthousiast voor ben geweest, maar totnogtoe in een sfeer zitten van het
laten meedenken van de burger, het actief betrekken bij de besluitvorming van de burger, waarin we
hem buitengewoon serieus nemen. Waarin we dus alle belangwekkende besluiten die een direct effect
hebben voor de burger op zo'n wijze ter discussie stellen dat de inspraak, het meedenken daarin, seri
eus is genomen. Niet eens meer alleen in de fase van de besluitvorming, maar al in de fase van het tot
stand komen van het proces. En als je dan als raad, op grond van die gegevens, en op grond van je
eigen verantwoordelijkheid als raadslid, als bestuurder, als het willen besturen van een gemeente, een
besluit neemt en dat besluit wordt dan weer referendabel, dat wordt op dat moment weer mogelijk ter
discussie gesteld, en op die wijze kan het zijn dat een aantal mensen in onze gemeenschap gaat zeggen