8 - Raadsvergadering 22 januari 2004 - 9 -
was uw bedoeling, maar we kunnen dat niet realiseren. Zullen we een ander schema afspreken? Dat is
een goede gang van zaken. Anderzijds kan de raad het gewoon agenderen. Mijn fractie heeft dit
onderwerp voor de volgende commissievergadering gewoon geagendeerd, omdat we dat willen
bespreken. Daar hebben we het college niet voor nodig. Dan bespreken we het gewoon met elkaar en
daar kan een opdracht aan het college uit voortvloeien. Dus dat doen we gewoon. Punt 6 is dus
eigenlijk al gewoon geregeld.
Waar ik nog heel erg benieuwd naar ben voorzitter, is of de wethouder kan zeggen hoe het met de
andere deeltrajecten gaat. We hebben een verslag in december gehad, maar bijvoorbeeld de
Foekenlaan zal ook nog heel wat voeten in de aarde hebben. Kan hij zeggen of dat op schema ligt en
of daar ook ontwikkelingen te verwachten zijn, want anders moet dit punt ook op deze commissie aan
de orde komen, en dan moeten we als raad ons beraden over een eventueel uitstel, juist om goede
besluiten te krijgen.
VOORZITTER: Even als voorzitter van de raad het punt van orde. Over de vragen die gesteld zijn,
hebben we het vanavond en andere vragen die er leven daar gaat het om andere momenten van
beantwoorden. Ik wil een beetje het stramien van de vragen aanhouden omdat we anders het debat dat
blijkbaar op andere momenten voorzien is, vanavond houden, en niet op dat voorziene moment.
Heer ROEST (D66): Voorzitter, als ik daar even iets op mag zeggen. Deze vraag, deze extra vraag, ik
heb niet apart een brielje weer ingeleverd met een extra vraag, maar die heeft rechtstreeks betrekking
op deze materie. Wat aan de orde is: of betrokkenen op tijd worden geraadpleegd bij plannen en
besluitvorming. En dat geldt dus ook voor de Foekenlaan en als dat daar niet klopt, dan betekent dat
dus dat we het ook moeten horen, en dan kan het meteen mee worden genomen in de voorbereiding
van de commissievergadering in februari.
VOORZITTER: Uw punt is helder, maar ik meende het algemene punt van orde toch even te moeten
noemen.
Wethouder WITTE: Voorzitter, nu wordt van verschillende kanten gesuggereerd dat doordat wij intern
met de organisatie andere prioriteiten even voorrang hebben gegeven, waarbij ik net heb aangegeven
waarom dat is gebeurd, omdat we dat met andere gemeentes doen, en met een instelling die via
subsidie van de Provincie iets kan doen waar we als gezamenlijke gemeentes in het Gewest voordeel
bij hebben. De suggestie dat daardoor de planning van de hoofdwegenstructuur in de soep gaat lopen,
is absoluut niet aan de orde. Dat heb ik net proberen duidelijk te maken. Wij komen op het tijdstip dat
wij met u afgesproken hebben voor de Voorjaarsnota met voorstellen waar u uw oordeel dan over kunt
geven. Dat is de opdracht die u aan het college in oktober hebt gegeven en ik vind persoonlijk, en ik
t denk dat ik namens het college spreek, dat het absoluut onaangenaam is om met u te moeten gaan
onderhandelen over alle punten die wij in uitvoering hebben of we gaande de rit met andere
prioriteiten worden geconfronteerd, dat dan met u moeten gaan overleggen, of dat wel mag. U moet
e ons houden aan de afspraken die we hier maken, aan de raadsbesluiten die u neemt, die wij moeten
uitvoeren. Maar in tussentijd denk ik dat wanneer wij geen aanleiding zien om tegen u te zeggen: we
lopen tegen een probleem aan en we gaan zo meteen de planning niet halen, dan is het een andere
zaak. Dan vind ik inderdaad, en dat vindt het college, dat we actief u moeten informeren van op dit
moment gaat er iets fout op dat en dat punt, raad, of commissie, wij vragen daar begrip voor en wij
t beloven u dat we op dat of dat moment ermee zullen komen. Maar dat is niet aan de orde. En zelfs de
informatieplicht in de zin van dat wij hebben neergelegd aan u wat het college heeft besloten om
inderdaad die prioriteit naar achteren te schuiven, de hoofdwegenstructuur, om de commissie Dutein,
om dat beter te kunnen voorbereiden, dat hebben we zelfs voor u ter inzage gelegd. Maar ik blijf erbij
dat zolang wij die hoofdwegenstructuur, die scenario's die daarin afgesproken zijn, de afspraak dat u
bij Voorjaarsnota daar besluiten over kunt nemen, als wij dat hard kunnen maken, dat we niet
tussentijds elkaar voortdurend extra opdrachten moeten geven om voortgangsrapportages te geven.
Kijk, zodra er iets is waar voortgang in zit, is het college toch al steeds van mening dat dat dan ook
it voor u ter inzage moet worden gelegd. Daar kan geen misverstand over zijn. En op het moment dat er
iets mis gaat, vindt het college ook dat u actief geïnformeerd moet worden, dus dat u ofwel per email
ofwel in de commissie moet worden geïnformeerd van dat en dat loopt verkeerd. En voor de rest denk
