Raadsvergadering 24 juni 2004
Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Ik heb alleen even een vraag aan de heer Roest. Bedoelt u daarmee
dat overal waar sportaccommodaties zijn en scholen staan, dat daar ook woningen gebouwd mogen
worden, bedoelt u dat?
Heer ROEST (D66): Heel concreet heb ik u destijds bij de discussie over uw eerste voorstel voor
goedkope woningen voor jongeren aangegeven, dat ik niet buiten de contour wil, maar dat ik graag wil
kijken of zo'n plan als u heeft gesuggereerd haalbaar was in bijvoorbeeld het Smitsveen. Daar staan
twee hele lage scholen. Er komt nu een nieuwe, de Egelantier komt erbij, maar er staan daar twee
scholen die twee hele lage gebouwtjes zijn, die.een enorme ruimte in beslag nemen. Dan zou je
kunnen denken: we zetten daar op termijn, maar regeren is vooruitzien, een effectief gebouw neer en
we spelen daar ruimte vrij voor bijvoorbeeld jongerenhuisvesting. En dat komt ook ten goede aan onze
volkshuisvestelijke doelen, want wij willen die wijken een gemengde samenstelling geven, die zich
dan ook weer weerspiegelt in de scholen. Dus alles hangt met alles samen. Vandaar dat ik daar
gewoon een onderzoek voor wil hebben.
Mevrouw MANN (GL): Voorzitter, ik vind het wel een sympathieke motie. Maar u vraagt een
onderzoek, en onderzoek is altijd goed. Ik heb alleen wel bij die gedachte bij het clusteren van scholen
een beetje het gevoel dat daar een soort dirigisme achter zit waar ik ook tegelijkertijd een beetje
huiverig bij ben omdat het natuurlijk gaat om inhoudelijk iets dat ook met onderwijs te maken heeft en
dat heb je hetzelfde bij de sportverenigingen. Maar u hebt gelijk: regeren is vooruitzien en een
onderzoek is nooit verkeerd. Op zichzelf kunnen wij deze motie wel ondersteunen.
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Voorzitter, wij vragen ons bij deze motie natuurlijk wel af, hoe
sympathiek hij ook is, gebeurt dat door een extern bureau, hoe ziet de heer Roest dit, of kun je vrij snel
binnen het ambtelijke apparaat een inventarisatie maken en dat voorleggen? Want u noemde als
randvoorwaarde dat er ook besparingen gerealiseerd moeten kunnen worden, want anders is het wel
vooruitzien als zijnde aan het regeren, maar als je verwachtingen wekt bij de bevolking, want
scholenclustering, we hebben ook al gehoord, dan moetje weer met bussen als scholen te dicht bij
elkaar zitten, naar een sporthal toe en dergelijke. In dat kader is er ook wel eens over clustering
gesproken. Er moet een wezenlijke grond ook zijn om te zeggen: het levert een besparing op. Want als
het geld gaat kosten, dan maken we mensen blij met een dooie mus. Want ze weten allemaal dat die
ruimte er nu niet is.
Heer ROEST (D66): Mag ik daar een toelichting op geven, voorzitter? De gevoeligheden van Soest
2002 kennende had ik eigenlijk in de motie moeten zeggen: een onderzoek in eigen beheer. Maar ik
wil met nadruk beklemtonen dat ik op termijn zie dat er voordelen aan zitten. Want op het ogenblik
bouwen we aan scholen allemaal puisten in Soest. Er is voor 10 miljoen in de laatste vier jaar
verspijkerd aan gebouwen, dat heb ik nagegaan bij de afdeling. Daar zit weliswaar Griftland ook bij
hoor, maar 10 miljoen is daar verspijkerd. Dat is geen goede optie. Als we nou ruimte kunnen
vrijmaken en efficiënte gebouwen, dan gaat het goed. Zo meteen is er een school die niet zo goed gaat,
ruimte over. Daar hebben we een school die moet uitbouwen, de Postiljon bijvoorbeeld zo meteen, die
moet er een puist aan gaan bouwen. Die kunnen verder niet. Dan ben je niet goed bezig. Dan kun je
beter een gebouw hebben waar je in het gebouw kunt variëren. En wat heel belangrijk is, richting
mevrouw Mann, is wel datje de partners overtuigt dat samenwerking ook onderlinge voordelen heeft,
gezamenlijke ruimtes voor computergebruik, etc. etc. Dus ik zie alleen maar kansen en op uw vraag,
geldbesparingsmogelijkheden. En dat onderzoeken we in eigen beheer, want de gemeente weet precies
hoe het met scholen is. Ze hebben directie-overleg, en zien ook de gebouwen. Daar hebben we
helemaal geen externe voor nodig.
Heer VAN BUITEN (CDA): Dank u wel voorzitter. Allereerst moet ik even zeggen dat de Klimop dus
in deze situatie van Soest een goed voorbeeld is waar we mee bezig zijn. En dan wil ik even wijzen op
een punt dat als we het over onderzoek hebben, dat in Baarn men daar twee jaar mee bezig geweest is
naar het onderzoek van clustering. Ook bij de scholen zelf en bij de schoolbesturen gevraagd wat men
met clustering wil. Dus een totaalonderzoek. Ik zou eigenlijk voor willen stellen in dit geval om eens
aan de buurgemeente te vragen wat de ervaringen zijn. Dat bespaart in ieder geval ook al. Dank u.