Trzz:::r vanille ijs SOESTER BANKVEREENIGING ALLE BANKZAKEN. LA P0RTE Co - BANKIERS Wie verhuist U? VAN DEN BERG&Co. imh bheuheled güsseg ALLE BANKZAKEN SAFE-DEPOSIT Uitgave: G. J.Smit,Soestdijk.Bureau: Van Weedestr. 35, Tel. 2181 Banketbakkerij „Nieuwerhoek" D.F.V0IGT - Burgem. Grothestraat 28 - SOESTDIJK Burgemeester Grothestraat 53 - Telefoon 2317 SAFE-DEPOSIT ROOKT LENSSEN Stille kracht. Cortosa-Sigaren I Behandelen alle Bank en Effecten-zaken Safe-Deposit Hierop letten! Bij Hoofdpijn >j> en bij Kiespijn KRABB ELS DE EERSTE G00ISCHE HULPBANK 10® JAARGANG VRIJDAG 14 AUGUSTUS 1931 No. 33 DE HESIR CDUDAMT Afgemeen^weekblad voor Soestdijk, Soest en Soesterberg. ABONNEMENTSPRIJS 50 cent per 3 maanden. ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent. Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief. Bij contract belangrijke korting. Bijkantoren; ViSSER'S Boekhandel, SOEST en C. J. VAN DAM, SOESTERBERG ADVERTENTIES opgegeven voor „De Soester Courant", worden zonder prijsverhooging tevens opgenomen in het „SOESTER NIEUWSBLAD", Algemeen Christelijk Weekblad en „DE SOESTER POST", Katholiek Weekblad. Thans in prachtvol en hygiënisch gefabriceerde kups, i: houder de: t pond a 60 cent, ponds 35 cent, 1y> ons 20 cent alsmede 5,10 en <5 cents porties. Eén van de Zomer- en vacantie-genoegens. TEL. 2232 Aanbevelend, F. H. EUWE PLUIMVEE, LANDBOUW, ENZ. Vragen, deie rublek betreffende, kunnen worden geionden aan den Heer G. J. Lleahout, Oir. Landbouwschool, Montfoort, Poatiegel grool :nt voor antwoord Inatnlten. (Nadruk verboden. BURGELIJKE STAND Ruitijd. i GEBOREN: Rijkje Antonie, dochter van I D. v. d. Broek en M. Andrejewski, Nieuwe weg 4a. Maria Wilhelmima, dochter van W. Kok eri C. M. Hilhorst, Veenzoom 8. Neeltje, j dochter van A. A. v. d. Zouwen en ti. de fotohandel Gediplomeerd Drogist Opticien ONTWIKKELEN VOOR AMATEURS ZITDAG TE SOESTERBERG, Rademakerstraat 7B, Maandag en Donderdag. i-n i n.. v. Luuwicii en n. ae Dc ruiujd TOor onze hoenders breekt weer Ruiter> utrechtscheweg ba. Samler loiumnes spoedig aan; de tijd van veel nangheid voorjMarius, zoon van W. Bison en I Schreu- hen en voor ons. Voor hen, omdat, ze zich j telkamp, Soesterb.str. S. Elisabeth üeertrui- mets prettig gevoelen in hun dunne jasje, da, dochter van Q. Westerbroek en J v. d Voor ons, omdat het niet prettig is zoo, wei- Hoven, Nieuweweg 46. Martinus Nicolaas ntg eitjes te rapen. i Maria, zoon van Q. A. M. Nilaand en A. Verschillende ziekten openbaren zich ge-:C. Roebbers, P. Potterlaan 10. Jan zoon van durende dien ruitijd. De dieren verkeeren in j. van j^en ea G van ,t Net Nieuw_ een ziekehjken toestand en zijn o zoo vat-;straat 19b. Petrus Cornelis Wilhelmus, zoon baar voor kouvatten. En uit kouvatten komt van W. P. Hilhorst en R. M. Stalenhoef BAARN BUSSUM SOEST ONZE RIJMKRONIEK KAMPEEREN Als 't zomer is buiten, De vogeltjes fluiten Van zomersche pracht, Als rijp weer 't gewas is, De boer in zijn sas is, Het zonnetje lacht. Als bijtjes weer zoemen Bij bloeiende bloemen, In hei en moeras, Als visschers weer uren Naar dobbertjes turen, In sloot en in plas. Dan gaan we kampeeren, En of w' ook ontberen Het steed'Iijk gemak, We voelen ons vrijer, Verheugder en blijer Onder 't linnen dak. Wij koken zelf 't eten, En is iets versleten, Door ons wordt 't gemaakt. ys Nachts moeten we waken, Opdat onze zaken Niet worden gekaapt. Wij doen vele spelen, Zoodat 't woord vervelen In 't kamp niet bestaat. Elkeen is tevreden, En ieder helpt mede En weert zich kordaat. Kampeeren, kampeeren, Is ieders begeeren, Valt elk in den smaak, 't Is leven van vrijheid, Het leven van 'blijheid, Van vreugd en vermaak. BIJ EN U GENIET. VAN WEEDESTRAAT 36A - TEL. 2017 „De ster van d' onvervvinbren wil, Rijst op in mijne borst; Zij rijst zoo klaar, zoo kalm, zoo stil, Zoo statig als een vorst." LONGFELLOW. Er is in de natuur, alsook in den mensch, een stille, schijnbaar bescheiden kracht, die uit haren aard aanvankelijk slechts weinig of in het geheel niet wordt waargenomen, doch mede, omdat zij zich in hare werking naar buiten slechts zeer geleidelijk openbaart. Zij is als „de Stilte", die men ook uit haren aard waarneemt, en waarvan men somtijds om hare opvallendheid getuigt: „ik hoor de stilte". Deze stille kracht openbaart zich, zoowel in de natuur als in den mensch, niet slechts in het goede en schoone, doch helaas ook in het kwade en afzichtelijke. In de natuur doet zij zich kennen in ont plooiing, in groei en in vruchtbaarmaking, zoowel als in ontwikkeling van schoonheid en in productie van onderscheiden aard doch menigmaal ook in vernielende werkingen van verschillende natuur-hartstochten, die ont zettende rampen tengevolge kunnen hebben. Want stille kracht is geenszins geringe kracht hetzij die zich in den mensch dan wel in de natuur openbaart. Ook eerstgenoemde kan bij hare ontwikkeling, hevige verstoringen en ongelukkige toestanden veroorzaken, waarvan anderen de droevige slachtoffers zijn. Te dien aanzien overtreft zij in den mensch wellicht menige natuurontlading. Het ligt geenszins in onze bedoeling in dit opstel de openbaringen van stille krach ten in de natuur te behandelen. De pas in getreden zomer zal ons die voorzeker dag aan dag in het goede en schoone demon streeren. Deze kleine beschouwing zal zich slechts bepalen, tot een deel der „stille kracht" die in den mensch werkzaam is. Doch dit onderwerp kan slechts uit den aard, met groote omzichtigheid worden benaderd. Want wat stil is, moet ook geruischloos en met bijzondere aandacht worden beluisterd. Er zijn menschen aan wie men, zoo opper vlakkig beschouwd, weinig innerlijke kracht zou toeschrijven, doch die door een volhar dend vasthouden van hun doel en door hun innerlijke kracht streng incognito te houden, juist hun doel het zekerst bereiken en in hun succes nagenoeg onfeilbaar en steeds welslagend zijn. Er is ongetwijfeld veel men- schenkennis noodig, om in een mensch de stille kracht te ontdekken, welke hier wordt bedoeld; in elk geval zal daarvoor een lang durige waarneming worden vereischt. Geduld, volharding, helder doorzicht en groote zwijg zaamheid, zullen wel de hoofdbestanddeelen van de stille kracht in den mensch uitmaken, terwijl een absolute wil ten aanzien van eenig te bereiken doel niet vreemd mag zijn aan den persoon, in wien stille kracht wer kende is. Want evenals in de natuur een stille kracht de levenssappen toevoert aan boomen, struiken en planten, zoo voert de stille kracht, die in den mensch aanwezig is, haar meestal veelsoortig voedsel toe aan de plannen, de doeleinden, het pogen en streven van dien mensch. Waar het werk van den mensch aan een onedel doel, aan een minderwaardig streven is gewijd, daar voert- de stille kracht de le venssappen en de vergiften uit onedele eigen schappen pü verderf aanbrengende hartstoch ten, ontstaan naar zijn werken en streven op, gedekt door den dichten sluier van zorgvul dige geheimhouding van verborgenheid, list, intrige en valsche plooi. Doch daar, waar zijn streven het goede, het edele en schoone bedoelt, brengt *de stille kracht de zuivere, rijke en weldadige levenssappen aan, die noo dig zijn tot ontplooiing van den bloesem en tot voeding van de levensvrucht, die door dat edele doel wordt belichaamd. Menschen- kennis en levenservaring herkennen allicht het streven en het booze opzet van den mensch, die zijn levenskracht zijn „stille kracht" niet in dienst stelt van het edele en schoone; en zij stellen daar tegenover ver achting, afkeer en terughouding. Meer men- schenkennis en levenservaring herkennen ook veelal het nobele en schoone streven, dat door „stille kracht" wordt gevoed en tot bloesem, bloem en vrucht wordt opgebracht. En zij brengen, hetzij openlijke, hetzij stille hulde aan het streven van dien mensch, die zonder ophef, zonder door vele te worden opgemerkt, zijn „stille kracht" de heerlijkste en reinste levenssappen deed toevoeren, naar het schoone doel. De groote maatschappij herbergt heel wat stille kracht; zij omsluit ook zeker heel wat menschenkennis en wereldkennis, zij levert de vruchtbare teelaarde voor wetenschap, uitvin ding en kunst; doch zij bergt in zich ook heel wat zelfzucht, laagheid, list en kuiperij naast blindheid, domheid en gebrek aan door zicht. Vele goedwillende, maar niet helder ziende of beïnvloede menschen, laten de stille kracht die in hen is, ongebruikt, of exploitee- ren die aan de hand van anderen, die hun groot vertrouwen niet waardig zijn, die hen leiden tot een doel, dat zij niet kennen en zelfs niet vermoeden. De groote maatschappij, die in hoofdzaak bestuurd en geleid wordt door groote, op zienbarende stuwende krachten, door partij geest, heerschzucht en naijver, heeft onge twijfeld behoefte aan vereenigde stille krach ten, die een wèl langzaam, wèl bedachtzaam streven doen gelden, die een stillen, maar weldadigen invloed uitoefenen en die bloe sem en vruchtgevende, zuivere levenssappen toevoeren. Moge de tijd niet verre zijn, dat die stille krachten uit hunne sluimering wor den gewekt en in werking worden gesteld »yan het „algemeen belang". Mocht toch spoedig het groote gevaar voor het algemeen welzijn worden begrepen; dat gevaar n.i, dat gelegen is in het optreden van brutale, niets ontziende, brute krachten. De natuur heeft den winter noodig, om levenssappen te vergaren de mensch be hoeft den winter van zijn hart, behoeft rouw en weemoed, om levenswijsheid te trekken uit zijn kort bestaanen de groote we reldmaatschappij vraagt, door de thans heer- schende nooden, dringend: naar „stille krach ten" die haar nieuwe en deugdelijke levens sappen toevoeren, uit den zuiveren bron van goeden wil en eensgezindheid. Want van uit het moeras om haar heen, stijgen gevaarlijke dampen op, die haren groei belemmeren en haar tot in hare wor tels zullen dooden. bij een kip heel wat voort. Een ruiende kip heeft veel voedsel noodig. Op de eerste plaats moeten er veeren ge vormd worden, waarvoor heel wat eiwit noodig is. Op de tweede plaats gaat er zeer veel warmte verloren, doordat het dier zoo weinig beschermende veeren heeft. Dat ei wit en dat warmteverlies moet dun aange vuld worden. En dat kan niet anders ge schieden dan door voer. In den ruitijd moet men gewoon doorgaan inet ochtendvoer. Zoovelen huldigen nog den stelregel: gieen voer, geen eten. Maar dit is glad verkeerd, want even noodig als het goed opfokken van de jonge hennen, is het goed door de rui heen helpen van de oudere hoenders. Ochtendvoer blijven we gewoon geven. Er behoeven wel geen eieren van ge vormd te worden, maar veeren is ook eiwit en een nieuw veerenpak vraagt net zoo veel als een serie eieren, En wat het warmtever lies betreft, dit is een kwestie van zetmeel- voedering of van vet. Daarom in den ruitijd gerust mats, wat hennepzaad, zonnepitten, Wat vetkauen zijn in dezen tijd ook op hun plaats. Verder moeten onze dieren tegen groote afkoeling beschermd worden. Dus bij winderig weer en bij sterke regenval hou den we de erge ruisters binnen. Groenvoer houdt hen opgewekt en geeft hun de noo- dige afwisseling. Wie zijn dieren goed door de rui heen helpt, zal er veel pleizier van hebben. De jonge hennen zijn bij sommigen al aan den leg. Dat zegt niets. Want verschillenden ZIJN NIET T' EVENAREN Verkrijgbaar hij MÉKKING NASSAULAAN Torenstraat 14. Metje, dochter van J. B. Berkhof en M. Dorresteijn, Belvedereweg 12. GETROUWD: W. Izerda en H. van den Berg. OVERLEDEN: Zwaantje van der Wal, 45 jaar, geh. met W. Mulder, Nieuweweg 100. Teunis Beverloo, 47 jaar, geh. met H. C. Kpentz, Amersfoort. Adriana Kroon, 29 jr., dochter van Th. S. Kroon en M. Staleman, Schiedam. Herman Gert Ubbink, 76 jaar, geh. met W. R- Brouwer, Heuvelweg 4. Christina A. E. M. Bloemen, 76 jaar, geh. met J. Terwisscha van Scheltinga, Steenhof straat 42. Anthonius L. J. van Poeteren, 22 jaar, zoon van A. J. v. Poeteren en Th. P. Versseput, 's Gravenhage. Petrus Hendrikus v,an Asch, 19 jaar, zoon van J. v. Asch en J. de Bree, Kerkpad Z.Z- 9. Bernardus Ra demaker, 74 jaar, geh. met C. Schouten, Vin- k en weg 41. Hendrikje Middelhof, 43 jaar, geh. met J. Ven-at, Koninginnelaan 37. GEVESTIGD: G. Wessel met gezin, Heu velweg 41 C. Teekens met gezin, Steenhof straat 7. H. G. Wijnands met gezin, Klaarwa- terweg 43. W. van Vliet met gezin, Schouten kampweg 2a. M. H. M. v. d. Horst, Juliana- straat 50. J. F. v. d. Kuit, Eikenlaan 35. M. H. Kuppens-Kigge, Andriessestr. 19. VERTROKKEN: C. Roos, van KI. Engen- daalweg 86 naar Veenendaal, Grift 81. E. Hogeweg, van de Zoom 1 naar Amsterdam, Vine. v. Goghstraat 21 I- H. W. Ran, van Soesterb.str. 51 naar Laren N-H., Engweg 23. J. J. v. d. Ende, van Heideweg 1 naar Zui len, Balderiksiraat 8. Th. C. Meurs, van Amersfstr. 119 naar Utrecht, Beverstr. 33b. J. W. G. Schothorst, van Soesterb.str. 11 naar Culemborg, Markt 46. VERHUISD: J. Helweg van Kerkpad N.Z. PL'52 naar Kerkpad Z.Z. 23- Wed. J. Jansen, Ha.-tmanlaan 10 naar Van Weedestraat 118. B. de Bes met gezin, van Van Weede- 1 straat 18 naar Kerkpad N.Z. 37. JULIANAPLEIN 5 - TELEFOON 2163 SOEST Poeders en tabletten zijn alléén echt, als de verpakking voorzien is van den naam Mijnhardt. Let bij het koopen daar speciaal op, want dit alleen garandeert U de echtheid hebben al 6-maandsch hennen. Maar deze week hoorde ik ook ai van hennetjes van vier en een halve maand, die al eieren legden. Wat je maar eieren noemt. Een duif legt ze bijna even groot. Als het eenmaal zoover is, dat ze te vroeg aan den leg zijn, dan valt het niet mee, om ze te doen ophouden. Zoo mogelijk verhokken en weinig of geen och- tendvoer verstrekken is iets wat nog eenigs- fins kan helpen. Maar afdoende is dit niet. Nogmaals wil ik herhalen wat al zoo vaak gezegd is: geef hennen van 3 tot 5 maanden! tweemaai per dag flink graan, zooveel zij lusten, 's morgens en 's avonds. Pas op 5 tot 5,5 maand beginnen we met alleen des avonds graan en verder ochtendvoer. Die veel te vroege leg is heusch geen voordeel. En wat er nog bij komt. Die te vroege leg- sters zullen ons van den winter ook iets extra's geven. Ze zullen namelijk ophouden met den Ileg en in den rui vallen. Want dit. komt bij vroege legsters bijna altijd voor: winter- of voorjaarsrui. Wie dit eens bij zijn jonge hennen ondervonden heeft, weet wat een schadepostje dit is. U kunt het treffen, dat het een lichte halsrui is, dat ze na e enige weken hun gestaakte leg weer opvatten, maar die eenige weekjes gaan niet zelden over in een rustperiode van ééntwee maan den. En waar blijven dan de dure eitjes? Ze zijn voor goed verdwenen. En als die rui een zware rui wordt, dan moeten we zeker één, twee maanden wachten eer ze weer beginnen. Vroege hennen, ik bedoel te vroege hen nen, vallen dus vaak in een ontijdige rui. Daar is niet aan te doen, Maar wie zijn hennen op tijd heeft gebroed en ze door ondoelmatig voer te vroeg aan den leg en dus aan den rui helpt, heeft deze schadepost aan zich zelf te wijten. Dc nachten gaan voor de kippen weldra langer worden en velen zullen hun lichtlei- dimg van vorïg jaar weer in orde gaan maken of een nieuwe leiding leggen. Langer licht beteekent voor onze dieren: langer tijd om te eten, dus meer eitjes- Maar denkt er wel aan: willen we van onze oudere dieren in het volgend voorjaar broedeieren rapen, voert ze dan niet met kunstlicht, want dan worden ze te veel geforceerd en de broed- resultaten zullen in het komende 9eizoen ver bazend tegenvallen. Mijnhardt's Poeders. Doos 45 ct. Bij Uw Drogist. VAN KNELIS. Zoo, daar zijn we weer! Mijn vacantie- reis is goed afgeloo- pen en mijn ervarin gen hebben zich in groote mate vermeer derd. Vooral in 't Noor den heb ik veel ge leerd, b.v. in Ern- men, dat uitgebreide noodlijdende dorp met zijn vele arme menschen en schame. Ie hutten. Het is wel een groote tegenstelling als je het dorp in komt en je ziet er die aardige landhuisjes, terwijl dieper het land in de armoe je tegenkomt. Wat een verschil met Soestdijkeradeelsum met zijn mooie villa's, landhuizen, hofsteden en arbeiderswoningen; neen, dan is het hier een gezegend land. In Stadskanaal heb ik mijn vriend Geert- Jan gesproken; dat is iets heel bijzonders om hem te spreken, want hij is daar in de veenstreken net zoo beroemd als, jaik zal maar zeggen net als Knelis in Soest. Och ik zal het jullie duidelijk maken, Geert- Jan schrijft over het volk, over zijn volk, zooals Felix Timmermans over Vlaanderen en Jules Vondel over de Nederlanders schreef, of was het Joost Verne? Kort en goed, ik heb Geert-Jan geïnter viewd voor de krant en hem gevraagd hoe of het daar ging met den slechten tijd. Och, zei Geert Jan, die tijd is slecht en niet slecht, 't komt er maar op aan hoe je 't beziet. Ik zal je maar eerst een verhaal tje vertellen, dan snap je me beter en dan schrijf je 't maar op voor de menschen, die je bladen lezen. Hij knikte (hij knikt altijd en ik laat 'm stiekum knikken) en vervolgde: daar was bij ons een daglooner, die met zijn vrouw en zijn zes geiten zijn eigen huisje bewoonde. Op een goeien dag komt er een verzeke ringsagent bij hem en haalt hem over om zich zelf, vrouw, geiten en huis te verze keren. De man gaat er op in en heeft het ongeluk dat zijn huisje en zijn zes geiten verbranden. Dat was een slechte tijd voor hem, maar de verzekering keerde hem een mooi bedrag uit, zoodat hij weer een goeien tijd had. Nu liet hij een grooter huisje bouwen en kocht twaalf geiten, die hij tegen ziekte liet verzekeren. Op een kwaden dag breekt er een ziekte onder de geiten uit en tien van de dieren verloor hij in één week, dat was een slech ten tijd. De verzekering keerde uit en de twee an dere geiten wierpen zes jonge beestjes (nog al begrijpelijk dat ze niet oud waren) waar onder drie bokken, die voorspoedig opgroei den. Dat was weer een goeien tijd. De veestapel vermeerderde en hij bracht wat bokken en geiten naar de markt en verdien de een aardig duitje, dat hij in een soliede bank belegde. Dat dacht hij tenminste, maar de bank ging bankroet en de directeur, een beste kerel overigens, ging de geavngenis in. Weer een slechten tijd. Drie maanden later vernielde de bliksem zijn heele heb ben en houden, wat een zware slag was. Toen de verzekering hem de uitkeering deed, was hij huis- en geiteloos, maar hij vindt het lang zoo'n slechten tijd niet. Hieruit kan je leeren, zei Geert-Jan, dat iedere medaille twee kanten heeft, juist als het leven; soms is het slecht, soms goed, 't komt er maar op aan of je je beurt kan afwachten. Een zonderlinge man die Geert-Jan, maar ik mag hem wel. Hij had dit alles met zoo veel gevoel verteld, dat ik me zelf reeds1 alleen op de wereld waande. Ik telegrafeer de daarom aan den uitgever van mijn bla den hoe 't met Griet was. „Alles wel aan boord", luidde het ant woord en ik had een goeien tijd, want Griet zou ik voor geen geld willen missen. Niettegenstaande die meeningen van Geert- Jan zullen we dan toch maar aannemen, dat het niet een der beste tijden is, maar wat we ook kunnen aannemen is het feit, dat zulke tijden ook vaak misbruikt worden door hen, die volstrekt niet onder den invloed van de slechte tijden te lijden hebben. Zoo iets is onverstandig en als dezulken hun vrees voor wat komen zal zouden op zij zetten, zou er veel gewonnen zijn. Maar met dit alles is het nog zoo slecht niet. 't Gaat alles nog wel zoolang we de maag nog rijkelijk kunnen vullen, zoolang de kleeding nog niet mankeert, zoolang we een dak boven en kussen onder ons hoofd hebben en zoolang Knelis ons wekelijks nog eenige oogenblikken uit de dagelijksche be slommeringen trekt. En dat het werkelijk nog niet zoo heel slecht is, heb ik op mijn vacantiereis wel gezien. Toen heb ik heel wat menschen langs den weg gezien, die voor hun pleizier uit waren, heele zwermen fietseressen en fiet sers, motorrijders met hun engel van ach teren of op zij, auto's volgeladen met leven de ballast, oud en jong, zoodat je daar van dien slechten tijd ook al niet veel bemerkt. En dat het op ons dorp nog zoo slecht niet is, zullen we in September zien als de nieuwe raad begint te werken, als ik me niet vergis komen er 3 raadsleden en 12 wethouders en is er ook sprake van, dat het corps ambtenaren wordt uitgebreid. Dat komt omdat de zuinigheid de wijs heid niet mag bedriegen en omdat het in dezen tijd niet goed is om je geld vast te houden. De volgehde week weet ik er meer van en dan komen jullie 't ook aan de weet, maar mondje dicht hoor. dEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG ZONDAG. Vaak hechten dé menschen het denkbeeld van geluk alleen aan het uiterlijke, maar de waarheid zoekt het in het gemoed in kalmte en zielsrust. MAANDAG. Wie met het leven speelt Komt nooit terecht. Wie zich niet zelf beveelt, Blijft altijd knecht. DINSDAG. Ieder hart. dat zich toewijdt aan een edel werk, veredelt daardoor zich zelf. WOENSDAG. Hij, die ophoudt, 'n eerlijk man te zijn, is veel gevaarlijker dan hij, die het nooiif ge weest is. DONDERDAG. Groote zielen hebben een wil, kleine ziel tjes hebben wel eens vlagen van wil. VRIJDAG. Velen, die het ouderlijk huis minachten, zullen op lateren leeftijd tot de ervaring- komen, dat 't daar nog zoo kwaad niet was. ZATERDAG. Niet dc vreugde, die u wordt bereidt,- mar slechts die, welke gij voor anderen be reidt, 'kan u waarlijk gelukkig maken. Heuvelweg 16 Mlddelwijkstr. 38 - Tel. 2065 PLAATSELIJK NIEUWS VAARTWEG 41 HILVERSUM VERSCHAFT CREDIETEN OP GEMAKKELIJKE VOORWAARDEN GEOPEND ALLE WERKDAGEN VAN 10—1 UUR EN MAANDAG-, WOENSDAG- EN ZATERDAG AVOND VAN 7-8 UUR De Koningin Moeder en Prinses Juliana in de kerk H.M. de Koningin Moeder en H. K. H. Prinses Juliana woonden Zondagmorgen de godsdienstoefening bij in de Ned. Herv. Kerk alhier, waar Ds. Groeneveld voorging. Z. Eerw. had tot tekst gekozen Micha 6 8 „Hij heeft U bekend gemaakt, o mensch'. wat goed 'is; en wat eischt de Heere van u, dan recht te doen en weldadigheid lief te heb ben en ootmoediglijk te wandelen met uwen God". PAr. Van Harinxma thoe Slöoten, Burge meester van 's Graveland en een der hofda mes van H.M. de Koningin Moeder behoor den tot het gevolg. Handelsavondschool Baarn Augustusmaand. Aangifte van nieuwe leer lingen voor de Handelsavondschool. Even rustig overwegen, niet te veel bezwaren op peren. Uw kinderen, ouders, hebben een flin ke, verstandelijke, practische ontwikkeling broodnoodig. Er wordt veel geëischt om door 'de wereld, nog méér om vooruit te komen. De lange avonden breken weer spoe dig aan. Wat moeten uw jongens en meisjes dan doen? Laat ze de winteravonden nuttig be steden; de reeds verworven kennis beves tigen, nieuwe verkrijgen. Thans staan uw kinderen er misschien onverschillig tegen over, later zullen ze U er dankbaar voor zijn, dat gij ze naar de handelsavondschool hebt gestuurd. De gelegenheid is er, profiteert er van; stelt niet uit, maar geeft uw jongens en meisjes a.s. Maandag op voor de Han delsavondschool. Voor nadere bizonderlieden zie men de advertentie in dit blad. Brand Vrijdagmiddag ontstond brand in een schuurtje achter de woning van M. aan de Birkstraat; Hoogst waarschijnlijk is de brand aangekomen doordat een jongen aldaar met vuur had gespeeld. Waar echter op een halve Meter afstand een hooiberg stond, was het nog al erg gevaarlijk. De inhoud van de schuur verbrandde geheel; het schuurtje zelf voor een groot deel. Door gezamenlijk optreden van de om wonenden, die terstond krachtjg hulp bo den, kon het vuur spoedig worden gebluscht. zoodat er al gauw geen verder gevaar meer bestond. De brandweer behoefde dan ook niet te worden •gealarmeerd. Processenverbaal Wederom zijn meerdere personen bekeurd wegens diverse overtredingen van de Motor en Rijwielwet. Ook op grond van de Arbeidswet vielen eenige processenverbaal.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1931 | | pagina 5