voor
lOURElfiCH
SLAVERNIJ IN HET LAND DER
VRIJHEID.
Opstand tegen de slavenhandelaars
in Liberia.
Een mensch van de eeisle kwaliteit kost
zestig gulden.
Het groteske feit, dat in onzen tijd
van beschaving, van de rechten van
den mensch, en niet in het minst van
nationale zelfbeschikking, er nog
steeds groote landen en gebieden zijn,
waarin een meer of minder verborgen
gehouden handel in slaven wordt ge
dreven, is de laatste maanden her
haaldelijk ter sprake gekomen,
De berichten over het slavenbedrijf
en den slavenhandel in Abessinië en
gedeelten van Arabië, in Siërra Leone
en in het gebied der goudkusten, zijn
genoegzaam bekend. Maar al deze
schilderingen worden in de schaduw
gesteld door een officieel bericht van
den Volkenbond, dat thans door den
onderzoeker en expert van Afrika,
Dr. Cuthbert Christy uitgegeven werd,
en dat voor geen tegenspraak vatbaar
materiaal over de ongelooflijk treurige
toestanden in den zwarten vrijstaat
Liberia inhoudt.
Het moet wel een helsche ironie
schijnen, dat een staat, die tegenwoor
dig meer dan 2 millioen rech-
telooze negers en een paar
duizend door privileges uit
verkoren stambroeders om
vat, juist met den naam
Liberia aan de wereldge
schiedenis deelneemt. De
geestdriftige 'N.-Amerikaan-
sche slavenbevrijders van de
vorige eeuw, die ter wille
van hun ideeën een jarenlan-
gen verbitterden burgeroor
log moesten voeren, hadden
ten tijde der stichting van
den Vrij- en Negerstaat, in
1847, van zijn latere ontwik
keling, waarlijk niets kunnen
vermoeden. Maar de fout
begon reeds destijds, toen
deze niets vermoedende
vrienden der menschheid -
goede menschen in de ver
schrikkelijke beteekenis van
't woord", zooals Lord Ba-
conspield deze soort eenmaal
noemde een paar duizend
half- of zeer onvolkomen
ontwikkelde en beschaafde
Amerikaansche negers en halfbloeden
uit de Zuidelijke Staten van de Unie
vrij kochten of stalen, of hen bij het
vluchten hielpen, om hun bescherme
lingen daarna in hun vaderland Afrika
terug te planten. Waren deze blanke
vrienden der menschheid niet zoo
door hun ideeën verblind geweest, dan
zouden zij spoedig hebben bemerkt,
dat deze Amerikaansche negers
slechts hun tweede vaderland in Ame
rika verloren hadden, zonder dat zij
daarvoor hun oude Afrika teruggewon
nen hadden. Zij waren eraan ontgroeid,
zij waren met een andere cultuur en
andere levensomstandigheden in aan
raking gekomen, zij waren voor hun
oorspronkelijke leven in de natuur
evenzeer bedorven als voor de be
schaving.
Sindsdien en in den loop der laatste
decennia in steeds sterkere mate
heerscht in Liberia de toestand, dat
een in verhouding kleine groep van
half-ontwikkelde negers uit Amerika,
de West-Indische eilanden of andere
Europeesche koloniën een ongebrei
delde politieke en economische tyran-
nie over twee millioen negers van de
oorspronkelijke oerbevolking uitoefent.
Slechts de immigranten hebben het
kiesrecht en alle andere politieke
rechten, slechts deze lieden, die eigen
lijk vreemdelingen zijn, kunnen be
ambten, gendarmen, rechters en sol
daten van dezen merkwaardigen vrij
staat worden.
Het is duidelijk, dat de stammen der
oerbevolking van het begin af een
steeds groeiende vijandschap tegen de
nieuwe onderdrukkers en bevrijde in
dringers aan den dag hebben gelegd,
en er zijn weinig jaren zonder oorlog
en opstand voorbijgegaan.
Doch tot nu toe werden alle pogin
gen tot opstand met ongehoorde gru
welen onderdrukt. Eenige duizenden
modern uitgeruste gendarmes en sol
daten staan tegenover de inlandsche
stammen en, zooals gezegd, konden tot
nu toe de opstandigen door het gewei
dige verschil in bewapening in toom
worden gehouden. Voor het grootste
gedeelte werden voor deze bewape
ning de millioenen gebruikt van bui
tenlandsche, voornamelijk Amerikaan
sche leeningen (afgezien van de som
men, die bij de verschillende ambte
naren, van de hoogste regeerings
ambtenaren tot de laagste gendarme
bleven „hangen"). Want ofschoon het
land een voor zijn verhoudingen fan
tastisch hooge staatsschuld op zich
heeft geladen, is voor de ontwikkeling
van Liberia niet het minste geschied.
In de hoofdstad Monrovia heeft men
wel een paar scholen opgericht, maar
dat is dan ook alles wat men voor de
volksontwikkeling van het geheele
land heeft gedaan.
Reeds ongeveer 20 jaar geleden gin
gen door de internationale politieke
kringen geruchten, dat in Liberia de
verhoudingen niet zoo paradijsachtig
en vrijheidsgezind waren, als men
eigenlijk zou moeten verwachten
Slaventransport in Liberia.
Deze beschuldigingen werden door de
officieele autoriteiten instanties tegen
gesproken, maar zij konden des
ondanks niet tot zwijgen worden ge
bracht. Enkele jaren geleden kwamen
de toestanden in Liberia en de slaven
handel naar Abessinië en Arabie, die
een groote vlucht genomen hebben,
voor het forum van den Volkenbond.
Weer verklaarde de eerbiedwaardige
gedelegeerde van Liberia, dat deze
beweringen uit de lucht waren gegre
pen en weer geschiedde van de zijde
van den Volkenbond niets, ofschoon
een aantal neutrale waarnemers de
juistheid van de beschuldigingen be
vestigden. Het Christy-rapport beves
tigt nu niet alleen punt voor punt de
aanklachten, maar het gaat zelfs in
vele opzichten nog veel verder dan de
tot nu toe bekende aanklachten. Dr.
Christy stelt vast, dat het bezit van
slaven op katoen-, rubber- en andere
plantages, de slavenhandel te land en
ter zee en dwangarbeid voor particu
liere personen of ondernemingen, aan
de orde van den dag zijn.
Vijf Engelsche ponden bedraagt de
prijs voor een man van de eerste kwa
liteit. Dat is de inkoopsprijs in Liberia,
waar men de „waren" in het binnen
land te zamen vangt. Wanneer deze
door vele tusschenhandelaars en be
middelaars eindelijk in het Oosten ter
bestemming zijn gekomen, is natuur
lijk de prijs tot het 10- en 20-vouc?ige
Dr. Christy stelde verder tallooze
gevallen van corruptie, omkooping,
misbruik van ambtelijke macht, be
drog enz, vast, die voor de beambten
en hoogwaardigheidsbekleeders van
Liberia zeer bezwarend schijnen.
In dit rapport wordt dringend voor
de waarschijnlijke gevolgen van deze
ontzettende toestanden gewaarschuwd.
En wordt speciaal op gewezen, dat
eenige handige wapensmokkelaars
zich dezen toestand ten nutte hebben
gemaakt om hun funest bedrijf uit te
oefenen. Zij begonnen de opstandige
stammen van Kroe, in het hartje van
het land, van moderne geweren te
voorzien en eischten betaling met an
tieke kunstvoorwerpen van ivoor en
koper, en als zij geluk hadden, met
een beetje goud uit de geheim gehou
den schatkamers der Kroe-stammen,
Of het na deze verboden wapen
handel steeds zoo zal blijven, dat de
inlanders weerloos tegenover de straf
expedities der regeering staan?
,Het geheele Kroe-gebied zal spoe
dig verwoest zijn, want de oorlog
breidt zich naar alle zijden uit. Nie
mand weet hoeveel menschen bij de
verbranding en plundering van het
groote dorp Sahis zijn omgekomen,
maar duizenden zijn dakloos en ster
ven in de bosschen van honger
„De visschers van Nifoe zagen na
den terugkeer van de vischvangst hun
stad in brand; zij konden niet landen
en moesten langs de kust naar Mon
rovia koers zetten, een afstand van
meer dan 300 K.M. Onder het Kroe-
volk der hoofdstad heerscht groote
verbittering en weeklagen over het
lot hunner broeders...."
„In het gevecht met de Teampoe-
lieden vielen meer dan 100 dooden en
1000 gewonden, mannen, vrouwen en
kinderen aan hun zijde; bij ons waren
er één doode en twee gewonden."
Deze zinnen zijn brokstukken uit
berichten, die Dr. Christy als authen
tiek heeft opgenomen in zijn rapport.
Intusschen is bekend geworden, dat
de terreur, die in Liberia woedt, nog
verscherpt is. Er worden strafexpedi
ties gezonden naar die stammen, die
voor de Volkenbondscommissie een
getuigenis aflegden. Op grond hiervan
werd door Genève een nieuw onder
zoek geëischt en intusschen geschiedt
er niemendal. Een nieuw rapport zal
verschijnen, dat de vroegere rappor
ten slechts zal bevestigen, zoo niet
overtreffen. En wat zal er daarna ge
schieden? Het is te hopen, dat men
nu eindelijk ertoe besluit iets te on
dernemen vóór in Liberia een vuur
opvlamt, dat zich naar alle waar
schijnlijkheid niet alleen tot dit land
zal beperken, maar zich over het ge
heele zwarte contingent zal uitbrei
den.
Een Amerikaansche Slavenmarkt.
(Naar ven teehening uit de vorige
gedeelte dezer lieden onbegrijpelijke,
duivelsche dingen zijn en dat het don
kerste bijgeloof zich hier uitstekend
thuisvoelt,
Karpatho-Rusland, land van heksen,
geesten en spookfantasiën. Dezer da
gen is het slechts aan het ingrijpen
van een politiepatrouille te danken
geweest, dat het dorp Novoselice niet
het schouwtooneel is geworden van
een echte Middeleeuwsche heksen
verbranding. Een oude vrouw, die
door haar mede-dorpsbewoners ervan
verdacht werd, de kinderen van haar
buurman behekst te hebben, was
door de dorpsbevolking ter dood ver
oordeeld. De brandstapel stond reeds
klaar, de bevolking wachtte slechts
IS DAT NOG EUROPA?
Geloof aan heksen in de 20ste eeuw.
Karpnlho-Rusland, het rijk van ellende
en bijgeloof.
Van tijd tot tijd weten de couranten
vreemde dingen uit 't Oostelijke deel
van Tsjecho-Slowakije te berichten.
Het zijn mededeelingen, die eerder in
de Middeleeuwen thuishooren, in den
lang vervlogen oertijd met heksen,
spoken, geesten en dergelijk bijgeloof,
dan in de verlichte 20ste eeuw. In dit
gebied van den Tsjechischen staat
dat van de aangrenzende landen Hon
garije en Polen tengevolge van de slui
ting der grenzen is afgesneden en door
het eigen land buitengewoon stiefmoe
derlijk bedeeld wordt, is het intellect
zóó dun gezaaid, dat het geen verwon-
derling baart, als in breede lagen van
het volk met ijzeren consequentie
wordt vastgehouden aan datgene, wat
het leven van hun voorouders inhoud
heeft gegeven. Naast de weinige
eischen, die zij aan het leven stellen,
hebben zij het geloof a?n geheime
m—' - 1 -1J
»_e volkeren van de
Westerscne cultuur er slechts weinige
vinden, die onder zulke slechte om
standigheden om hun bestaan strijden
als 't greotste gedeelte der Karpatho-
Russen. Wel vindt men in de hoofd
stad van Karpatho-Rusland, Uzhorod,
moderne bouwwerken en een zinde
lijkheid, die men juist in dezen uit
hoek van Tsjecho-Slowakije niet zou
hebben verwacht, maar in de dorpen
en nederzettingen treft men zooveel
ellende aan, dat zij niet te dragen zou
zijn, indien de Karpatho-Russen niet
aan een ongelooflijke stompheid zijn
overgeleverd, die hen hun noodlot als
iets vanzelfsprekends laat dragen.
Men heeft hen, toen na de vredesver
dragen het Karpatho-Russische land
onder Tsjechische heerschappij werJ
Wie zoo'n vervallen „Boerderij" zijn eigendom
kan noemen, mag nog gelukkig heeten.
den nacht af om de „heks" uit haar
hut te halen. Het gelukte de politie
patrouille wel de excecutie te verhin
deren, doch uitstel beteekent hier nog
geen afstel, want het duistere bijgeloof
dezer menschen is evenmin door ba
jonetten als door 't geschreven woord
uit te roeien, omdat de meesten van
hen lezen noch schrijven kunnen. Hier
zij ook nog een voorval vermeld, dat
eerst dezer dagen bekend is geworden
en geschiedde in de Karpatho-Russi
sche gemeente Hummene. Daar werd
een arbeider gearresteerd, die zich
met de bezwering van ziekten van
varkens bezighield. Hij kreeg er van
de boeren van 't dorp zijner inwoning
geld voor, als hij des nachts volkomen
naakt een ronde over het kerkhof
maakte en tenslotte rond het graf liep
van den laatsten ter aarde bestelden
inwoner.
DE VERDEDIGING VAN RECHTEN
door Sir Norman Angel 1.
(Engelsch parlementslid en bekend
schrijver).
De nationale defensie heeft niet
slechts betrekking op de verdediging
van het grondgebied van een land,
doch ook op de bescherming van alle
rechten, die het bezit. Volgens het
oude, ordelooze, feitelijk anarchis
tische stelsel beteekende dit, dat ieder
land het recht had om zelf te beoor-
deelen, wleke rechten het had, Doch
waar leidt zooiets toe? Engeland ver
langde een grootere vloot en Frankrijk
een grooter leger dan Duitschland
onder het motief, dat zij dat noodig
hadden voor bun verdediging. Zij vroe
gen het recht om, als er ooit een con
flict ontstond, zooveel sterker te zijn
dan de andere partij, dat zij feitelijk
in dat conflict de beslissing in handen
zouden hebben. Een der parijten in het
conflictzou in zoo'n geval dus tevens
optreden als rechter. En toch is het
onder het oude systeem, om de con
currentie tusschen de landen te voe
ren, de gewone gang van zaken ge
weest, dat een land voor zichzelf der
gelijke of /andere rechten opeischte,
die het de andere partij weigerde, De
eenige uitweg is natuurlijk, dat geen
der partijen in een conflict de beoor
deeling van dat conflict op zich mag
nemen. Dit komt toe aan een derde
partij en als er ooit van geweld van
wapenen sprake kan zijn, dan moet
de wapenmacht in handen zijn van den
rechter en niet van de beide tegen
standers in het conflict.
Slechts met moeite kon een politiepatrouille
de voltrekking van het vonnis over een
„heks" verhinderen.
gesteld, de vrijheid beloofd. Doch wat
de goede Oekrainers en Zigeuners
zich daarvan ook voorgesteld mogen
hebben, alles is bij het oude gebleven.
Ket staatsgezag bekommert zich in
zooverre om hen waar het de prompte
betaling van belastingen betreft en
van het werk der bevrijding, die hun
bij de omwenteling beloofd was, is
hier nog weinig te bemerken. Elders
zijn de dieren beter en „huiselijker"
ondergebracht dan in het Karpatho-
Russische land het meerendeel der
menschen. Uit kistenhout saamgeflans-
te hutten met een vloer van leem, met
daken, waardoor de regen vrijelijk kan
neerdruipen, afgedankte en versleten
goederenwagens, waarin meerdere
families zonder eenige afscheiding
dooreen wonen, kampementen onder
den blooten hemel, ziedaar de woon
plaatsen van duizenden Karpatho-
Russen, die vanzelfsprekend broei
nesten van ziekten en epidemieën zijn
en de haard van een onbeschrijfelijk
verval van zeden en moraal. Men
moet de halfvolwassen jongens en
meisjes uit deze ellendige neder
zettingen, slechts met gescheurde
hemden bekleed, hebben gezien; men
moet een blik in de hutten van deze
menschen hebben geworpen, op de
legerssteden, welke dikwijls wieg,
bruids-, ziek-, doods- en kraambed
tegelijk zijn, om een duidelijk begrip
van deze toestanden te krijgen. Men
moet een regendag temidden van deze
plaatsen van menschelijken nood heb
ben doorgebracht, de plassen in de
hutten gezien hebben en de verzame
lingen van door den regen uit de
eigen ondichte „woningen" gevluchte
menschen, die onder het met bord
papier bedekte dak van een gelukki
gere schuilen, om zich er niet meer
over te verwonderen, dat onder deze
toestanden in dit land de nieuwe tijd
zijn intrede niet kon houden, dat
radio* en vliegtuig voor het grootste