OP BEZOEK BIJ
NEPTUNUS....
DIEPZEE
Wonderen
Geheimen
Nieuwe vondsten uit
het steenen tijdperk.
William Beebe
vertelt
900 meter onder
den zeespiegel
Men heeft kort geleden in een steen
groeve in de gemeente van Kotterrheim, aan
den weg Mayen-Kottenheim interessante
dingen gevonden. Hierbij werden hjj opgra
ving resten van beenderen, stukken van
aardewerk en oude steenen werktuigen uit
het steenen tijdperk gevonden, benevens
twee holwoningen, die een interessant do
cument vormen van de vroegere kolonisa-
tiegeschiedenia van dit district. Het lands-
museum te Bonn beeft nu onderzoekingen
ingesteld, en ral nog meer opgravingen
laten doen, waarbij met zekerheid op het
te voorschijn komen van andere vondsten
uit het steenen tijdperk gerekend wordt
een vroolijk leventje, en men maakt
voortdurend jacht op hen. Pas kort geleden,
vertelde de presidentsvrouw, hebben twee
harer vrouwelijke gasten bij het ontbijt
voor een goed doorvoede rat de vlucht ge
nomen, en zijn ontsteld van de eerste ver
dieping naar de tweede geloopen. De strijd
tegen het ongedierte wordt in het Witte
Huis hardnekkig doorgevoerd, maar neemt
veel tijd en geld in beslag.
en de rest is eenvoudig: men borstelt de
voorste haren naar achteren, en reeds vov-
men ze gracieuse golven de ge we nacht#
„quiff". Probatum est!
Geheel boven: Achter het kwartsvenster van de diepzee kogel: Beebe.
Hieronder: Klaar voor de daling!....
ontdekt® Barton de eerste levende Sty-
lophtalmus die ooR een mensch zag! Ik zelf
zou het dier over het hoofd gezien hebben,
hoewel het geen 30 c.M. van ons venster
verwijderd was. Dit is een der werkwaar-
digste diepzeevisschen, die men kent: de
oogen zitten op lange steeltjes, die haast
een derde van de lengte van het visschen-
licha&m zelf hebben! De volgende visch
van ongewone afmetingen zagen wij op 884
meter diepte! Het was een visch van bijna
90 c.M. lengte, vrij slank, met tal van
lichtgevende vlekken op de huid en een
betrekkelijk groot, bleekgroen, halvemaan
vormig licht onder het oog.
In de buurt zwommen 5 lantaarnvisch-
jes, die van alle andere soorten, die ik ooit
zag, afweken!
Om 11 uur 12 kwamen wij op 923 meter
diepte langzaam tot rust! Ik wist, dat het
niet verder ging! De tros aan de windas
was bijna heelemaal af geloopen! Een paar
dagen geleden was het water mij op 760
meter zwarter voorgekomen, dan men zich
kan Indenken! En toch leek déze duisternis
mij nóg zwarter dan het zwartste zwart!
De nacht op aarde leek wel een dageraad
erbij! Ik zal het woord „zwart" nooit weer
met overtuiging kunnen gebruiken!
Ik keek naar buiten en zag een plotse
ling voorbij zwemmend lichtje. Voor het
eerst werd het mij duidelijk, hoe volkomen
het schemerende licht ontbrak, waaraan we
dichter aan de oppervlakte zoo gewend
zijn. Daar wordt het gewoonste vischje,
tengevolge van de terugkaatsing van de
lichtjes van tallooze uiterst kleine plantjes
en diertjes, die in het water drijven, keurig
tot in détails verlicht! Hier is ieder lichtje
echter iets op zichzelf staands en volmaakt
afhankelijk van de willekeur van den dra
ger. Een reuzenvisch zou ons venster voor
bij kunnen zwemmen en tóch zouden we
het niet bemerken, daar het dier geen licht
droeg. Als het licht, in hoogere waterlagen
werkelijk slechts uitsluitend door de een
cellige planten en dieren wordt uitgestraald,
is de duisternis hier heel gemakkelijk te
verklaren! Want de oppervlaktevormen van
deze groepen zijn reeds veel, veel hooger
uitgestorven! Een tweede merkwaardig
heid, die mij opviel, toen ik ineengerold
op bijna een kilometer diepte in de diep
zeekogel zat, was het onvermogen van ons
krachtige schijnwerperlicht om dieren aan
te lokken. Enkele vluchtten, als de straal
de duisternis doorsneed, maar niet één dier
liet zich in de stralenkegel huiselijk neer!
Zelfs in deze volmaakste duisternis voel
de ik instinctmatig dat het water hier hel
derder en zuiverder was, dan waar ook!
Zoo nu en dan voel ik een zachte trilling,
alsof de tros losser wordt. Men meldt mij,
dat een kruisdeming de oorzaak ervan is.
Er zijn nog maar een twaalftal windingen
op de windas. We hangen op 923 meter. Of
we niet boven willen komen! Dat willen
we. Al houd ik meer van grondige waarne
mingen, dan van recordprestaties, tóch
moet ik toegeven, dat het hier niet van ge
vaar ontbloot was. Bovendien was den laat-
sten tijd het aantal groot» vissohen toe
genomen en werden we door lichtjes om-
rigd. Met weemoed dacht ik aan de vele
lichtloozen, die ik nooit onder het oog zou
krijgen.
Wat de druk (op 923 M. diepte) betreft,
scheen zoo op het gezicht geen enkele re
den aanwezig, waarom wij niet met een
duikerhelm buiten onze kogel zouden gaan,
inplaats van hier opgesloten te zitten! Ik
dacht aan een gondel 18000 meter hoog in
de stratosfeer, met een druk van 1/6 pond
per vierkante centimeter. Doch toen hoor
den wij door de telefoon, dat wij op dat
moment onder een druk van 191 pond per
vierkante centimeter stonden. Ieder venster
hield meer dan 19 ton water tegen, terwijl
in totaal 7016 ten van alle richtingen op
onze diepzee kogel drukt»! Ja, wij hadden
het goed verstaan: we waren gereed ons
dadelijk omhoog te laten trekken".
Tot zoover de beschrijving van Beebe,
Bij de onderzoekingen van Beebe moet men
voor oogen houden, dat de dieren op 923
meter diepte nog lang akst t «énd® vormen
van de diereoreak» der zen Want de ge
middelde zeediepte bedraagt vèr over do
1000 meter, de gemiddeld* diepte van don
Atlantische» Oceaan omstreek» 4600 m®-
ter «n de grootste zeediepte zelfs yj* 0wm
de 10.000 M. - v
llllllllliilllllllllllDIIIIIIIIIIII
Boren: Eindelijk zien de
diepzeeduikers de zon weer
door de vensters van de
kogel
Linkse De „driesprietige
hengelaar'', een vischsoort,
die op 900 meter diepte
voorkomt; de lange voet-
sprieten van dit dier ver
spreiden een tamelijk sterk
licht.
Hieronder: William Bee
be komt uit de diepzeeko
gel te voorsehijn; de druk
king in de kogel werp!
hem pardoes naar buiten!
Geheel onderaan: Met
de telefoon op het hoofd ia
het duik toestel
IIHIIIIlHllHHmHtHlltlllllHI
DE „WALES'VLOK.
De nieuwe haardracht van den Prins van
W ales, welke door alle heeren der Engelsch-
sprekende landen geestdriftig nagevolgd
wordt, heeft aan een toeval zijn ontstaan
te danken.
Eens zat een journalist verveeld in d
bioscoop en keek naar een weekjournaal,
toen de prins op het linnen doek verscheen.
De journalist bemerkte plotseling op het
voorhoofd van den Engelschen. troonopvol
ger een lok, en dacht bij zichzelf, dat de
prins zich wel wat haastig gefriseerd had.
Toen echter vielen hem alle mogelijkheden
van zijn ontdekking in en den volgenden
dag had de „quiff" van den prins van Wa
les de internationale politiek, het krijgsge
schreeuw en al het andere uit de bladen
verdrongen.
Naar men weet te vertellen, ontdekte de
troonopvolger uit de pens, dat hij onwetend
een nieuwe haarmode gecreëerd had, en
besloot met zjjn welbekende genoegen in
nieuwtjes, deze „quiff te behouden.
De zorgen van de meesteres
in het Witte Huis.
Onlangs heeft de vrouw van den Araeri-
kaanschen president Roosevelt door de
radio gesproken en den toehoorders wat
vim haar zorgen en haar taak als huie
vrouw en meesteres van het Witte Hui»
verteld. De radio-luisteraars in de Veree-
nigde Staten kregen toen te hooren, dat
het beroemde „Witte Huis" reeds 117 jaar
oud is en dat het in orde houden van de
vertrekken een verantwoordelijke en moei
lijke taak is. De muren zijn op vele plaat
sen afgebrokkeld, zoodat de tapijten bijna
voortdurend gerepareerd moeten worden.
Ook licht- en waterleidingen worden steod»
weer onderzocht, en om de twee jaar wordt
de voorgevel van het Witte Huis opnieuw
geverfd. Het zal voos- de huisvrouwen een
zekere troost zijn, dat ook Mrs. Roosevé#
van de ratten en muizen hoeft te ljjdesv
Want deze plaaggeesten hebben in hak
Witte Huis, zooals rijn meesteres ve*tél||
Natuurlijk snelden dadelijk duizenden
Engelsche heeren, vooraan de leden van den
prinselijken kring, naar den e leg anten bar
bierswinkel van Mayfair en lieten zich het
haar met „Wales-quiff' friseeren.
De mode greep onophoudelijk om zich
been en nu zijn er ook reeds nadere bij
zonderheden over haar zelve en haar re
sultaten bekend.
Hier is het recept voor allen, die hun
hoofd wenschen te moderniseerenHet haar
wordt diep links gescheiden en achterover
over het linkeroor geborsteld, waarbij men
moeite doet, een ietwat golvend effect te
bereiken, dan wordt het rechterdeel van
het haar naar het rechteroor toegelegd
UllltHHMIIIIIHIIIIIIII
EN
VAN DE
iiiiiiii
niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini
en der meest gelezen schrijvers van
Amerika is William Beebe, zijn po-
i j pulariteit kent geen grenzen! Dat 1»
eigenlijk ook geen wonder, want zoor
der twijfel is deze man een der eigenaar
digste figuren uit onze eeuw, een prtea
Dar win, een beetje Jules Vem®, *n amrif)*
Mark Twain. Sven Hedin, Robinsou Crusoé,
enz
Dit mengsel zou men misschien William
Beebe kunnen noemen, doch. hij is niet al
leen een eigenaardige figuur, doch tevens
een der meest beteekenende mannen van
onzen tijd; hij is de ontdekker van de diep
zee. de man, die de eerste was, welke de
vrije wereldzee binnen het bereik bracht
van de mensahelijke dorst naar kennis! In
zijn zelf - geconstrueerde diepzeekogel daal
de hij 923 meter in den Oceaan af, om het
leven van de dieren te beluisteren. Wat hfl
daar zag, is in enkele woonden met te be
schrijven. Men moet in Beebe's boek „923
Meter onder den zeespiegel", de beschrij
ving lezen van zijn afdaling.Zijn avon
tuur beschrijft hij als volgt:
„Iedere paar meter beleefden we een
nieuwe verrassing. Het aantal vreemde die
ren was overweldigend groot, het totaal
aantal levende wezens, dat we opmerkten,
ongelooflijk! Bij 300 meter zag ik duidelijk
de omtrekken van een soort groote gar
naal, die een bleekgroen licht uitstraalde,
Groote drakenvisschen met aan- en uit-
flitsende lichtjes aan hun tastsprieten kwa
men nu en dan voorbij en voorts bestraalde
ons schijnwerperlicht herhaalde malen
kleine krabben met roeipooten, die „Sau-
phirkrabben" genoemd worden en die d®
heele kleurenpracht van het zonnelicht ver
toonden!
Bij 550 meter zag ik een kleine visch met
verlichte tanden; het licht kwam van on
deren, met duidelijk bemerkbare tu&schen-
ruimten. Drie meter van hem af doken mijn
lievelingszeedraakj es op, met hun scherp
verlichte, groene kop. Men heeft tot nog
toe te wereld slecht» 16 van dergelijke vis-
schen gevangen: 7 daarvan zijn in onze
eigen netten opgehaald! De grootste was
duidelijk te zien, maar de lange kintaster
was geheel onzichtbaar, waarschijnlijk om
dat hij geen licht uitstraalde. Bij 640 meter
zagen we twee groote visschen, die langer
dan een meter waren.... daarna werden
we omringd door de diepste duisternis.
Bij 747 meter zagen we gedurende een
onderdeel van een seconde de omtrek van
een visch voor mijn venster. Bij 762 meter
Welk soort visch de groote was, kan ik
niet zeggen. Eerst dacht ik aan een kiemen
wal visch. We weten namelijk, dat de wal-
visschen een bijzondere chemische aanpas
sing van het bloed bezitten, die hen in staat
stelt anderhalve kilometer en meer te dui
ken, en weer naar boven te komen, zonder
uiteen te springen! De kleinigheid van 747
meter was dus niets voor zoo'n walvischl
Of was het een wal visch achtige haaiensoort,
die soms 12 Meter lang worden? Het dier
verscheen en verdween zoo onverwacht,
dat ik het niet kon onderscheiden en alleen
de impressie van iet» geweldigs behield!
Kort daarop, toen wij beiden uitkeken,
zweefde een ateri$Jk vertichte kwal voorbij.
Onmiddellijk maakte d® groote visch
rechtsomkeert Ze» meter lang was het dier
zéker! Men kam begrijpen hoe opgewonden
ik over de monstrueuze grootte van het
door mij ontdekte dier was en 100 meter
lang speurde uitsluitend naar het dier,
hopende, het nog een tweede maal te zien
verschijnen. Maar weldra vergat ik deze
ontdekking weer door de menigte indruk
ken, die mij bestormden!
Beebe en zijn assistent Barton voordat ztf zich in de diepzeekogel laten insluiten.