LA P0RTE&Co.-BANKIERS 1
TUINPARASOLS
Luxe Auto-verhuur
VENEMA
Uitgave: G. J. SMIT, Soestdijk. Bureau: Van Weedestraaf 35, Telefoon 2181
N.V. Cramer's Bahangerij
en Meubileerlnrichting
Opnieuw ontvangen:
een uitgebreide sorteering
Behandelen alle Bank
en Effectenzaken
Safe-Deposit
Rentevergoeding voor Deposito's:
o.a. voor een maand vast 4°|0's jaars.
0. F. VOIGT - Burgem. Grothestraat 28 - SOESTDIJK
S STOOMWASSOHERIJ 1
DE KOLK"
MIJNHARDT's
C. Verschoor, Nieuwstr. 57
kl&'
Tentoonstellingen.
Woord en Daad.
eigen gestopt-
SLAPPE STIJVE BOORD
krabbels
8e Jaargang No. 31
6egarandeerde oplaag 3QOO exemplaren.
Vrijdag 2 Augustus 1829
DE SOESTER CDUD/WT
Abonnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soesterberg, 25 cent per
3 maanden.
Voor buiten 50 cent per 3 maanden.
Bijkantoren: VAN OE VEN'S Boekhandel, Baaro en C. j. VAN DAM, Rademakeratr. 15, Soesterberg
ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Hke regel, meer 15 cent
Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief.
Bij contract belangrijke korting.
Laanstraat 61 - Telefoon 119
3APRH
Gegarandeerd roestvrij, lucht- en
lichtecht.
ONZE RIJMKRONIEK
(Nadruk verboden)
(Ingezonden.)
UW LEVENSKRUIS
O, zoudt gij, lijdensmoe, uw levenskruis
ooit vloeken,
dat U, wel vaak, van pijn den schouder
schrijnen doet.
Het dwingt uw vluggen voet, het rechte
spoor te zoeken,
in meer bedachten gang, die U voor
vallen hoedt.
Uw kruisO, heb het lief ter wille
van de bloemen
die 't eenmaal dragen mocht, bij zoele
lentelucht,
Het is gelijk de boom, wiens bloeitijd
g' eens mocht roemen,
die 't bloesemkleed verloorom 't
rijpen van de vrucht.
Uw kruis. Herinner 't U: Eens, in uw
bloeiend Eden,
hebt gij zijn bloementooi als 't schoonste
deel begeerd.
Was 't toen de reine bloem, waarom gij
hebt gebeden
O, prijs dan nu de vrucht, die thans uw
deel vermeert...
En als de levensweg, waarlangs U 't Lot
zal drijven,
straks eenzaam wordt en doodsch als
U het gaan vermoeit:
dat dan de geur der bloem U immer bij
moog bljjYen.
die op uw levenspad zoo kort slechts
heeft gebloeid.
Zij was de teere bloem, die hart en zin
verrukte,
die 't zware levenskruis verborg voor 't
geestesoog
die 't beeld der schoone jeugd U diep in
't harte drukte:
toen nog geen levenskruis U op de
schoud'ren woog.
Zij was de teere droom, in Eden's toover-
dreven
in lonkheid's Paradijs, bij zomernacht
gedroomd.
Zij, prijkend in den hof van 't hopend
jonge leven,
heeft, talrijk, 't ideaal van uwe jeugd
omzoomd
Welk lieflijk droombeeld was U in het
hart geslopen.
Wat gouden lichtglans hing in uw ver-
rukte ziel.
Hoe scheen reeds van nabij uw levens
hemel open
toen van uw levenskruis de eerste bloeme
viel.
Uw KruisO, vloek het niet. Het moge
straks U leeren,
als, buigend onder 't wicht, gij 't eind
uws wegs genaakt
dat op de Levensreis bij 't eind'lijk
huiswaarts keer en
in zijne schaduw ook een ruste wordt
gesmaakt.
tuiging, hoe afkeurenswaardig ook, behoeft
ons evenwel nog niet tot huichelaars te
stempelen; maar het signaleert opmerkelijk
onzen zwakken wil en mede ons gebrek aan
zelfkennis. Toch valt daarbij ook een goede
eigenschap te noteeren. Wij willen n.1., dus
doende, onzen medemensch er niet laten in-
loopen en wij willen tevens recht laten
wedervaren aan wat goed en schoon is;
daarvan getuigt immers onze aanbeveling.
Maar wat te denken van ons zelf? Hoe
kunnen wij ons verantwoorden tegenover
de door ons gehuldigde beginselen, die wij
eenvoudig maar niet naleven? En hoe be
schaamd moeten wij staan tegenover onze
medemenschen. Och ja, daar zijn veront
schuldigingen. Maar verontschuldigen die ons
wel? Er kunnen levensomstandigheden zich
voordoen, die het ons uiterst moeilijk ma
ken onze beginselen in alle deelen na te
leven.
De goedwillende mensch, die inderdaad
zich er op toelegt goede, edele beginselen
tot de zijne te maken, kan immers voor een
keuze worden gesteld, die hem doet zwichten
zij het dan ook met strijd en onrust.
Er kan noodzakelijkheid aan de eene zijde
staan. Maar bestaat er dan noodzakelijk
heid om datgene, wat men voor plicht of
althans voor een mooi beginsel houdt, niet
na te leven? Deze rechtstreeksche vraag is
zeer moeilijk te beantwoorden, te meer daar
toch de verwikkelingen en de bizondere toe
standen, die den mensch van wat hij goed en
recht oordeelt, doen afwijken, bekend zou
den moeten zijn, om een zuiver oordeel te
kunnen uitspreken. Doch onloochenbaar is
het, dat er omstandigheden bestaanbaar
zijn _van zóó ingrijpenden aard, dat zij ook
door den strengsten beoorde.elaar als ver
zachtende omstandigheden moeten aange
merkt worden, ook daar, waar het de ver
loochening van een aangenomen principe
geldt. Der menschen natuur komt menig
maal in botsing met zijn leer, doch sluit
niettemin beg-inneloossheid voor hem uit,
wanneer toch zijn streven hem heilige ernst
is. Laten wij tenminste zooveel menschen-
kennis en zooveel rechtvaardigheidsgevoel
bezitten, dat wij dit erkennen. Wij zijn
menschen geen heiligen.
BAARN
BUSSUP/I
SOEST
Gediplomeerd Drogist - Opticien
FOTOHANDEL - ONTWIKKELEN VOOR AMATEURS
TELEFOON No. 615
Wii dobb'ren immer voort naar onbe-
kende landen
van wat ons wachten zal, bij voortgaan
onbewust.
Maar 't is dezelfde hand, die stuurt naar 't
dorre stranden;
en 't is dezelfde hand, die stuurf naar 't
„Land der Rust
VIKING.
Hoofdpijn-Tabletten 60 ct
Jï1
AMERSFOORT
EEN GOED ADRES
VOOR UW WASGH.
afhalen
steld zijn voor het minst, gedesillusdon-
neerd. En wij zelf?Wij zouden die leg
kaart gauw in de doos opbergen en het diep
betreuren, dat wij daaraan ons heele leven
hebben besteed. Er zullen misschien uitzon
deringen zijn; men mag voorzeker niet het
geheele menschdom met dezelfde maat me
ten. Wij nemen bij onze beoordeeling na
tuurlijk slechts eenige modellen voor oogen,
en deze modellen, deze beelden?... hangen
niet in de tijdingzaal van een courant. Ze
worden gewoonlijk niet geëxposeerd. Doch
zulke voorbeelden, vermeerderd en geïllu
streerd door onze zelfkennis, vestigen toch
Dij ons menschen, stellig vrij algemeen de
overtuiging, dat er, in het algemeen, een
verre afstand is waar te nemen tusschen
„woord" en „daad". Onze goede wil is
nog zoo afhankelijk van bijkomende dingen,
van velerlei omstandigheden en invloeden,
van onze zwakheid ook vooral. Doch wij
mogen ons toch niet verontschuldigen met
het veel gehoorde: „Nu ja, niemand is im
mers volmaakt". Een ernstig en geslaagd
zelfonderzoek behoeft aan onzen levenslust
aan onze levensblijheid geen afbreuk te doen;
doch wij kunnen daarbij toch zeer goed
voor oogen houden, dat Woord en Daad bij
elkander behooren, waar zulks goede voor
nemens en de verkondiging van goede hoog
staande beginselen betreft. Doch de inens.cli.
thalen en thuisbezorgen iederen dag.
Maar hoe is dan toch de betiteLing van
.hoogstaande mensch" in de wereld geko-
m Die betiteling is dikwijls om niet te gehouden,
zeggen: meestal slechts een phrase, al
thans menigmaal sterk overdreven. Immers
wat zijne tekortkomingen aanbelangt, is de
mensch van nature geneigd deze niet naar
buiten te brengen en zelfs, wat men noemt
in alles wat voor het voetlicht komt, z'q
beste beentje naar voren te brengen, wat
ook al weer het zelfbesef in zich sluit, dat
innerlijk niet alles betreffende doen en laten
zuiver is, en hij bijgevolg niet onaangeklced
moet uitgaan. Ja, dat moreel toilet heeft
heel wat te beduiden en daaraan wordt
meestal door den mensch heel wat zorg,
heel wat moeite besteed. Als wij niet zoo
aangekleed waren als wij onder de oogen van
anderen komen, dan zou er niet zoo veel
menschenkennis noodig zijn oin elkaar wat
beter te kennen. Doch, stil wat. Wij laten
de toiletkamer ook niet heelemaal met
rust, waar wij onder onze eigen oogen moe
ten verschijnen. Doch dan gelukt ons datver-
kleeden toch minder goed. De inensch kan
zich zelf toch minder gemakkelijk foppen
dan anderen, want het eigen zielsoog ziet
scherp. Het is zoo dicht bij die binnenkamer
van den mensch, waar alles bedacht en be
redderd wordt, dicht bij die kleedkamer ook,
waar de regisseur van ons innerlijk leven
(het geweten) zoo gemakkelijk kan binnen
komen. Doch die regisseur gaat niet mede
op het wereldtooneel. Als de mensch ten
tooneele verschijnt, wordt de regisseur zoo
maar pardoes in de kleerkast gestopt en
secuur opgesloten. Want deze chef achter
de coulissen houdt beslist niet van grimee-
ren en schminken. Hij mag niet mee op het
levenstooneel, waar gehandeld, geschacherd
en gegesticuleerd wordt; maar in de af
zondering, als de mensch eens met zich
zelf alléén is, bijv. in slapelooze nachten, dan
1 kan die mensch dezen regisseur niet in de
kleerkast houden, dan roert deze chef zich
en Laat zich gelden. En hij zegt het onver
bloemd en duidelijk aan den mensch: dat
de vertooning geheel of gedeeltelijk met ui
orde was, dat er weer geverfd en gegesti
culeerd is en dat het applaudissemetit ge
heel of gedeeltelijk onverdiend is binnen
gekomen. Het publiek heeft zich uitgesloofd,
zegt het geweten, vooreen vertooning.
Ja, het publiek, hoe critiseerend ook aan-
j gelegd, stelt zich nog maar al te dikwijls
J met bombasterij tevreden, maar „de waar-
,Wilt gij, dat uw vermaningheid>» die geweten uit de costuumkast
zelf, hij piaatste" zichzelf nimmer op een pië
destal. De openbaar-wording van de zelf
zucht, de eerzucht, de heerschzucht en vele
andere zuchten, die hem leiden en beheer-
schen, zal hem ongetwijfeld eenmaal van
zijn voetstuk rukkenwant hoog staan
is een moeilijk werk en op de teenen
staan verheft ons maar weinig boven ande
kan buitendien niet lang worden vol-
VIKING,
U5 cent per K.M.
Dag en nacht te ontbieden.
TELEFOON 2247.
producten. Ze vergelijken slechts wat daar
staat met wat ze wel eens meer gezien heb
ben. Maar dieper doordringen doet het
niet. Het is geen stuk van hun leven.
Toch zou ik ieder aan willen sporen, als
ze in de gelegenheid zijn, tentoonstellingen
te bezoeken. Goed bekijken, wat daar wordt
tentoongesteld. Belang stellen in het werk
van anderen. Leeren begrijpen, onder welke
omstandigheden anderen moeten werken en
hun producten voortbrengen. Leeren waar-
deeren den arbeid van andere groepen, dan
waartoe we zelf behooren. Vragen, wat ons
niet geheel duidelijk is.
D.n zal elke tentoonstelling slagen en
leerzaam zijn voor allen.
Bifïoekt in dien geest de komende ten
toonstellingen, dan verzeker ik U: Elke ten
toonstelling zal slagen en bij een nadeelig
sald'ji toch nog voordeel afwerpen.
I BURGERLIJKE STAND
S>
lofs
Elis
Zw
SOEST
GEBOREN;
irandus Egbertus Petrus, z .v. P. Roc-
en E. Veltman, Kerkstr. 14. Maria
jeth, d. v. P. v. d. Broek en G.
PLUIMVEE, TUINBOUW ENZ.
Laxeer-Tablctten
60 ct
Zenuw-Tabletten
75 ct
Staal-Tabletten
90 ct
Maag-Tabletten
75 ct
Bij Apoth. en
Drogisten
De zomer laat goed weten, dat hij er is.
Droogte en nog eens droogte. Toch valt
de oogst van verschillende producten nog
al mee. Met het gras is het op vele plaatsen
treurig gesteld. Daar is hard regen noodig.
Toch komen evenals andere jaren de ten
toonstellingen weer gewoon voor den dag
en bloemententoonstellingen doen niet on
der voor andere jaren.
Over enkele weken zullen fruit- en groen-
tententoonstellingen weer van zich laten
hooren. Kaasdagen worden op vele plaatsen
al gehouden en als de zomer ons gaat ver
laten, zullen pluimvee- en konijnententoon-
stellingen de bladen weer vullen.
Een tentoonstelling is een heel werk. Veel
voorbereiding gaat er aan vooraf. En we
zeggen niet te veel, als we beweren, dat de
voorbereiding het succes voor het grootste
deel bepaalt.
Besprekingen haast zonder eind gaan er
aan vooraf. En dan komt het werk.
De bezoeker ziet dat niet, weet dat vaak a. J- S.
niet eens. Vindt zoo'n tentoonstelling prach
tig, je ziet er nog eens wat en verder denkt
hij niet.
Een tentoonstelling kan zeer veel voordeel
i nut afwerpen voor de omgeving. Voor
deel en nut voor de tentoonstellende ver-
eeniging is er meestal niet, tenminste niet - la
ccm*..ë deei vvant meestal Slooten en G. Langerhorst.
waarlijk nuttig werkt, leg er U
dan op toe, om wat gij in anderen
leelijk en afkeurenswaardig vindt,
Ln U zelf uit te roeien.
Of meent gij, dat die anderen
blind zijn?"
Wij menschen zijn gewoonlijk wel bereid,
met veel overtuiging aan anderen den weg,
die ons voorkomt de juiste te zijn, aan te
prijzen, wat ten zeerste voor ons moreel
schoonheidsgevoel pleit; doch niet zelden
laten wij welbewust na, dien goeden weg
zelf te bewandelen. Zóó onverschoonbaar
inconsequent zijn wij inderdaad menigmaal.
Dit in tegenspraak zijn met eigen over-
verlost, stuurt het op den mensch af, soms
als deze nog bezig is den onverdienden
krans of bloemenruiker te bewonderen. De
wierook, die de menschen ons toezwaaien,
vermag gelukkig niet binnen te dringen in
dat verborgen heiligdom, waar waarheid en
geweten zetelen.
Och, de Mensch is zoo spoedig en zoo
gemakkelijk over zich zelf voldaan. Boven
staande beeldspraak geeft dit waarlijk niet
te scherp aan. Als wij ons leven eens als
een legkaart in elkaar zouden zetten en
Akkerweg 4. Jan Cornelis, z. v. T.
1 c Kooi, Beckcringhstraat 16.
&ct Nieölstas johanries, z.
E. Önwezen en G. Westhof, Mo-
lenstr. W.Z. 51. Margaretha ELisabeth, d. v.
D. B. Brugma en E. M. Meijer, Am.str. 6a.
Hendrika Maria ALida, d. v. W. P. Th. Haar-
mans en W- den Daas, Amersf.str 58 Ger-
rit, z. v. B. J. ter Haar en M. J. Braskamp,
L.'Bergstraat 2.
ONDERTROUWD:
J. A. Marx en E. Sporry.
GEHUWD:
J. Krijnen en G. v. d. Hoef. R. H. Soe-
ter en C. R. J. Gaasbeek. J. Noorlander en
J. Bunj es.
OVERLEDEN:
Alijda Huijskes, 25 j., geh. met C. Kok,
Jacobus v. Herwaarden, 69 j., geh. met M.
Veldman. Hilbrand Coops, 79 j., wedr. v. A.
Marenga.
GEVESTIGD:
W. Houtveen, Isseltscheweg 5. J. C. Brui
gom, Birktstr. 35a. E. D. v. Looijengoed,
B. Grothestr. 18a. G. H. Leeuwe, Juhanastr.
69. J. F. Wieck, Steenhofstr. 45. A. J. Ter-
weij, Rademakerstr. 25. E. Gammauf, Burg.
Grothestr. 75. G. E. v. Schalk—Wevers, v.
Weedestr. 34a G. v. Essen met vrouw,
Schooldwarsweg 8. A. de Waal Malefijt,
Nieuweweg 119. G. G. Doorenbos, Bosstr.
61. W. de Haan met vrouw, Smitsweg 2c.
VERTROKKEN:
E. A. Tissot van Patot, van Bartolottilaan
23 naar Delft, Oostsingel 63. G. Beek met
gezin, van Nieuweweg 89 naar Tienhoven
(Utr.) 43. M. Wendt met gezin, van Lange
.Brinkweg 39 naar Westervoort, ljsseloord.
G. v. Santen, van Nieuweweg 12 naar Baarn.
Mesdagplein 22. G. Kortenbosch, van F.
C. Kuijperstr. 1 naar De Bilt, Bilderdijklaan
106. H. W. Wijkenga, van Heideweg 36 naar
Bilthoven, Koppenlaan 21. J. E. M.
van Kerkstr. 3 naar Zeist, Nooit Gedacht 66.
VERHUISD:
C. J. Wieseman, van v. Lenneplaan 12 naar
Birktstr. 31. W. P. Th. Haarmans, van Sm-
neinaplein 6 naar Amersf.str. 58. G. v. Lui-
nen, van Dorresteinweg 5 naar Beetzlaan 43
A. 'j. S. Knijpers, van Spoorstr. 32 naar
Spoorstr. 26. C. M. Keijser, van Vredehof-
str. lb naar Spoorstr. 26.
BAARN
GEBOREN
Christiaan Johannes, z. v. P. Linibach en
M- Veenboer Jan Anthonius, z. v. J. van
een direct geldelijk voor
leest men na afloop, dat er zooveel procent
van het garantiefonds noodig was.
Maar voor de bezoekers is een tentoon
stelling van yeel nut.
Nu zijn er op een tentoonstelling twee
soorten bezoekers, namelijk belanghebben
den en belangstellenden. De belanghebben
den zijn er op uit veel van die tentoonstel
ling te leeren. Ze vergelijken, wat daar ten
toongesteld wordt met hun eigen produc
ten. Ze vragen, hoe dat alles zoo moo-i
goed daar staat, terwijl het bij hen v;
niet wil. Kijk, zoo'n tentoonstelling leert aan
belanghebbenden veel. Ze brengt hen in aan
raking met collega's, die ze anders nooit of
bijna nooit ontmoeten. Ze leeren daar van
elkaar. De tentoonstelling is daarvoor de
ONDERTROUWD:
G. H. Jansen en ,A- Rengers. R. van Dun-
schoten en E. de Wit.
GEHUWD:
J. van Daal en W. Voigt.
OVERLEDEN:
Dina Hendrikse, oud 53 jaar, geh.
L. Kamper.
INGEBONDEN STUKKEN
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
geen stukjes daaruit waren zoek geraakt, ongezochte 6elegenheid. dingen
De Soester, Brandnetel,
Redacteur Mr. J. H. van Doorne.
Ondanks opzeggen en het niet meer wil-
len ontvangen van ,De Soester" in je huis,
wordt liet toch nog iedere week in de bus
Onwillekeurig loopt men het geschrevene
in dat vuilnisbakje even door en ook wat
de stumperd Brandnetel nog heeft te zeggen.
Pijpen, wandelstokken en flambarthoeden
schijnen voor dit portret roode lappen
te zijn, die een stier woedend maken.
Genoeg daarover, de persoon uitgebeeld,
zal toch ondergeteekende wel zijn.
Maar dat de redactie van „De Soester"
toelaat, dat zulke stukken worden opgeno
men, dat igaat toch wel een beetje te ver,
vooral daar dat redacteurtje nog wel Mees
ter in ide Rechten is.
Maar dat Mr. van Doorne toelaat, dat zulk
gebazel onder de oogen van het publiek
komt, toont toch wel, dat hij als verant
woordelijk redacteur ivan „De Soester" niet
bezit, datgene, wat van een Meester in de
Rechten wordt gevorderd een man van eer
te zijn.
Want hij moet toch niets op laten nemen
in dat blad, wat op leugens berust.
Bij ondergeteekende is beschikbaar ter in
zage kwitantiebewijs, als voldaan te heb
ben het abonnement van „De Soester".
Toch constateer tik, daar, waar ik steeds
persoonlijk betaalde aan het kantoor van
„De Soester" en dan de kwitanties doormid
den scheurde {zelfs eenmaal aan den heer
Iburg zelf) met het gezegde, men kan niet
alles bewaren, ik betaal toch geen twee
maal, dat, gezien dat stuk scheuren, men'
heeft gedacht, daar kunnen wij Uiterwijk'
mede hebben en nu is het gemakkelijk om
hem te beschuldigen, dat hij nog twee jaren
abonnementsgeld is verschuldigd. Maar toch
al gaat het wel eens moeilijk, toch zal de
waarheid zegevieren.
Het is eenmaal gebeurd, dat ik niet per
soonlijk aan het kantoor ben geweest en
toen werd de kwitantie gepresenteerd bij mij
thuis aan moeder ,de vrouw en die heeft
deze voldaan en die kwitantie van het 4de
kwartaal 1928 iis nog in ons bezit en voor
ieder ter inzage.
Mr. van Doorne, Redacteur, is U dat goed
duidelijk en nu gaan wiij even na, wat U
schrijft als redacteur in Uw stuk in het num
mer van 27 Juli 1.1.
U beweert daarin, /dat Iburg, die niets
van mij had te vorderen, totaal geen schuld
heeft aan mijn faillissement.
Kom, kom, wat naïef, maar ook daarin
ben je een leugenaar, als je de heer Iburg
wilt verdedigen, ik voor mij weet het zeker,
waar dat heer persoonlijk tegen mij heeft
gezegd; ik zal niet rusten, voor ik jou in
je naakte hemd op straat zie staan; dat hij,
wetende, dat Alblas iets van mij had te vor
deren en Iburg, die een go-ede cliënt is van
Alblas, tlezen' neerr opgewarmd oih mijn
faillissement aan te vragen. Dus dat herhaal
ik nog eens schriftelijk.
En in dit geval heb ik met beweringen
van Jansen van Raay en mijn Curator niets
te maken.
En dan schrijft U, dat men verbaasd zal
zijn over de lijst van crediteuren, die iets
van mij hebben te vorderen.
Jan van Doorne, er zijn er, die hebben
te vorderen, maar toch weet U ook, dat,
waar mijn huis door mij betaald, met aan
leg van tuin, voor de somma van f 11.500.—
en wat ik uit de hand te koop heb aange^
boden, zeer zeker voor een liefhebben
ruimschoots datgene door mij was ontvan
gen, om ieder het zijne te kunnen geven; de
volle 100 pCt.
Is U een man van eer, om zooiets te dur
ven schrijven, U, die van mij heeft geprofi
teerd. U, die in Uw kantoor, wat U hebt
laten bouwen, vanaf het begin van mij in
gebruik hebt een schrijfbureau, een schrijf
machine niet bijbehoorende tafel en bureau
stoel. U laat toe, dat tegen mij geschreven
wordt door Brandnetel, mij in den hoek
tracht te schoppen als het gaat tegen Iburg.
Komt dat soms, dat ik ook mijn krachten
nog heb gegeven voor Uw Centraal Admi
nistratiekantoor voor Belastingzaken.
Ik maakte voor Uw kantoor n.1. de hier-
volgende z-akenmenschen tot Uw cliënten:
A. Luitink, Harderwijk; H. Uit de Bosch,
Harderwijk; L. C. Phrommer, Harderwijk;
W. Cozijnzen, Nijkerk;, J. Snapper, Nijkerk;
J. B. Timmer, Putten; A. v. d. Heide, El-
burg; A. Hup, Elburg; D. Jansen, Ermelo,
Veldwijk; R. Fokkens, Ede; G. Joosten, Ede.
Maar gehoord hebbende de gezegde's
over Uw kantoor, heb ik, zoo U weet, de
zaak stopgezet en sindsdien is Uiterwijk uit
de gratie nietwaar.
En nu Iaat U toe en U is zelf de hoofd
schuldige, dat ik word belasterd, is dat fair
van een beëedigd persoon als Meester in
de Rechten.
Dan nog verder: Uw zienswijze te belich
ten als advocaat het volgende: U hebt mij
persoonlijk doen toekomen een schrijven, be
zorgd door een van het personeel van Al
blas, gedateerd 22 Juli 1.1.
U moet als advocaat toch zeker weten,
dat aan mij geen brieven mogen bezorgd
worden, die niet zijn ingezien door mijn
Curator. En al was dit een dreigbrief van.
U, dat ik mijn woorden moest herroepen
inzake mijn gezegde in de Rembrandtzaal
tegenover de heer Iburg toch, om mij in iets
te sparen, dat luste mij niet.
Ik weet wat ik doe, ik weet wat^ ik zeg
en ik weet wat ik schrijf. Voor mij atteien
de verantwoording.
Maar dat teekent, dat U als advocaat m
dezen de wet mtcluikt.
En heusch Van Doorne, ik weet ook, ik
stad op glad ijs. Mijn Curator is één van
LJw compagnons in het 'advocatenkantoor,
maar gezien de toestand, hoe bedroevend
ook voor mij en mijn gezin, ik waag nuj,
op dat ijs. U schijnt inderdaad over mij te
kunnen beslissen. Toen mijn faillissement
is uitgesproken, belde U mij des avonds op
en U gaf mij een opdracht namens Uw
compagnon Mr. de Geus.
Mijn antwoord aan U was: Ik zal hetgeen
over mij besloten is en wordt, niet anders
accepteeren, of het moet komen Uit den
mond van mijn Curator zelf.
EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG
ZONDAG.
Behandel eiken mensch overeenkomstig
zijn aard. De psychologie leert daarvoor de
regels kennen.
MAANDAG.
Nooit is armoede een verontschuldiging
voor een onverzorgd uiterlijk.
DINSDAG.
Oordeelt niet naar het aanzien, maar oor
deelt een rechtvaardig oordeel.
WOENSDAG.
Voor alle gevoelen en denken, spreken
en handelen moet gij helder weten en inzien,
wat gij te doen hebt. Gij leert zóó uzelf
grondig onderzoeken, begrijpen en behan
delen naar uw innerlijk wezen.
DONDERDAG.
Uw gang, uw houding behooren tot de
voornaamste punten, die voor of tegen u
kunnen zijn.
VRIJDAG.
Gezondheid is de harmonische toestand
van lichaam, verstand en wil, die de lichaams
organen in staat stelt hun functie behoorlijk
te verrichten en de positieve vermogens en
eigenschappen in aanzienlijke mate helpt ont
wikkelen.
ZATERDAG.
Breek met de sleur, let op de kleinig
heden.
HEEREN-M00EMAGAZIJN
F.C. Kuiperstraat 10 - Telefoon 2169
De nieuwste uitvinding is het
De ideale Zomerdracht.
mijn failLissement uitgesproken; tot heden
heeft de Curator zich nog niet verwaardigd
in mijn huis te komen. Wel liet hij mij twee
maal bij zich aan het kantoor ontbieden.
Is dat dienen de gerechtigheid.
Als altijd steeds voor de waarheid, wat
het mij dan ook kost.
C. UITERWIJK-
9UHU Vdii mij"
Het is nu 30 Juli. 20 Dagen geleden werd
VAN KNELIS.
Wa-blief? Wie dat
nu eigenlijk is?
Knelisl
Ja, hier is Kneli^
nou! En bijna zou ik
zeggen, wat willen
jullie nou van me.
Maandenlang heb
ik jullie, oud- en
nieuw-Soesters, hoo
ren zeggen „wie zou
die Knelis toch zijn",
of „ik zou toch wel
eens willen weten,
wie er achter of in die Knelis zit".
Vorige week Zaterdag nog was ik ge-
'tuige van een heibeltje omtrent deze vraag.
Niet minder dan een 12-tal buurvouwen had
den een twistgesprek, over de vraag, wie
Knelis was en vermakelijk was het, hoe een
slagersjongen een eind aan de zaak maakte.
Jullie motten stemmen, riep hij met eenige
verheffing van stem en het gebeurde.
Maar nou vraag ik jullie, beste lezers,
wie door de dames voor Knelis werd aan
gezien. Niemand minder dan Pronk. Pronk
kreeg 11 stemmen; 1 stem werd door een
juffrouw van middelbaren leeftijd, die een
gewicht had van 264 pond, uitgebracht op
Oome Koen. Kijk, dat vond ik nou flauw.
Stel je voor, dat ik op Haver stem, omdat
ik zelf ook niet vet ben.
Enkele andere personen, geen buurvrou
wen, hebben een tijd lang den politiehond
van Van Leeuwen afgehuurd, om naar mij
te laten zoeken, maar alle kosten en moeiten
waren verloren. Als men den hond aan mijn
portret in „De Soester Courant" liet rui
ken, zocht deze zijn weg over de Engh, om
dan stil te staan bij een land, dat met kunst-
est was behandeld. Dat men op derge
lijke verrichtingen geen acht sloeg, is heel
begrijpelijk. Knelis is een faecaliënboer en
werkt niet met kunstmest.
•Een ieder weet ook, dat tneestei Jan een
tijd lang gezocht heeft naar Knelis en hoe
hij iedere week weer met een, in zijn oogen,
anderen schurk kwam aandragen.
De eene week was het een ambtenaar, in
bet volgende nummer een Gereformeerde
broeder, in week no. 3 een boschwachter,
dan weer een reiziger in schildwachthuis
jes enz.
Waar Jan reeds lang het werk om mij te
ontmaskeren, heeft gestaakt, wil ik nu eens
even vertellen, hoe hij tot die verschillende
personen is gekomen.
Mijn succes met Nel de Waarzegster
ziende, is ook Jan bij Nel op bezoek geweest.
Hij heeft daarbij echter de onvoorzichtig
heid gehad te gaan pingelen op NeI's tarie
ven en heel begrijpelijk is het, dat hij daar
door niet het volle pond kreeg. Als men
goed werk wil hebben, dan is het begrijpe
lijk, dat ook naar goed werk moet worden
betaald. Nu kreeg Jan slechts een gedeelte
te hooren.
In gedachten mijn beeltenis, nu bij mijn
Krabbel afgedrukt, ziende, begon Nel als
volgt: Knelis heeft zwart haar en draagt
eeii zwarte das, dat wijst dus op iemandi
met zwarte politiek, hoewel ik bij verder
doorzien een roode punt aan zijn neus ont
waar, hetgeen weer zou wijzen op neigin
gen naar links. Deze twee zaken zeggen