LA PORTE Co. Luxe Auto-verhuur Firma W. E. v. Popta AUTOMOBIELEN Korte Melmweg Officieel Ford-agent Luxe Autoverhuur Telefoon 2282. VEN EMA HARDT'S Uitgave: G. J. SMIT, Soestdijk. Bureau: Van Weedestraat 35, Telefoon 2181 Flora's Afscheid. moering van Incasso - Coupons Prolongatie - Deposito Safe-Deposit Haarden- en Kachelhuis. Willem Reith C. V erschoor, Nieuwstr.57 W. E. van Popta D, F. VOIGT Stichtsche vonnissen tegen Landloopers. KLEERMAKERIJ £owegz: 1 Wisschien verstopping 7e Jaargang Vrijdag 28 fepMmber 1928 No. 39 DE SOESTER COURANT Abonnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soesterberg, 25 cent per 3 maanden. Voor buiten 50 cent per 3 maanden. Bijkantoren: VAN DC VEN*S Boekhandel, Baara en C. J, VAN DAM, Rademakeretr. 15, Socsteiterg ADVERTENTIEPRIJS: van 15 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief. Bij contract belangrijke korting. ONZE RIJMKRONIEK Bijdragen, niet grooler dan 48 en niet kleiner dan 36 regel». mogen voor dexe rubriek worden Ingezonden. Bij opname vergoeden wij voor •ctueele (niet plaatselijke) gedichten 2.S0. (Nadruk verboden.) STERRENLICHT (Ingezonden.) Als ge in late avondstonden naar der sterren schitt'rend licht stil en peinzend d' oogen richt, vragend, wat zij u verkonden is het dan niet, of van veêr, uit een land vol zaligheden, vriend'lijke oogen uit 't Verleden tot U spreken van Weleer? Zoo ook blinkt daar menig' sterre, die uw levenskruis bestraalt, als uw levenszon reeds verre hooptioos vèr, is neergedaald. Schoon zij niet het licht kan geven dat voor U verdwenen is toch kan zij een lichtstraal weven door 't gordijn der duisternis. Toch, waar menschenhand den doren neerlegt op uw levenspad, die thans niet meer, als tevoren, schuil gaat onder 't rozenblad wijst haar lichtstraal, vóór uw schreden, U, hoe gij vermijden kunt dat uw voet, bij 't voorwaarts treden, neerkomt op de dorenpunt. Toch, waar 't Lot het licht gaat dooven, •t Levenspad in 't duister hult, U den schoonsten droom komt rooven die geheel uw ziel vervult dadr komt in uw donk're dalen, als gij 't oog slechts opwaarts richt, ongeacht een sterre stralen, die uw donker pad verlicht. Als g' in 's Levens avondstonden naar het vredig sterrenlicht, stil, ontroostbaar d' oogen richt, balsem zoekend voor uw wonden Schouw, o schouw dan in den nacht van uw donker zieleleven: of geen lichtstraal is gebleven, die uw zielewond verzacht Raadselachtig stergeflonker, dat ons troostend tegenlacht o, gij wekt, doorstralend 't donker, onze ziele uit haar nacht. Eind'loos, eeuwig lichtgewemel, noodt gij tot volmaakte rust? Fonkelende sterrenhemel, ziyi gij met, de blijde kust zijt gij niet, het veil'ge strand van het Oroote Vaderland? Naar de Sterren aan den Hoogen hopend geest en hart gericht. Naar de Sterren heen, uw' oogen - naar de Sterren naar het Licht. BANKIERS BAARN - SOEST - BUSSIJM OFFICIEELE BEKENDMAKINGEN Burgemeester en Wethouders van Soest brengen ter openbare kennis, dat de Zomer tijd zal eindigen den zevenden October a.s. te drie uur in den voormiddag. De klokken zullen dus om 3 uur in den nacht van 6 op 7 October a.s. een uur moe ten worden teruggezet. Burg. en Weth. voornoemd,! De Burgemeester, G. DEKETH. De Secretaris. J. BATENBURG. Arme FloraZij beleeft droeve dagen; want zij ziet één voor één neen, velen in een enkelen, kouden nacht haar kinderen sterven. Zeer velen zijn reeds weggerukt uit hun toch steeds kortstondig bestaan ook de schoonste, de liefste. En weldra, ja -straks reeds, zullen de laatste volgen, die nog aan den killen adem van den moordenden nacht vorst zijn ontkomen. Arine Flora. Hoezeer hebben Flora's kinderen den Mensch, die door wat schoon en rein is, wordt geboeid, verheugd. Hoe hebben ook zij een wijle een deel uitgemaakt van het menschengeluk. Zij hebben ernstige en nauw lettende zorg gevraagd van de menschenhand en vooral veel liefde van het menschen hart; maar hoe rijkelijk en hoe heerlijk heb ben zij die zorg en die liefde beloond. Als de koesterende, tot ontwaking brengende Zon hen slechts bescheen, dan openden zij hunne kelken; en het menschenoog en het menschenhart verlustigden zich in de schoon heid en veelheid harer kleuren en in de be dwelmende zoetheid of zacht streelende lie felijkheid harer geuren. Ja, zij hebben een deel uitgemaakt van het menschengeluk, dat toch immers niet bestaat uit een overweldi genden en voortdurenden stroom van prik kelend zinsgenot, maar dat in kleine teugen en in verschillende smaken den mensch toe vloeit, en aldus vermengd, aangroeit tot één grooter of kleiner geheel. En dat geheel vormt de borstwering tegen den stroom van levenszorgen en menschenleed. Daarom moe ten wij die soms korte oogenblikken van levensgenot, die teugjes en vleugjes, elk vriendelijk woord, elk eerlijk bewijs van lief de en vriendschap, samen vatten en blijven waardeeren. Want dat alles te zamen is onze Flora in onzen levenshof. Indien wij al deze bloemenkinderen, al deze onderdeelen van ons levensgeluk niet blijven verzorgen, niet met groote teerheid koesteren, dan sterft ook onze Flora weldra van koude, en dan ons leven niet verzekerd tegen rampen en tegenspoeden, tegen de dorre jaren, die kun nen komen. De Flora van het menschenhart kan veel omvattend zijn, wanneer wij niet laten ver loren gaan van het zonnige, van het kleu rige, van het bekoorlijke, dat te vinden is in onzen omgang met de menschen; in het waarnemen van schijnbaar kleine, gewone voorrechten en zonnige oogenblikken, die oitc te beurt vallen, en die ous zouden zijn voorbijgegaan, indien wij ze niet hadden op gemerkt tusschen de ruigten en de steenen op ons levenspad; indien wij ze niet hadden aangegrepen en niet gevoegd hadden bij de reeds verzamelde geluksonderdeelen in ons binnenste. De levende Flora opmerken en haar met teerheid en liefde verzorgen, doet ons in waarheid leven en verschaft ons van lieverlede in onzen levenshof een belangrijke niet te versmaden bloemenschat een Flo ra van hooge waarde. Flora's kinderen daarbuiten sterven; velen alreeds bij de eerste aanraking van de nacht vorst. Alléén diegenen, welke worden ge koesterd en verzorgd in een veilige ver blijfplaats, kunnen daaraan ontkomen en een langeren bloeitijd hebben. Zóó ook gaat het met onze levensbloemen. Alléén die, welke geborgen en gekoesterd worden in de warm ste schuilplaats van ons innerlijk wezen, blij ven bewaard voor de stormen van het Le ven, voor de onverbiddelijke strenge koude van een gevoellooze, onverschillige wereld, die slechts bij uitzondering zich bewust is: dat er teere en welriekende bloemen bloeien in menig menschenhart, en niet zelden ook op een bodem, die koud en arm schijnt en omgeven is door distelen en doornen. Flora's kinderen sterven, doch uit haar zaad groeien nieuwe planten op, die, bij goede verzorging, nieuwe bloemen zullen voortbrengen, van dezelfde soorten, dezelf de geuren en kleuren misschien zelfs grooter en edeler van vormen en van nog schitterender kleuren mede verzorgd, ge koesterd en bewonderd door groote liefde. Doch een andere tijd, een andere geest zal het omgeven, andere lippen zullen haren lof uitspreken, haar schoonheid roemen en andere handen zullen die nieuwe en toch dezelfde bloemen plukken. Want de onzen In voorraad 200 Kachels en Haarden. Gedurende 14 dagen is onze collectie gratis ter bezichtiging gesteld. LAANSTRAAT 48, BAARN - TELEF. 79 die onze liefde hadden en met ons zich ver heugden in de schoonheid van Flora's kin deren. Alzoo gaat het ook met onze levens- illusiën, met onze zachte, stille aandoeningen, met onze innigste gevoelens. Zij hebben hun tijd, hun zonnewarmte; zij hebben hunne jaargetijden. Evenals de bloemen, die nu verbloeid zijn, of straks door strenge koude zullen worden gedood, en in de nieuwe Lente door anderen zullen worden vervan gen, zoo zijn zij heengegaan, ondanks het protest onzer liefde. De Flora, die gestorven is of straks ster ven zal, wekt onzen weemoed. Wij hebben die bloemen nog zoo kort geleden gezaaid, de planten verspeend, ze zien opgroeien en de bloemen zien opengaan gekoesterd als zij werden door Lente-, zomer- of herst- zon. Wij weten, dat hun tijd is voorbijgegaan, evenals onze verwachting en onze vreugde over hun bestaan. En wij denken onwille keurig aan onze Flora van groote en kleine levensvreugden, aan ons Arcadia, aan ons Eden, dat afgesloten is en alleen door de Herinnering nog met het Heden is verbon den. Doch het is geschakeld aan een Heden, dat vreemd is aan het Verleden, aan een He den, dat ons allen ernstig heenwijst naar de geopende kerkhofpoort, waarachter zoovelen slapen, die wij hebben liefgehad, die tot de Flora van onzen levenshof behoorden. En in ons hart trilt nog de snaar, die den wee- moedstoon aangeeft in ons Levenslied. Onze FloraNog dringt vanuit de verte haar geur tot ons door. Onze lippen trillen, als wij de namen uitspreken van onze gestorven bloemen, en ons hart klopt onrustig in onzen boezem, als wij denken aan onzen zoo onvolledig, zoo klein gewor den Flora. Wanneer zal de Maaier weer komen in onzen zoo ledig geworden bloe menhof? Welke van de weinigen, die nog op hun stengel staan, zal Hij het eerst ne- dervellen? O, ernstige NajaarstijdMet welk een vreeze, met welk een voorzorg trachten wij onzen kleinen voorraad levensbloemen, onze ons dierbaar geworden Flora, "te beschermen. Maar tevergeefs sluiten wij met siddering onze tuinpoort. De Maaier, als hij komt, zal haar weten te openen, en onze tranen zullen Hem niet weerhouden. Arme Flora. Het zal den van zijn levensbloe. men beroofden Mensch niet kunnen troosten, dat hunne standplaats straks door anderen wordt ingenomen. In zijn hart kunnen zij niet worden vervangen de bloemen van Weleer; en weemoedesklanken ruischen nu van dezelfde snaren, die eenmaal blijde, wel licht zegevierend, medezongen in zijn le venslied zoo rijk aan herinneringen, zoo rijk aan Vreugde en Smart. We zullen de cultuur onder plat (koud) glas hier alleen behandelen. Die onder warm glas (paardenmest of kunstmatige warmte) is rüet uit een artikeltje te leeren en wie de warme vervroeging wil toepassen, kan ik niet te sterk aanraden: Ga praten en kijken meiirdere malen, bij iemand, die het al eens tpegepast heeft. Dan pas zult ge eenigszins beslagen ten ijs komen. Bij de vervroeging onder plat glas moeten we in het bezit zijn van éénruiters. Parti culieren kunnen het ook toepassen. Gewo ne ramen, zooals in vele tuintjes nog te vinden zijn, voldoen evengoed. Op den gewonen tijd (Aug.— Sept.) wor den de jonge aardbeiplanten uitgepoot op de plaats, waar ze vervroegd zullen worden. Verplanten gaat wel, maar dan met flinke kluit en goed vastgieten. De ramen komen er pas op in het begin van bet volgende jaar. Er zijn tuinders, die in Januari hun al aanbrengen, maar zelfs tot in Maart wordt het gedaan. Hoe vroeger glasbedek- kinj£, hoe meer kennis er voor noodig is. Wie voor 't eerst begint, kan beter in Fe bruari, 2de helft, pas met glas bedekken. De gure winden zijn nu buitengesloten, ter wijl alle zonnewarmte benut wordt. Een aardbei voelt zich heel niet thuis in groote hitte. Ze houdt van frissche lucht. En dit is een groote fout, vooraf van "beginners, dat ze de ramen te veel dicht houden. Luchten is noodzakelijk, flink luchten. Als het weer niet al te koud is, dag en nacht. Als er niet of te weinig gelucht wordt, zullen de planten in het begin veel flinker opschieten, maar tegen den oogsttijd vindt ge blad in plaats van vrucht. En daar dit niet de bedoeling is, herhaal ik nogmaals en onderstreep het: Lucht veeL Een aardbei houdt van water, maar wie dit zou aanbrengen door gieten, zou weer een fout begaan, die ook alweer zichzelf straft. 15 cent per K.M, Dag en nacht te ontbieden. TELEFOON 2247. 1 ingang van 1 October a.s. wordt mijn zaak in rgeplaatst van LANGE BRINKWEG 39 naar bij Station' Soestdijk (vlak bij den hoofdweg). aanbevelend, EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG Drogist. Gediplomeerd Opticien. BUROEM. OROTHE5TRAAT 28 - Soestdijk $0F Eerste Soester Electr. Brillenslijperij. GROOTE SORTEERING FOTO-ARTIKELEN pluimvee, tuinbouw enz. gen. deze tublek betreffende, kunnen worden gezonden aan de r G I Llesbout. Dir. Landbouwschool. Montfooit. Postzegel gro< halve cent voor antwoord Insluiten. (Nadruk verboden Landloopers en vagebonden waren eenmaal de schrik der dorpen. En geen wonder zij maakten de wegen onveilig en braken in, zooda zij maar kans zagen een goeden slag te slaan. Herhaaldelijk zien wij ook' tegen dit gespuis deftige plakkaten werden uitgevaardigd, waarin zij met allerlei straffen bedreigd werden. En dat de Justitie daarmee niet liet spotten, bewijzen de vonnissen, die tegen zulke landloopers werden geveld. Ik zal er een paar laten volgen, mtgespro- ken door het Hof van Utrecht, maar, tot beter verstand, in onze hedendaagsche .Hansken, die voorgeeft te heeten Antho. nis ter Berchstede en thans in Utrecht gevan gen zit, heeft vrijwillig (er staat: buiten pijn en banden van ijzer) voor den Hove van Utrecht zijn misdaden bekend. Onlangs heeSt hij in het dorp Beusichem bij een kleerma- maker >s nachts gestolen en wel een stuk „wollen laken". Toen hij door bedoelden kleermaker vervolgd werd, is hij hier m Utrecht gevangen genomen en op kasteel Vredenburg gebracht, daar deze diet. stal niet ongestraft mag blijven. Daarom heeft het voornoemde ^rechts hof in naam van Zijn Keizerlijke Majesteit :ijn gestorven, als zij die onze liefde als zij Vervroeging van aardbeien. (Op verzoek.) In dit stukje zullen we het eens hebben over het vervroegen van aardbeien. Het vervroegen van aardbeien wordt hoe langer hoe algemeener. De hoogere prijzen zijn dan ook wel aanlokkelijk. De meerdere moeite en kosten in oogenschouw genomen is het een winstgevende cultuur. Maar... zooals overal in het tuinbouwbedrijf, ver standig werken is hier wel geboden, want mislukking is spoediger ons deel, dan we denken. Het voorjaar is te koud om te gieten. De aambeien rotten weg. Als vve^ ze^r^rzU; Verder wordt er alleen gegoten als het be slist noodzakelijk is, dus nogmaals: als het heel niet anders kan. We moeten zorgen goed vochthoudenden grond te hebben, dus zeer humusrijke. Turf molm doet hier goede diensten en ook stal mest werkt hier verbeterend. Kunstmest werkt ook best, maar op niet te humusrijke gronden liever voor deze culture: stalmest. Te veel stikstof werkt hier verkeerd, dus geen gier. De soort aardbei heeft ook grooten in vloed. En het moge waar zijn, dat het met elke soort „mogelijk" is, de tuinders met ondervinding verkiezen alleen Dutch Evero. Deze doet het 't best van allemaal. Ik sprak vorige week nog twee groote kweekers, die elk jaar aardbeien forceeren, en beiden ge bruikten hiervoor Dutch Evern. In den vroegen zomer valt de oogst. Daar na doen we de planten weg. Ze hebben voor ons hun dienst gedaan. Jonge planten geven ons prima kwaliteit en hooge prijzen. Al leen wanneer door een of andere oorzaak de eerste oogst niet normaal is geweest, houden we de planten nog een jaar. Dan 's zomers goed schoonhouden en niet la ten ranken. De fut moet er in blijven. De oogst van zoo'n gewas zal in kwaliteit wiet zoo zijn als de eerste, maar het igroot aantal ponden zal dat wel in orde maken. Beginners, volgt bovenstaande wenken goed op. Ziet eens, hoe anderen in Uw om geving het doen. Werkend met verstand, moet U succes behalen. antwoorden. Ik mocht met goedvinden van de Soester overheid hier langs den weg mijn kunstjes vertoonen en U wenscht wij weer naar mijn „Paradijs" terug te zien? Welnu, ik verzeker U, dat ik er slechter aan toe ben in mijn Paradijs dan aan den ketting van mijn baas (en niet gesleept langs de wegen). Ofschoon ik in mijn Paradijs in hoofdzaak van planten leef, vrees ik er niet voor U, als U mijn Paradijs eens mocht bezoeken, met huid en haar voor mijn ont bijt op te eten. In mijn Paradijs ben ik, even als alle mijner rasgenoten, er onherroepelijk voor bestemd om door den kogel of dolk van den berenjager om zeep gebracht te worden. Ik geloof dat ik, door hier in de gemeente en elders mijne kunstjes te laten zien, er heel wat beter aan toe ben dan mijne ras genoten en dat, omdat ik toch eten moet, de Soester overheid er verstandig aan deed (mijn dank daarvoor), mij hier mijn voedsel te laten verdienen, wat mijn baas mij wel rij kelijk toedenkt, want hongerige beestjes worden gevaarlijk en zijn aan een ketting niet te houden. In mijn Paradijs wordt jacht op mij gemaakt, hier ontloop ik den dood cn eet mijn buikje dik. DE BRUINE BEER Soest, Sept. 1928. Geachte Redactie. Wilt U onderstaand kort dank-stukje in Uw blad plaatsen? Bij voorbaat dank. Ondergeteekenden danken de gemeente hartelijk voor het keurig uitgevoerde werk aan den Nieuweweg en Parklaan, bij de halte Nieuweweg. Zij zien thans met genoegen door hun ramen naar 3en weg, die geheel gezuiverd is van onkruid, door een punc tueel werkman. Inmiddels ook dank aan den ouden heer Mussche, die daartoe den eersten stoot Hij heeft ons aller pad, zij het dan niet met rozen bestrooid, toch effen en schoon doen maken. De bewoners van Nieuweweg en Parklaan, ZONDAG. Zorg er voor, dat uw betoog helder is en niet van den hak op den tak springt. MAANDAG. Iedere mensch op de rechte plaats, Op iedere plaats de rechte mensch. DINSDAG. Een goed bestuurder kiest het goede en zet deze keuze in een daad om. WOENSDAG. Het beste middel om te leeren iets altijd goed te doen, is zich eenigen tijd te dwin gen het goed te doen. DONDERDAG. De stem is gehoorzaam, zij neemt de be velen van het gevoel en de gedachte in acht om ze in de rede het schoonst te laten uit komen. VRIJDAG. Tact is de bijzondere bekwaamheid van precies datgene te doen of te zeggen, dat vereischt wordt, dat passend is onder be paalde omstandigheden. ZATERDAG. De uitvoering van een daad is afhankelijk in de eerste plaats van de intensiteit, waar mede gij een besluit neemt, van de vastbera denheid, waarmede gij handelt en van de volharding, waarmede gij u vasthoudt aan de uitvoering van de daad. SPORTKRONIEK DAMES- EN HEEREN- HEEREN MODE-MAGAZIJN F.C.KuiperstraatIO - Telefoon 2169 INGEZONDEN STUKKEN (Karei V), den gevangene veroordeeld naar het schavot gebracht te worden, staand op Vredenburg en aldaar zal men hem zijn rech teroor afsnijden. Daarna verTrant men hem ten eeuwigen dage uit het land van Utrecht in Holland en wel uit de stad Utrecht „bin nen 's dachs sonneschijn" (d,i. voor zonson dergang) en uit de genoemde landen binnen drie dagen. Hij zal niet weer mogen terug komen op verbeurte van zijn leven". (6 Mei 1542). Werd hij dus later weer in Utrecht ot Hólland gevangen, dan zou hij ter dood ge bracht worden, zooals bijv. Cornelis Jansz. Lichtvoet overkwam. Deze was op Alva's last ten eeuwigen dage uit 's Konings landen verbannen wegens deelneming aan de be roerten en wel op straffe „van de galg". In derdaad is hij later in de stad Rhenen gevan gen zoodat het Hof van Utrecht bij vonnis van' 31 Juli 1570 hem tot de galg VerOOr- deeJde. AA L Een zeer typische vagebond was „Meyster lorye uyt cleyn Egipten, geboren tot Pier- nachem (Pirmasens) in 't land van Meis- sen" thans in Utrecht gevangen. Hij heeft voor' den Hove van Utrecht openlijk bekend, dat hij sedert zijn jonge jaren, dus reeds zeer langen tijd, geloopen heeft met de va gebonden, die men „Egyptenaers noemt urn ni*Vlll Vlll llllf! BRUINE BEER Geachte Redactie. Gaarne wil ik den schrijver van het stukje over mij in de Soester Courant van 21 dezer VOETBAL CLUBNIEUWS V.V. „SOEST" Zondag j.1. speelde ons 2e elftal zijn 1ste competitiewedstrijd en wel tegen Amsvorde III. Met 41 nederlaag werden de keistad- menschen huistoe gezondenalzoo een goed begin. We vertrouwen, dat ,ons 2e elftal zijn best zal doen en trachten op den ingeslagen weg voort te gaan. Zondag a.s., nam. 2 uur, terrein Koud- hoornweg: Soest I—Amersf. Boys I. Wat Soest I zal presteeren in de 1ste klas se der U.P.V.B., is nog een groot vraagtee- ken. Het bestuur rekent er op, dat alle spe lers hun uitersten best zullen doen om te trachten in deze afdeeling een behoorlijke plaats in te nemen. Speelt allen van het be gin tot het einde als één man voor uw ver- eeniging, waardeer elkander en wanneer het niet gaat zooals u graag zoudt willen, mop per niet. Wanneer ge man voor man speelt voor wat ge waard zijt, zal Soest in de le klasse geen slecht figuur slaan. Pak dus a.s. Zondag flink aan, houdt voor al het spel open, zet de vleugelspelers aan het werk en succes kan niet uitblijven. Donateurs worden verzocht hun kaarten mede te brengen. Tevens zal het ten zeerste op prijs gesteld worden, als zoowel vóór als onder de wedstrijden, het publiek buiten het speelveld blijft en dus niet bijna op de kalk- lijnen staat, wat zeer hinderlijk is voor spe lers en gren^jager. We vertrouwen, dat in het belang van het geheel aan dit verzoek zal worden voldaan. R.K. SPORTVEREEN. „DE PLOEG" De uitslagen van Zondag zijn: H. M. S. 1—De Ploeg 1 4—0. De Ploeg II—Limvio 3 47. Het eerste elftal kon het tegen het Utrecht- sche H.M.S. niet bolwerken, wat we we! hadden verwacht. Met rust was de stand 20. Na de rust werden evenveel doelpunten gemaakt. Het tweede elftal speelde vooral na de rust een goede partij. De uitslag valt ook werkelijk niet tegen, als men bedenkt, dat in de competitie tegen Limvio 4 zal moeten worden gespeeld. Voor a.s. Zondag staat op het programma de nederlaagwedstrijd De Ploeg IE.M.M. II. Daar E.M.M* 2 klassen hooger speelt, mogen we natuurlijk niet aan een overwin ning denken; er staat echter tegenover, dat De Ploeg zich zoo duur mogelijk zal ver- koopen. We verwachten dan ook een schap gekomen in Amerongen, waar hij ge vangen genomen is, daar dergelijke landloo- perij bij keizerlijke plakkaten is verboden. Zoodoende wordt hij, anderen ten voorbeeld, door den Hove veroordeeld om naar 't scha vot op Vredenburg gebracht te worden; daar zal men hem tot bloedens toe geese- len; verder zal men zijn neus aan beide zij den „opslippen" (open splijten) en zijn haar en baard afknippen. Hierna wordt hij uit de landen van Utrecht en Holland verbannen op straffe des doods. (Utrecht, 5 Juli 1545). Het volgende vonnis heeft betrekking op het veelvuldig voorkomende „troggelen" (af dreigen) en bedelen. „Anthonius, geboren te Antwerpen, heeft vpor den Hove van Utrecht beleden, dat hij is gaan „trogge len ende bedelen in dese landen van Utrecht", trots het gebod van den Keizer. Dit kwade voorbeeld dient gestraft te worden en daar om zal hij op het schavot tot bloedens toe gegeeseld worden". Verder wordt hij op een vreemde wijze veroordeeld; immers het Hof „heeft hem voorts gebannen te blijven bin nen de landen van Utrecht voor den tijd van drie jaar eerstkomende, zonder middelerwijl daaruit te mogen vertrekken op straffe des doods". (19 Sept. 1545). En toch werd op denzelfden dag een collega van onzen An thonius „voor 6 jaar uit Utrecht en Holland gebonden, aie MppVinp I gebannen". Wilde men den Antwerpenaar leefdaghe lanck". Maar Johan Corneliszen Neereem (Neder- Eem), geboren in Neerlangbroek, die even eens was gaan troggelen en bedelen, werd na de bloedige geeseling „gebannen binnen het Overkwartier van Utrecht, voor den tijd van vier jaren, zonder daaruit te mogen tan". Later, op 17 Jan. 1566, spreekt het Hof van Utrecht een vonnis uit, waarbij wij weer een andere wijze van verbanning ontmoeten. Hoor maar. Leendert Geerlofsen van Nieuwbrugge heeft voor den Hove van Utrecht bekend, dat hij bij een gezond lichaam zekeren tijd lang is gaan troggelen op den huisman en in de goede steden. Daarbij heeft hij zich schuldig gemaakt aan „diversche dieverijen", hetgeen niet behoort ongestraft te blijven. Daarom veroordeelt het Hof genoemden Leendert te dienen op 's Konings galeien voor den tijd van zes jaar, zonder tusschen- tijds in het land te mogen terugkomen". En iets later, op 6 Mei 1566, wordt om de zelfde redenen Daniël Peterssen van Seven- huijsen, die bovendien uit zijn gevangenis is geóroken, eveneens tot 6 jaren galeistraf veroordeeld. En in 't volgende jaar worden eenige gevangenen tegelijk gevonnist om te worden gebracht op „de Conincklycke Ma- jesteyts galeyen omnie aldaer te dienen heur Doos ieqen Bij Apoth.en Drogisten. was van deze bende één als „verklikker" opgetreden en was hij daardoor zijn straf ontgaan. Immers voor die dagen gold de volgende verordening: „Indien één van de medeschuldigen een en ander bij de politie aanbrengt, zoodat daardoor zijn me dehelpers in handen van 't gerecht komen, zal fiij, behalve de gewone premie op het aanbrengen gesteld, vergiffenis voor zijn mis daad ontvangen en zal zijn naam insgelijks verzwegen worden". Dat was natuurlijk een lokmiddel, waarvan de uitwerking niet ach terwege bleef. Ik zal eindigen met het volgende vonnis, waaruit le blijkt, dat diefstal van ouds zwaar gestraft werd (in ons geval zelfs met den dood) en 2e dat er soms gratie werd vep- leend. De inhoud van bedoeld vonnis (1522) komt op 't volgende neer. Gijsbert Klaessen had in een uiterwaard aifn de Lek rijshout gestolen en daardoor zijn leven verbeurd. Maar daar juist in dien tijd een Utrechtsche poorterszoon, namelijk Adriaan Floriszoon, tot Paus was benoemd (de eenige Hollander, die ooit den Pause lijken zetel heeft beklommen), schonk de stadsregeering den dief gratie ter eere van den nieuwen Paus, maarer werden drie voorwaarden aan verbonden. Ten eerste moest de dief het gestolen e vergoeden, ten 2e moest hij „oervede" doen (daarover straks nader) en beloven, dat hij den bestolene (zijn aanklager) noch diens bloedverwanten als wraakneming ooit eenig kwaad zou doen, en ten 3e moest hij een bedevaart naar Rome ondernemen en den Paus bedanken voor 't behoud van zijn leven, onder mededeeling, dat de stad van Utrecht hem, Gijsbert Klaes sen, ter eere van den Paus gratie geschon ken had. Binnen drie maanden moest de be genadigde een schriftelijk bewijs bij de stads regeering inleveren, waaruit bleek, dat hij aan de gestelde voorwaarden in Rome had voldaan. En nu nog iets over die „oervede". Dit was al een zeer oude instelling. Het was een eed, dien de begenadigde misdadiger aflegde en daarbij openlijk zwoer, op ver beurte van zijn leven, dat hij nimmermeer eenzelfde misdaad zou begaan of iemand daarvoor wraak zou nemen. Die eed was een vaste formule, die eeuwen lang stand heeft gehouden, zoodat men ten laatste kwa lijk de woorden meer zal begrepen hebben, n.1.: „Dat sweer ick dat ick dese soene hou den sal voor den geboiren ende voor den ongeboiren, also verre als die sonne op ende eyek in velde staet ende water over laent gaet. So help my Godt ende alle syne Hey- ligen". De woorden „voor den geboiren ende voor den ongeboiren" zullen wel willen zeggen: „ik zal mijn eed houden voor het levend en voor het nog komende geslacht", zoover als de zon schijnt en er eiken in 't veld staan of er rivieren door 't land stroomen. Baarn. T. PLUIM.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1928 | | pagina 1