-8-
aaar
it,
hten
let
mee,
ar de
dus
)als
an
ok de
en
len
n\\ of
n
asies
telt
bij
'ij
gesteld
1, want
naar
aat
ers,
is het
ie
ima.
;n gaat
onder
Raadsvergadering 22 april 2004 - 9 -
Heer VAN DER TORRE (VVD): Voorzitter, ook bij interruptie. In de verordening is de mogelijkheid
open gelaten om het te verlengen tot zes jaar.
Mevrouw MANN (GL): Een beetje verversing op zijn tijd. meneer Roest, lijkt me ook wel aardig. En
als ze daar voor zes jaar zitten, en het bevalt je eigenlijk niet zo goed, dan is het ook weer moeilijker
om te zeggen: we gaan het wat korter doen, en dan is het misschien zelfs makkelijker om lopende weg
de periode te verlengen.
Heer ROEST (D66): Toch even dan eigenwijs, voorzitter, wie beslist over die verlenging van drie tot
zes jaar?
Mevrouw MANN (GL): Ik denk ook de raad.
Heer ROEST (D66): Dat is precies de essentie van mijn betoog.
Mevrouw MANN (GL): Nou ja, goed. Ik hou het toch even bij driejaar. De commissie, daar had u het
over, zou ook één keer een onderwerp zelf moeten kunnen kiezen. Daar zijn we het van harte mee
eens. En ja, toen kwamen de eindconclusies, dat werd even ingebracht door Soest 2002. Ik ben het
roerend met Soest 2002 eens dat de eindconclusie moet zijn aan de commissie en de raad bepaalt dan
zelf wel, en dan mogen we hopen dat ze er heel veel mee gaan doen,
Mevrouw KOOMEN (GGS): Voorzitter, mag ik daar even op interrumperen. Het is de bedoeling dat
je als raad wat met de eindrapportage gaat doen. Dus dan is het heel logisch dat je het ook vast gaat
stellen. Het is de bedoeling datje er ook wat mee gaat doen, met de uitkomsten van de Rekenkamer.
Mevrouw HUBERTS (VVD): Even per interruptie. Zou u dan toch niet gaan voor het VVD-voorstel
waarin betrokken raadsleden zorgen dat het hele verhaal van de Rekenkamer gewoon goed in de raad
ingebed wordt en daardoor dus ook een uitvoering kan krijgen?
Mevrouw KOOMEN (GGS): Neen, want wij pleiten voor onafhankelijkheid.
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Per interruptie voorzitter, als u pleit voor die onafhankelijkheid
moet u natuurlijk niet de uitkomsten kunnen bewerken. Dat is strijdig.
Mevrouw KOOMEN (GGS): Dat staat er niet. Er staat dat we ze moeten vaststellen en vaststellen is
iets anders dan nog een keer gaan bewerken. Dus je moet er niet over gaan praten verder, je moet ze
vaststellen. Het is gewoon een feit.
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Dan is er dus geen eindconclusie van de algemene Rekenkamer
als u ze niet goedkeurt.
Mevrouw KOOMEN (GGS): U geeft als raad dan de steun aan de Rekenkamer, en dat is de bedoeling.
VOORZITTER: Oké, voldoende discussie op dit punt. Ik ga terug naar mevrouw Mann. Het
ongestoorde betoog is u niet gegund blijkbaar, maar hebt u uw opmerkingen kunnen maken?
Mevrouw MANN (GL): Ja, ik heb eigenlijk helemaal geen pikante opmerkingen gemaakt, maar toch
nog zoveel interruptie. Ik ben klaar voorzitter.
Heer VAN VUUREN (CU/SGP): Voorzitter, ik dacht heel kort te kunnen zijn. We hebben dit voorstel
heel uitvoerig behandeld. Ik ben er voorstander van dat we een gemengde samenstelling van de
Rekenkamerfunctie hebben, dus bestaande uit vijf leden, drie buitenstaanders en twee raadsleden. Het
budget is ook akkoord. Er wordt alleen op dit moment nogal uitvoerig ingegaan op de
onafhankelijkheid van de raadsleden. Ik dacht daar wat over na, en ik denk: we zijn allemaal als we