GIJSBERT KAREL VAN HOGENDORP Z.H. IIE FAUS BETREKT ZIJN BUITENVERBLIJF. ULVill 1834 - AUGUSTUS - 1934 De man, die Willem I terugbracht in zijn Vaderland, het vacantieverblijf van de Koninklijke Familie. Maar die het landsbelang stelde boven zijn liefde voor Oranje. „Bijkans 50 jaren van publiek le ven, ten dienste des vaderlands, gekenmerkt door onwrikbare trouw aan beginselen, van de eer ste tot de laatste besteed aan de bevordering van het heil des va derlands, zooals hij dit naar de eigenaardigheid zijner inzichten bereikbaar achtte". (Prof. Joris- sen in zijn verhandeling over de Omwenteling van 1813). Het zal Zondag a.s. 100 jaar geleden zijn, dat een van Nederland's groote staatslie den, Gijsbert Karei van Hogendorp te 's-Gravenhage overleed. Mr. Gijsbert Ka- rel, graaf van Hogendorp werd geboren te Rotterdam in 1762. Hij stamde uit een regentenfamilie. In zijn jonge jaren stu deerde hij aan een cadettenschool te Ber lijn en werd bevorderd tot vaandrig in het regiment van Prins Hendrik van Prui sen. Hij nam deel aan den Beierschen suc cessie-oorlog en wasj, jna alvorens de func tie van 's Prinsen page te hebben bekleed, officier van zijn regiment. In 1782 werd hij officier bij de garde van zijn vaderland en het daaropvolgend jaar vertrok hij met den Nederlandschen gezant v. Berkel naar Amerika, van welk land hij hooge ideeën bezat over de vrijheidsbeleving van het volk. Daar aangekomen stelde hem de po litieke constellatie echter danig teleur. Teruggekeerd in Holland, bezocht hij de Leidsche Hoogeschool, waaraan hij in 1786 in de Rechten promoveerde. Reeds het daaropvolgend jaar werd hij benoemd tot pensionnaris te Rotterdam en bleef dezen post vervullen tot in 1795. In den partijstrijd schaarde v. Hogendorp zich bij de Prinsgezinden, daar hij wel aan het volk invloed op de samenstelling van het bestuur wilde geven, doch hem geen-TideelK.wjrlde toekennen aan de uit oef 6iir.{d§t:'v;an 't gezag. Hij ging naar Nij megen' óm als tusschenpersoon op te tre den tussehen de Prinses en de prinsgezin den in Holland. In dien tijd heeft v. Ho gendorp zich doen kennen als een libe raal depkend staatsman. Zijn wensch was: het volk van alle rangen een groqtere ont wikkeling bij te brengen. Toen het stad houderschap ten val was gebracht, legde van Hogendorp zijn functie als pension- naris neer en vestigde zich als koopman te Amsterdam, waar hij het handelshuis van zijn in 1796 overleden schoonmoeder leidde. Zijn naam als vooraanstaand vrij handelaar kreeg bekendheid in binnen- en buitenland. Van Hogendorp bleef evenwel ijveren voor het welslagen van zijn plan om in Nederland een staatsher vorming teweeg te brengen. Hij toonde zich voorstander voor een constitutioneel vorstendom, hetwelk in de regeering zou moeten worden bijgestaan door de Staten- Generaal, welker leden, gekozen door de Prov. Staten, stemmen zonder last of rug gespraak. Van Hogendorp heeft vooral bij de in voering van een nieuwe staatsregeling, in 1801, zijn stem doen hooren. Hij protes teerde, omdat het Huis Oranje hierin geen macht was gegeven. In 1802 trok v. Hogendorp zich uit zijn zaken terug en vestigde zich op het buiten Adrichem bij Beverwijk, alwaar hij zich hoofdzakelijk wijdde aan de bestudeering der handelsgeschiedenis. Intusschen verstreken de jaren en werd hij door zijn eerzucht gedoemd om werk loos politicus te blijven. In 1809 vestigde hij zich te Den Haag en ontwierp een schets voor een grondwet, terwijl hij te vens ijverde voor een vereeniging van Ne derland en België. In 1813 deed v. Hogendorp opnieuw van zich spreken door zijn leiderschap in de beweging, voortgevloeid uit den drang naar de instelling van een constituioneelen Nederlandschen staat onder het Huis van Oranje. Na den slag bij Leipzig n.1. zocht v. Hogendorp hiervoor steun bij de oud- regenten. Toen hem van deze zijde geen hulp werd verleend, nam hij met v. d. Duyn en v. Limburg Stirum het gezag in handen en werd door hem het „Algemeen Bestuur" gevormd, dat eemge weken later op 6 December zijn macht overgaf aan Willem I. Van Hogendorp werd Minister van Buitenlandsche Zaken en voorzitter van de Commissie tot het maken van een Grondwet. Hierin ondervond hij een groo- ten tegenstand. Door hét tooverwoord constitutie trachtte hij verouderde ideeën tot nieuw leven te brengen, in werkelijk heid was de vrucht van zijn werk een aris tocratische monarchie. Een conflict tus sehen een krachtige persoonlijkheid als Willem I en een onverzettelijke figuur als v. Hogendorp, die trots alles en allen door zette, wat hij meende, dat het belang van het vaderland eischte, kon niet uitblijven. 27 October 1816 volgt dan ook zijn ontslag als Minister en treedt v. Hogendorp als gewoon Kamerlid in de oppositie. Een fei len tegenstand bood hij o.a., toen de Ne- derlandsche regeering overging tot de in voering van rechten op levensmiddelen als koffie, thee en suiker, welk optreden tot gevolg had, dat hem in 1819 de titel van Minister van Staat werd ontnomen. Geheel teleurgesteld, trekt v. Hogendorp zich ten slotte strij densmoe in 1825 voor De Gedenknaald te Scheveningen, opge richt op de plek, waar van Hogendorp Prins Willem van Oranje bij zijn terug keer in het vaderland verwelkomde. góed uit het politieke' levert tèrug. Dan volgen zijn laatste levensjaren, waarin hij. met andere oogen de e.ens zoo gehate Fransche revolutie met al haar verschrik kingen ziet en ontdekt hij haar innerlijke beteekenis voor het staatkundig leven. En door dien ommekeer in zijn denken, ver rijst voor hem het beeld van den constitu- tioneelen staat der toekomst, opgetrokken op den breeden grondslag der volksregee- ring. Het is wel merkwaardig', juist in. dezen tijd van machtswellust en. dictatorschap te herinneren aan netgeen v. Hogendorp aan het eind van zijn leven met bevende hand neerschrijft, dat de tijd voor de de mocratie is gekomen, dat in rechtstreek- sche verkiezing ministerieele verantwoor delijkheid en ontbindingsrecht de „red ding" van het vaderland is gelegen. Met zijn profetischen blik scheidde hij als een der jongeren uit het leven. De stad Rotterdam bezit, evenals Leiden, een standbeeld van den grooten, eminen- ten staatsman. Een geliefdkoosd toeris- tenoord in het land schap van Hardanger. H. M. verblijft momenteel met H. K. H. Prinses Juliana en een klein gevolg te Ulvik, gelegen in de Hardanger-fjord (Noorwegen). Zooals op iedere jaarlijksche vacantie- reis bewaren H. M. en H. K. H. een streng incognito. Reeds meermalen vóórdien heeft H. K. H. Haar jaarlijksche zomer- vacantie doorgebracht in het Hardanger landschap. In 1930 logeerde Zij te Bygdin, gelegen ten Noord-Oosten van Ulvik, ter wijl Zij reeds tweemaal de kleine plaats Finse, gelegen aan de spoorlijn naar Ber gen, tot Haar vacantie-oord koos. Ulvik is een liefelijk plekje, gelegen in het landschap van Hardanger. Een breede verkeersweg leidt langs de vruchtbare ak kers en bouwgronden, waardoor rustig kabbelende beekjes stroomen, naar het plaatsje, dat om haar schoone en ideale ligging vaak wordt bezocht door de vreem delingen, die hier nevens natuurschoon in de hotels en pensions een grootsteersch comfort vinden. Ulvik ligt heerlijk beschut tussehen de reusachtige gebergten, beschut ook tegen de wintersche weersaanvallen en -wen dingen en is tot heden gevrijwaard van de voor het landschap niet 'altijd fraaie gevolgen der moderne techniek, die reeds zoovele schoone, ongerepte plekjes natuur deed verloren gaan. In het voorjaar bieden de boomgaarden een schitterenden aanblik, vooral vanaf een gezichtspunt, twintig a dertig meter boven de vriendelijke woningen uitste kend. Gedurende de zomermaanden heerscht er vaak een groote warmte. Vanuit Ulvik voert een breede, moderne straatweg naar Station Voss, waar de toe rist met den bergtrein tientallen meters omhoog kan stijgen en alzoo een eenig mooi gezicht op het^ stadje en de schoone omgeving heeft. Ulvik bezit ,een wonder mooie omgeving, mede door de uitgestrekte ooft- en fruittuinen, welke aan de Har- danger-bewoners behooren, die hoofdzake lijk van de fruitteelt leven. Dat gedeelte der bevolking, hetwelk niet van de fruit teelt leeft, handelt in kleeden en tapijten. De meisjes vervaardigen linnen- en kant werk. Van de Handanger komt ook een eigenaardig soort viool, welks vervaardi ging tot een deel der Noorsche huisvlijt behoort. De bewoners van Hardanger, de Haringer, zijn den vreemdeling goedge zind. De typische Noorsche kleederdrach ten, welke de boerenvrouwen en -meisjes uit den omtrek van Ulvik dragen, worden helaas steeds zeldzamer gezien. De landweg, welke dwars door Ulvik loopt, stijgt kronkelend omhoog en gelijkt, vanaf een der omliggende bergtoppen, een kleine glimworm tussehen het weelderig groen der rijke bergbosschen. Deze weg loopt tot aan Granvintavn, waar hij samen vloeit in den weg naar Eide. Een modern ingerichte autobusdienst zorgt voor een goede verbinding naar Voss, hetwelk 44 kilometer van^f Ulvik is gelegen. Deze autobussen rijden meermalen per dag. Miet ver vanaf Ulvik bevindt zich een Altterende waterval, welke men reeds van verre kan hooren. Deze waterval is gelegen in Ekjaerve-Voss, en steekt ver boven de landelijke bergwegen uit. Aan den voet van dezen idyllischen waterval slingeren de bergbeekjes, welke vaak zoo helder zijn, dat de bergbeklimmers er een gezond drinkwater aan hebben. Ulvik be zit een tweetal comfortabele hotels, welke beide modern en smaakvol zijn ingericht. Het zijn het Brakanes Hotel en het West- rheim Hotel, in het eerste waarvan de Ko ninklijke Familie verblijf houdt. Deze ho tels zijn het gansche jaar geopend en in het vischseizoen worden de gasten in staat gesteld op forellenvangst uit te gaan. Niet minder dan 500 werklieden hebben jarenlang gearbeid om dit sinds eeuwen meest geliefde rustoord der verschillende Pausen geheel te herstellen en te vernieuwen. De Italiaansche Staat schonk den Paus twee aan grenzende villa's. BELANGRIJKE ARCHEOLOGISCHE VONDSTEN. Geheel onverwacht is Z. H. Paus Pius IX dezer dagen naar het Pauselijk buiten verblijf Castel-Gandolfo, gelegen aan het westelijk oevergedeelte van het meer van Albano, temidden van de Albaneesche heuvels, vertrokken. Het meer van Albano heeft zich gevormd op den rand van een ouden krater. Het besluit van den Paus om naar Zijn zomerverblijf te vertrekken kwam geheel onverwachts, nadat een des betreffend plan reeds vele malen was uit gesteld. Reeds meer dan een jaar was er sprake van, dat de Paus Het Vaticaan zou verlaten om zich eenigen tijd naar Castel- Gandolfo te begeven,' teneinde daar een weinig rust te nemen. "Het 'Pauselijk' ver blijf te Castel-Gandolfo is rèeds e'eüwen de, eischte grondige herstellingswerken en niet minder dan 500 werklieden van Rome en Castel-Gandolfo werden er onder lei ding van architecten uit de Vaticaanstad te werk gesteld en hoewel men ruim twee jaar gestadig heeft doorgewerkt, is de res tauratie ternauwernood voltooid. Aanvan kelijk dacht het beheer van de Apost. Pa leizen, dat de herstellingswerkzaamheden in één jaar tijds gereed zouden kunnen zijn, doch al spoedig bleek, dat dit geens zins het geval zou kunnen zijn, daar in de laatste 60 jaar niets aan 't kasteel was ge daan. Men kan wel zeggen, dat door de restauratie van binnen alles is sveranderd. Het eerst werden de meubels en schilde rijen van het Paleis naar Rome overge bracht, waar zij óf werden gerestaureerd óf opgeborgen in de magazijnen van,de Va ticaanstad, terwijl de meeste schilderijen een plaats kregen in de Pinacotheek. Ook de gobelins, ofschoon van een groote waarde, werden van de muren genomen en door nieuwe vervangen. Nadat op deze wijze het geheele paleis was leeggeruimd, werd een onderzoek in- Totaalaanzicht van het Kasteel Gandolfo, dat voor het eerst sedert 1870 weder door een Paus wor dt betrokken. oud en is steeds het meest geliefde ont spanningsoord der verschillende Pausen geweest. Paus Urbanus VIII liet hier een paleis bouwen, hetwelk hij voor zomerre sidentie bestemde. De plannen hiertoe werden ontworpen door den bouwmeester Carlo Maderno. Sedert de garantiewet van 1871 is het paleis echter steeds onbewoond geweest. Wel is er eenige jaren een Ar- meensch Zusterklooster in gevestigd ge weest. Paus Benedictus XV had het gebouw namelijk voor deze zusters en Armeen - sche weeskinderen ter beschikking gesteld. In het begin van het pontificaat van den tegenwoordigen Paus vertrokken de zus ters en de kinderen evenwel naar Milaan, waar hun door den Paus een ander tehuis was aangeboden, daar Z. H. het paleis van Castel Gandolfo liet inrichtèn voor een rusthuis voor bisschoppen, die wegens ouderdom of ziekten zich uit hun bisdom men hadden teruggetrokken. Een geheele vleugel van het pa leis werd voor dit doel in orde ge bracht. Dit rusthuis is echter tot nu toe steeds onbewoond gebleven, daar nim mer een bisschop hier zijn intrek in fieeft genomen. Twee jaar geleden gaf het beheer van de Apost. Paleizen opdracht het pauselijk verblijf te Castel-Gandolfo met de beide aan grenzende villa's ge heel te restaureeren. De twee villa's, Cy- bo en Barberini, be hoorden aanvanke lijk niet bij het Pau selijk verblijf, doch zijn door den Ita- liaanschen Staat aangekocht en vol gens het verdrag van Lateranen aan den Paus ten geschenke gegeven. De verval len toestand, waarin Een fraai hoekje uit Ulvik, waar H.M. de Koningin en H.K.H. Prinses Juliana Haar zomervacantie doorbrengen, het kasteel yerkeef- gesteld naar den toestand der fundamenten, waarna de muren werden versterkt. Ook de zolderingen werd geheel vernieuwd, terwijl de meeste baksteenen vloeren hebben plaate moeten maken voor marmeren. De vensters zijn opgeknapt en vernieuwd, de deuren uitgenomen en voor zoover zij geen oud heidkundige waarde bezaten, naar Rome gebracht. Nadat alzoo het algeheel e in terieur grondig was nagezien, werd de in stallatie gemoderniseerd en naar de eischen des tijds ingericht. Er werd waterleiding, centrale verwarming en eleotrisch licht aangelegd, terwijl ook een telefoonkabel naar het kasteel werd geleid. Niet alleen het pauselijk buitenverblijf, doch ook de beide aangrenzende villa's werden aan een grondig onderzoek onderworpen. De villa Cybo is door een viaduct met het pauselijk paleis verbonden; in deze verbindingsgang werden liften aangebracht, welke tevens voor het Paleis dienst doen. Deze verbin ding tussehen de verschillende gebouwen maken de bezittingen tot een harmonisch geheel. Aan het eind van de verbindings gang, welke naar Albano is gekeerd, werd een groojsch monumentaal entree in den stijl der Romeinsche villa's opgericht, van waar de prachtige alleen naar het kasteel voert. Daarachter strekt zich het park uit, waarvan de eeuwenoude boomen nog uit den tijd der Barberini stammen. Om in de behoeften van de bewoners van het kasteel wat betreft versohe groenten, melk en zui vel te voorzien, wordt er een groote moes tuin en een klein landbouwbedrijf verzorgd. Tijdens de herstelLings werkzaamheden heeft men zoowel in de paleizen als in de parken tal van archeologische ontdekkingen gedaan; deze overblijfselen heeft men zoo veel mogelijk gespaard. O.m. werd aange troffen een groep, voorstellende een ruiter en zijn paard, een beeld van keizer Domi- tianus, een beeld van Juno en een beeld, voorstellende een bacchante. Verschillende dezer beelden zijn in de Romeinsche musea ondergebracht. In het dorpje Castel-Gan dolfo zelve heerscht groote vreugde, dat er ma zooveel tientallen jaren wederom een paus zijn intrek op het kasteel heeft geno men, daar dit ongetwijfeld voor het plaats je vele voordeeien met zich mede zal bren gen. H. P. B.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1934 | | pagina 8