Raadsvergadering 18 november 2004 Mevrouw VAN HALEN (GGS): Mevrouw Mann, per interruptie, wij vragen niet om een ziekenhuis hoor. Mevrouw MANN (GL): Even voor de duidelijkheid. Ik laat alleen zien, en dat liet de heer Meijers ook heel goed zien op een bepaald moment moet er zuinig met het geld omgegaan worden in Nederland. Dan moeten er gewoon keuzes gemaakt worden, dat doen wij niet, dat doet de landelijke overheid en ik ben erg blij als die landelijke overheid zijn hersens gebruikt en zegt ik heb liever Heer LEMMEN (PvdA): Mag ik even interrumperen. U vindt het wel uitstekend wat deze regering allemaal voor u doet? Mevrouw MANN (GL): Dat algehele onbehagen slaat altijd goed aan, maar als ik positief kan zijn, dan wil ik dat ook graag zijn en dan zeg ik: alsjeblieft, als de mensen in Den Haag allemaal onmogelijke dingen willen gaan doen en onmogelijke keuzes gaan maken, 100 kleine ziekenhuisjes, want we zijn allemaal zo blij, dan denk ik dat dat helemaal niet de goede keuze is. Dus dat wil ik toch wel graag onderstrepen. Heer ROEST (D66): Voorzitter, een jarenlange manier van steeds meer het ziekenhuis uitkleden dat zit mij behoorlijk dwars. Ik heb dat proces tijdens mijn raadsperiode kunnen volgen. De keuze voor groot gaat niet altijd vanzelf, mevrouw Mann. In het onderwijs waren ze er in landelijk Den Haag ook van overtuigd dat alles groot moest. En men is er achter gekomen door allerlei ellende dat het kleiner moet. Natuurlijk is het zo datje voor de speciale medische voorzieningen naar een groot ziekenhuis moet. Maar de keuze daarvoor is niet vanzelfsprekend voor mij. Voor steeds meer techniek op weinig plaatsen en minder zorg op meerdere plaatsen. Voor mij een punt. Ik wil het eigenlijk, voorzitter, toespitsen op die beperkte ambitie die er eigenlijk over was gebleven. Op, dat is nog maar een jaar geleden, vorig jaar 26 augustus heeft het ziekenhuis een aanscherping gedaan met locatieprofielen en toen is er iets uitgekomen van een zorg tussen die le lijnszorg en die specialistische zorg in. Dat was een redelijke oplossing. 24-uurszorg was voor die tijd, dat hebben we hier in de raad allemaal meegemaakt, al weer exit. Ik heb daar grote bezwaren tegen gehad. Want dat geeft een bijzonder groot onveiligheidsgevoel naar inwoners toe en het houdt geen rekening met ouderen, mensen die zorg behoeven en mensen die alleen staan, want die moeten naar zo'n ziekenhuis toe. Ik heb zelf nu meegemaakt dat dat een hele moeilijke toestand is om dat met het openbaar vervoer te doen. Ik ben enorm blij dat ik dat met een auto kan doen, maar voor vele mensen is dat een groot probleem. En om voor al die kleine zorgjes ook weer naar Amersfoort te gaan, mevrouw Mann, dat vind ik een verschrikkelijke zaak. Dus ik wens vast te houden aan die kleine ambitie en ik ben, voorzitter, benieuwd naar niet alleen dat overleg, maar wat dat ziekenhuis nou in werkelijkheid heeft gedaan om die beperkte ambitie voor Soest overeind te houden. En wat dat betreft ben ik heel erg wantrouwend, want in het hele proces dat we van begin af aan hebben meegemaakt is het ziekenhuis, ik herinner u aan de heer Van de Brink, toen interim-manager, altijd bezig geweest met de boot afhouden en heeft eigenlijk alleen maar financiële motieven gehanteerd, en het waren niet de belangen van Soest. Dus ik ben vooral geïnteresseerd in hoe die uitgeklede ambitie wordt overeind gehouden en daar wil ik de burgemeester toe oproepen om daar ook met klem aan vast te houden. VOORZITTER: Anderen nog van de zijde van de raad? Als het nou even gaat, terug in de tijd, de tijd terugdraaien kan niet. En ik denk dan ook terecht dat is een beetje het realisme, of de invalshoek zoals zowel de heer Roest als de heer Van den Pol hem aangeeft, dat als je teruggaat in de tijd moet het ijkpunt zijn gewoon de afspraak, dat was inmiddels wel de derde variant, de afspraak die een jaar geleden is gemaakt. U krijgt van mijn kant geen uitvoerige analyse meer van hoe dat verlopen is de afgelopen twaalf maanden, want dat heeft de heer Meijers hier geschetst in de commissie. En dan verwijs ik gewoon naar het commissieverslag, alleen in het overleg dat gepland is en waaraan gewerkt is tot nu toe en ook voorbereid is, zal de benaderingswijze zijn te toetsen op de houdbaarheid en de degelijkheid van de analyse omdat de uitkomst niet alleen een koude douche was, maar die is in feite onverteerbaar. Dat is mijn benadering geweest als portefeuillehouder. Maar tegelijkertijd, en dat moet ik gewoon zeggen omdat ik al drie keer op pad ben gegaan met steun van de raad, ik wil niet met een wagen vol verwachtingen als het ware op pad gaan, maar wel de zaken toetsen zoals ze die derde keer

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2004 | | pagina 308