Raadsvergadering 22 april 2004 zaken moeten behandelen in de raad, bezig in een proces. Je probeertje voor te bereiden over waar gaat het nou precies over. Je probeertje daar een oordeel over te vormen. Je neemt een besluit. En je evalueert dat achteraf. Soms komt het voor datje een voorstel in de gemeenteraad krijgt dat tamelijk uitgewerkt er uitziet en waar geen enkele voorbereiding heeft plaatsgevonden, maar dat is geen regel. Wat ik daarmee wil zeggen is datje als raadslid in de dagelijkse praktijk van het raadslid zijn al ontzettend veel moeite doet om te proberen er precies achter te komen wat er nou eigenlijk speelt, wat zijn de achtergronden van dit onderwerp, hoe kan ik daar de burger mee dienen, hoe kan ik daar de gemeenteleden van Soest mee dienen, dan probeer je, zeker in de beginfase daar behoorlijk onafhankelijk in te zijn. En pas later ga je je afvragen: wat is mijn oordeel vanuit mijn invalshoek. Het deelnemen in een Rekenkamerfunctie is vooral het evaluatieproces van de raad, van besluiten die in de raad genomen zijn en op een bepaalde manier uitgevoerd door of namens deze gemeenteraad en zo'n Rekenkamer gaat dat onderzoeken, probeert dat objectief te doen op basis van feitelijke gegevens, trekt daar conclusies uit, legt dat als een conclusie neer in de raad en die moet daar dan helemaal datzelfde voorbereidingsbesluit waar gaat het nou precies over, wat is mijn oordeel daarover, welke conclusie trek ik eruit voor besluit en dan kunnen weer nieuwe evaluaties uit treden. Ik kan me dan ook helemaal niet aan de indruk onttrekken datje daarin als deelnemer in zo'n Rekenkamerfunctie behoorlijk onafhankelijk te werk kunt gaan, omdat je namelijk in een bepaalde fase van dat hele besluitvormingsproces bezig bent. Een fase die je los daarvan buiten de Rekenkamer ook zoveel mogelijk probeert te doen om goede informatie te verzamelen. Ik vind het dus winst als raadsleden deelnemen in de Rekenkamerfunctie. Dank u wel voorzitter. VOORZITTER: Dank u wel. Daarmee hebben we de eerste termijn afgerond. Mevrouw Van Roomen had een vraag gesteld aan de andere fracties. Ik denk dat die in voldoende mate beantwoord is. Misschien, als ik even een paar kanttekeningen mag maken, u deed ook een suggestie over het budget vacatiegeld en budget onderzoeksgeld om daar enige uitwisselbaarheid tussen die beide budgetten aan de commissie te laten. Ik zou dat eigenlijk willen ontraden, omdat de mensen anders daarmee invloed hebben op eigen inkomstenvorming. Heer VAN DER TORRE (VVD): Voorzitter, bij interruptie, sorry dat ik uw relaas onderbreek, maar volgens mij is dat wel min of meer in de verordening opgenomen. Want zij gaan zelf een soort huishoudelijk reglement vaststellen. Ze moeten zich alleen houden aan het totaalbudget. VOORZITTER: Het kan niet zo zijn, even een formeel punt, dat de keuze van het verrichten van het onderzoek mede bepaald wordt door de inkomsten die worden verworven. Dus zij mogen daar wel een opvatting over hebben, maar zo kan het nooit formeel vertaald worden. Zo hebt u het denk ik ook niet bedoeld. Mevrouw VAN ROOMEN (CDA): Zo heb ik het verkeerd verwoord. VOORZITTER: Ik spreek het even zo scherp uit, want anders is het niet goed. Ik proef bij de hele raad dat u zegt: ze moeten het doen met dit vacatiegeld, twee keer 2.500,- voor de gewone leden en ietsje meer voor het andere lid. Dat zijn wel bedragen waar een oordeel over ligt vanuit de Stichting de Lokale Rekenkamer. Dat is ook bij anderen in de buurt gebruikelijk. Mochten het nou belemmerende bedragen zijn bij de werving dan zou je altijd kunnen zeggen: dan moeten we er nog eens een keer over praten. Maar ik proef eigenlijk bij niemand in de raad daar nog verder discussie over. Dus ik expliciteer even het discussiepuntje. Mevrouw VAN ROOMEN (CDA): Ik heb wel grote twijfels of je kwaliteit kunt krijgen voor dat bedrag. Dat heb ik aangegeven. Maar goed, ais de anderen daar anders over denken. Ik denk met datje voor dit bedrag kwalitatieve mensen kunt krijgen. Dan wordt het een vrijwilligersbaantje. Ik denk niet dat we daar naar toe moeten. VOORZITTER: Oké, maar dan kunt u in tweede termijn daarop terug komen. Ik geef het even een kanttekening mee, omdat het nog een klem beetje discussie opriep. Dus even uw vraag en daarna de

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2004 | | pagina 85