Steenftuljsen Co., Muizersiraat 67a
BALANS
OPRUIMING
SLUIT U AAN BIJ DE
RADIO-CENTRALE „SOESTDIJK"
VENEMA
Luxe Auto-verhuur
RIJWIELEN
Y
N.V. Cramer's Behangerij
en Meubileer-lnrichting
PALTHE. 20°|<,
Uitgave: G. J. SMIT,Soestdijk. Bureau: Van Weedestraaf 35, Telefoon 2181
D, F. VOIGT Drogist.
Frissche lucht.
C. Verschoor, Nieuwtsr. 57
Jf w. van Breukelen
'S
DE EERSTE G00ISCHE
HULPBANK
KRABBELS
8e Jaargang
Vrijdag I) Januari 1888
No. Z
DE SOESTER CDUDAKf
Abonnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soesterberg, 25 cent per
3 maanden.
Voor buiten 50 cent per 3 maanden.
Laanstraat 61 - Telefoon 119
BAARN
ONZE RIJMKRONIEK
Bijdragen, niet groeier dan TS en niet kleiner dan 36 regcli. mo
voor deze rubriek worden Ingezonden. Bij opname vergoeden wij v<
actueele (niet plaatselijke) gedichten 2.50. (Nadruk verbod
(Ingezonden.)
HELDEN DER ZEE
Als men zoo de kranten naleest,
Stil gezeten aan den haard,
En men leest van ongelukken
Denk je: 'k ben al weer gespaard.
Denk maar eens aan de „Salento",
Die op Zandvoort's kust verging,
En aan 't lot van de bemanning,
Ver van hun familiekring.
Denk eens aan de nabestaanden,
Hulpe smeekend aan hun God,
Maar hun hoop vervlogen zagen,
Thans berusten in hun lot
Maar men kan thans ook weer trotsch zijn
Op de helden van de zee;
Kloeke, flinke, dapp're kerels
Echte zonen van de zee.
Want:
Als de stormwind giert en buldert
En een schip zit in den nood.
Trekken zij er aanstonds henen
Met hun kleine reddingsboot.
Ons past slechts een woord van hulde
Aan die kerels van het strand,
Helden zijn zij in hun eenvoud,
Helden van ons vaderland.
En dan denk je hoe de mensch toch
Klein en nietig is op aard';
7ie ie. die gedachten krijg je
Als je stil zit bij den haard.
Waarom moest dat nu gebeuren,
Vragen wij ons zeiven af.
Waarom vonden zooveel menschen
Ver van huis hun zeemansgraf?
Maar de Schepper aller dingen
Geeft geen rekenschap daarvan,
Wij slechts hebben te aanvaarden
En in Hem vertrouwen dan.
Is gezegend onder allen
De tevredene gewis,
Hij die niet voortdurend moppert
Maar steeds Gode dankbaar is.
H. R.
F. C. Kuiperstraat 10 - Telefoon 2169
op alle Stoom- en Verfprijzen.
Bljkantora: VAN DE VEN'S Bockhandel, Ban ca C. J. VAN DAM, RMemakeritr. 15, Soastcrberf
gewekte gedachten, die onze geest produ
ceert.
De wereld is oud, en in den mensch schuilt
nog steeds veel van den ouden Adam, die
het Paradijs moest^ verlaten, omdat hij de
verboden vrucht begeerde. Er zijn in den
loop der eeuwen vermoedelijk nog heel wat
verboden vruchten bijgekomen, en de oer-
deugden van den vroegeren mensch zullen
door de duizenden, neen, door de millioenen
geslachten heen, wel iets van hare oorspron
kelijke kwaliteit hebben verloren.
Er is gaandeweg heel wat concurrentie
gekomen in het begeeren en de opvolgende
geslachten hebben heel wat Paradijsappelen
geplukt. Ondanks zijn ontwikkeling en enor
me uitbreiding, heeft de menschengeest ver
moedelijk veel van zijn oorspronkelijke
frischheid en zeer zeker van zijn eenvoud
en van zijn „onwetendheids-onschuld" verlo
ren, of beter gezegd, ingeboet. Waaruit blij
ken zou: dat beschaving en geestelijke ont
wikkeling, naast al het licht, dat daarvan
is gaan uitstralen ook nog een schaduwzijde
hebben, die niet verkwikt en waarin de
mensch niet in rust kan en mag neerliggen,
Die ontwikkeling en die zoogenaamde be
schaving, hebben tevens verwarring, strijd en
bedorven lucht aangebracht zooveel zelfs,
dat het tegenwoordige, tot verbetering aan
gewezen geslacht, het raadzaam en zelfs
hoognoodig acht, wat ventilatie aan te bren
gen en een zeker kwantum frissche lucht
vanuit de reeds aandringende nieuwe atmos
feer van dieper gevoel, van ruimer, mensch-
lievender en vredelievender denken, toe te
laten.
Gediplomeerd Opticien.
BURQEM. QROTHESTRAAT 28 - Soestdijk
Eerste Soester Electr. Brillenslijperij.
GROOTE SORTEERING FOTO-ARTIKELEN
Vooral in onzen tijd bestaat in het maat
schappelijk samenleven, zoomede in het gees-
tes- en gevoelsleven, veel behoefte aan fris
sche lucht. Evenmin toch als het lichaam, kan
de geest gezond ademen in onfrissche en nog
minder in bedorven lucht. En als wij dit zin
nebeeldig opvatten, dan kunnen wij deze
waarheid in velerlei richting voor ons zelf
uitwerken en in toepassing brengen. Geluk
kig kunnen wij hier terstond bijvoegen, dat
er vaak een flink snuifje van die frissche
lucht is waar te nemen, maar ook heel vaak
is de maatschappelijke atmosfeer bezwan
gerd met dompige invloeden en bederf aan
brengende luchtjes, 't Zou niet aangaan dit in
den breede in een couranten-artikeltje uiteen
te willen zetten; daar men toch, ten aanzien
van de „niet-frissche-lucht", al heel spoedig
de zeggingsgrens zou nabij zijn. Maar toch
is er, tusschen de grenzen in, nog wel plaats
te vinden voor een kleine, geoorloofde be
schouwing in de hier bedoelde richting
voor een zienswijze zonder aanmatiging.
Frissche lucht. Waar toch zou die niet
wenschelijk, niet hoog noodig zijn? Aller
eerst wordt deze verlangd, ten behoeve van
den geest, die de herder is van ontelbare en
wijd uiteenloopende gedachten en gevoelens
de herder en de bakermat tevens. Al wat
stoffig en ongezond is, moet noodwendig
worden verdreven door frissche, reine lucht.
De geestelijke dampkring heeft vooral veel
zuurstof noodig, zullen onze hersenen ge
noegzaam frissche gedachten kunnen afle
veren voor de oplossing der groote vraag
stukken, welke zich in het maatschappelijk
en in het zieleleven voor doen. De met on
frissche bestanddeelen bezwangerde atmos
feer bezoedelt ook de gedachten, die gezond
van onzen geest uitgaan en met een reine
stift onze levensbladen willen vol schrijven.
Wij zullen maar niet gewagen van de onge
zonde, door zwakheid en hartstochten op-
ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent
Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief.
Bij contract belangrijke korting.
king te stellen zij het dan ook, met om
zichtigheid en met een terugblik in het ver
leden. En die terugblik is voor de jongere,
voor de opvolgende geslachten mogelijk;
langs den weg der ervaring door de ouderen
van jaren en den zoo moeilijken levensstrijd
opgedaan. De som dier ervaringen, de ge
schiedenis der uitkomsten van het streven
der voorbijgegane geslachten, leveren voor
zeker voor den krachtigen jongen stuurman
op de menigmaal zoo wilde, zoo ontstuimige
levenszee, niet te versmaden bronnen van
rijke leerstof op. Want in de verbruikte
lucht, die thans wordt afgevoerd, hebben
toch ongetwijfeld ook groote geesten ge
ademd; en van hun nadenken, van hunne
geesteswerking zal de jongere wetenschap
voorzeker dankbaar kunnen getuigen. -
Niettemin: de ventilators, maar ook de deu
ren en de vensters open van het gebouw
der groote maatschappijmaar ook van
eigen huis, van eigen geest, van eigen hart.
Lucht, lucht. Maatschappij en menschen
hunkeren en hijgen naar frissche lucht
Maar tochzij blijve: de liefde voor
het verleden voor het rijke, leerzame ver
leden. VIKING.
INGEZONDEN STUKKEN
Het is het jongere geslacht, dat de venti-
latie-kleppen aanbrengt en openzet voor den
menschengeest, die dreigde te verstikken on
der het aangroeiend egoïsme onder de kil
heid en den etagebouw van den kastengeest,
en door de overheersching van den gelddui
vel in den mensch. Hoe onmogelijk het ons
nu nog moge toeschijnen, toch zal eenmaal
de gelijkvloerschheid in het menschenrecht
mogelijk moeten blijken zal er ook sprake
kunnen ziin v:jn *en, jUgejneen volkfy.
geluk. Doch hoeveel aanmatiging, hoeveel
onrecht, hoeveel dwaze zelfverheffing en
menschenvergoding zal er eerst nog uit de
wereld moeten verdwijnen, en hoeveel dwaal
begrippen betreffende den mensch en zijn
bestemming, zullen alsnog moeten worden
opgeruimd, alvorens de frissche lucht van
gezond verstand, van waarachtig gevoel voor
recht, zonder aanzien van den persoon, wien
dat recht geldt, met volle stroomen over de
wereld zal waaien.
Maar tochZijn daar niet reeds ver
schijnselen waar te nemen, in het maatschap
pelijk- en ook ten deele in het zieleleven van
den mensch, die er op wijzen, dat er voorloo-
pig reeds wat zuivere frissche lucht komt
dringen door de kieren van de enge cellen
van bekrompenheid, waarin tot nog toe, geest
en hart gevangen zitten?
Doch vooreerst zal het voorzeker nog wel
bij sporadische verschijnselen blijven. De af
doende ventilatiekleppen zijn nog zoo spoe
dig niet gereed; en de ouderen onder de
menschen zullen, als eenmaal Mozes, zich
wel moeten vergenoegen met een „blik uit
de verte" op het „beloofde land" staande
op den berg hunner hooge jaren.
Vooraf zullen zij moeten wijken, die Spar-
taansche, heroïsche hardheid in den levens
strijd, dat hardnekkig volhouden van die ver
derfelijke wapenspreuk: „Oog om oog en
tand om tand" en die dwaze, nog steeds
volgehouden wanbegrippen omtrent men-
schenwaarde en menschenrechten. Het stands
geschil zal gewis zoolang mogelijk de in den
maak zijnde ventilators trachten gesloten te
houden de frissche lucht, die uit de toe
komst naderen zal en die reeds door spleet
en sleutelgat zich laat gevoelen, zal niettemin
eenmaal de belemmerende muren, die jfeest
en hart gevangen houden, die den wereld
vrede, het menschenrecht en het groote alge-
meene menschengeluk tegenhouden, doen
vallen onder haar zachten, geleidelijken,
doch onweerstaanbaren drang. Die frissche
lucht, die eenmaal ruimte makend en breed-
spreidend zal opwaaien uit den menschen
geest en het menschenhart, zal zeker de groo
te samenleving ten goede komen en frisch
doen opbloeien.
Het halsstarrig vasthduden aan oude mee
ningen, het uitsluitend beoogen van persoon
lijke belangen, het voortdurend drijven van
het egoïsme, belemmeren nog steeds in hoo
ge mate, den opbloei van het groote maat
schappelijke belang de tot standbrenging
van de werkelijke volkswelvaart en het hoogst
bereikbare volksgeluk. Doch om dat mooie
doel te kunnen bereiken, zal noodwendig de
leefwijze van iederen mensch tot het hoogst-
eenvoudige bep-erkt moeten blijven en zal
het geluk van den mensch niet moeten wor
den gezocht in hoog opgevoerde weelde en
een aaneenschakeling van zinsgenot. Arbeids
kracht en arbeidswil mogen niet worden ge
dupeerd ter wille van weeldezucht en te
hoogen opbouw. Een frissche geesteswerking,
een onverzettelijke wil tot bevordering van
het algemeen welzijn, moeten eindelijk de
bedorven lucht in de groote maatschappij
en in het bizondere leven van den mensch
door krachtige maatregelen afvoeren, en de
frissche lucht tot geest en hart toegang ver
schaffen. En aan hen, aan wie de toekomst
is, staat het voorzeker, de ventilators in wer-
M. de R.
Mag ik met een kort woord afscheid ne
men van den Heer Visser; met dezen man
is Werkelijk geen land te bezeilen. Hij schuift
mij verschillende woorden in den mond, die
niet door mij gezegd zijn en sleept er aller
hande zaken met de haren bij en wil van
mij bewijzen, die ik hem gevraagd heb. Hij
haalt in een lang betoog verschillende dingen
aan, die, of door mij zelf betoogd zijn, of
waarvan ik de meeste onderschrijven kan.
De wantoestanden in onze hedendaagsche
maatschappij kunnen met tientallen aange
vuld worden, maar deze allen aan te halen,
zou tot het in oneindige leiden en was niet
var, mijn schrijven. - - -
Ik meen duidelijk genoeg geweest te ziijn
en dat de Heer Visser mijn oordeel in twijfel
trekt in zijn zaak. Gaarne laat ik dit aan de
'lezers over. Meerdere ouclen van flagen ver
klaren het met mij eens te zijn. Dat in 1927
ruim 20 millioen is uitgegeven voor werk-
loozen, is een verheugend verschijnsel, daai*
het woord werkverschaffing voorheen niet
in het woordenboek stond.
Ook wil ik Mijnheer Visser nog even zeg
gen, dat ik hem geen boekengeleerde ge
noemd heb en evenmin het woord partij
verband gebruikt heb, hoewel mijn inziens
iemand, die bij zajn partij is aangesloten en
op durft komen voor zijn beginselen al
was het ook mijn grootste tegenstander
tien keer hooger staat dan iemand, die van
alles en overal wat weet te zeggen en er niets
voor in de plaats biedt. Afbreken gaat ge
makkelijk genoeg, Mijnheer Visser, maar op
bouwen, daér komt het op aan en dan moet
men weten wat men aan elkaar heeft. U kan
wel zeggen verpolitiekte heeren, maar dan
had U tevens het bewijs moeten leveren, dat
dan die zoogenaamde niet-verpolitiekte hee
ren beter te vertrouwen waren. Ik ben zoo
vrij het te betwijfelen, want wie ter wereld
zou het bewijs kunnen leveren, dat ze de
boel ook niet gingen bedotten.
Gelukkig zijn die kleine dwergpartijtjes aan
het verdwijnen en blijven we gespaard voor
een Babylonische spraakverwarring. Hierbij
wil ik het laten.
U mijnheer de Redacteur dank zeggend
voorr de verleende plaatsruimte.
Hoogachtend,
K. KAZIUS.
15 cent per K.M.
Dag en nacht te ontbieden.
TELEFOON 2247.
he7 heele jaar voldoende honing leveren?
H<;t reizen is voor velen een noodzaak om
honing te bekomen. Het bijenhouden als
liefhebberij neemt in sommige streken wel
et{ voorname plaats in. En als er dan ook
nog wat honing en was overschiet, waarmee
del gemaakte kosten gedekt worden, dan is
de zaak in orde. En als er meer overschiet,
wï.lmi, dat is meegenomen. Als liefhebberij
is de imkerij een mooie sport. Het bijen
leven geeft vele genotvolle uren, het geeft
ons te zien het mooiste, wat de natuur ons
te zien kan geven. De uren, doorgebracht
bij^ de bijen, zijn weer altijd veel te gauw
voOorbij. Wat is het niet een mooi gezicht,
die af- en aanvliegende diertjes, wat is het
rei ut een fijne aanblik, die raten te zien, met
broed of honing.
Of ze steken? Ja, dat ligt er maar aan. Uit
dei eigen zullen ze er niet erg gauw mee be-
gimen. Als we ze plagen of onhandig be
handelen, ja, dan kunnen ze wel eens even
tjes heel leelijk doen, maar ze zijn het o
zoo gauw weer vergeten. We kunnen in het
algemeen zeggen, 'dat bijen bij goede be
handeling hoegenaamd niet steken. En wat
die steek betreft, het is geen wespensteek.
Na eenigen tijd is al het leed weer geleden.
En wat het mooiste is, de meeste menschen
zijn al heel gauw onvatbaar geworden voor
bijengif. Wie doet je dus wat?
te jen fabrieksprijzen vf, f 37,50
Rijwielhandel
Vdenhuizerstraat 37, Soestdijk
PLUIMVEE, TUINBOUW ENZ.
Vragen, deze rublek betreffende, kunnen worden gezonden aan dan
Heer G. J. Lleibout. Dlr. Landbouwacbool. Montfooit. Postzegel greot
i en een helve cent voor antwoord Insluiten. (Nadruk verboden.)
Bijenhonden.
Het houden van bijen is al zeer oud. Toch
is er in de bijenhouderij nog maar weinig
veranderd. Alleen het doel, waarom men
bijen houdt, gaat een geheel andere worden.
Vroeger ging het om de honing en om de
was. Tegenwoordig om de bevruchting. Dat
wil niet zeggen, dat men geen honing en
was wil winnen, maar het hoofddoel is een
geheel ander. Vroeger was de imkerij een
bestaan of een bijwinstje, maar om die re
den zien we tegenwooordig de bijenstapel
niet uitbreiden, wel terwille van de bevruch
ting. Als broodwinning As het bijenhouden
niet rendabel, tenminste niet in normale ja
ren. In doorsnee levert ons land niet genoeg
honing voor een bestaan. In Amerika schijnt
het beter te gaan. Daar heeft men het over
hoeveelheden honing per volk, die wij nog
niet met tien volken kunnen bereiken. Bo
vendien, waar zijn in ons land streken, die
laar om terug te komen op het begin,
pas kunnen we zeggen, dat bijenhouden
fabel is, als we ze houden voor de be-
'jting onzer bessen, appels, peren enz.
-doïï ook als ten algemeen verschijn-
s<M dat vele ooftkweekers zelf één of meer
li Iten of korven bijen aanschaffen, alleen
Oi.J de goede bevruchting. Dit is de laatste
jarpn wel noodig gebleken. Want de bij is
wel het voornaamste insect, dat de bloemen
bestuift en vrucht ontwikkelen doet. En vele
soorten bloeien zoo vroeg, "dat ander insec-
tenbezoek bijna niet te verwachten is. En
omdat vele peren en kersen onvruchtbaar
zijn voor eigen stuifmeel, is druk bijenbezoek
beS-list noodzakelijk. In sommige streken van
onh land (Limburg, Betuwe) is dit wel ge
bleken.
Vele imkers zijn dan ook welkom met hun
volken, als ze die willen plaatsen in of bij
boomgaarden. De eigenaar van den boom
gaard vaart er wel bij door een betere be--
vruchtdng en de imker door meer stuifmeel
en honing.
De laatste jaren wordt er tegen insecten
vraat wel eens door eigenaars van tuinen
gespoten met vergif. Vele rupsjes leggen hier
bij hun laatste loodje. En wat haast vanzelf
spreekt, vele bijen doen hetzelfde en ver
giftigen zelfs het broed. Dat dit niet de be
doeling dier tuinlui is, is begrijpelijk. Maar
ook de imker heeft een andere bedoeling.
En daarom zijn er enkele streken in ons
land, waar de imkers in het voorjaar liever
wegblijven. We zien dus ook hier alweer,
dat samenwerking de beste oplossing zal
moeten brengen.
Als de boomgaarden uitgebloeid zijn, ko
men in de kleistreken de herikvelden een
nieuwe honingoogst brengen. Voor de bijen
is het gelukkig, dat nog niet iedere boer
de onkruidbestrijding terdege heeft ter hand
genomen. En voor den imker is het een bui
tenkansje, want de bijen kunnen het bij goed
weer op de herik reusachtig doen.
Die herikbestrijding en de onkruidbestrij
ding in het algemeen zal den imkers geen
voordeel bezorgen. Maarde een zijn
dood is de ander zijn brood. Vele arbeiders
gezinnen in bouwstreken zullen dan tenmin
ste een bet-er stuk brood hebben, dan nu
vaak het geval is.
Veel perspectief heb ik in bovenstaande
regels voor den broodimker niet geopend,
maar ik kan een ieder aanbevelen, maar voor
al hun, die zelf boomgaarden bezitten, schaft
U eens een volk aan en behalve de winst,
zult U ze alleen voor het genot wat ze U be
zorgen, niet meer willen missen.
E. de Lange en C. J. Jongman, Heuvelweg
3. Jannetje, d. v. J. Walet en J. v. d. Kieft,
Schoolweg 2b. Maria Hendrika, d. v. J. P.
Mets en C. M. Nieuwendijk, v. W-eedestr. 46.
ONDERTOUWD:
N. Werkhoven en R. Willemse.
OVERLEDEN:
Margaretha v. der Heide, 78 j., wed. van
A. J. Souman. Hendrik Jacob Webber, 59
j., geh. met N. Kinderdijk. Margaretha Anna
Maria Goede, 5 weken. Alexander Hendrik
v. Westering, 73 j., geh. met M. E. Dieke.
GEVESTIGD:
Lijst van personen, welke zich in het tijd
vak 3—9 Januari 1929 alhier vestigden.
W. Jongsma, Middelwijkstr. 22. T. G.
Atsma, Veenhuizerstr. 9h. C. A. v. Dijk,
Soesterb.str. 8a. G. v. d. Bult, .Soesterb.str.
41. J. H. J. ten Hove, Vliegkamp. J. B. A.
Huver, Beckeringhstr. 17. W. J. de Gruijter
met gez., Verl. Schoolweg 15. B. J. F. van
Woudenberg, Noorderweg lh. J. d-e Bree
met gezin, KI. Engendaalweg 21. A. Kuiper,
Amersf.str. 105.
VERTROKKEN:
Lijst van personen, welke in het tijdvak
3—9 Januari 1929 zijn vertrokken:
P. Beukman met gez., van Molenstraat
0.Z. 23 naar Parijs, rue Charon 4. H. v. de
Brink,, van Amersf.str. 91 naar Zeist, P. v
Wiedrechtlaan 18. C. Klomp met gezin, van
Dijkhuisstr. 19 naar Zeist, Legerplaats, nood
woning 6. H. Mesie met gezin, van Schou
tenkampweg 6 naar Ginneken, Valkeniers
laan 137. C. G. C. Pasman, van Middelwijk
str. 24 naar Markelo, bij ouders. ,J. M. van
Reijn, van Laanstr. 2 naar Leusden, Hamers-
veld, p.a. Schmiedewint. H. M. Klabbers,
van Schoolweg 2a naar Utrecht, Vredenburg
1. G. v. d. Broek met gez., van Gallenkamp
Pelsweg 6a naar Baarn, Rozenstr. 13. J.
Groot met gezin, van v. Maarenstraat 23
naar Akersloot, Breedelaan. H. Wiedijk, van
Schoutenkampweg 8 naar A'dam, Anjelier-
str. 85 II. A. P. Hesp, van v. Weedestraat
14 naar Uden, Gymn. Kru-isheeren. C. v.
d. Zwaag, van Middelwijkstr. 5 naar Texel,
den Burg, Binnenburg 22. E. F. H. Slothou
wer, van Amersf.str. 36 naar A'dam, Amstel-
kade 33II. R, H. Frank, van Kostverloren-
weg 7 naar Nunspeet, L 135. A. J. Pechtol
met vrouw, van Verl. Postweg 28 naar Dor
drecht, Tollensstr. 17 zwart.
VERHUISD:
Lijst, van personen welke in het tijdvak
3 9 1929 ir. der.c neurie rijn
verhuisd:
C. v. d. Grift, van Veenh.str. 84 naar
Beetzlaan 86. J. G. Schermer, van Sinnema-
plein 1 naar Amersf.str. 36. W. v. Donselaar,
van Birktstr. 80 naar Birktstraat 12.
EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG
ZONDAG.
Zon in uw kamer en zon in uw hart
Sluit buiten de ziekten en verdrijft de smart.
MAANDAG.
Hij, die ons voor schadelijke zaken waar
schuwt, verdient even goed onze dankbaar
heid, als hij die ons den rechten weg aan
wijst.
DINSDAG.
Het gezond menschenverstand is voor den
geest, wat het geweten voor het hart is.
WOENSDAG.
Zijn plicht te doen is goed, goed te
doen is plicht.
DONDERDAG.
De weldaad van te blijven leven wordt
door ons betaald met ons oud-worden.
VRIJDAG.
Het schoonste geluk, wat de mensch kan
doen en het schoonste geluk, dat hem ver
heft en zedelijke volmaking kan te beurt
vallen, is ernstig streven naar een ernstig
doel.
ZATERDAG.
Het levensboek moet men vrij van fouten
en vlekken houden. Men zij er op bedacht,
dat men er niet in stuffen kan.
Torenstraat 10, Telefoon 2090
SPECIAAL ANTHRACIETZAAK.
VAARTWEG 41
HILVERSUM
VERSCHAFT CREDIETEN
OP GEMAKKELIJKE
VOORWAARDEN
GEOPEND ALLE WERKDAGEN
VAN 10—1 UUR EN MAANDAG-,
WOENSDAG- EN ZATERDAG
AVOND VAN 7-8 UUR.
BURGELIJKE STAND
SOEST
GEBOREN:
Jan Pieter, z. v. J. Tiggelaven en J. de
Groot, Birktstraat 86. Antonius Gerardus, z.
v. J. v. d. Berg en J. v. Beek, 2e Wetering
pad 5. Jan Sebastiaan, z. v. W. J. de Oruijter
en M. S. Feuerstein, Verl. Schoolweg 15.
Johanna Cornelia, d. v. J. v. d. Valk en C.
v. Asch, 2e Weteringpad 1. Nanda Hendrika,
d. v. J. C. Swager en J. W. Lodder, Vosse-
veldlaan 47. Marrigje Heijkoop, d. v. T. de
Bruin en A. v. d. Horst, V. Postweg 53. Eg-
berdina Jacoba, d. v. R. Grift en W. v. Grol,
Nieuwstraat 30b. Geertruida Adriana, d. v.
J. Werkhoven en S. Heijmeskamp, Beuken
laan Ha. Jacobus Dirk, z. v. J. de Jong en H.
J. v. d. Heuvel, Bosstr. 30. Everdina, d. v.
BAARN
GEBOREN:
Gerritje, d. v. J. Steenkam-er en G. van
Woudenbergh. Theodora Maria Alijda, d. v.
J. J. van Wegen en M. Th. Schwegler. Jo-
hannes Everardus Maria, z. v. J. E. Elbertse
en M. J. Oremus. Alida, d. v. J. Th. Fern-
hout en M. J. Swidde. Jan Cornelis Her-
manus, z. v. J. van Lambalgen en G. Hop.
Willemijntje Hendrika, d. v. W. Veldhui
zen en A. C. de Vos. Metj-e Catharina Mar
garetha, d. v. A. Brandt en G. Slechtenhorst.
Albert, z. v. M. van Maaren en H. Heistra.
Maria, d. v. J. van Rees en G. J. Raven
horst. Frans Herman, z, v. P. J. Coorens
en J. van Twillert.
GEHUWD:
B. Hendrikse en W. v. d. Vis.
OVERLEDEN:
Odilia Hendrika van Wegen, 53 j., ge
huwd met S. Schouten. Rinske Bijlsma, 67
j., wed. W. Verhoef. Gijsbertus Boer, 67 j.,
gehuwd met M. Kleijn. Gerrit, 5 mnd., z.
van W. Maanen en M. Veldhuizen.
VAN KNELIS.
Vrouw. Vrouw!
Kom. Kom eens hier!
Brandnetel is verdwenen.
Hier, lees zelf. 't Is om te huilen.
Hij is te druk. Hij kan niet meer schrijven.
Hij is al weg. Ik kan mijn oogen niet ge-
looven.
Hier lees zelf in „De Soester".
Bericht van de Redactie.
De Redactie van „De Soester" ziet
zich tot haar spijt genoodzaakt den le
zers te berichten, dat de „Gemeente
film" tot 't verleden behoort. De schrijver
die al reeds niet meer in onze gemeente
woonde, is door toeneming van werk
zaamheden niet meer in staat geregeld
zijn wekelijksche bijdrage te leveren.
Het spreekt van zelf, dat de redactie
terstond pogingen in het werk gesteld
heeft, de door onze lezers zoo zeer ge
waardeerde rubriek, te continueeren,
pogingen, die zich laten aanzien wel
verwezenlijkt te zullen worden. Wij ho
pen te slagen, en hopen tevens, dat onze
nieuwe medewerker zich dan weldra
zal mogen verheugen in dezelfde waar
deering, die zoo ongevraagd en onom
wonden meermalen getoond is voor
„Brandnetel's"-Films.
En zie hier, wat hij boven zijn laaste film
schrijft:
(De Cste en laatste.)
't Is niet om te gelooven. Arm Soest. Moest
U dit nu ook nog overkomen.
Hoeveel hebt gij in de laatste jaren al niet
moeten verduren. Het laatste leven, het laat
ste wat ons eens per week nog eenig ver
tier gaf, is voor goed verdwenen, 't Is nu
gedaan met Soest, voor goed.
Negentig punten, zegge negentig films, heb
ik nem voorgegeven en nu ik een Serie van
10 krabbels heb gemaakt, gaat hij er van
door en laat mij met het veeleischende
Soester publiek alleen.
Ik heb het vorige week wel gezegd. De
aardigheid was er af voor Jan, nu men al
gemeen wist, dat hij de Soester Kuitenprik-
per was.
Eigenlijk is het ook zijrn eigen schuld.
Het gesol met steeds dezelfde personen
was al lang niet leuk meer, het werpen met
ordinaire visitekaartjes vond men min en het
afdraaien van steeds dezelfde plaat gaf steeds
valscher geluiden te aanhooren.
Juist nu, nu ik gevoelde, dat ik hem te
hulp moest komen, nu zijn films niet meer
zoo gretig werden gegeten en nu wij afge
sproken hadden, hand aan hand en beiden
vermomd door een meer of minder mooi
masker, den gemeentenaren eenige afwisse
ling te bezorgen in hun eentonig Soester
bestaan.
Eén ding vind ik echter flauw van hem;
dat hij vertrokken is zonder orde op zijn
zaken te stellen, zonder zijn baas en de le
zers behoorlijk op te zeggen, zonder van hen
afscheid te nemen -en zonder te vertellen,
wie hij nu eigenlijk is, want dit laatste heeft
hij ons toch beloofd.
Altijd heeft hij gezegd, als ik voor goed
eindig, zal ik U vertellen, door welk onoog
lijk mannetje gij U zoolang hebt laten beet
nemen.
Neen, dan vond is zijn eerste retireeren veel
eervoller; U weet wel, toen met dokter
Groenman. Toen behoefden we niet zoolang
op de ontknooping te wachten en werd ons
na één of twee dagen langs den weg reeds
een bulletin in de vingers geduwd met de
mededeeling, dat hij ons lekker had bedu
veld. En wat kon ons het toen schelen, dat
hij door de familieleden van dokter Groen
man "hiertoe was verplicht geworden.
Maar zoo is 't, zoo is 't; hij is Ford en
niemand weet waar hij zit.
Als ik nu maar wist waar Grada zat, dan,
was de zaak spoedig opgelost. Beslist ik
ging hem ophalen, oin hem weer aan Grootje,
Frans, Teus en den Schoenlapper van de
Heuveldwarsstraat uit te leveren. En ik ge
loof, dat de lezers hem ook nog wel in
genade zouden aannemen. Och, een koe,
die weinig geeft, is toch ook een koe.
Beslist, met de oude tramwagen van
Frans zouden we worden afgehaald; Jan met
zijn uilebril en Knelis met zijn klepbroek.
We zouden worden opgewacht door B.
en W., de ambtenaren, de raadsleden, de ver
schillende commissies en vele gemeentenaren,
allen voorzien van vlaggetjes, vervaardigd
van oude met modder besmeurde „Soesters"
en geel geworden „Soester Couranten".
Maar wat ik in al deze narigheid zoo
opvallend v.ind; hij is vertrokken zonder
Grootje en zonder verhuisbiljet; zijn ont
slag als raadslid heeft hij niet ingediend; de
huur van tie bergplaats van zijn Fordje
heeft hij aan zijn vriend, wien hij zoo gaarne
een muziek- en dansvergunning had bezorgd,
niet opgezegd; van Frans en Teus heeft hij