Raadsvergadering 3 juni 2004
-21 -
Mevrouw KOOMEN (GGS): Ik wil daar even op interrumperen. U kunt in de ambtelijke organisatie
alle informatie halen die u nodig vindt. U kunt bij de wethouder altijd binnenlopen. Dus ik snap niet zo
de inzet van uw verhaal op dit moment en we hebben er 24 mei uitgebreid over gehad. Gaan we nu
weer tien uur zitten?
Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Voorzitter, mag ik mijn verhaal afmaken? Wij hebben heel
uitgebreid over Largas etcetera zitten praten, 20-25 minuten lang. We praten hier over een zaak die
onze partij zeer hoog zit. Mag ik het a.u.b. afmaken?
Wij hebben de vragen gesteld. Waarom? Omdat wij niet geconfronteerd willen worden en dat was het
antwoord ook dat de wethouder mij gaf, Soest 2002 stelt steeds dezelfde vragen en krijgt dan ook
steeds dezelfde antwoorden. En ik durf te zeggen: krijgt geen antwoorden. Want wat gebeurt er'.' Ik
vraag dit omdat wij niet geconfronteerd willen worden over enkele jaren, als misschien toch
onverhoopt de zaak financieel weer uit de hand gaat lopen, dat is in andere gevallen ook gebeurd, dat
wij dan moeten zeggen als Soest 2002, 'wir haben es nicht gewusst'Want wat gebeurt er nu. en nu
kom ik bij de kern van de zaak, waarom ik geïrriteerd ben, ik heb een antwoord gekregen. Want wat
lees ik? De stukken, de overeenkomsten zijn opnieuw ter inzage gelegd. Dank u wel. Maar die
overeenkomsten, voorzitter, als de wethouder het op prijs stelt, die ken ik onderhand uit mijn hoofd en
die wil ik desnoods woordelijk citeren. Maar dat zijn niet de antwoorden die ik wil. Wij als fractie van
Soest 2002 willen gaandeweg, continu, zo vaak wij dat vragen, op de hoogte gesteld worden van hoe
gaat het nu, wat heeft het tot nu toe gekost. Ik kan al die vragen weer gaan stellen. Ik doe het niet. Ik
zeg tenslotte, voorzitter, ik wil er ook geen commentaar op. De wethouder hoeft er ook niet op te
antwoorden, want wij zullen dat op termijn heel uitgebreid schriftelijk gaan doen. In detail zullen wij
die vragen gaan stellen. Wellicht krijgen we dan wel het antwoord. Maar wij willen op de hoogte
blijven en het is ons recht als raadsleden. Dank u wel.
Heer ROEST (D66): Mag ik er even iets op zeggen? Inderdaad komt het onderwerp weer aan de orde.
Die vragen die u stelt kunnen niet in zo'n zitting uitvoerig behandeld worden. Ik geef u in overweging
om gewoon van uw recht als raadslid gebruik te maken om vragen te stellen, of 38 of 40. Ik heb
toevallig vandaag weer vragen gesteld. Daar kan je precies de vragen stellen die jij belangrijk vindt, en
dan kan er ook genuanceerd door het college op worden ingegaan. Dat wil ik u echt aanbevelen. Dan
hoeven we dus niet die standaardantwoorden. Want dat is onmogelijk tijdens een vergadering.
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Voorzitter, hier is iets essentieels aan de orde. Als een
raadsfractie, of het nou een belangrijke zaak is of niet, informatie vraagt, actuele informatie, en het
enige dat je krijgt als antwoord een contract van circa twee jaar of misschien nog iets ouder, dan heeft
de wethouder gefaald. En dat is minachting, juist omdat dit onderwerp zo vaak aan de orde geweest is.
Wij denken dat we als raadsfractie, als je een actueel overzicht van grondtransacties, van opbrengsten,
van investeringen vraagt, dan moet hij zeggen: je krijgt het niet, maar dan moet je je niet voor
kwajongen gebruiken door te zeggen: ik heb het contract van twee jaar geleden. Of begrijpt hij niet
wat actuele informatie is?
Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Voorzitter, ik maak nog even mijn verhaal af ten aanzien van de
jaarrekening. Dan reageer ik nu even alleen op mevrouw Koomen. U zegt: u kunt alle informatie
krijgen. Ik vind het volstrekt onjuist, en het is ook niet de taak dat een raadslid als mol door het
gemeentehuis moet gaan kruipen om alle informatie te vergaren. Ik wil gewoon antwoord krijgen op
vragen. Dat is één.
Mevrouw KOOMEN (GGS): Hoe bedoelt u dat, meneer Koelewijn?
Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Als een mol. Dat ik overal informatie moet weg gaan halen. Een
mol, weet u wel, die kruipt onder de grond door.
Mevrouw KOOMEN (GGS): Maar daar is toch niets vreemds aan? Er is openheid van bestuur. Wij
kunnen daar allemaal onze vragen stellen. We kunnen bij de wethouder binnenlopen. Ik snap niet dat u
dat kwalificeert als een mol door het gemeentehuis.