fÊP SOEST"
L DE li l
tmmmi
ANTHRACIET'S
PUROl
Uitgave: G. J. SMIT, Soestdijk. Bureau: 7an Weedestraat 35, Telefoon 2181
Rotterdamsche Bank-
vereeniging N.V.
Correspondentschap
SOEST
ALLE BANKZAKEN
Het is niet alles
goud
Banketbakkerij
Fijnere soorten Gebak -
.Nieuwerhoek"
Amandel- en Boterkoekjes
VELE MALEN -iEKROOND
PIANOLESSEN
iOA JONGSMA
rem
Vraagt onze Domimale
Menigmaal met goud bekroond.
KRABBELS
juist Uctat
Mooie, timende léuid
DE EERSTE G00ISCHE
HULPBANK
STOQMWASSCHERIJ f
j „DE KOLK"
EEN GOED ADRES
VOOR UW WASCH.
9e Jaargang No. 6
I
Gegarandeerde oplaag 3 JOO exemplaren.
Vrijdag 7 Februari 1930
50E5TER COURANT
Abonnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soesterberg, 25 cent per
3 maanden.
Voor buiten 50 cent per 3 maanden.
Bijkantoren: VAN DE VEN'S Boekhandel, Baarn en C J. VAN DAM, Rademakerstr. IS, Sonstertnrg
ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent
Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief.
Bij contract belangrijke korting.
ONZE RIJMKRONIEK
i. alet grooter daa en olet kleine
e rubriek worden Ingezonden. Bij opna
niet plaatselijke) gedichten f 2.50.
Jon 36 regels, mogen
vergoeden wi| voor
(Nadruk verboden)
OOK EEN JAGER
Met de weitasch om den schouder,
En het jachtroer aan zijn zij,
Ging een heerenzoon uit jagen
In het schoone jaargetij.
Vader hield van hazepeper,
Daarom ging hij op de jacht,
Maar hij had in veertien dagen
Nog geen haasje thuis gebracht.
Vader zei toen: „Hoor eens jongen,
Dat kan zoo niet langer gaan,
Want je schiet inplaats van hazen
Al de kogels naar de maan".
„Het begin is altijd moeilijk,
'k Ga er morgen weer op los",
Sprak zijn zoon, want vele hazen
Zitten ginds in 't eikenbosch.
Werklui hadden in de vroegte,
'n Haas gevangen in het woud;
En het beestje, 't was spring levend,
Stiekum in een zak gedouwd.
Jager had toen lont geroken,
Dacht dat is juist iets voor mij,
Kon ik 't haasje machtig worden,
Maakte ik ze thuis eens blij.
Nadert, en zegt: „Geef mij 't haasje
j' Hebt toch niets aan dien langoor,
Kom ik wil hem van U koopen,
'k Geef er een rijksdaalder voor".
,,'k Ga accoord", zei toen de eene,
d' And'ren zeiden ,,'t Is ons bes,
Maar dan moeten wij een dropke
Uit mijnheer zijn jagersflesch".
„Op den koop toe een cognacje,
Bind de haas aan 't touwtje vas,
Want ik geef hem eerst den kogel
En dan gaat hij in mijn tasch".
Jongens wat zal paatje lachen
Als hij hazepeper krijgt;
Gaat op zij staan, 'k zal hem schieten
Dat hij naar zijn adem hijgt.
Wacht eens even, eerst eens kijken,
'k Leg mijn, spuit hier op een tak,
'k Kan dan des te beter mikken,
'k Schiet hem dood op mijn gemak.
Zoo knielt hij voor 't haasje neder,
Goed gebonden aan een paal,
Maar hij schoot het touw doormidden
En de haas ging aan den haal.
KANTOOR BAARN
Torenstraat 3 - Telefoon 2262
Het veel gebezigde spreekwoord: „Het is
niet alles goud wat daar blinkt", is, hoe
wel oud en wellicht wat uit de mode ge
raakt, nog geenszins ontzenuwd of geloo-
chenstraft.
Dit nu, spreekt duidelijk en overtuigend
voor de waarheid van deze zinspreuk, die
toch waarlijk niet van gisteren is.
Als zinnebeeld voor „waarheid en schijn"
is deze zegswijze nog steeds van volle kracht
en wel waard om nog weer eens voor het
voetlicht te worden gehaald. Onze tijd heeft
haar, als waarschuwing, dubbel noodig; te
meer, omdat de waarheid er in het oogval
lend naar hunkert, hare boeien te verbreken
en op te trekken tegen den schijn tegen
de leugen, die zich juist daarom tot aan de
tanden te wapenen zal.
„Het is niet alles goud wat daar blinkt".
Neen, zeker niet. Er is ook nog verguldsel
dat den schijn heeft van goud, dat bijna
daarvan niet is te onderscheiden, dat het ken
nersoog en den proefsteen behoeft om zijn
waardeloosheid te kunnen vaststellen. Er is
verguldsel, dat een onedel metaal bedekt
en den schijn heeft van zuiver goud. En
menige menschenhand strekt zich gretig uit
naar dat waardeloos verguldsel, dat iets
even waardeloos bedekt, dat het oog bedriegt
en geheel ten onrechte voor echt doorgaat.
Maar het komt ook meermalen voor, dat
ook goud, echt hoog karaats goud, niet
aanstonds als zoodanig wordt herkend en
een kennersoog noodig heeft om de echtheid
en de hooge waarde vast te stellen. Laten wij
ook dat vooral niet uit het oog verliezen,
waar wij als taxateurs optreden, m.a.w.
waar wij de waarde van een medemensch
schatten.
Zóó immers is het toch gesteld, waar wij
menschen als beoordeelaars optreden van
menschenkarakters, van menschetijke deug.
den en eigenschappen. Te dien aanzien ko
men wij alleen niet zelden met zeer infe
rieure schaatsen op het ijs en komen wij
daarbij ook soms te weten, dat het ijs glad
is. Het oordeel van de massa is vaak het
vooroordeel van één mensch.
In het algemeen genomen, wordt ten
aanzien van den mensch, door het groote tot
oordeelen gereedstaande publiek, iets kwaads
met meer gretigheid geaccepteerd dan iets
goeds. Dit valt niet uitsluitend toe te schrij
ven aan het feit, dat sommige menschen
wat heel erg belust zajn op een openlijk
schandaaltje. Och neen, buiten en behalve
deze beminnelijke eigenschap van heeren af-
brekers en omverhalers en van de dames-
Langtong en Speldenprik, bestaan er ook
nog andere fraaie motieven, om zuiver goud
zoodanig met modder te besmeuren, dat het
voor den oppervlakkigen beoordeelaar slecht9
een kluit modder is en niet meer. En
indien nu iemand zich de moeite geeft, de
modder af te wasschen en de werkelijke
waarde te doen zien... dan blijft het een
onaanzienlijk hoopje modder. En daarvoor
bestaat heel veel kans want menige voor
bijganger, de waarde niet vermoedende wel
ke onder de modderkluit verborgen ligt,
trapt er met z'n voet nog wat van de zwarte
brei bovenop en maakt daardoor het reeds
bedekte goud nog minder herkenbaar.
Zóó is het inderdaad in het werkelijke
doen en laten van zeer velen onzer gesteld.
Waar wij al niet in meerdere of mindere
mate meedoen aan dat bemodderen, daar
zijn wij toch somtijds allen de onwillekeurige
verspreiders van den laster, door onnaden
kendheid. En naarmate wij méér in een reuk-
van achtbaarheid staan, vindt onze versprei
ding te meer ingang ook zelfs, als wij
daaraan ter geruststelling toevoegen: „maar
ik kan het haast niet gelooven".
De lasteraar oï lasteraarster verricht het
schendend, eerroovend werk zelden met open
vizier, doch hult zich meestal in een zeer
schoonen schijn. Het verguldsel wordt daar
bij zeer dik opgelegd, opdat men het on
edele metaal, dat het bedekken moet, niet
zal kunnen zien of vermoeden. Het is het
werk van den menschenkenner, dat bedek-
sel te onderscheiden van echt goud, en zich
niet te laten afbrengen van zijne beoordeeling
door lichtgeloovige menschen, die den
schijn voor waarheid aanzien en zoodoende,
huns ondanks, het kwaad helpen bevorde
ren. Want de schijn is een zeer machtige
factor in het leven, en het gelukt aan de
waarheid niet altijd, het verguldsel te ver
wijderen en de naaktheid bloot te leggen,
De schijnmensch overwint menigmaal in het
leven den rechtschapen mensch, die alle
kunstmiddelen versmaadt en zich ten allen
tijde toont, zooals hij in waarheid is. De eer.
lijke, ongekunstelde mensch daarentegen,
maakt zich door zijn waarheidsliefde en on
gedektheid menigmaal zeer gevaarlijke en
voor niets terugdeinzende vijanden, die door
hun haat, hunne jaloezie en heerschzucht,
niet zelden tot de laagste plagerijen en waan
zinnige geluksverstóringen hun toevlucht
nemen, om het beoogde doel te bereiken.
En velen mogen goedmoedig, argeloos of
wel bevooroordeeld voor den schijnmensch
den handschoen opnemen, de verdediging,
aanvaardeji-.eu hf-u/pren- A&t «r»«-• '■r.r—ts—uT.?
menschen niet te vinden zijn, dat alleen het
wantrouwen het bestaan van zulke wange
drochten in menschelijke gedaante aanneemt
en fantaseert het leven leert ons niettemin
de waarheid kennen en herkennenin haar
schoone, maar ook in hare afschuwelijke
wangedrochtelijke gedaanten.
De niet aantrekkelijke, de niet vleiende
maar goedgemeende, rechtvaardige mensch,
heeft menigmaal slechts weinig vrienden,
maar daarentegen, zooals reeds gezegd vele
vijanden; en, zoo het hem voorspoedig gaat,
ook vele benijders. Niet iedereen staat ten
allen tijde gereed met een vriendelijken
glimlach waar het den eenen mensch geldt,
en met een boozen spotlach, een tergende
gelaatsuitdrukking, waar het den anderen
mensch betreft. Ér zijn menschen, die zich
geen moeite geven zich aangenaam voor te
doen, te vleien en altijd maar. gelijk te geven.
Doch zoo iemand, dat wat menschenkennis
bezit en wat verder kijkt dan zijn neus lang
is, eens met den toetssteen zijner ervaring
en met nuchterheid van geest en zinnen, bij
zoodanige van de buitenzijde misschien af-
stootende, althans niet beminnelijk schijnen
de menschen een prof zou nemen tot onder
zoek, dan zou hij wellicht het echte waarde,
volle goud vinden, dat somtijds, neen me
nigmaal, slechts door toeval wordt gevon
den daar waar men het niet had ver
moed. Dat wij dan daarom alléén reeds,
vooral ook naar goud zoeken op die akkers
die niet algemeen bekend staan als goudvel
den. Viking.
TEL. 2232
Aanbevelend, F. H. EUWE
niet in orde is, zullen we de oorzaak van
vele teleurstellingen daar moeten zoeken. Wat
hebben de dieren er aan, om den heelen win
ter in een donker hok door te brengen? Wat
hebben ze er aan, als ze zich den ganschen
dag vervelen? Wat moet het voor voordeel
geven, als de drinkbak niet op tijd wordt
schoongemaakt en gevuld of ijsvrij" gehou
den? Wat moet er voor voordeel in zitten,
als er nooit eens wat groen of iets dergelijks
verstrekt wordt? Wat zou er voor de dieren
aan zijn, in een hok te zitten, waar het on
gedierte welig tiert? Ik noem zoo maar en
kele verkeerde praktijken, maar ze "bestaan.
En wel niet altijd zoo erg, als ik ze hier
noemde, maar dat hoeft ook niet om teleur
stelling te ondervinden.
Deogroote vijand van de leggende hoen
ders is 's winters de onfrissche vochtige
hoklucht. Als het in het hok niet frisch is,
zal het dier er niet vinden wat het noodig
heeft. En er zal een vochtgehalte zijn, dat
voor kippen veel te hoog is. Denken we er
wel aan, dat er ook 's winters geventileerd
moet worden? Dat er zelfs geventileerd moet
worden, ook als het vriest? Dat het een
teeken van te veel vocht is, als er druppels
water aan den zolder hangen? Als er straal
tjes water langs de kanten van het hok naar
beneden sijpelen? Ja, dat het zelfs te voch
tig is, als het strooisel op den vloer niet
clroog en stoffig meer is, maar vochtig en
dan makkelijk samenbakt? Keert toch dien
vijand. Houdt de hokken droog. En dat
gaat het gemakkelijkst door ventileeren. Dan
kan de vochtige lucht omwisselen met de
frissche buitenlucht. En die omwisseling zal
gauwer en beter gaan, als het buiten droger
is en de ramen, die open kunnen, grooter
ruimte laten.
Vooral als het bulten nat is, valt het niet
mee, om het in het hok droog te houden.
En toch moet het. Daarom flink ventileeren.
Dezen winter is dit meer noodig geweest
dan andere winters. Vorst is er hoegenaamd
nog niet geweest. De lucht had een hooger
vochtgehalte dan anders. Vanzelf moest het
in het hok dus vochtiger zijn. Daarom moe-
f20.—, f 15.en fïO.per kwartaal.
Spreekuur: Woensdags 2—3 uur.
K -RKPAD ZUID 19 B - SOEST
zo-* hebben gegeven over de aanschaffing
van een politie-auto.
„a, hij had gelijk! 't Was bij de bespreking
to.. verplaatsing van het woonwagenkamp
na ir de Soesterbergsche heide.
Tusschen twee haakjes, het besluit tot
ve-plaatsing van het kamp blijkt intusschen
ne;>" niet eens zoo'n slecht besluit te zijn
ge .veest. De belangstelling voor het kamp
da ilde in het nieuwe kamp direct beneden
nu", en de cliënten zijn gewoonlijk geen of
éé.i).
t Was bij die verplaatsing, dat een schrik
beeld werd opgehangen van de met die ver
plaatsing gepaard gaande kosten. Het elec-
trisch net moest minstens tot het kamp wor.
den uitgebreid, straatlampen en betere of
m-erdere bestrating aangebracht, een nieu
we politiepost of woning gesticht en zeer
waarschijnlijk de politie uitgebreid.
fa, Hannes had gelijk. Toen heb ik ge
zegd, laat dit alles, maar koop zoo noodig
ecu oude Ford, dan kun je net zooveel po-
liÖetoezicht geven als je maar wilt.
Vlaar nou vraag ik: Als het nou blijkt,
dat voor het woonwagenkamp geen door
trekking van het electrisch net, geen meer
dere bestrating, geen politiepost en zelfs
geen Ford noodig is, is het dan mijn, schuld,
dat men overgaat tot aanschaffing van een
politie.auto. Bovendien schijnt Hannes niet
te weten, dat een Ford geen auto is.
En wie zegt nou, dat ik voorstander van
een Ford was. De broer van den schoonva
der van den gewezen eigenaar van mijn
laatste varken zei altijd: „Als je tegen een of
andere gedachte van een ander bent, moet
je-dit nooit laten blijken. Probeer liever
Ia ?gs een omweg tot je doel te komen".
TORENSTRAAT No. 8 SOEST TELEFOON No. 2086
Eerste aanspreker: W. VAN DIERMEN, TALMALAAN No. T7 TELEFOON 2290.
ten ook dezen winter de ramen verder open,
dan andere winters. En daar hebben de mees
ten niet aan gedacht. Veel hokken heb ik
dezen winter weer gezien met alle ramen en
luikjes dicht. En bij navragen bleek me, dat
het volgens den eigenaar niet noodig was te
ventileeren, want ze hadden een dak van
pannen, waaronder riet. En dan hoefde het
niet, want dat ventileerde altijd. Dat neem'
ik onmiddellijk aan, maar in winters als deze,
waarin de koude ons geen parten speelt, is
het dak alleen niet voldoende. Daar moeten
de ramen open. Gooit ze maar ver open. De
koude doet zoo direct geen kwaad. Vocht is
veel slechter dan koude. Als de werkelijke
kou komt, dan wordt de zaak anders, maar
in zoo'n kwakkelwinter als nu, moesten de
ramen eigenlijk nooit dicht.
Let daar nu eens op, kippenhouders, ven
tileert in zoo'n „warmen" winter eens meer
dan anders en ge zult zren, dat de hoklucht
heel wat frisscher zal zijn, maar ook dat het
aantal eitjes grooter zal zijn. Droge hokken
met frissche lucht zijn de hokken waar
winst in zit.
In dit verband wil ik er tevens op wijzen,
dat mest de lucht nog al vochtig maakt.
Verwijder die dan ook in hokken, waar de
dieren vastgehouden worden, liefst dagelijks
en anders toch minstens om de twee dagen.
Eens per week is veel te weinig.
SOEST, NIEUWSTR. 14 - TELEF. 2103
BAARN, TERREIN S.S., TELEFOON 274
LAANSTRAAT 118 TELEFOON 83
PLUIMVEE, TUINBOUW ENZ.
Vrdgeo. dra rublck betreffende. kunnen worden gezonden oan de
Heer G. J. Llejhoul. Dlr. Landbouwschool. Monlfoort. Postzegel groc
ze» cent voor antwoord Insluiten. (Nadruk verboden
Zorgt goed voor de hennen.
De prijs der eieren valt den laatsten tijd
niet mee, of laat ons liever zeggen: de prijs
valt geducht tegen. En de leg valt ook bij
velen niet mee. Zoodat er verschillenden tot
de conclusie komen, dat er nu op de kippen
zeker verloren wordt. Of het waar is, wil ik
nier niet beoordeelen, maar wié goed voor
zijn dieren is, ze op tijd heeft gebroed, goed
opgefokt en van den winter goed verzorgd
die zal toch zeker nog winst te boeken heb
ben. Dat zal nog wel meevallen. Maar de ver
zorging was van den winter wel moeilijk.
Ik zal verklaren waarom.
Om de dieren den heelen winter vast te
houden, is nocJdig, dat er aan het hok en aan
de verzorging niets ontbreekt. Wanneer dat
zou maken, daarvan ben ik overtuigd. Toen
ik zoo juist onder mijn Krabbels het woord
„oppositie" mompelde, vroeg ze, of dat het
merk van de nieuwe politie-auto was.
Mocht een .of andere politieke partij voor
de volgende gemeenteraads-verkiezing soms
nog moeite hebben bij het zoeken naar ge
schikte candidaten, dan kan ik Griet, ook in
mijn belang, aanbevelen.
Maarreee, ik zou nog vertellen, waarom
ik voor het gebruik van auto's ben, ook door
de politie.
Hierboven noemde ik reeds het vele werk
-door de politie in 1929 verricht, maar wat
voor mij meer b-ete-ekent, is, dat zoo'n straat,
loop-er veel arbeidskrachten spaart.
Een kleine vergelijking met eenige in on
ze naaste omgeving liggende gemeenten, mag
ik hierbij zeker wel maken?
De Bilt: 11000 inwoners; oppervlakte 3000
H.A.; 14 politiemannen en 1 auto.
Baarn: 12000 inwoners; 3300 H.A.; 21 po
litiemannen en 1 klerk, -dus 22 personen,
plus 1 auto.
Soest: 14000 inwoners; oppervlakte 4500
H.A.; 11 politiebeambten.
Als we hierbij bedenken, dat in deze 11
personen, de chef is begrepen, dat 2 perso
nen voor Soesterberg moeten worden afge
schreven en dat men van de 8 resteerende
personen 1 majoor en 1 hoofdagent nog
moet uitschakelen, omdat zij om beurten veel
bureauwerk, onderzoeken enz. hebben te ver
richten, dan blijven er (we hebben hier een
3-ploegen-stelsei) voor elke ploeg 2 perso
nen over.
Zoo iets moet ik jammer genoeg te wei
nig noemen, want als er in den knollentijd
bij mij en Hannes nou eens gelijktijdig knol
len tvorden gestolen en Hannes en ik bellen
gelijktijdig d-e politie op, dan hebben de an*
dere gemeentenaren niks meer voor hun geld
en dat zou toch te gék worden.
Maar ik zei straks reeds, zoo'n straatl-oo-
per spaart andere loopers.
Tk heb daarom tegen den burgemeester ei]
den politiechef gezegd, dat ze een auto kon
den krijgen, inaar dat ze dan in de eerste
tijden niet meer moesten komen zeuren o-m
meer personeel en dat hebben ze beloofd.
Ik heh ze dus fijn beetgenomen, want 1
politieagent kost per jaar aan salaris, Mee
ding, (rijwiel-toelage, onkosten bij ziekte en^.
heel wat meer dan de jaarlijksche kosten
voor aanschaffing en onderhoud der auto en
als ik ze de auto niet had gegeven, dan zou
den ze niet gerust hebben voor ik ze geld
had gegeven voor 3 man salaris, 3 kleeding-
toelagen, 3 rijwieltoelagen, 3 enz. enz.
De politie heeft nu de prenten en wij
Wl«- ..cv.11: l.» ij- V
Knelis?
VAN KNELIS.
Het wordt hoe
langer hoe fraaier.
Alles is toch tegen
woordig mogelijk.
Stel je voor! Kne
lis krijgt de schuld,
dat door de ge
meente, of beter
gezegd door ons,
meentenaren, een
auto voor de politie
wordt aangeschaft.
„Jij bent 't"
schreeuwde Hannes
van de Bunt mij tegen, toen ik Zondagavond
bij Willem in 't Veen kwam.
„Jij bent hét, die ons de centen uit de zak
trommelt -in den vorm van belastingpennin
gen; jij bent de oorzaak van de aanschaf
fing der politie-auto. Jij hebt het eerste over
de aanschaffing van zoo'n ding geschreven
en dat B. en W. en de raad die boodschap
graag overnemen, is heel begrijpelijk. De
politie moet nu ook wel eens ander werk
doen, dan waarvoor ze bestemd is en dat
aan de auto ook wel eens andere dan politie
werkzaamheden zal worden opgedragen, is
wel zoo goed als zeker".
Of hij hiermee wiide zeggen, dat B. en
W. en de Raad er op loerden ook eens met
vrouw en kroost een gratis ritje te maken,
weet ik niet, maar toch zoo ongeveer kreeg
ik de affaire te hooren.
Wel een ha(r)telijke ontvangst vpor 'n ge
noeglijk praatavondje, dacht ik, terwijl mijn
hersens -dwaalden naar het schrijven, wat ik
Nou, die omweg maakte ik met mijn Fordje.
Ford wilde voor mij zeggen: „Fingeer
Onzinnige Reden Daarvoor".
Want onzinnig zou het geweest zijn, als
men voor het woonwagenkamp een Ford
zou hebben aangeschaft. Het was te voorzien,
dat de geheele woonwagen-affaire op een
slechte zaak zou uitloopen en dat toezicht
-nagenoeg overbodig zou blijken, 't Kon ook
niet anders. De stand is voor een goede
zaak niet geschikt.
Maar zoo het is, zoo is het. De politie
krijgt nou een auto en als ik nou alles over.
denk, dan zeg ik: „Fiink-zoo! Onze Reden
Daarvoor?"
Ook die wil ik U zeggen.
Uit het verslag van de politie over 1929
blijkt, dat meer dan 2000 stukken in en uit
gingen, terwijl niet minder dan 1200 proces-
senverbaal werden gemaakt.
Onder de plaats gehad hebbende misdrij
ven kwamen voor 30 diefstallen, 25 verduis
teringen, 17 misdrijven tegen de zeden en
16 misdrijven van anderen aard.
Het aantal verkeersongevallen bedroeg 50
te Soest en 14 te Soesterberg, waarvan 5
met doodelijken afloop. Overtredingen der
motor- en rijwielwet werden 331 maal ge
constateerd en ik zou er willen bijvoegen
10x331 maal werd het niet- geconstateerd.
Naast een 50-tal verkeersongevallen tref
ik aan 425 overtredingen der politieverorde
ning enz. enz. enz.
„Jongen, jongen, „wat 'n werk", riep
Griet, toen ik haar dit alles vertelde; „en
gaat dit alles zonder één enkele Ford?"
„Als ik raadslid was" (stel je voor, Griet
in den Raad) „dan gaf ik eiken politieman
een auto, want zoolang ze in zoo'n dijng
zitten, kunnen ze niks anders doen en dat
is soms ook van veel belang en niet het
minst ter voorkoming van veel werk".
Stel je voor. Griet in den Raad. Hoewel
niet van dezelfde kleur, zou ze het met Pe
ter en Pronk best kunnen vinden en ik twij
fel er niet aan, of, met Griet voorop, zou
dit trio spoedig in de oppositie zijn.
Achteraf zou zoo'n raadslidmaatschap van
Griet voor mij nog niet zoo slecht zijn. Met
mij is zij nu al meer dan 25 jaar in de op
positie en bijna zou ik wenschen, dat een
ander ook eens een poosje met haar gevoe
lens te maken kreeg.
En -dat ze als raadslid geen slecht figuur
brillen welke vakkun
dig op ons atelier
worden gemaakt
^SURGEM t,ROTH£5T
BURGERLIJKE STAND
EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG
ZONDAG.
Voor de tijdgenooten is menige zaak
slechts een zucht, die voor het nageslacht
groeit tot een schreeuw.
MAANDAG.
Wie voortdurend zich ergert aan een
niets, vernietigt zich zelf en strekt anderen
tot -de grootste ergernis.
DINSDAG.
De rijke leert de wereld, de arme leert
het leven kennen.
WOENSDAG.
Leer door het voorbeeld van anderen wat
gij -doen moet en wat gij hebt te vermijden.
Het gedrag van anderen moet een les voor
ons zijn.
DONDERDAG.
Als de toorn zwijgt begint het berouw te
spreken.
VRIJDAG.
Maar al te dikwijls wordt verstandig han
delen harteloosheid genoemd.
ZATERDAG.
Velen verstaan onder onafhankelijkheid
niets anders dan te mogen doen wat zij niet
doen moesten.
VERHUISD:
Wed. H. J. Webber, van Soesterb.str. 88
naar Wieksl.weg W.Z. 9. J. M. Hartman, van
Korteweg 15 naar Laanstraat 48. E. J. H.
Boom, van Nieuwew-eg 2a naar G. Reisweg
11. M. C. Dikkers, van Bosstr. 131 naar KI.
Engendaalweg 94. G. Bos, van Kol-onieweg
13 naar Koudhoornweg 4. A. Groenestein met
gezin, van Koninginnelaan 15 naar Beetzlaan
3. C. Linden, van Nieuweweg 2a naar Birkt-
straat 17. G. Peereboom, van Middenlaan 1
naar Van Lijndenlaan 11. M. Oppenheimer,
van Hartweg 24 naar Nieuwstraat 6a. D. J.
F. Mansveld, van Koninginnelaan 9h naar
Parklaan 11. R. v. d. Heuvel, van Wilhel-
minalaan 18 naar Heuvelweg 13. W. J. v.
d. Rijst, van Kerkpad N.Z. 8 naar Molenstr.
W.Z. 60. W. G. Budd-ingh, van Wieksl.weg
O.Z. 103 naar Bosstr. 11. W. F. v. Riet, van
Kerkpad Z.Z. 24 naar Kerkstr. 11a. D. Sal-e-
mink, van Krommeweg 10 naar Hartweg a.
E. Klompenho-uwer, van Beetzlaan 70 naar
Beetzlaan 66. W. A. C. Weurman, van Wil-
helminalaan 16 naar Mendelssohnlaan 11.
L «v-w.at., c—j,.
INGEZONDEN STUKKEN
(Bui-ten verantwoordelijkheid der Redactie.)
HET KROTJE TE SOEST
VAARTWEG 41
HILVERSUM
VERSCHAFT CREDIETEN
OP GEMAKKELIJKE
VOORWAARDEN
GEOPEND ALLE WERKDAGEN
VAN 10-1 UUR EN MAANDAG-,
WOENSDAG- EN ZATERDAG
AVOND VAN 7-8 UUR.
GEBOREN:
Cornelia, -d. v. G. Hardeman en M. Muis,
Schoolstraat 31. Wilhehnina Johanna, d. v.
J. M. Hartman en J- v. d. Weide, Laanstraat
48. Christoffel, z. v. C. v. Grol en A. M.
Nagel, Laanstraat 68. Abraham Willem, z. v.
H. J. Brink en H. F. Dragt, Julianastraat 6a.
Atitoon, z. v. A. Groenestein en B. C. Roest,
Beetzlaan 3. Nelly Regina, d. v. J. Kat en
M. E. Lentz, Kampweg 12.
ONDERTROUWD:
F. Veth en C. v. Ee. E. Groen en G.
Verwoerd.
GEHUWD:
G. Klomp en G. v. Herwaarden.
OVERLEDEN:
Elisabeth Vis, 54 j., geh. met J. J. Wul-
link.
GEVESTIGD:
B. Aalbers, Birktstr. 34. S. C. M. Sjoers,
Beckeringhstraat 21. C. Waterland met ge
zin, W. Pyrmontlaan 40. Wed. J. H. Boom,
Nieuweweg 64. W. Timrott met gezin.
Spoorstraat 40. J. v. d. Flier, Kerkstraat 6. J.
Littel, K. Brinkweg 2. B. G. Lageman, Mid
del wij kstr. 5. G- v. d. Klok, Julianastraat 58.
J. v. Leur, Verl- Postweg 2a. Wed. C. van
Veenendaal, Birktstr. 10a. M. de Jong, Koud
hoornweg 69. A. J. v. Beest met gezin, W.
Pyrmontlaan 38. C. W. F. Bloemink, Nieuwe-
weg 99.
VERTROKKEN:
B. A. C. Ledeboer met vrouw, van Prins
Hendriklaan 24 naar A'dam, Singel 109. A
J. Godzen met vrouw, van Amersf.str. 77b
naar Den Haag, Copernicuslaan 32. J. M.
Crevecoeur, van Da Costalaan 3 naar A'dam,
Heerengracht 343. A. J. Weurman met vr.,
van Wilhelminalaan 16 naar Den Haag, Da-
guerrestr. 152. C- Ko-oistra—Tigchelaar, van
Middelwijkstr. 5 naar Hilversum, Constan-
tiasstr. 48. K- Kroon met gezin, van Nieuwe
weg 2a naar Alkmaar, Veerstr. 1. A. M. C,
van Klaveren, van Batenburglaan 15 naar
A'dam, Commelinstr. 591. H. G. Hartog met
gezin, van Laanstr. 38 naar Zaandam, Vee-
ringstr. 32. C. Griffioen met vrouw, van Dor-
resteinweg 17 naar Utrecht, Amster-d.straat-
weg 243bis. A. A. Eijkenaar, van Radema-
kerstraat lc naar Ridderkerk, P. Krugerstr.
1. M. L. v. d. Woude, van Bosstr. 2 naar
Delft, Kanaalstr. 23. J. Korsioot met gezin,
van Middenlaan 2 naar A'dam, N. Amstelstr.
260huis.
Met wat plaggen en wat rommel
van de vuilnisbelt gesjouwd,
heeft hij bij dat „riekend plekje"
zijn „huisje" hoopvol opgebo-uwd...
Zóó maar, zónder bouwvergunning,
men vraagt zich af, hoe 't zoo kan
Ja toch, 't is mogelijk, „een dierenwoning"
en -daar rept de Wet niet van.
't Lekt er en 't tocht er,
er is zelfs geen voldoende licht
op zijn „bed" drupt het water
die arme stakker krijgt daar jicht.
Als een paardje in de kou staat,
brengt men het naar warmen stal,
als een stumperd in een hol woont,
dan gebeurt erniemendal.
Je krotje, arme, is géén woning,
veel eer een hol
van een leeuw in de rimboe,
't gaat verre boven onzen bol.
('t Is al zonderling, men zou haast
wenschen
„man, haal toch maar wat uit"
je slaapt dan op een kurk-droog bed
en 't zonlicht gluurt door je ruit.)
Dat te Soest met zijn natuurschoon
nog een stukje rimboe leeft...
't moet ons even van 't harte
hoe diep ons dit getroffen heeft.
't Is niet heel eervol voor ons menschen,
wat het courantenberi-chtje bood:
„het krotje te Soest van Gerrit Koops"
die moet leven tot zijn dood.
O'beek. T. E- BOUMA.
1 AMERSFOORT - TELEFOON Mo. 615
8 Afhalen en thuisbezorgen iederen dag. S
I <11 II MIMI
PLAATSELIJK NIEUWS
NEDERL. REISVEREENIGING
BAARN-SOEST
De aandacht wordt gevestigd op de lezing
met plm. 100 lichtbeelden en filmvertooning
van den Heer Beurs, op Donderdag 13 Fe
bruari a.s., in het gebouw Parkstraat hóek
Leestraat, Baarn.
De Heer Beurs sprak voor veel belangstel
lenden te A'dam en Rotterdam, zoo-dat het
bestuur -der afdeeling ook te Baarn een volle
zaal verwacht.
Het is een leerrijke en genotvolle avond.