afdeling. En ik raad het iedereen aan. De secretaris stond mij dat toe. Een kijkje nemen in de keuken.
De ellende die mensen daar in die week over tafel brachten, dat was echt vreselijk. En dan moeten er
toch ambtenaren zijn die wel of niet een keuze maken om jou al dan niet op die voorkeurslijst te
zetten. En ieder geval op zich is even schrijnend, en toch moetje een prioriteit aanbrengen. Zulke
afdelingen, met zulke mensen, die moeten zo stressbestendig zijn, ik heb mijn petje daarvoor
afgenomen. Ik wil ze daar allemaal heel hartelijk voor bedanken. En natuurlijk niet te vergeten de
bodes, kantinemedewerkers, en de secretaresses. Zonder hen ging het niet. De koffie, de broodjes
kroket, de mailtjes, de post, alles was altijd op tijd. En toch ook nog eventjes de dames en heren van de
pers. Respect voor het geduld. Vroeger was het nog wel eens tien uur. Tegenwoordig is halftwaalf niet
ongebruikelijk. Soms houden ze het vol, maar als ze eerder weggaan heb ik daar ook best begrip voor.
Voorzitter, ik sluit mijn persoonlijk verhaal af. Ik heb het raadswerk altijd met buitengewoon veel
plezier gedaan. Voor mij stond de mens centraal, daar deed ik het voor. Maar het was niet altijd pais
en vree. Met name de periode dat er door collega-raadsleden op de man gespeeld werd, heeft mij zeer
bezeerd. Maar de politiek is vluchtig. Het nieuws van toen geschreven in de kranten is weggezakt.
Iedere tijd heeft zijn eigen dynamiek en ik ben benieuwd of het duale bestel werkelijk gaat betekenen
dat het leefbaarder wordt in Soest. Of het een omslag gaat betekenen in het omgaan met burgers. 16
jaar terug, bij het opruimen van mijn archief, schreven we dat ook al, allemaal, in onze
verkiezingsprogramma's. Ik wens alle nieuwgekozenen daarmee heel veel succes. Maar één tip,
vergeet nooit: gooi geen oude schoenen weg voordat je nieuwe hebt. Ik zal het met heel veel
genoegen, maar nu op afstand, blijven volgen. Dank u wel.
(applaus)
Maar u bent nog niet helemaal van mij af als u mij toestaat voorzitter. Want graag wil ik nu namens de
terugtredende fractie nog een paar woorden spreken. En geheel ongebruikelijk wil ik graag een paar
regels uit een Sinterklaasvers voordragen. Ik heb het nooit horen uitspreken, maar dat kan aan mij
liggen. Ik vond het bij het opruimen en wat mij betreft hoort het nu al tot de recente historie van Soest.
Zelfs de dichter is onvermeld, en de titel luidt: 'Soest blijft Soest, of niet Het is ongeveer
geschreven een jaar of 10, 11 geleden, kan ik uit de tekst opmaken. En het begint als volgt:
Raadsvergadering 12 maart 2002
(ontbinding oude raad)
-20-
1. In hel midden van het land
ligt een dorp, zó rijk aan luister,
dat het als een diamant
flonkert in 't omringend duister.
2. Haast tien eeuwen rust het al
waar de Heer het nedervlijde;
een juweeltje, een kristal,
fraai omzoomd door bos en heide.
3. In dat dorp, zo fris, zo schoon,
wonen veertigduizend mensen
en die hebben - heel gewoon -
dus ook veertigduizend wensen
4. D 'een wil dat, de ander dit,
en de derde weer wat anders;
en zo vreemd is dat ook niet.
't Zijn tenslotte Nederlanders
Wónen willen ze allemaal
in een huisje met een tuintje
op een plek - elks ideaal -
in het bos of op een duintje.
Rustig wonen willen zij
op een stil en vredig plekje;
liefst ook met het uitzicht vrij.
Iedereen zijn eigen stekje.
7. O, ze willen heus wel meer:
wegen, parken en riolen,
maar het liefst géén snelverkeer
bij hun huizen of hun scholen.
8. Niemand woont er in een krot
en ze brengen graag hun offers
voor een beetje woongenot.
Anders pakten z.e hun koffers!
9. In dat dorpje in het Sticht
woont men meestal als een koning.
Maar ook in dit tijdsgewricht
zoeken velen nog een woning.
10. Jaren wordt hun al beloofd
dat een eind komt aan hun smachten
naar een dak boven hun hoofd;
't is een zaak van rustig wachten.
11. In dat dorp dus, aan de Eem,
klinkt een klacht in vele tonen
over 't vreselijk probleem:
"Mogen wij hier soms niet wonen"
12. Maar hel dorp is bijna af
't stuit al bijna op zijn grenzen;
verder groeien is een straf;
er zijn veel te veel forenzen.