fÊP SOEST" L DE li l tmmmi ANTHRACIET'S PUROl Uitgave: G. J. SMIT, Soestdijk. Bureau: 7an Weedestraat 35, Telefoon 2181 Rotterdamsche Bank- vereeniging N.V. Correspondentschap SOEST ALLE BANKZAKEN Het is niet alles goud Banketbakkerij Fijnere soorten Gebak - .Nieuwerhoek" Amandel- en Boterkoekjes VELE MALEN -iEKROOND PIANOLESSEN iOA JONGSMA rem Vraagt onze Domimale Menigmaal met goud bekroond. KRABBELS juist Uctat Mooie, timende léuid DE EERSTE G00ISCHE HULPBANK STOQMWASSCHERIJ f j „DE KOLK" EEN GOED ADRES VOOR UW WASCH. 9e Jaargang No. 6 I Gegarandeerde oplaag 3 JOO exemplaren. Vrijdag 7 Februari 1930 50E5TER COURANT Abonnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soesterberg, 25 cent per 3 maanden. Voor buiten 50 cent per 3 maanden. Bijkantoren: VAN DE VEN'S Boekhandel, Baarn en C J. VAN DAM, Rademakerstr. IS, Sonstertnrg ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief. Bij contract belangrijke korting. ONZE RIJMKRONIEK i. alet grooter daa en olet kleine e rubriek worden Ingezonden. Bij opna niet plaatselijke) gedichten f 2.50. Jon 36 regels, mogen vergoeden wi| voor (Nadruk verboden) OOK EEN JAGER Met de weitasch om den schouder, En het jachtroer aan zijn zij, Ging een heerenzoon uit jagen In het schoone jaargetij. Vader hield van hazepeper, Daarom ging hij op de jacht, Maar hij had in veertien dagen Nog geen haasje thuis gebracht. Vader zei toen: „Hoor eens jongen, Dat kan zoo niet langer gaan, Want je schiet inplaats van hazen Al de kogels naar de maan". „Het begin is altijd moeilijk, 'k Ga er morgen weer op los", Sprak zijn zoon, want vele hazen Zitten ginds in 't eikenbosch. Werklui hadden in de vroegte, 'n Haas gevangen in het woud; En het beestje, 't was spring levend, Stiekum in een zak gedouwd. Jager had toen lont geroken, Dacht dat is juist iets voor mij, Kon ik 't haasje machtig worden, Maakte ik ze thuis eens blij. Nadert, en zegt: „Geef mij 't haasje j' Hebt toch niets aan dien langoor, Kom ik wil hem van U koopen, 'k Geef er een rijksdaalder voor". ,,'k Ga accoord", zei toen de eene, d' And'ren zeiden ,,'t Is ons bes, Maar dan moeten wij een dropke Uit mijnheer zijn jagersflesch". „Op den koop toe een cognacje, Bind de haas aan 't touwtje vas, Want ik geef hem eerst den kogel En dan gaat hij in mijn tasch". Jongens wat zal paatje lachen Als hij hazepeper krijgt; Gaat op zij staan, 'k zal hem schieten Dat hij naar zijn adem hijgt. Wacht eens even, eerst eens kijken, 'k Leg mijn, spuit hier op een tak, 'k Kan dan des te beter mikken, 'k Schiet hem dood op mijn gemak. Zoo knielt hij voor 't haasje neder, Goed gebonden aan een paal, Maar hij schoot het touw doormidden En de haas ging aan den haal. KANTOOR BAARN Torenstraat 3 - Telefoon 2262 Het veel gebezigde spreekwoord: „Het is niet alles goud wat daar blinkt", is, hoe wel oud en wellicht wat uit de mode ge raakt, nog geenszins ontzenuwd of geloo- chenstraft. Dit nu, spreekt duidelijk en overtuigend voor de waarheid van deze zinspreuk, die toch waarlijk niet van gisteren is. Als zinnebeeld voor „waarheid en schijn" is deze zegswijze nog steeds van volle kracht en wel waard om nog weer eens voor het voetlicht te worden gehaald. Onze tijd heeft haar, als waarschuwing, dubbel noodig; te meer, omdat de waarheid er in het oogval lend naar hunkert, hare boeien te verbreken en op te trekken tegen den schijn tegen de leugen, die zich juist daarom tot aan de tanden te wapenen zal. „Het is niet alles goud wat daar blinkt". Neen, zeker niet. Er is ook nog verguldsel dat den schijn heeft van goud, dat bijna daarvan niet is te onderscheiden, dat het ken nersoog en den proefsteen behoeft om zijn waardeloosheid te kunnen vaststellen. Er is verguldsel, dat een onedel metaal bedekt en den schijn heeft van zuiver goud. En menige menschenhand strekt zich gretig uit naar dat waardeloos verguldsel, dat iets even waardeloos bedekt, dat het oog bedriegt en geheel ten onrechte voor echt doorgaat. Maar het komt ook meermalen voor, dat ook goud, echt hoog karaats goud, niet aanstonds als zoodanig wordt herkend en een kennersoog noodig heeft om de echtheid en de hooge waarde vast te stellen. Laten wij ook dat vooral niet uit het oog verliezen, waar wij als taxateurs optreden, m.a.w. waar wij de waarde van een medemensch schatten. Zóó immers is het toch gesteld, waar wij menschen als beoordeelaars optreden van menschenkarakters, van menschetijke deug. den en eigenschappen. Te dien aanzien ko men wij alleen niet zelden met zeer infe rieure schaatsen op het ijs en komen wij daarbij ook soms te weten, dat het ijs glad is. Het oordeel van de massa is vaak het vooroordeel van één mensch. In het algemeen genomen, wordt ten aanzien van den mensch, door het groote tot oordeelen gereedstaande publiek, iets kwaads met meer gretigheid geaccepteerd dan iets goeds. Dit valt niet uitsluitend toe te schrij ven aan het feit, dat sommige menschen wat heel erg belust zajn op een openlijk schandaaltje. Och neen, buiten en behalve deze beminnelijke eigenschap van heeren af- brekers en omverhalers en van de dames- Langtong en Speldenprik, bestaan er ook nog andere fraaie motieven, om zuiver goud zoodanig met modder te besmeuren, dat het voor den oppervlakkigen beoordeelaar slecht9 een kluit modder is en niet meer. En indien nu iemand zich de moeite geeft, de modder af te wasschen en de werkelijke waarde te doen zien... dan blijft het een onaanzienlijk hoopje modder. En daarvoor bestaat heel veel kans want menige voor bijganger, de waarde niet vermoedende wel ke onder de modderkluit verborgen ligt, trapt er met z'n voet nog wat van de zwarte brei bovenop en maakt daardoor het reeds bedekte goud nog minder herkenbaar. Zóó is het inderdaad in het werkelijke doen en laten van zeer velen onzer gesteld. Waar wij al niet in meerdere of mindere mate meedoen aan dat bemodderen, daar zijn wij toch somtijds allen de onwillekeurige verspreiders van den laster, door onnaden kendheid. En naarmate wij méér in een reuk- van achtbaarheid staan, vindt onze versprei ding te meer ingang ook zelfs, als wij daaraan ter geruststelling toevoegen: „maar ik kan het haast niet gelooven". De lasteraar oï lasteraarster verricht het schendend, eerroovend werk zelden met open vizier, doch hult zich meestal in een zeer schoonen schijn. Het verguldsel wordt daar bij zeer dik opgelegd, opdat men het on edele metaal, dat het bedekken moet, niet zal kunnen zien of vermoeden. Het is het werk van den menschenkenner, dat bedek- sel te onderscheiden van echt goud, en zich niet te laten afbrengen van zijne beoordeeling door lichtgeloovige menschen, die den schijn voor waarheid aanzien en zoodoende, huns ondanks, het kwaad helpen bevorde ren. Want de schijn is een zeer machtige factor in het leven, en het gelukt aan de waarheid niet altijd, het verguldsel te ver wijderen en de naaktheid bloot te leggen, De schijnmensch overwint menigmaal in het leven den rechtschapen mensch, die alle kunstmiddelen versmaadt en zich ten allen tijde toont, zooals hij in waarheid is. De eer. lijke, ongekunstelde mensch daarentegen, maakt zich door zijn waarheidsliefde en on gedektheid menigmaal zeer gevaarlijke en voor niets terugdeinzende vijanden, die door hun haat, hunne jaloezie en heerschzucht, niet zelden tot de laagste plagerijen en waan zinnige geluksverstóringen hun toevlucht nemen, om het beoogde doel te bereiken. En velen mogen goedmoedig, argeloos of wel bevooroordeeld voor den schijnmensch den handschoen opnemen, de verdediging, aanvaardeji-.eu hf-u/pren- A&t «r»«-• '■r.r—ts—uT.? menschen niet te vinden zijn, dat alleen het wantrouwen het bestaan van zulke wange drochten in menschelijke gedaante aanneemt en fantaseert het leven leert ons niettemin de waarheid kennen en herkennenin haar schoone, maar ook in hare afschuwelijke wangedrochtelijke gedaanten. De niet aantrekkelijke, de niet vleiende maar goedgemeende, rechtvaardige mensch, heeft menigmaal slechts weinig vrienden, maar daarentegen, zooals reeds gezegd vele vijanden; en, zoo het hem voorspoedig gaat, ook vele benijders. Niet iedereen staat ten allen tijde gereed met een vriendelijken glimlach waar het den eenen mensch geldt, en met een boozen spotlach, een tergende gelaatsuitdrukking, waar het den anderen mensch betreft. Ér zijn menschen, die zich geen moeite geven zich aangenaam voor te doen, te vleien en altijd maar. gelijk te geven. Doch zoo iemand, dat wat menschenkennis bezit en wat verder kijkt dan zijn neus lang is, eens met den toetssteen zijner ervaring en met nuchterheid van geest en zinnen, bij zoodanige van de buitenzijde misschien af- stootende, althans niet beminnelijk schijnen de menschen een prof zou nemen tot onder zoek, dan zou hij wellicht het echte waarde, volle goud vinden, dat somtijds, neen me nigmaal, slechts door toeval wordt gevon den daar waar men het niet had ver moed. Dat wij dan daarom alléén reeds, vooral ook naar goud zoeken op die akkers die niet algemeen bekend staan als goudvel den. Viking. TEL. 2232 Aanbevelend, F. H. EUWE niet in orde is, zullen we de oorzaak van vele teleurstellingen daar moeten zoeken. Wat hebben de dieren er aan, om den heelen win ter in een donker hok door te brengen? Wat hebben ze er aan, als ze zich den ganschen dag vervelen? Wat moet het voor voordeel geven, als de drinkbak niet op tijd wordt schoongemaakt en gevuld of ijsvrij" gehou den? Wat moet er voor voordeel in zitten, als er nooit eens wat groen of iets dergelijks verstrekt wordt? Wat zou er voor de dieren aan zijn, in een hok te zitten, waar het on gedierte welig tiert? Ik noem zoo maar en kele verkeerde praktijken, maar ze "bestaan. En wel niet altijd zoo erg, als ik ze hier noemde, maar dat hoeft ook niet om teleur stelling te ondervinden. Deogroote vijand van de leggende hoen ders is 's winters de onfrissche vochtige hoklucht. Als het in het hok niet frisch is, zal het dier er niet vinden wat het noodig heeft. En er zal een vochtgehalte zijn, dat voor kippen veel te hoog is. Denken we er wel aan, dat er ook 's winters geventileerd moet worden? Dat er zelfs geventileerd moet worden, ook als het vriest? Dat het een teeken van te veel vocht is, als er druppels water aan den zolder hangen? Als er straal tjes water langs de kanten van het hok naar beneden sijpelen? Ja, dat het zelfs te voch tig is, als het strooisel op den vloer niet clroog en stoffig meer is, maar vochtig en dan makkelijk samenbakt? Keert toch dien vijand. Houdt de hokken droog. En dat gaat het gemakkelijkst door ventileeren. Dan kan de vochtige lucht omwisselen met de frissche buitenlucht. En die omwisseling zal gauwer en beter gaan, als het buiten droger is en de ramen, die open kunnen, grooter ruimte laten. Vooral als het bulten nat is, valt het niet mee, om het in het hok droog te houden. En toch moet het. Daarom flink ventileeren. Dezen winter is dit meer noodig geweest dan andere winters. Vorst is er hoegenaamd nog niet geweest. De lucht had een hooger vochtgehalte dan anders. Vanzelf moest het in het hok dus vochtiger zijn. Daarom moe- f20.—, f 15.en fïO.per kwartaal. Spreekuur: Woensdags 2—3 uur. K -RKPAD ZUID 19 B - SOEST zo-* hebben gegeven over de aanschaffing van een politie-auto. „a, hij had gelijk! 't Was bij de bespreking to.. verplaatsing van het woonwagenkamp na ir de Soesterbergsche heide. Tusschen twee haakjes, het besluit tot ve-plaatsing van het kamp blijkt intusschen ne;>" niet eens zoo'n slecht besluit te zijn ge .veest. De belangstelling voor het kamp da ilde in het nieuwe kamp direct beneden nu", en de cliënten zijn gewoonlijk geen of éé.i). t Was bij die verplaatsing, dat een schrik beeld werd opgehangen van de met die ver plaatsing gepaard gaande kosten. Het elec- trisch net moest minstens tot het kamp wor. den uitgebreid, straatlampen en betere of m-erdere bestrating aangebracht, een nieu we politiepost of woning gesticht en zeer waarschijnlijk de politie uitgebreid. fa, Hannes had gelijk. Toen heb ik ge zegd, laat dit alles, maar koop zoo noodig ecu oude Ford, dan kun je net zooveel po- liÖetoezicht geven als je maar wilt. Vlaar nou vraag ik: Als het nou blijkt, dat voor het woonwagenkamp geen door trekking van het electrisch net, geen meer dere bestrating, geen politiepost en zelfs geen Ford noodig is, is het dan mijn, schuld, dat men overgaat tot aanschaffing van een politie.auto. Bovendien schijnt Hannes niet te weten, dat een Ford geen auto is. En wie zegt nou, dat ik voorstander van een Ford was. De broer van den schoonva der van den gewezen eigenaar van mijn laatste varken zei altijd: „Als je tegen een of andere gedachte van een ander bent, moet je-dit nooit laten blijken. Probeer liever Ia ?gs een omweg tot je doel te komen". TORENSTRAAT No. 8 SOEST TELEFOON No. 2086 Eerste aanspreker: W. VAN DIERMEN, TALMALAAN No. T7 TELEFOON 2290. ten ook dezen winter de ramen verder open, dan andere winters. En daar hebben de mees ten niet aan gedacht. Veel hokken heb ik dezen winter weer gezien met alle ramen en luikjes dicht. En bij navragen bleek me, dat het volgens den eigenaar niet noodig was te ventileeren, want ze hadden een dak van pannen, waaronder riet. En dan hoefde het niet, want dat ventileerde altijd. Dat neem' ik onmiddellijk aan, maar in winters als deze, waarin de koude ons geen parten speelt, is het dak alleen niet voldoende. Daar moeten de ramen open. Gooit ze maar ver open. De koude doet zoo direct geen kwaad. Vocht is veel slechter dan koude. Als de werkelijke kou komt, dan wordt de zaak anders, maar in zoo'n kwakkelwinter als nu, moesten de ramen eigenlijk nooit dicht. Let daar nu eens op, kippenhouders, ven tileert in zoo'n „warmen" winter eens meer dan anders en ge zult zren, dat de hoklucht heel wat frisscher zal zijn, maar ook dat het aantal eitjes grooter zal zijn. Droge hokken met frissche lucht zijn de hokken waar winst in zit. In dit verband wil ik er tevens op wijzen, dat mest de lucht nog al vochtig maakt. Verwijder die dan ook in hokken, waar de dieren vastgehouden worden, liefst dagelijks en anders toch minstens om de twee dagen. Eens per week is veel te weinig. SOEST, NIEUWSTR. 14 - TELEF. 2103 BAARN, TERREIN S.S., TELEFOON 274 LAANSTRAAT 118 TELEFOON 83 PLUIMVEE, TUINBOUW ENZ. Vrdgeo. dra rublck betreffende. kunnen worden gezonden oan de Heer G. J. Llejhoul. Dlr. Landbouwschool. Monlfoort. Postzegel groc ze» cent voor antwoord Insluiten. (Nadruk verboden Zorgt goed voor de hennen. De prijs der eieren valt den laatsten tijd niet mee, of laat ons liever zeggen: de prijs valt geducht tegen. En de leg valt ook bij velen niet mee. Zoodat er verschillenden tot de conclusie komen, dat er nu op de kippen zeker verloren wordt. Of het waar is, wil ik nier niet beoordeelen, maar wié goed voor zijn dieren is, ze op tijd heeft gebroed, goed opgefokt en van den winter goed verzorgd die zal toch zeker nog winst te boeken heb ben. Dat zal nog wel meevallen. Maar de ver zorging was van den winter wel moeilijk. Ik zal verklaren waarom. Om de dieren den heelen winter vast te houden, is nocJdig, dat er aan het hok en aan de verzorging niets ontbreekt. Wanneer dat zou maken, daarvan ben ik overtuigd. Toen ik zoo juist onder mijn Krabbels het woord „oppositie" mompelde, vroeg ze, of dat het merk van de nieuwe politie-auto was. Mocht een .of andere politieke partij voor de volgende gemeenteraads-verkiezing soms nog moeite hebben bij het zoeken naar ge schikte candidaten, dan kan ik Griet, ook in mijn belang, aanbevelen. Maarreee, ik zou nog vertellen, waarom ik voor het gebruik van auto's ben, ook door de politie. Hierboven noemde ik reeds het vele werk -door de politie in 1929 verricht, maar wat voor mij meer b-ete-ekent, is, dat zoo'n straat, loop-er veel arbeidskrachten spaart. Een kleine vergelijking met eenige in on ze naaste omgeving liggende gemeenten, mag ik hierbij zeker wel maken? De Bilt: 11000 inwoners; oppervlakte 3000 H.A.; 14 politiemannen en 1 auto. Baarn: 12000 inwoners; 3300 H.A.; 21 po litiemannen en 1 klerk, -dus 22 personen, plus 1 auto. Soest: 14000 inwoners; oppervlakte 4500 H.A.; 11 politiebeambten. Als we hierbij bedenken, dat in deze 11 personen, de chef is begrepen, dat 2 perso nen voor Soesterberg moeten worden afge schreven en dat men van de 8 resteerende personen 1 majoor en 1 hoofdagent nog moet uitschakelen, omdat zij om beurten veel bureauwerk, onderzoeken enz. hebben te ver richten, dan blijven er (we hebben hier een 3-ploegen-stelsei) voor elke ploeg 2 perso nen over. Zoo iets moet ik jammer genoeg te wei nig noemen, want als er in den knollentijd bij mij en Hannes nou eens gelijktijdig knol len tvorden gestolen en Hannes en ik bellen gelijktijdig d-e politie op, dan hebben de an* dere gemeentenaren niks meer voor hun geld en dat zou toch te gék worden. Maar ik zei straks reeds, zoo'n straatl-oo- per spaart andere loopers. Tk heb daarom tegen den burgemeester ei] den politiechef gezegd, dat ze een auto kon den krijgen, inaar dat ze dan in de eerste tijden niet meer moesten komen zeuren o-m meer personeel en dat hebben ze beloofd. Ik heh ze dus fijn beetgenomen, want 1 politieagent kost per jaar aan salaris, Mee ding, (rijwiel-toelage, onkosten bij ziekte en^. heel wat meer dan de jaarlijksche kosten voor aanschaffing en onderhoud der auto en als ik ze de auto niet had gegeven, dan zou den ze niet gerust hebben voor ik ze geld had gegeven voor 3 man salaris, 3 kleeding- toelagen, 3 rijwieltoelagen, 3 enz. enz. De politie heeft nu de prenten en wij Wl«- ..cv.11: l.» ij- V Knelis? VAN KNELIS. Het wordt hoe langer hoe fraaier. Alles is toch tegen woordig mogelijk. Stel je voor! Kne lis krijgt de schuld, dat door de ge meente, of beter gezegd door ons, meentenaren, een auto voor de politie wordt aangeschaft. „Jij bent 't" schreeuwde Hannes van de Bunt mij tegen, toen ik Zondagavond bij Willem in 't Veen kwam. „Jij bent hét, die ons de centen uit de zak trommelt -in den vorm van belastingpennin gen; jij bent de oorzaak van de aanschaf fing der politie-auto. Jij hebt het eerste over de aanschaffing van zoo'n ding geschreven en dat B. en W. en de raad die boodschap graag overnemen, is heel begrijpelijk. De politie moet nu ook wel eens ander werk doen, dan waarvoor ze bestemd is en dat aan de auto ook wel eens andere dan politie werkzaamheden zal worden opgedragen, is wel zoo goed als zeker". Of hij hiermee wiide zeggen, dat B. en W. en de Raad er op loerden ook eens met vrouw en kroost een gratis ritje te maken, weet ik niet, maar toch zoo ongeveer kreeg ik de affaire te hooren. Wel een ha(r)telijke ontvangst vpor 'n ge noeglijk praatavondje, dacht ik, terwijl mijn hersens -dwaalden naar het schrijven, wat ik Nou, die omweg maakte ik met mijn Fordje. Ford wilde voor mij zeggen: „Fingeer Onzinnige Reden Daarvoor". Want onzinnig zou het geweest zijn, als men voor het woonwagenkamp een Ford zou hebben aangeschaft. Het was te voorzien, dat de geheele woonwagen-affaire op een slechte zaak zou uitloopen en dat toezicht -nagenoeg overbodig zou blijken, 't Kon ook niet anders. De stand is voor een goede zaak niet geschikt. Maar zoo het is, zoo is het. De politie krijgt nou een auto en als ik nou alles over. denk, dan zeg ik: „Fiink-zoo! Onze Reden Daarvoor?" Ook die wil ik U zeggen. Uit het verslag van de politie over 1929 blijkt, dat meer dan 2000 stukken in en uit gingen, terwijl niet minder dan 1200 proces- senverbaal werden gemaakt. Onder de plaats gehad hebbende misdrij ven kwamen voor 30 diefstallen, 25 verduis teringen, 17 misdrijven tegen de zeden en 16 misdrijven van anderen aard. Het aantal verkeersongevallen bedroeg 50 te Soest en 14 te Soesterberg, waarvan 5 met doodelijken afloop. Overtredingen der motor- en rijwielwet werden 331 maal ge constateerd en ik zou er willen bijvoegen 10x331 maal werd het niet- geconstateerd. Naast een 50-tal verkeersongevallen tref ik aan 425 overtredingen der politieverorde ning enz. enz. enz. „Jongen, jongen, „wat 'n werk", riep Griet, toen ik haar dit alles vertelde; „en gaat dit alles zonder één enkele Ford?" „Als ik raadslid was" (stel je voor, Griet in den Raad) „dan gaf ik eiken politieman een auto, want zoolang ze in zoo'n dijng zitten, kunnen ze niks anders doen en dat is soms ook van veel belang en niet het minst ter voorkoming van veel werk". Stel je voor. Griet in den Raad. Hoewel niet van dezelfde kleur, zou ze het met Pe ter en Pronk best kunnen vinden en ik twij fel er niet aan, of, met Griet voorop, zou dit trio spoedig in de oppositie zijn. Achteraf zou zoo'n raadslidmaatschap van Griet voor mij nog niet zoo slecht zijn. Met mij is zij nu al meer dan 25 jaar in de op positie en bijna zou ik wenschen, dat een ander ook eens een poosje met haar gevoe lens te maken kreeg. En -dat ze als raadslid geen slecht figuur brillen welke vakkun dig op ons atelier worden gemaakt ^SURGEM t,ROTH£5T BURGERLIJKE STAND EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG ZONDAG. Voor de tijdgenooten is menige zaak slechts een zucht, die voor het nageslacht groeit tot een schreeuw. MAANDAG. Wie voortdurend zich ergert aan een niets, vernietigt zich zelf en strekt anderen tot -de grootste ergernis. DINSDAG. De rijke leert de wereld, de arme leert het leven kennen. WOENSDAG. Leer door het voorbeeld van anderen wat gij -doen moet en wat gij hebt te vermijden. Het gedrag van anderen moet een les voor ons zijn. DONDERDAG. Als de toorn zwijgt begint het berouw te spreken. VRIJDAG. Maar al te dikwijls wordt verstandig han delen harteloosheid genoemd. ZATERDAG. Velen verstaan onder onafhankelijkheid niets anders dan te mogen doen wat zij niet doen moesten. VERHUISD: Wed. H. J. Webber, van Soesterb.str. 88 naar Wieksl.weg W.Z. 9. J. M. Hartman, van Korteweg 15 naar Laanstraat 48. E. J. H. Boom, van Nieuwew-eg 2a naar G. Reisweg 11. M. C. Dikkers, van Bosstr. 131 naar KI. Engendaalweg 94. G. Bos, van Kol-onieweg 13 naar Koudhoornweg 4. A. Groenestein met gezin, van Koninginnelaan 15 naar Beetzlaan 3. C. Linden, van Nieuweweg 2a naar Birkt- straat 17. G. Peereboom, van Middenlaan 1 naar Van Lijndenlaan 11. M. Oppenheimer, van Hartweg 24 naar Nieuwstraat 6a. D. J. F. Mansveld, van Koninginnelaan 9h naar Parklaan 11. R. v. d. Heuvel, van Wilhel- minalaan 18 naar Heuvelweg 13. W. J. v. d. Rijst, van Kerkpad N.Z. 8 naar Molenstr. W.Z. 60. W. G. Budd-ingh, van Wieksl.weg O.Z. 103 naar Bosstr. 11. W. F. v. Riet, van Kerkpad Z.Z. 24 naar Kerkstr. 11a. D. Sal-e- mink, van Krommeweg 10 naar Hartweg a. E. Klompenho-uwer, van Beetzlaan 70 naar Beetzlaan 66. W. A. C. Weurman, van Wil- helminalaan 16 naar Mendelssohnlaan 11. L «v-w.at., c—j,. INGEZONDEN STUKKEN (Bui-ten verantwoordelijkheid der Redactie.) HET KROTJE TE SOEST VAARTWEG 41 HILVERSUM VERSCHAFT CREDIETEN OP GEMAKKELIJKE VOORWAARDEN GEOPEND ALLE WERKDAGEN VAN 10-1 UUR EN MAANDAG-, WOENSDAG- EN ZATERDAG AVOND VAN 7-8 UUR. GEBOREN: Cornelia, -d. v. G. Hardeman en M. Muis, Schoolstraat 31. Wilhehnina Johanna, d. v. J. M. Hartman en J- v. d. Weide, Laanstraat 48. Christoffel, z. v. C. v. Grol en A. M. Nagel, Laanstraat 68. Abraham Willem, z. v. H. J. Brink en H. F. Dragt, Julianastraat 6a. Atitoon, z. v. A. Groenestein en B. C. Roest, Beetzlaan 3. Nelly Regina, d. v. J. Kat en M. E. Lentz, Kampweg 12. ONDERTROUWD: F. Veth en C. v. Ee. E. Groen en G. Verwoerd. GEHUWD: G. Klomp en G. v. Herwaarden. OVERLEDEN: Elisabeth Vis, 54 j., geh. met J. J. Wul- link. GEVESTIGD: B. Aalbers, Birktstr. 34. S. C. M. Sjoers, Beckeringhstraat 21. C. Waterland met ge zin, W. Pyrmontlaan 40. Wed. J. H. Boom, Nieuweweg 64. W. Timrott met gezin. Spoorstraat 40. J. v. d. Flier, Kerkstraat 6. J. Littel, K. Brinkweg 2. B. G. Lageman, Mid del wij kstr. 5. G- v. d. Klok, Julianastraat 58. J. v. Leur, Verl- Postweg 2a. Wed. C. van Veenendaal, Birktstr. 10a. M. de Jong, Koud hoornweg 69. A. J. v. Beest met gezin, W. Pyrmontlaan 38. C. W. F. Bloemink, Nieuwe- weg 99. VERTROKKEN: B. A. C. Ledeboer met vrouw, van Prins Hendriklaan 24 naar A'dam, Singel 109. A J. Godzen met vrouw, van Amersf.str. 77b naar Den Haag, Copernicuslaan 32. J. M. Crevecoeur, van Da Costalaan 3 naar A'dam, Heerengracht 343. A. J. Weurman met vr., van Wilhelminalaan 16 naar Den Haag, Da- guerrestr. 152. C- Ko-oistra—Tigchelaar, van Middelwijkstr. 5 naar Hilversum, Constan- tiasstr. 48. K- Kroon met gezin, van Nieuwe weg 2a naar Alkmaar, Veerstr. 1. A. M. C, van Klaveren, van Batenburglaan 15 naar A'dam, Commelinstr. 591. H. G. Hartog met gezin, van Laanstr. 38 naar Zaandam, Vee- ringstr. 32. C. Griffioen met vrouw, van Dor- resteinweg 17 naar Utrecht, Amster-d.straat- weg 243bis. A. A. Eijkenaar, van Radema- kerstraat lc naar Ridderkerk, P. Krugerstr. 1. M. L. v. d. Woude, van Bosstr. 2 naar Delft, Kanaalstr. 23. J. Korsioot met gezin, van Middenlaan 2 naar A'dam, N. Amstelstr. 260huis. Met wat plaggen en wat rommel van de vuilnisbelt gesjouwd, heeft hij bij dat „riekend plekje" zijn „huisje" hoopvol opgebo-uwd... Zóó maar, zónder bouwvergunning, men vraagt zich af, hoe 't zoo kan Ja toch, 't is mogelijk, „een dierenwoning" en -daar rept de Wet niet van. 't Lekt er en 't tocht er, er is zelfs geen voldoende licht op zijn „bed" drupt het water die arme stakker krijgt daar jicht. Als een paardje in de kou staat, brengt men het naar warmen stal, als een stumperd in een hol woont, dan gebeurt erniemendal. Je krotje, arme, is géén woning, veel eer een hol van een leeuw in de rimboe, 't gaat verre boven onzen bol. ('t Is al zonderling, men zou haast wenschen „man, haal toch maar wat uit" je slaapt dan op een kurk-droog bed en 't zonlicht gluurt door je ruit.) Dat te Soest met zijn natuurschoon nog een stukje rimboe leeft... 't moet ons even van 't harte hoe diep ons dit getroffen heeft. 't Is niet heel eervol voor ons menschen, wat het courantenberi-chtje bood: „het krotje te Soest van Gerrit Koops" die moet leven tot zijn dood. O'beek. T. E- BOUMA. 1 AMERSFOORT - TELEFOON Mo. 615 8 Afhalen en thuisbezorgen iederen dag. S I <11 II MIMI PLAATSELIJK NIEUWS NEDERL. REISVEREENIGING BAARN-SOEST De aandacht wordt gevestigd op de lezing met plm. 100 lichtbeelden en filmvertooning van den Heer Beurs, op Donderdag 13 Fe bruari a.s., in het gebouw Parkstraat hóek Leestraat, Baarn. De Heer Beurs sprak voor veel belangstel lenden te A'dam en Rotterdam, zoo-dat het bestuur -der afdeeling ook te Baarn een volle zaal verwacht. Het is een leerrijke en genotvolle avond.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1930 | | pagina 1