Oorlogs herinneringen. Plaatselijk Nieuws» Het crimineele Haagsche geval. De overweldiging van België. Voor Huis en Tuin. BEZICHTIGING FABRIEKEN Fa. DE GRUIJTER, DEN BOSCH Door genoemde firma werd aan begun stigers uit Soest en Soestdijk een gratis auto- *it gegeven voor bezichtiging der fabrieken te Den Bosch, waarvoor eenige malen twee groote autobussen van den heer Tensen dienst deden. Vertrek uit Soest 8 uur, aankomst Den Bosch half elf. Na aankomst werden allen ontvangen, verwelkomd en onthaald op een heerlijke „de Gruijters" kop koffie met de smakelijke „de !Grijters" biscuit, in de groote koffiekamer der nieuwe fabriek, welke fabriek in dit .voorjaar in gebruik is genomen. Deze fabriek, 'staande op een eigen terrein, groot 4 H.A., ïieemt 1 H.A. in beslag als bebouwde op pervlakte, is zoowel van binnen als buiten, van zeer moderne uitvoering, bevindt zich aan leen speciaal voor de fa. gegraven kanaal en aangelegden spoorweg, waardoor een di recte verbinding met de overzeesche gewes ten, enz. is ontstaan. Na de koffie werd met de rondgang aange vangen en kwamen we in de fruithal, waarin öe te verwerken voorraad en verschillende reinigingsmachines zich bevinden; vervolgens in de afdeeling jamfabricage met de reini- gings., vul- en siroopmacchines, bessenpers en de noodige machines voor de bewerking van limonades, annanas, enz. Toen kwamen we in de pakruimte, waar in zich de pakmachines bevinden, aansluitende tegen de groote voorraadkamer met de noo dige vervoermachines en rolbanen, welke ka mer weer in verbinding staat met de expedi tie-ruimte. Daarna naar de ruimten voor de bewer king van vermicelli en macaroni met de noo dige bewerkingsmachines en droogkamer. Op de verdieping kwamen we aan bij de fabricage van koekjes en biscuit; hiervoor was een machine aanwezig van 78 M. lang, bestaande uit vaste onderdeelen, welke onderdeelen een deel van de fabri cage uitmaakte. Even verder bevindt zich de pakkamer en opslagruimte. Toen kwamen we in de maggi.afdeeling, waarin opgesteld de machines, die van een poedervorm de maggiblokjes fabriceeren; ook daar bevindt zich een pakmachine. Weer verder kwamen we in een volledig laboratorium voor onderzoek, waar alles schei kundig wordt onderzocht. Zoo rondgaande bevonden we ons bij de kantoren voor de afdeeling Bouwkunde en weer verder in de werkplaats voor timmerlie den en herstelplaats voor trasportfietsen, enz. Doorgaande naar de ruimte voor de berei ding van slaolie, waar weer verschillende ma chines, o.a. flesschen waschmach. en afsluit- mach. stonden; daarnaast de opslagplaats voor flesschen, blikken, enz. Daarna naar de machinekamer en naar den kelder, waar zich bevonden: de opslagruimte, koe'.inr'.chtingen, steriliseerketels, bessen. i;s- machine, enz. Na 2 uur rondgang werd ons een goed rerzorgde lunch aangeboden in Motel Rade- jnaker en van hieruit vertrok de stoet naar de groote, een vijf verdiepingen hooge fabriek 'm de Orthenstraat; ook deze fabriek staat in directe verbinding met het vaarwater. Eerst zij vermeld, dat de rondgang door deze fabriek vlug moest plaats hebben en we daardoor ook eigenlijk de helft van het bedrijf maar hebben kunnen zien, omreden deze fabriek te groot is en we anders voor sluitingstijd niet klaar waren. Op den beganen grond bevonden zich de expeditie-ruimten, ruimten voor bewerking van boonen en erwten, wals- en zuiveringsma chines en ook vooral een sorteermachine voor de erwten, waardoor de erwten in gewicht en grootte worden gesorteerd, hetgeen kort geleden nog door handarbeid moest plaat: hebben. Zoo kwamen we in de afdeelingen cacao bewerking, waarvoor verschillende machine: aanwezig waren, o.a. walsmach., zuiverings- mach., borstel- en breekmach., deeg- kneedmach. en stoffilters en een machinale glansinrichting voor de hagelslag. Op de eerste verdieping kwamen we in de expeditieruimte voor thee; ook daar be vonden zich de diverse machines, als breek mach., mengmach., enz.; men kon duidelijk het mengen en voorzuiveren zien; ook het inpakken der thee geschied machinaal. Toen kwamen we in de koffie.afdeelingen, betgeen ook zeer veel bekijks opleverde, zoo als het branden, sorteeren, zuiveren, enz., hetgeen machinaal plaats vindt. Omhoog naar de tweede verdieping kwa men we in een groote mengruimte, waar alles door elevators naar de verschillende be- .werkingsmachines wordt gevoerd. Op de derde verdieping bevindt zich de entrept, een sterk afgesloten ruimte, waarin de waren stonden opgestapeld, noodig voor rijkscontrole. Een verdieping hooger bevonden we on? in het proeflokaal, waar een monster uit verschillende groote partijen wordt gekeurd en de verpakkingen, enz. worden gecontro- leerd. Verder kwamen we bij de afweegmachines van gemengde koffie, machines voor zuivering van zaden, meel, enz., koffie-waschmach. en verschillende silo's. Op de vijfde verdieping bevindt zich de drukkerij, waar alle zakken, reclame's, enz- .worden gedrukt; een. duidelijk overzicht kre gen we van de bewerking in verschillend kleurendruk. Weer verder kwamen we aan bij de papiersnijmachines, een machine voor het maken van zakken, letterz etter ij en het geen wat bij de drukkerij behoorde. Ook werd bezocht de afdeeling voor be reiding van aardappelmeel, pel- en sorteer machine voor de rijst, waardoor de rijst ge sorteerd kan worden tot soorten toe; de afdeeling voor het maken van ontwerpen voor reclame's; vormmachines voor chocolade-ree pen, napolitains en andere lekkernijen en de verschillende machines voor verpakking daar van. Ook bevinden zich in het gebouw de noodige graansilo's met een totaal.inhoud van 5.000.000 pond en waarvan enkele met een inhoud van 200.000 pond; de noodige silo's voor mais, elk met een inhoud van 160.000 pond. De fabriek is geheel voorzien van een electrische stofzuig-installatie, waarmede de stof uit de werkplaatsen wordt opgezogen en afgevoerd naar een centrale plaats. Wat betreft de brandveiligheid, ook dit is schitterend in orde. In alle vertrekken be vinden zich even onder de zoldering brand leidingen, verdeeld in groepen en elke groep voorzien van een andere verfkleur; deze lei dingen zijn weer voorzien van pl.m. 5500 z.g. brandmannetjes of smeltdoppen, welke bij doorsmeliing of oververhitting 'n automatisch sproeiïng der leidingen doet veroorzaken; de- fa. beschikt over een eigen brandweer, welke verdeeld is in afdeelingen, welke afdeelingen in geval van brand ieder voor zich zorg moet dragen hoor de vooraf aan hun toegewezen vertrekken of groep van een bepaalde kleur voorzien; hierdoor kan een eventueele brand ordelijk en zeer spoedig worden bestreden. Bovendien bevindt zich in het gebouw tus- schen de verschillende groepen een brand deur. Het personeel der beide fabrieken bestaat uit pl.m. 750 personen, waarvan 250 in de nieuwe en 500 in de groote fabriek, het kan toorpersoneel en Directie niet medegerekend. Het personeel is van bedrijfskleeding voor. zien van blauwe stof, de bedrijfsleiders van witte stof, zoodat men in alle afdeelingen de leider" direct kan vinden. Voor het per soneel is een ruime en keurig uitgevoerd schaftlokaal aanwezig, tevens voorzien van alle veiligheidsmaatregelen, zooals voornoemd Ook voor de avonden is zorg geiragen, dat alle meisjes nuttig en leerzaam bezig kun nen blijven door het organiseeren van kook- en naaicursussen. Aan het einde van de groote wandeling kwamen we weer gezellig in het aantrekke lijk schaftlokaal bijeen en wprd ons een frissche dronk van ,,de Gruijters" limonade en een kleine traktatie aangeboden en ont vingen nog een hartelijk afscheidswoordje van de Directie. Gezamenlijk werd nog een bezoek ge bracht aan de Bossche Kathedraal, waarna onze club werd ontbonden, om weer te half acht ter plaatse aanwezig te zijn voor het vertrek. Vroolijk en voldaan gingen we toen allen huiswaarts, zonder twijfel, dat deze dag bij ons nog lang in een blijde herinnering zal blijven. (Wegens plaatsgebrek eerst heden opgeno men.) ONS VVEEKPRAATJE. Beleediging van het rechtsgevoelen Het had nog erger kunnen zijn Hoe men de zaak ook belicht ziet: het geval van den gewezen Haagschen Hoofd commissaris van Politie heeft zeer onaange name kanten voor het publieke rechtgevoe- len. We herinneren aan de volgende feiten. Toen onze Nederlandsche gezant te Brus sel was overleden, zou zich bij bedoelden H.C. een dame hebben vervoegd, die haar voornemen bekend maakte om van de we duwe van den gezant een uitkeering van 2 ton te vragen ten behoeve van den zoon dezer dame. De H.C., vreezende, dat de bedoelde weduwe door kennisname van door haar ongeweten omstandigheden, zeer ge schokt zou worden, stelde zich met 'n broer van den overleden gezant in verbinding, wel ke broer de bemideling van den H.C. ver kreeg 'om den financieelcn eisch van de, aan de familie overigens onbekende dame. te régelen. Dc H.C. wist dien eisch tot 40.000 gulden te reduceeren en de familie betaalde het geld, later nog eens ruim 7000 gld., alles door tusschenkomst van den H.C. Intusschen kreeg de familie argmaan. Uit niets bieek haar, dat de overledene de eischen- de dame ooit had gekend en zelfs de iden titeit van deze, noch haar voegere of tegen woordige verblijfplaats, konden worden vast gesteld of achterhaald. Toen onderhandelingen met den H.C. tot geen resultaat, wat het teruggeven der gel den betreft, konden leiden, verbonden beide partijen zich om de uitspraak te aanvaarden van een Eereraad, welke uit drie hoogst achtenswaardige politieke figuren werd samen gesteld. Intusschen had de Minister van Justitie van een en ander kennis gekregen; hij verhin derde, dat de H.C., hangende het onderzoek, zijn functie bleef uitoefenen. De betrokkene vroeg en verkreeg, eerst ziekenverlof, later eervol ontslag met pensioen. De Minister van Justitie deed méér. Hij liet de zittingen van den Eereraad bijwonen door twee hooge justitioneele ambtenaren en deze boden op hun beurt een door do dame, die voor haar zoon was opgekomen, onderteekende cn aan den H.C. overgedragen kwitantie ter onder zoek aan den meest ervaren Nederlandschen politioneelen schrift, en scheikundige ter on derzoek aan. Die blijkt te hebben geconclu deerd, dat de H.C. de handteekening van de bedoelde dame heeft geplaatst. Zóó is de voorstelling van zaken, van één der partijen verkregen. Het schijnt, dat alle genoemde feiten vaststaan, maar nog werd niet bekend gemaakt, hoe de verdediging luidt van den H.C. ,Wèl weten we, dat deze zich beroept op de mogelijkheid, dat hij zelf slachtoffer zou zijn geworden van tcen geraffineerde oplichterstruc der dame, die zich tot hem heeft gewend. Er wordt ons nu in de groote pers ver zekerd: .ie. Dat nog geen schuldvraag definitief is opgelost. 2e. Dat men vertrouwen kan hebben onze justitie, omdat de noodige maatregelen voor een grondig onderzoek zijn genomen, blijkende uit het bijwonen door twee justi tioneele vertegenwoordigers van de zittingen van den Eereraad en het gehouden schrift onderzoek van de kwitantie. Beide punten erkennende, merken we op/ dat we niet twijfelen aan het uiteindelijke rechtdoen, maar constateeren we toch, dat het justitioneele vóór.onderzoek op zeer ongebruikelijke wijze wordt geleid. Zou de H.C. zich hebben schuldig ge maakt aan het feit, waarvan sommigen hem verdenken, dan zou hij een veel grooter en gemééner misdadiger zijn, dan de boef, die een brandkast^ kraakt voor 47.000 gulden; niet alleen, omdat de boef een boef is en de verdachte in de zaak, waarom het thans gaat, een Hoofdcommissaris van Politie, maar óók en vooral om de manier, waarop in het Haagsche geval het geld zou zijn ver kregen. Toch zal men er geen genoegen mee ne men, dat de zaak van een inbreker middels een Eereraad, waarbij een paar justitioneele ambtenaren „toehoorders" zijn, in vóór-on derzoek wordt geleid. Een inbreker zal op mindere aanwijzingen in vóórarrest worden gezet. Een „mindere" ambtenaar krijgt, zoolang hij onder zware verdenking van fraude staat, geen „eervol" ontslag met pensioeh. Terecht besluit men dan we zouden er prijzens waardige voorbeelden van kunnen noemen om eerst het rcêultaat van het justitioneele j onderzoek af te wachten. Plerinneren we daar toe slechts aan recente justitioneele zaken, gemeente-ambtenaren betreffende van Bergen op Zoom en Huizen, waarbij een beslissing omtrent het aangevraagde eervolle ontslag werd aangehouden, tot de uitspraak van het gerecht zou zijn gevallen. Nochtans willen we om dat alles niet sug- gereeren, dat de geschetste ongebruikelijke wijze van het voeren van justitioneel vóór- onderzoek, een onjuiste wijze is; we matigen ons daaromtrent geen beslist oordeel aan. Zeker moet in een aangelegenheid, als de onderhavige de grootste omzichtigheid worden betracht, want waar de verdenking van een zeer ernstig misdrijf op een hoog geplaat sten politiefunctionaris rust, geldt in dubbele mate, de waarschuwing „Eer is Teer". En dubbel zwaar zou men hem straks ook zijn misdaad kunnen aanrekenen, als zijn schuld zou worden vastgesteld. Het is ondenkbaar, dat in ons land, waar we zooveel controleerende organen kennen, een misdaad als zulke, waarvan de Haagsche H.C. wordt verdacht, ongestraft zou kun nen blijven. Bij ons staan er veel te veel menschen met wantrouwende blikken rond de doofpot geschaard, dan dat men er on gemerkt de dossiers van een belangwekkende affaire in zou kunnen doen verdwijnen. We kunnen hier vrij onze meening uiten; onze pers is ongebreideld. Dit moet voor de redactie van „Volk en Vaderland", welke deze zaak voor 't eerst te berde bracht, een verheugenis zijn. Nu kon „V. en V." 'n publicatie doen, welke op zichzelf reeds geschikt zou zijn om door het waarschuwen van het publieke geweten alle duistere doofpot-voornemens tegen te gaan, zoo die inderdaad mochten hebben be staan. De omzwervingen van een oud-oorlogscorresp.ondent. Het leed der gewonden. WERKZAAMHEDEN VOOR JUNI. De Duitschers, die sinds 1870 geen oorlog meer hadden gevoerd, hadden zich in de eerste maanden van den wereldoorlog nog niet geheel los betoond van de ouderwetsche romantiek van vroegeren volkerenstrijd. Ik heb heel wat regimenten België zien binnen trekken met wapperende regimentvaandels en op het slagveld van Rotselair bij Leuven heb ik inderdaad nog het lichaam van vaandeldrager gezien, die het restant van een vlag 't was niet bepaald een regiments- vaan in zijn doode knuisten geklemd hield. Tijdens de gevechten aan den IJser vond ik in de duinen van de Belgische kust, niet ver ten zuiden van Mariakerke, een groote Duitsche vlag geplant op een top en ik vernam, dat deze een der beide uitersten aanduidde van het front, dat zich op dat moment afleekende van dè Zwitersche grens tot de Vlaamsche kust. Van het Duitsche commando, dat zich in Ostende genesteld had, had ik de schrifte lijke toestemming bekomen, dat ik me op eigen risico in de richting van het front bij Nieuwpoort zou mogen begeven en daar de operaties zou mogen volgen, voor zoover de plaatselijke bevelvoeringen daartegen geen be zwaar zouden maken. Van 'dat verlof heb ik een dankbaar gebruik gemaakt en aan den IJser heb ik dan ook ongetwijfeld de ge vaarlijkste momenten uit den tijd van mijn oorlogservaringen beleefd. De slag aan den IJser is het bloedigste gevecht geweest uit den bewegingsoorlog van de eerste oorlogsmaanden; hij ontwikkelde zich trouwens tot den loopgravenstrijd, waar in de oorlog voor vier lange jaren vastliep. Ostende zat vol met gewonden. Nadat deze ongeiukkigen in veldlazaretten en in nood hospitalen waren behandeld, werden ze on dergebracht in enkele groote gebouwen eo in de café's van deze badplaats. Deze café's waren voor het normale verkeer gesloten; elke stoel was door een gewonde bezet, die er zijn pijnen zat uit te kreunen. Er was geen sprake van, dat de duizenden gewonden op normale wijze konden worden verpleegd daan, of ik zag' dep gloed in 's mans oogen wild opflikkeren. Hij greep, het gè« weer, dat naast hem lag ens terwijijl ik snel het duin afloop, valt er een schot. Hevig geschokt blijf ik staan, veiHg, buiteq het bereik van den ongelukkige. Dat schot was ongetwijfeld op, mij afgevuurd. En terwijl ik zoo sta, klinkt fiog eert schot. Zou da arme kerel daarmee een einde hebben ge steld aan eigen lichamelijk lijden? Ik weet het niet*' en durf ook niet meer teruggaan om te zien; ik ben toch machteloos. Ik spoedde me voort om hulp te zoeken voor spoedde me voort om hul pte zoeken voor, den krankzinnigePas een uur later kort ik aan eenige Roode Kruis.soldaten mijn be vindingen rapporteeren. Daór, vanaf de duinen ten Zuiden vart Mariakerke heb ik de oorlogsmachine, welkq menschen ontzielt en ledematen verscheurt, in vol bedrijf gezien. Ach neen, het is niet zóó verschrikkelijk als ge U voorstelt, geachte lezer. De oor log is niet „200 écht" en zoo dramatisch! als ge hem kent van de film, in de bios coop. Wanneer men enkele honderden meters achter, de mee^t vooruitgeschoven troepen opj een goede uitkijkpost staat, dan kan mert kon men althans in den tijd, toen de| oorlog nog niet in betonnen loopgravenstel- sels verankerd lag met betrekkelijk wei nig persoonlijk gevaar den gevoerden strijd gadeslaan. Er wordt niet speciaal een kanon °P je gericht en ook de „vijandelijke" in fanterie heeft te veel met serieuzer gevaar te stellen, dan dat ze eert kogel aan den verren eenzamen mensch zou verschieten. Het eenige reëele maar minieme gevaar, dat je bedreigt, is dat van een verdwaalden kogel; afgevuurd door een soldaat, die het vizier van zijn geweer verkeerd heeft ge steld. Men moet zich een front ook niet voor stellen als een terrein, waar de soldaten over en weer, heel den dag door en eiken dag opnieuw, hun kogels liggen te ver' en daar het spoorwegverkeer aan de kust fen. Een uitkijkpost mag, door nu en dm natuurlijk was gestaakt door de Belgische maatschappij en door de Duitschers wegens de nabijheid van het front nog niet kon worden heringericht, was er gedurende den slag aan den IJser, welke tien dagen duurde, ook geen mogelijkheid van opzending naar het vaderland, Toen ik me op weg naar Mariakerke be gaf, kwam ik overal de stakkerds tegen, die op eigen gelegenheid loopende met hun niet of nauwelijks verbonden kwetsuren Ostende moesten trachten te bereiken. De stemming onder deze menschen was slecht. Ze waren zeer ontevreden over de hard nekkigheid, waarmee keer op keer de hope- looze aanvallen in het geïnundeerde terrein Averien gelast. Verscheidene dezer menschen heb ik kun nen helpen door ze hun wonden te verbin den met het verband, dat ze me gaven, of door uit de verlaten woningen, welke hier en daar stonden, Avat drinken voor ze te halen. Ook bracht ik er een, die uitgeput van pijn en bloedverlies was neergevallen, zulk 'n Avoning binnen. Hopeloos gevoelde zich de arme kerel, dien ik met zware beenwonden op een duintop even voorbij Mariakerke vond. Hij achtte zich als verloren, totdathij mijn per1 soon zag naderen. Hij vertelde z'n leed en smeekte me om hem naar een ambulance Het voorjaar is koud en guur geweest, J te voeren, als het niet anders kón, dan waarom de meeste planten, in haar ontwik- voorloopig maar naar een of andere woning. .«tfing) achter zich, welke zich straks echter dubbel zoo snel zal vervolgen. Men moet nu allereerst nagaan, welke werkzaamheden er tengevolge van de ongunstige vveersge- steldheid zijn achtergebleven en dien ach terstand) moeten we spoedig inhalen. De maand Juni vraagt alle aandacht voo; de onkruidbestiijding. Door het onkruid nu krachtig tegen te gaan, bespaart men zich veel narigheid, omdat men aldus de ver menigvuldiging door uitstoeling of uitzaaiing verhindert. Straks hebben we bovendien weer andere zorgen. In deze maand vraagt ook de insectenplaag onze aandacht. In den siertuin. Maar nu de grasveldjes en grasranden op orde door ze keurig af te steken en het gras te maaien, dat laatste echter nog niet, als er bolletjes, als crocussen, sneeuw klokjes e.d. in hebben gebloeid, in welk ge val we het loof eerst laten afsterven. Gras kan bij droog weef nog Avorden bestrooid met il/2' ons chili per rierkante meter. In deze maand kunnen we Coniferen en andere naaldgewassen nog met succes ver planten; bij droog weer houden we dan den grond onder en den onderkant van de strui ken goed vochtig. In den vollen grond kunnen verschillende éénjarige bloemplanten worden gezaaid. In den bak gezaaide bloemplanten brengen we omstreeks Pinksteren naar buiten. Dahalia's kunnen nog worden uitgeplant, 70—100 cM. vaneen en op zonnige stand plaats. Zet de stokken voor' aanbinden er direct bij, opdat men iater de knollen niet behoeft te beschadigen. Knol-begonia's kunnen buiten worden uit gezet; alle perkplanten kunnen nu trouwens ter bestemder plaatse worden gebracht Ik kon het helaas niet. Ik had in die buurt geen hui? gezien. Maar de man wilde naar geen rede luisteren en hij bleef aandringen, dat ik hem helpen zou. Ik beloofde en be zwoer hem, dat ik de eerste de beste am bulance zou waarschuwen en dat ik zou zorgen, dat hij werd weggehaald. Met een aanmaning om zoolang moed te houden, ver wijderde ik me dan. Maar nauwelijks had ik, half achteruitgaande, een paar passen ge- een kogel teverschieten, al eens toonea, dat hij op z'n. qui yive is> in ^et algemeen Avordt het kruit bewaard, totdat de aan val wordt ingezet. Dón wordt een hevig geweervuur geopend op de voortkruipende tirailleurslinies en al9 deze een bepaald punt in het terrein hebben bereikt, men gen zich ratelende mitrailleurs in het moord- koor. Zelfs de dooden en gewonden, die „vallen", leveren gee» schrikbeeld op, een voudig omdat men ze niet ziet val len. Een aanval wordt kruipende en schui vende ingezet; de getroffene blijft liggen, maar ook de overlevenden bftjven op onregel matige wijze dan eens stukje voortgz.zz, dón weer een tijdje plat op den v-r- doken. Pas als de artillerie zich in 1 -..rijd gaat mengen om middels een sper. 1 ir e n te gevaarlijken aanval te stuiten, krijgt liet oorlogsveld een gruAvzaam en fantastisch, dramatisch aanzien, maar vooral in den be wegingsoorlog houdt de artillerie zich meer in het algemeen bezig met het bestoken van troepenconcentraties achter het front, het be schieten van verbindingsAvegen, het „uithalen" A'an mitrailleursnesten en pogingen tot vernie tiging van vijandelijke batterijen. Toen ik in de buurt van Leke bij een vurende Duitsche batterij stond en vandaar ook het gezicht had op den strijd der in fanterie in het veld vóór me, was mijn ergste gewaarwording het daverend geweld der kanonnen. Maar de weiden, Avaarop ik keek, waren even-groen als anders, de zon scheen zoo vreedzaam als ooit en die voort kruipende soldaten d'edén me vreedzame manoeuvres herinneren. En tóch lieten tientallen jonge menschen hun leven daar in de malsche, grazige, zon.belichte wei. Md. (Wordt vervolgd.) Uitgebloeide tulpen plukken we regelmatig weg, Avat aan de bollen ten goede komt. Op het einde van Mei kunnen de Pyrethrums (Riddersporen) bloeien; indien we ze tijdig afsnijden, hebben we kans op een tweeden bloei in het najaar. In den fruittuin. Aardbeien kunnen nog gemest worden met het strooien tusschen de pollen dus niet op de planten van 1 K.G. superfosfaat, 6 ons patentkali en 4 ons chilisalpeter per 10 vierk. meter. Kruisbessen kunnen tegen meeldauw wor den bespoten met alcoholische Bourgondische pap. In den moestuin. Verdeelen we onze werkzaamheden in den moestuin in twee helften, voor vvat den tijd betreft. In de eerste helft zaaien we enkele voorjaarsgroenten in opvolging, b.v. sla, ra dijs en spinazie. Ook van wortelen leggen we een tweede bed aan. De tuinboonen top pen we, zoo gauw ze de goede hoogte heb ben bereikt en vóór de top uiteen gaat loo- pen. Erwten aarden we aan, door walletjes grond tegen de stammetjes op te werpen. Bij heel gunstig weer zaaien we reeds pos telein op een goed beschut plekje beter gaat het voorshands nog in den kouden bak. Postelein vraagt voedzamen grond. Het zaaise^ bedekken we een paar dagen met een voch- tigen zak. Bleek- en knolselderie-plantjes zet ten we uit op 30 cM-, bleelcselderie in veurtjes. De koolplanten beschermen we met koolkragen tegen de koolvlieg. Tomaten kun nen voor 'n muur of schutting op 't Zuiden worden 'uitgeplant. Bruine boonen leggen wfll 3 bijeen in een kuiltje en de kuiltjes 40 cM. uit elkaar. Sluitkool kan worden uit geplant; ook sla. Nu voor de tweede helft. Dan is het da geschikte tijd voor 't begin der cultuur van een der voornaamste gevvassen uit den moes- tuin: de boonen. Tegen de strepenziekte kun nen we de boontjes vooraf een kwartiertje in een slappe lysoloplossing leggen. Rond da staken leggen we 6 h 7 boontjes; stammetjes leggen we 3 h. 4 in een kuiltje en de kuil tjes 40 cM. uit elkaar. Nu is het ook tijd geworden oni zomer- andijvie te zaaien, alsmede witlof, boerekool, koolraap en winterwortelen, komkommers en augurken. Andijvae zaaien we op regels 3a cM. uiteen en op dien afstand dunnen wq de planten later ook uit. Het is niet goed om zomerandijvie te verplanten. BrusselscE witlof óók op rijen zaaien en later op 10 15 cM. uitdunnen. Ook kunnen we voor dfl late oogst nog doperwten zaaien. J

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1935 | | pagina 6