Purol bij Ruwe en Springende Handen. Doos 30 et.
lis ssnsering
talles hz. eez.
Stormschade
Voorde Feestdagen
lilVm SIM! PSÉ.
iiiiiiiirtii r. iu
Uitgave: G. J. SMIT, Soestdijk. Bureau: Van Weedstraat j35, Telefoon 2181
DE EERSTE GOOISCHE
HULPBANK
Kerstkransen
BHERIJ C. J. II. L L00
Het Kerstfeest van
den duivel
D. F. VOIGT
Kerstmis-etalages
Willem Reith
VERZEKERT U tegen
Steenhofstraat 5, Telef. 2045
6® Jaargang No. 60
Geeontrolearde oplaag te samen 6600 exemplaren.
Vrijdag 16 Deoember 1067
SOESIR HIEUWM
Redactie-Adres te Soest: Van Weedestraat 11 - Soestdijk - Telefoon 2068
Adres te SoesterbergRademakerstraat 15.
Advertenties voor elk der bladen van 1-5 regels f 1.00. Elke regel meer f 0.20
Bijkantoor te Baarn: VAN DE VEN's Boekhandel, Nieuwstraat 29, Tel. 139.
De Christelijke bladen het „Soester Nieuwsblad" en „De Baarnsche Koerier"
worden bezorgd te Baarn. Soest, Soestdijk, Soesterberg, Soest-
duinen en Lage en Hooge Vuursche.
ONZE RIJMKRONIEK
Bijdrag<o. oict grooter dxo 43 co niet kleiner dan 30 regels, o
voor deic rubriek worden Ingezonden. Bi) opname vergoeden wij
actueele (niet plaatselijke) gedichten f 2.50 en voor bijdragen
plaatselijken aard f 1.50.
NA DE MOTOR- EN RIJWIELWET
(Ingezonden.)
In het kleine Nederlandje
Doet thans iedereen aan sport.
Maar door heel die racers-manie
Wordt 't menschenleven steeds bekort.
Holland's wegen smal en glib'rig
Kunnen niet bergen. groot verkeer,
Daar de auto's, motorfietsen
't Onveilig maken, meer en meer.
Het gedoofde lichtenstelsel
Werd getreden met den voet.
Wat tot slotsom zooveel jaren
Dikwijls kostte menschenbloed.
's Lands regeering bracht thans uitkomst,
Stelde veiligheid in zicht
Ten behoeve van de fietsers
Door 't verplicht rood-achterlicht.
Omdat Nederland's regeering
Nooit geen halve wetten stelt,
Maakte zij haar rijwielwet zóó
Dat al wat rijdt werd meegeteld.
Ja het rijtuig en den gierbak,
Zelfs de handkar en de brik,
Zijn nu veilig in het donker
Door 't verlicht rood-achterlicht.
Ziet, maar nu een vraag mijnheeren,
Waarom nu niet ingesteld,
Dat ook krui- en kinderwagen,
Bij deez' wet werd meegeteld?
Is het leven van den kruier
Al is 't dan Jan-boezeroen
Dan niets waard voor de gemeenschap,
Is daar nu niets aan te doen?
En dan nog die huw'lijks-auto,
Is dat geen factor van gewicht?
Weet, dat in dien vier-wiel'gen wagen
Hoop van heel 't vaderland ligt.
Wie weet wat nog kan gebeuren,
Och, 't is toch maar voor de gijn,
Dat de krui- en kinderwagens
Prijken met onveilig sein.
Hulde Neerland's senatoren
Voor uw doorzicht en beleid,
Met die roode reflectoren
Redt gij 't land van narigheid.
Hulde werkers, nijv're zwoegers,
Neemt den dank van groot en klein,
Want zij allen zijn in 't donker
Veilig met onveilig sein.
J. v. H.
VAARTWEG 41
HILVERSUM
VERSCHAFT CREDIETEN
OP GEMAKKELIJKE
VOORWAARDEN
oeopend alle werkdagen
VAN 10—1 UUR EN MAANDAG-,
WOENSDAG- EN ZATERDAG
AVOND VAN 7—8 UUR.
OVER BEVOLKING EN OVERBEVOLKING
In meer dan één blad of periodiek, maar
meer toch nog in werken over economie
enz. wordt gehandeld over het vraagstuk
der bevolking en der „overbevolking".
En zooals wij al in onze artikelen over
de landarbeiderswet schreven, dat overbe
volking en werkloosheid ten nauwste met
elkaar in verband staan, kunnen we niet an
ders, dan dit thans hier herhalen.
Heel vaak wordt over „overbevolking" ge
sproken als iets ergs. En zeker, als men 't
zoo los van z'n oorzaken beziet en alzoo,
geen rekening houdt met de historie, kan
dat inderdaad ons beangstigen.
Maar het is toch een opmerkelijk ver
schijnsel, dat men die vrees meestal enkel
aantreft bij hen, welke met God en Zijn
Woord gebroken hebben, of, er althans on
verschillig tegenover staan.
Aan den anderen kant is er voor de be
lijders des Heeren, geen enkele reden, over
bevolking als iets vreeselijks te bezien, wan\
wie z'n Bijbel eenigszins kent, weet, dat
God de Heere al in het Paradijs gezegd
heeft: „Weest vruchtbaar en vermenigvul
digt en vervult de aarde en onderwerpt ze";
Met dit woord, wordt in het kort, maar
niettemin zeer duidelijk, de taak van de
menschheid aangegeven.
En waar men nu dat woord opvolgt, komt
zegen en geluk op dien arbeid en waar men
het tegenstaat, verwaarloost of negeert,
heerscht onvrede en tegenspoed m'et'al de
problemen van werkloosheid en ontevreden
heid, met een maatschappij, welke voor
menschen geen brood heeft.
Dan kweekt men als 't ware de ontevre
denen en men is oorzaak, dat een deel der
bevolking een noodlijdend bestaan heeft en
absoluut demoraliseert, omdat het geen
broodgevend bestaan vinden kan en aange
wezen is op de publieke of kerkelijke liefda
digheid.
Daardoor gaat ons volksleven in z'n ge
heel achteruit. We worden zoodoende straks
een volk van Jan Salie's. Al de fut gaat er
uit, want men vergete niet, dat de gelden
welke uit de publieke of particuliere liefda
digheid komen, ook eerst verdiend moeten
wo'acriT L»ai met harnë 'dé géiden betaald'
als uitkeering door de overheid als steun bij
werkloosheid, of als uitkeering van Armen
zorg, eerst door de burgerij als belasting
moet worden opgebracht.
En indien alleen daarvoor belasting moet
worden opgebracht, zou het nog zoo erg
niet zijn, maar de belastingen in ons land
hebben een schitterende hoogte bereikt.
Zoodra nu de belastingen boven een ze
kere percentage uitkomen, zullen de belas-
ting-plichtigen gaan redeneeren, dat zij zoo
veel aan belasting moeten opbrengen, dat
het voor het overschot niet de moeite waard
is, er zoo hard voor te werken, 't Wordt
dan een kringloop, de betalers worden min
der en die overschieten moeten steeds meer
gaan betalen. Gevolg: algemeene demorali
satie en een wegzinken in pauperisme.
Nog al te veel wordt er gedacht, dat de
permanente werkloosheid een uitvloeisel is
van de malaise, een crisis-verschijnsel dus.
Maar er zijn vele aanwijzingen, die er op
wijzen, dat de werkloosheid een gevolg is
van het snellere aanwassen der bevolking, dan
het productief maken van den grond, om
voor die bevolkingsaanwas voedsel voort te
brengen.
De statistieken leeren ons, dat de bevolking
van Nederland op 31 Dec. 1920 bedroeg
6.926.314 zielen en op 31 Dec. 1926 was
dit cijfer gestegen tot 7.526.606 zielen. In
zes jaren dus 599.783 of rond 100.000 men-
schen ieder jaar ipeer.
Voor die 100.000 menschen, welke er
ieder jaar in ons land bijkomen, moet na
tuurlijk voedsel, kleeding en arbeid zijn.
De vrijzinnigen van alle gading, uitzonde
ringen daargelaten, zijn al sinds jaren bezig
met middelen, welke zedelijk-slecht ziijn,
(Nieuw Malthusiaansche praktijken) pogin
gen te doen, om langs dien weg, dit pro
bleem, of deze problemen tot oplossing te
brengen.
Maar elk zedelijk-slecht middel is al bij
voorbaat geoordeeld. Op de aanwending van
zulke middelen kan geen zegen rusten. Dat
kweekt trouwens een geest van vadsigheid
en egoïsme. Men heeft geen initiatief meer
straks.
Om niet te spreken van de geestelijke ver
wording.
We bespreken het hier niet, maar wijzen
het van de hand, omdat het onzedelijk en
goddeloos en daarom on-christelijk is.
Het spreekt wel vanzelf, dat de bodem van
ons land, op den duur, bij lange na niet in
staat zal zijn, om deze wassenden stroom
van menschen te voorzien van de noodige
levensbehoeften als: voedsel, kleeding, wo
ning, verwarming enz.
Daarom zullen er zooveel mogelijk ndjver-
heidsartikelen vervaardigd dienen te worden,
en uitgevoerd, naar andere landen.
Maar aan dien uitvoer zitten ook weer pro
blemen verbonden van beschermende rech
ten enz. enz. 't Is duidelijk, dat we deze din
gen slechts aanstippen, ons bestek laat een
eenigszins uitvoerige behandeling van al die
zaken niet toe.
Verder kunnen we verkeersdiensten voor
andere volken verrichten, bijv. het aanvoeren
van producten van overzee.
D?n hebben we Indië nog, waar jaarlijks
duizenden jongelieden heentrekken als inge
nieurs, juristen, doktoren, bestuursambtena
ren, onderwijzers, kooplieden, employé's voor
cultuur- en andere ondernemingen.
Onze nijverheid voert ook jaarlijks voor
groote bedragen aan producten naar Indië.
M-ed£ ook de dividenden welke rt^r ge
plaatste kapitalen opbrengen, komt aan de
Nederlandsche handelsbalans ten goede.
Daardoor kan ook weer kapitaal worden ge
vormd om andere ondernemingen te finan
cieren enz. 'En niettegenstaande dit alles,
wordt het bevolkingsvraagstuk steeds drin
gender, en het leger werkloozen steeds
grooter.
Die menschen moeten gevoed worden. Ze
ker, dat is onze plicht als mensch.
Wij verheugen er ons in, dat de Raad aan
degenen, welke door de werkverschaffing
worden geholpen, een behoorlijk loon zal
betalen.
Maar we zijn niet blind voor de finantieele
offers, die deze royaliteit van ons vragen zal.
't Is dus zaak, dat de werkverschaffing
plaats hebbe aan productief wérk. Aan werk
wat z'n geld opbrengt.
Een der dingen, welke het beste is voor het
maatschappelijk leven, is de ontginning der
woestei gronden. Dat geeft werk en het ver-
hoogf^de voedsel-productie.
Doo.c het steeds meer nijpende van het
bevolkingsvraagstuk, heeft men ook al lang
geroepen: „Emigreeren".
Best' maar vele landen hebben hun gren
zen rét*is gesloten en wenschen geen vreem
delinge,;. toe te laten zonder controle.
Daar lin die landen wil men eerst voor zich
zelf zoigen, en de grond bewaren voor eigeri
bevolkingsaanwas. Er zijn er zelfs geweest,
die verzekerden, dat „ein frischer, fröhlicher
krieg", 'zoo nu en dan wel eenige redding
kan brengen. Vooral in de jaren, die direct
aan de i grooten oorlog vooraf gingen, kon
men dien toon wel beluisteren.
Maarkeen christen en vele anderen met hem,
wijzen !ook dit af, als goddeloos en on-
menschjilijk. Welke oplossingen zijn er nu
voor d;t probleem? Of liever voor al die
problemen? Z.
gevuld met Amandelen en Kersen
Groote keuze aanhangflguren voor den
Kerstboom, w.o. vele nouveauté's
Zie etalage Zie etalage
8ELEEFD AANBEVELEND,
Soestertjsrgschestraat 8 G, Telef. 2009
RAADSVERSLAG
door LENY BOELENS
(Slot.)
Drogist. Gediplomeerd Opticien,
BURGEM. GROTHESTRAAT 28 - Soestdijk
Brillenslijperij.
Eerste Soester Electr.
GROOTE SORTEERING FOTO-ARTIKELEN
De rJad onzer gemeente kwam j.1. Dins
dagavond in openbare vergadering bijeen.
Hoewel het uur van aanvang was vastge
steld op half 8, werden de deuren voor
openbare behandeling eerst te half 0 ge
opend, nadat de raad ongeveer anderhalf uur
in geheim was geweest.
Alle leden waren aanwezig.
Na opening door den voorzitter komen
de verschillende agenda-punten in behande
ling.
1. Vaststelling van de notulen der verga
dering dd. 2 November j.1.
Betreffende dit punt merkt de heer Busch
op, dat hij zijn motie inzake de stichting
der chr. school niet heeft ingetrokken, zoo
als in de notulen is vermeld. Spr. heeft voor
gesteld dit punt van de agenda af te voeren.
2. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot het aangaan van kasgeldleeningen
in 1928 en vaststelling van de uit deze voor
dracht voortvloeiende besluiten.
Zonder hoofdelijke stemming
keurd.
3. Vaststelling van besluiten tot wijziging
der gemeente-begrooting 1927.
Besluiten zonder eenige bespreking vast
gesteld.
Hierbij wordt aan B. en W. machtiging
Een vreemde ontroering kwam over den
Wilgenboer, toen hij Rina's woorden hoorde,
en de gedachte, dat ze niet langer zijn wil
zou dwarsboomen, stemde hem aanmerke
lijk zachter.
„Klaas is vanavond veel beter gewor
den", zei hij.
„Dank je wel Wilgenboer" kwam
als een zucht van de plek waar Rina stond.
„Dan zal ik nu heengaan, dat is al wat
ik weten wilde".
Maar de Wilgenboer had de stallantaarn
weer opgehangen. „Kom mee", zei hij tot
Rina en willig volgde ze hem naar de war
me huiskamer.
„Droog eerst maar wat", zei de
Wilgenboer", terwijl hij naar de groote leun
stoel wees, waarin hijzelf gezeten had. Ver
wonderd en zwijgend ging Rina op zijn
plaats bij de kachel zitten, terwijl de oude
Klaas een andere stoel bij den tafel trok en
de uitgelezen krant naar zich toehaalde. En
terwijl hij daar, zonder iets te lezen op de
letters van de krant zat te turen, begon hij
langzaam iets te begrijpen van de wonder
lijke ontroering, die hem bij Rina's woorden
bevangen had en die hem de harde dingen,
die hij anders zeker gezegd zou hebben, had
doen vergeten; inplaats daarvan Rina zelfs
- hier had binnengehaald om zich eerst wat te
warmen en te drogen. Zij zou niet meer met
Klaas omgaan, had ze gezegd. Dus hij zou
z'n zin hebben. Klaas zou zich op den duur
met een ander moeten troosten. Een, die
wat meebracht op den trouwdag en de Wil
genhoef zou een glorie worden.
Vreemd; hier tegenover dat bleeke gezicht
je met de verwarde, natte haren erlangs,
voelde hij zijn vreugde over den Wilgen'
hoef als een glorie van de streek, lang niet
zoo hevig als anders. En toch was de Wil-
genhoef een deel van zijn leven, zooals
Klaas een deel van haar leven was, begreep
hij opeens. En dat gaf ze nu prijs, waarom?
Ja, waarom eigenlijk? Hij tuurde op de
kleine, zwarte krantenletters, dat zijn oogen
ervan begonnen te steken en hij zocht naar
woorden om het haar te vragen.
„Jullie rogge is dit jaar mislukt hè?"
zei hij toen.
„Ja"- antwoordde Rina zacht.
„En jullie hebben twee koeien ver
kocht", hernam de Wilgenboer weer.
„Ja", zuchtte Rina.
„Waarom wil je Klaas nu laten loo-
pen?" vroeg hij toen ineens.
Het tengere figuurtje in de groote leun
stoel richtte zich bij deze woorden ineens
op. „Omdat hij dan misschien geluk
kiger is", zei ze, terwijl haar handen ze
nuwachtig de stoelleuningen vastgrepen.
„Het deed mij altijd verdriet, als ik zag, hoe
Klaas er toch onder leed, dat hij zich tegen
uw Wil verzette; maar ik kon hem daar
voor niet opgeven. Nu nu hij opeens zoo
hard ziek werd, wist ik, dat ik alles zou
willen opofferen, als hij maar beter en ge
lukkiger werd. U zult me misschien niet
begrijpen Wilgenboer, maar als je van
iemand houdt niet maar zoo'n beetje
spelenderwijs maar werkelijk houdt, dan
kun je voor zoo iemand alles doen en alles
offeren, dan kun je jezelf vergeten om hem
gelukkig te maken".
Het bleeke gezichtje in de leunstoel had
onder het spreken een vurige blos gekregen.
De woorden waren hortend en stootend ge
uit, door innerlijke opwinding en zooveel
begreep de oude Klaas wel, alsdat het ten
gere, blonde meisje daar tegenover hem,
een strijd gestreden had, waarin alleen haar
groote liefde voor zijn jongen haar had
doen overwinnen. Hij kon niet dadelijk ant
woorden; het was alles zoo ongewoon, wat
verleend in voorkomende gevallen onderge
schikte redactie-wijzigingen in besluiten aan
te brengen, de rangschikking en onderbren
ging der posten zoo noodig eenigszins te
wijzigen en besluiten te splitsen.
4. Vaststelling van besluiten tot belegging
van gelden wegens uitloting van obligatiën.
Zonder bespreking vastgesteld.
5. Vaststelling van een lijst van retribu-
tiën van heide- en zandgronden.
De heer Hilhorst wijst er op, dat verschil
lende aanslagen te hoog zijn; een aanslag
als vorigte jaren acht spr. gewenscht.
De heer Van Doorne bespreekt hierna nog
met betrekking tot punt 3 der agenda, de
post van f150.uit te keeren aan twee
brandstoffenhandelaren, welke post Ged. Sta
ten niet wenschen goed te keuren.
Spr. wijst er op, dat de raad deze post
met groote meerderheid heeft goedgekeurd,
waarom hij voorstelt bij de Kroon in beroep
te gaan.
De heer Busch stelt voor dit bedrag te
doen betalen door den betrokken ambte
naar, waarop de voorzitter te kennen geeft,
dat het vorige college van B. en W. hiervoor
dan in aanmerking komt, daar dit college de
levering heeft gegund.
De heer De Bruijn merkt op, dat toch'
slechts één leverancier voor schadevergoe-
in aanmerking kan komen, daar de leveran-
cie slechts aan één persoon kan zijn ont
gaan.
De heer Den Bliek kan zich voorstellen,
dat door den vorigen raad dit besluit werd
genomen, doch wenscht niet in beroep te
gaan.
Het voorstel Van Doorne in stemming ge
bracht, wordt verworpen met 103 stem
men. Voor stemden de heeren Van Doorne,
Busch en Dammers.
6. Voorstellen van Burgemeester en Wet
houders naar aanleiding van. eenige ingeko
men verzoeken om subsidie voor 1928.
Deze voorstellen worden door B. en W.
teruggenomen om bij de begrooting te
worden behandeld.
7. Voorstel van B. en W. tot wijziging van
de verordening op het beheer van het gas
bedrijf, alsmede vaststelling van een besluit
regelende de rente van gelden door dat be
drijf in rekening-courant bij de gemeente
gestort.
Zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd.
ZONDAG.
Waar het huwelijk waarachtig is, daar zijn
man en vrouw elkanders toevlucht, elkanders
troost, elkandersgeweten.
P. H. Ritter.
MAANDAG.
Het Leven van een braaf mensch is op
zichzelf de welsprekendste vermaning tot de
deugd en de strengste berisping der ondeugd.
S. Smil-es.
DINSDAG.
Het goud wordt door het vuur, de vrouw
door het goud en de man door de vrouw
beproefd. A. Strindberg.
WOENSDAG.
Waarheid is het fundament van de edelste
vormen van liefde, schoonheid en geluk.
Erikson.
DONDERDAG.
Het geld is een zeer slechte meester, maar
een zeer goede knecht. Bacon.
VRIJDAG.
De plicht fronst slechts zijn wenkbrauwen
zoolang gij hem schuwt; volgt slechts zijn
roepstem en hij lacht u toe. Carmen Sylva.
ZATERDAG.
Karakter wordt juist in de kleine en een
voudigste gebruiken en gewoonten van het
dagelijksch leven gevormd. Dr. W. Foerster.
Prachtige geschenken
Lage prijzen
LAANSTRAAT 48, BAARN - TELEF. 79
winterhanden-wintervoeten
schrale lippen-ruwe huid
■verzacht en geneest-
8. Voordracht van B. en W. tot handha
ving van hun Voorstei tot heffing van 65
opcenten op de hoofdsom der Personeele
Belasting, ingaande 1 Januari 1928.
Ook dit voorstel wordt door B. en W.
terug genomen.
9. Verzoek van den heer J. Groenhuijse
om ontslag als gemeente-accountant, en
voorstel van B. en W. tot voorziening in
den controledienst.
De heer De Bruijn vraagt of bedoelde con
trole niet beter kan worden opgedragen aan
een accountant in de omgeving, waarop de
voorz. er op wijst, dat juist dit bureau voor
controle der gemeente-administratie's het
aangewezen lichaam is. Particuliere accoun
tants zijn niet zoo goed bekend in den dool-
ze gezegd had, zoo heel anders dan hij had
verwacht. Alles zou ze willen opofferen, als
de jonge Klaas er maar beter en gelukkiger
door werd. Zou de jonge Klaas er geluk
kiger door worden, als hij de rijkste boer
uit de streek zou zijn, maar Rina niet meer
had? Vreemd, daar had hij vroeger nooit
over gedacht. Hijzelf had den Wilgenhoef
vooruit willen hebben, omdat de Wilgen-
hoef, de eenige illusie was, die hem in het
leven was overgebleven. Hij had er zich
nooit ingedacht, dat de jonge Klaas nog an
dere illusies kon hebben, die hem zeker
zooveel waard waren, als de zijne.
Hij had er zich alleen maar aan geërgerd, dat
zijn wil gedwarsboomd werd. Ook hij had
gevoeld, in de uren, dat hij in hoop en
vreeze bij Klaas' bed gezeten had, hoeveel
hij eigenlijk van den jongen hield, maar hij
had er zich verder geen rekenschap van ge
geven. Hoe had Rina dat ook alweer ge
zegd? O ia, als je van iemand houdt, echt
houdt, dan kun je voor zoo iemand alles
doen en alles opofferen, dan kun je jezelf
vergeten om hem gelukkig te maken. Eigen
aardig meisje, die Rina. Schuw keek hij
even naar de leunstoel, waarin ze stil gedo
ken in het vuur zat te staren. De kamer leek
nu lang zoo leeg niet meer, als daarstraks.
Het had iets uit den tijd, toen zijn vrouw
nog 'leefde. Komaan, aan die gedachte wil
de hij niet toegeven. Men een ruk schoof hij
zijn stoel achteruit.
„Ik ben dadelijk terug", zei hij tot
Rina, terwijl hij opstond en de kamer uitging.
Voorzichtig sloop hij naar de kamer,
waar de jonge Klaas lag en opende de be
hoedzaam de deur om hem niet wakker te
maken. Hij wilde nog even naar den jongen
zien. Maar toen hij binnenkwam, lag Klaas
hem al met een moe lachje aan te kijken.
„Gaat het wat beter jong?" vroeg de
Wilgenboer.
„Veel beter", zei Klaas zacht.
„Wou je nog iets hebban?" vraag
da Wilgenboer weer.
„M'n bed ligt zoo akelig", klaagde
K De Wilgenboer trok het kussen wat recht,
haalde een slip van .het laken omhoog en
vroeg toen weer, of het zoo beter was, maar
met een verdrietig gezicht schudde Klaas
van nee, terwijl hij zelf probeerde de de
kens aan de zijkanten wat in te stoppen.
De Wilgenboer zuchtte; een bed opmaken
had hij nog nooit gedaan en zijn handen
stonden er glad verkeerd voor. Hij stopte
de dekens opzij en aan het voeteneind wat
beter tusschen het houten beschot van het
ledikant, maar hij zag wel, dat het niet veel
hielp, dat was vrouwenwerk en hij dacht
aan vrouw 'Van den Bongerd, die dadelijk
zou geweten hebben, wat Klaas noodig had,
maar die hij met harde woorden had weg
gezonden, omdat hij gedacht had aan den
Wilgenhoef en niet aan zijn jongen. Nu zou
ze niet meer komen, tenzij misschien,
als hij het haar vroeg en ze zijn ruwe
woorden vergeten wou. Dan zou hij, de
koppige, trotsche Wilgenboer vergeving
moeten vragen aan vrouw Van den Bon
gerd? Dat nooit kreet het in zijn binnen
ste. Hij stond daar nog altijd aan het voe
teneind van het bed. De jonge Klaas had
even de oogen gesloten gehad. Nu keken
vader en zoon elkaar aan.
„Zoo'n dorst" zei Klaas.
De Wilgenboer haalde een glas water van
den tafel, dat er al den geheelen dag gestaan
had en terwijl hij den jongen Klaas liet
drinken, moest hij er weer aan denken, hoe
vrouw Van den Bongerd misschien iets voor
den jongen zou klaargemaakt hebben, wat
hem zou goeddoen; en het deed hem leed,
dat hij, nu de oorzaak was, dat de jonge
Klaas, niet beter verzorgd werd. Maar
toch
„Vader!" riep Klaas, toen hij het
glas weer op tafel zette.
„Wat is er jongen?" zei de Wilgen
boer,
zich snel omkaerend en naar het bed
„U is zoo goed", zei de zieke moei
lijk sprekend „maar toch ik kan niet
Rina".
„Al wel jongen, maalt je maar niet on
gerust", antwoordde de Wilgenboer, „dat
komt wel in orde". Op dit oogenblik wist
hij, dat hij alles voor den jongen zou kun
nen doen, al moest hij de Wilgenhoeve er
voor afbreken. En even dacht hij aan zijn
droom en herhaalde bij zichzelf: al moest
ik er den Wilgenhoef voor afbreken.
,lk ben zoo moe" zuchtte de jonge
Klaas in het bed weer.
„Ga maar rustig slapen", sprak de Wil
genboer en in een drang om toch voor Klaas
te zorgen, stopte hij de dekens, met on
handige bewegingen, wat in Klaas' rug, die
hem dankbaar toelachte en toen vermoeid
de oogen sloot.
Toen de Wilgenboer weer in de huiskamer
terugkwam, vond hij Rina, bij den tafel
staande, die hem met vragende oogen aan
keek.
„Klaas is goed", zei de Wilgenboer
alleen. Er kwam een blijde trek over het
bleeke gezichtje. „Ik ga nu heen Wilgen
boer", zei Rina dan. „Nu ik weet, dat Klaas
weer beter wordt, zal ik alles wel kunnen
dragen".
„Is je moeder thuis?" vroeg de Wil
genboer.
„Ja thuis", antwoordde Rina onbehol
pen en toen alsof de herinnering aan dezen
kerstavond haar opeens te machtig werd,
stootte ze uit: „Moeder kwam heelemaal
ontdaan thuis, niemand wou, dat ik toen
nog hierheen ging, maar ik moest, niemand
zou me hebben kunnen tegenhouden. Ik
moest enkel maar weten, hoe het met Klaas
was. Wat een kerstmis, wat een kerstmis,
't lijkt het feest van den duivel wel".
Een schok ging door den ouden Klaas, hij
dacht aan den duivel, die hij in zijn afstoo-
I telijk gezicht, die in het kerkportaal de klok
EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG
hof der gemeente-administratie.
Voorstel B. en W. aangenomen.
10. Voorstel van B. en W. tot instelling
van een dienst Openbare Werken en benoe
ming van een Directeur van dien dienst, met
gelijktijdige opheffing van de functie van
Directeur van het Grondbedrijf en gemeen-
te-architect.
De heer Dammers stelt voor dit punt aan
te hemden, welk voorstel, in stemming ge-
brach® wordt verworpen met de stemmen
hcc-ren Dammers, Dooiiuaii, V<n«
Doorne en Koenders voor.
Nu d-e behandeling van het punt doorgaat,
wenschen de heeren Van Doorne en Busch
beide zaken, dit punt betreffende, afzonder
lijk te behandelen, door eerst eventueele sa-
envoeging der beide takken van dienst te
regelen en daarna tot verkiezing van een
directeur over te gaan.
Het eerste gedeelte van dit punt in stem
ming gebracht, wordt aangenomen met 11
stemmen voor; de heeren Van Doorne en
Busch wenschen geacht te worden de zaal
te hebben verlaten.
Het voorstel van B. W. tof aanstelling van
den heer Van Vliet als directeur van pu->
VOOR VILLA'S 10.60 PER MILLE EN IN
BOEDELS 10.30 PER MILLE.
Bij het station Soestdijk
„Kerstfeest, feest van eerzucht,
Kerstfeest, feest van haat",
had de duivel gegrijnsd. Hij kon het zich
nog helder voor den geest halen. De Wil
genboer huiverde even.
- „Zou zezou ze me kunnen ver
geven "enjij ook Rina?" stotterde hij.
Een oogenblik was het doostil in de ka
mer. Met groote verwonderde oogen keek
Rina naar den trotschen Wilgenboer, die nu
met gebogen hoofd voor haar stond. Dan
zei ze ontroerd: ,,'t Is Kerstmis Wilgenboer
en dan moet er overal vrede zijn".
Even later stapte de Wilgenboer naast
Rina het erf af, naar de boerderij van Van
den Bongerd.
gaande.
geluid had.
Den volgenden morgen, toen de klokken
den tweeden Kerstdag inluidden, liep de
Wilgenboer over den smallen landweg naar
het dorp. Het stormachtige, ruwe weer van
den vorigen avond, was geheel voorbij. Over
de velden en op de daken der boerenhof
steden lag een dun helderwit dekkleed van
versch gevallen sneeuw en de lucht was
zwaar en donker, alsof er nog een flink pak
inzat. Het was alles zoo rustig nu, na het
bulderen en loeien van gisteren. Een won
derlijke vrede voelde den Wilgenboer in zich,
zooals hij tevoren nauwelijks gekend had.
Vrouw Van den Bongerd was nu op den
Wilgenhoef en zorgde voor den jongen
Klaas, die in het voorjaar met de blonde
Rina zou trouwen Dan zou de Wilgenhoef
weer een boerin hebben en al bracht ze ook
geen cent mee ten huwelijk, ze had een
paar rappe handen en een gouden hart en
dat was ook wat waard, dacht de oude
Klaas, terwijl hij het hek inliep, dat voor de
kerk stond.
„Kerstfeest feest van ISefde,
Kerstfeest feest van vreê"
hoorde hij zingen, toen hij in het kerk
portaal kwam, maar hij wist, dat dan duival
ttiet aan bat klokke touw trok-