V HOLLAND'S ROEM 1 Guus Betlem Jr, Een Nederlandsche ambulance staat op het punt naar Abessinië te vertrekken. Zoo trekt een groepe wakk're Nederlandsche mannen Er weer opuit, direct, naar ver en vreemd gebied, Om er het leed zooveel als mog'lijk is te bannen. Om er te lenigen, het menschelijk verdriet. Ook ónze Staat heeft z'n partijdigheid bewezen, Maar en is 't noodig dat ik 't nóg eens weer herhaal? Wanneer het gaat om médemenschen te genezen, Dan.dan is Holland nooit partijdig, maar.neutraal! Dan staan we klaar, direct om dadelijk te helpen, En 't maakt geen sikkepitje uit, aan welken grens. Dan staan we klaar om bloed, en ander leed te stelpen. Dan zien wij enkel maar.het lijden van den mènsch? Dan zijn wij Hollanders bij allen in de gratie, Want 't is een welbekend en tevens dankbaar feit, Géén land geniet gelijk het onze 'n reputatie, Géén ambulanc' is zoo gewild, in oorlogstijd. Nauw' was de kreet dan ook in Afrika weerklonken. Of in een oogwenk stond ons landje weer gereed, Het geld, dat noodig was 't werd grif, spontaan geschonken Wijl het moest dienen tot verzachten van het leed. En als wij straks weer in de kranten zullen lezen. Van een gevècht, een luchtaanval, of wat het zij Dan zal direct ons allereerste denken wezen: Is daar wellicht ons wakker groepje mannen bij? En in gedachten, als we stil de oogen sluiten, Dan zien we voor ons, heel de wreede oorlogshel, Die niemand, niemand nog bij machte was te stuiten, En die ontstaan is uit een roekeloos bevel.... We zién de mannen steunenwankelen en vallen, We zien de wanhoop in hun oogen, in hun hart, We hóóren bijna de geweren ginder knallen. De rauwe kreten, vol van pijn en vol van smart Ook ónze Staat heeft zijn partijdigheid bewezen, Maar en is 't noodig dat ik 't nog en nóg eens zeg? Wanneer het gaat om medemenschen te genezen, Weet élke Nederlander steeds den juisten weg Straks gaat een groepje van die wakk're, fiere menschen Er weer opuit de ambulance, staat al klaar, En mét hen gaat ons hart, vol wèlgemeende wenschen, Naar 't wreed gebied, van oorlog en gevaar.... &EIEN WAARDEVERMINDERING VAN DEN GULDEN. De bond voor bloembollenHan- 'delaren heeft een vergadering gehouden te Lisse. Dit Is niet van zoo bijzonder belang, hoewel wij als Nederlanders veel belang aan dan dag plegen te leggen voor loipen, narcissen en wat dies Meer zij. Wat echter in dit geval van meer belang is: de heeren hebben een motie aangenomen, waarin wordt uitgesproken, dat de verlating van het tegenwoor dige goudpeil noodzakelijk is roor de handhaving en de ont wikkeling van het bloembollen- redrijf. M.a.w- dat de waarde van den gulden moet worden vermin derd. Devaluatie dus; al is het dan maar alleen, om te zorgen dat de bollen en narcissen, tulpen enz weer in voldoende hoeveelheid naar het buitenland kunnen wor den uitgevoerd. Zoover gaat onze belangstel ling voor dit nationale product Intusschen nü niet, dat wij er al de narigheid van waardevermin- verhooging van 10 pet., doch in dien tusschentijd was het index cijfer alweer met 5 punten geste gen. De regeering zal dan ook wel genoodzaakt zijn, tot deze aanpassing over te gaan, waar mede een bedrag van 250 milll- oen francs is gemoeid waar mede bij het indienen van de be grooting geen rekening is gehou den. Er moeten dus middelen ge vonden worden om dit tekort te dekken. De korte economische opleving die men in alle landen ziet, waar devaluatie wordt toegepast, ls reeds geremd. Minister van Zee land geeft verder zelf toe, in zijn regeeringsverklaring, dat de be lastingen niet meer opleveren, hetgeen er van verwacht werd. In sommige kringen in Neder land hoort men beweren, dat de valuatie een middel zou zijn, om de werkeloosheid te beteugelen. Men zie naar België: het aantal werkloozen neemt er toe met 2000 per week! Ditzelfde staat ons te wachten, als wij overgaan tot het in waarde, verminderen van den goeden Nederlandschen gulden. het paleis en het daarin vestigen van de kern van het gemeente bestuur en lèlVs millioen voorde eventueel noodige constructieve verbeteringen, zonder nog te spreken van de eveneens zeei aanzienlijke kosten voor stofiee- ring, meubileering, centrale ver warming, enz. Op grond van dit alles geeft men den raad, het aanbod van de regeering aan te nemen en aldus de kwestie voorgoed uit de we reld te helpen. Dr. Henrï Polak is iemand, die vee! schrijft en gemakkelijk schrijft en zich door die veelheid en gemakkelijkheid vaak laat ver leiden om vrat t e veel te schrij ven vooral wanneer het aaat tegen een partij, die niet de zijne is, of tegen menschen, die niet tot zün richting behooren. Zoo heeft Mr. van Vessem bij de justitie te Amsterda& een klacht ingediend naar aanleidinq van een kroniek in ,,Het Volk", geschreven door Dr. Henri Polak. Deze klacht berustte op „aanzet ting tot moord". De heer Polak werd door den officier gedagvaard wegens op ruiing tot geweld met vereende krachten. Tegen deze dagvaar ding kwam de schrijver in verzet. De Amsterdamsche rechtbank ver wees echter de behandeling naar de openbare zitting en verwierp dus het verzet tegen de dagvaar ding. Bedoeld stuk werd echter gewijzigd in dien zin, dat zij den opzet van dPn heer Polak niet aannam echter wel een „voor- waardelijken opzet". Van deze beslissing appeleerde de officier en het gerechtshof behandelde het verzet in raadkamer. Het einde van het lied is, dat de rechtbank hierop thans een beslissing gaf en den heer Polak buiten vervolging stelde, aange zien naar het oordeel van dit col lege „geen strafbare handeling plaats had" en ook de „voor waardelijke opzet" ontbrak. Vrijheid van het woord en pers vrijheid zijn zeer schoone begrip pen doch het is toch te vree zen, wanneer dit begrip zoo rek baar wordt gemaakt als dit blijk baar het geval is voor aanhan gers van het marxistische begin sel, Dr. Polak en anderen met hem dit zullen gaan beschouwen als een vrijbrief tot straffelooze op hitsing tegen andere partijen, wat toch een minder gewenschte ioev stand lijkt, zelfs in ons vrije Ne derland. De Joodsche Invalide is een joodsche stichting, die als zoo danig dan ook gretig gebruik maakt van alle middelen, welke Nederland biedt, om propaganda te maken voor haar op zichzelf zeer loffelijk streven. Het is haar zelfs gelukt, daaraan den Neder landschen radio-omroep en Ne derlandsche ministers dienstbaar te maken, wat voor christelijke vereenigingen van dien aard wel tot de onmogelijkheden moet wor den gerekend. Om den afzet van haar loten te vegrooten, heeft zij nu haar toe vlucht genomen tot het niet on gebruikelijke cadeau-stelsel: elke kooper van een lot krijgt er een blik biscuits bij. Men stelle zich nu echter het gezicht van den kooper voor, als hij zijn cadeau in handen krijgt en dit blijkt te zijn van een Bel gische fabriek Het maakt wel een zeer zonder lingen indruk dat een Nederland sche instelling, die van Neder- lande rijksdaalders en ministers en radio-omroep profiteert en al dus oog blijkt te hebben voor Ne- derlandsch fabrikaat, er de voor keur aan geeft om haar toegift uit het buitenland te betrekken. Het zal toch aan het bestuur van de Joodsche Invalide niet onbe kend zijn, dat Nederland voldoen de biscuitfabrieken binnen zijn grenzen telt, die voor deze order in aanmerkina hadden kunnen komen. Dezelfde voorvallen ma ken een hoogst onpleizierigen in druk. BUITENLANDSCH OVERZICHT. Weinig nieuws van het Afri- kaansc'he oorlogsterrein. Rond het embargo op petro leum. Dreigementen in de ruimte. Spoedig einde van den oorlog? De houding van Italië wijst op het tegen deel. Op het Afrikaansch oorlogster rein schijnt het den Italianen niet in alle opzichten naar den vleeze te gaan. Met overgroote zekerheid valt hier weliswaar niets te zeg gen, want overwinningen worden nog steeds als nederlagen en ne derlagen als overwinningen voor gesteld, al naar de zijde, vanwaar de desbetreffende berichten af komstig zijn. Maar één ding staat wel vast, n.I. dat de Italianen in het zuiden, waar generaal Grazi- ani in den beginne zoo verbluf fend snel was opgerukt, al hun winst, in hoofdzaak door de weersomstandigheden en ook ten deele door den heftigen Abessyn- schen tegenstand weer te niet hebben zien gaan. Het grootste gevaar aan het noordelijk front bestaat voor de Italianen in het feit, dat in den rug van hun linies de Abessynen nog sterke stellingen bezet schijnen te houden. Hier staat thans aan het hoofd van de Italiaansche troepen maarschalk Badoglio, maar het is nog steeds niet duidelijk, welke verandering hij in de Italiaansche strategie wil brengen. Wil hij het tempo opvoeren, wat in verband met den korten tijd, die den Ita lianen bij hun veldtocht ter be schikking staat, niet tot de on waarschijnlijkheden zou behoo ren, of is het zijn taak de door de Italianen veroverde gebieden, thans geheel voor een Abessyn- bche invasie te behoeden, iets dat zijn voorganger De Bono ver zuimd heeft? Ook spreekt men er over, dat hij de politiek van de vreedzame penetratie zal voort zetten. Van Italiaansche zijde wordt in dit verband gewezen op het allernieuwste succes, n.1. hel overloopen van den sultan van Aoessa. Dit bericht moet echter nog steeds met een korreltje zout genoten worden, want uit Addis Abeba is er nog steeds geen be vestiging van te verkrijgen. Intusschen blijft de oorlog in Abessinië van kleinen omvang groote veldslagen vinden er niet plaats, wat zijn hoofdoorzaak wel in het moeilijke terrein vindt. Het oorlogstooneel heeft dan ook bij het groote publiek veel van de belangstelling verloren. Alle aan dacht is thans geconcentreerd op de afgekondigde verscherping van den sanctiestrijd: het embargo op de petroleum- Door het treuzelen van Laval, die tot eiken prijs nog wat uitstel wilde, zal over de desbetreffende maatregel niel eerder dan 12 December door de Volkenbondscommissie van acht tien onderhandeld kunnen wor den. Dat men het initiatief tot deze maatregel heeft kunnen nemen is in hoofdzaak aan de regeering van de Vereenigde Staten te dan ken, die door middel van een druk op de Amerikaansche scheepvaartmaatschappijen een dergelijk embargo krachtdadig zal ondersteunen. Alvorens echter nog tot de wer kelijke verscherping van den strijd wordt overgegaan, smijt men links en rechts met dreige menten. Om een paar voorbeel den te noemen: Mussolini zal een embargo op petroleum als een „vijandelijken daad" beschou wen, wat gelukkig nog iets anders is dan een casus belli, een feit, dat in ieder geval tot oorlog leidt, terwijl hij tevens dreigt zijn troe pen langs de Soedangrens te laten oprukken, dus in een En- gelsche belangensfeer (het Tana- meer 1). Londen dreigt op een herziening van het Volkenbonds handvest te,zullen aansturen, ken nelijk met het doel Laval wat vlotter te maken en ten slotte zin speelt Laval, die zijn vriend Mus solini gaarne wat inschrikkelijker wil zien, op een uit den weg rui men van alle moeilijkheden tus- schen Duitschland en Frankrijk, waardoor alle behoeften aan een vriendschap met Italië zou komen te vervallen. In al deze dreigementen steekt naast een grond van waarheid een aanzienlijk portie bluf. Zoo valt b.v. niet in te zien, hoe Mus solini, dio na een embargo op petroleum ternauwernood vol doende olie voor zijn troepen in Afrika zal hebben, de Europee- sche mogendheden een militaire kool zou kunnen stoven. En al evenmin is vooralsnog duidelijk hoe Laval met Duitschland tot de voor de geheele wereld zoozeer gewenschte overeenstemming zou kunnen komen. Men kent den Duitschen prijs te dien aanzien: Frankrijk zal dan moeten afzien van het militair verdrag met Rus land, dat nog door de Fransche Kamer geratificeerd moet worden- Hoe Laval tegen den wensch van de linkerzijde is deze ratificatie zou willen voorkomen, blijft een raadsel. Desondanks schijnen op het oogenblik onderhandelingen van informatorisch karakter tus- schen Berlijn en Parijs plaats te vinden. Laat ons hopen, dat deze nog iets goeds zullen afwerpen. Tenslotte kan men moeilijk ge- looven, dat Engeland het met zijn dreigement tot verandering van het Volkenbondshandvest, waai het thans in het Abessynsche con flict zoo'n steun van ondervindt, werkelijk meent. Al deze woor den in de ruimte moeten er slechts toe medewerken, de ver schillende partijen soepeler en in schrikkelijker te maken. In dit verband verdienen de onderhan delingen, die op het oogenblik tusschen Mussolini en den Engel- schen gezant te Rome, sir Eric Drumond, worden gevoerd, de grootste belangstelling. Ook in MET SCHILD EN TRAANGAS. De Amerikaansche politie heeft een nieuw onderdeel aan haar toch al zoo omvang-' rijke uitrusting toegevoegd gekregen: een opvouwbaar schild, waarachter zij zich bij stakingsrelletjes tegen den gebruiken lijken steenenregen kan beschermen. Men ziet hier een politieagent in volle „wa penrusting" op het punt een fraangasbom weg te slingeren. Londen begrijpt men zeer goed, dat als Mussolini voor het dreige ment van het olie-embargo opzij zou wilen gaan, men toch min stens een gouden brug zou moe ten slaan, waarover hij den teruq- tocht zou kunnen aanvaarden. Achter de schermen is men dan ook ongetwijfeld in de weer, om te trachten een dergelijk bouwsel in eikair te krijgen. Mocht men hierin alsnog slagen, dan zou de oorlog in Afrika spoedig tot het verleden behooren. En ditzelfde zou het geval zijn, indien men niet slaagde tenminste volgens de militaire deskundigen, die voorspellen, dat Italië niet lancrer dan zes a acht weken aan het em bargo op petroleum weerstand zou kunnen bieden- Al te hoopvol mag men intus schen nog niet zijn. Het feit, dat in Italië het benzineverbruik zoo veel mogelijk ingekrompen wordt een groot deel van het auto verkeer is stopgezet is een veeg teeken en wijst erop, dat Mussolini bij spaarzaamheid den oorlog, ondanks een olie-embargo nog wel langer denkt voort te kunnen zetten dan slechts luttele weken tijds. Afwachten tot 12 De cember is intusschen de bood- schap. DE KOMENDE PRESIDENTWISSELING EN TSJECHO-SLOWAKIJE. Hef thans 86-jarige staatshoofd van Tsjecho-Slowakije, Dr. Thomas Masaryk (links), die na wekenlange besprekingen met de leiders der coalitiepartijen den tegenwoordigen minister van buitenlandsche zaken, Dr. Eduard Benesj (rechts) als zijn aanstaanden opvolger heeft aangewezen. dering van den gulden, dus de valuatie voor over zouden heb ben. Wat toch beteekent devalu atie? Niets minder dan misère hêTTf y'eivallen van kwaad tot erger. aan een ander zich spie gelt, spiegelt zich zacht, zegt het spreekwoord; en niet ten onrech te. Laten wij ons dus speigelen aan het meest recente voorbeeld van de gevolgen van devaluatie en nog wel vlak naast onze 'deur: in België. Het index-cijfer voor de kosten van levensonderhoud, gepubli ceerd op 15 November, geeft aan, dat dit cijfer sinds 15 October we der met 5 punten is gestegen. Het staat nu op 689. Hoeveel bedroeg het op den 15en Maart, juist vóór de devaluatie van den Belgischen franc? Niet meer dan 621; dit wil dus zeggen, dat de kosten van het levensonderhoud na de deva luatie zijn gestegen met niet min der dan 68 puntenl Voor verschillende steden af zonderlijk is de stijging zelfs nog hooger; in Brussel bijvoorbeeld bedraagt zij 87 punten. Buitendien moet men er nog ïekening mede houden, dat dit officieele indexcijfer is gebaseerd ©p den prijs van 55 artikelen, die patuurlijk lang niet van evenveel ibelang zijn in een gemiddelde huishouding. De prijs van een pet, een overhemd of een doos kaar- «en b.v. doet zijn invloed gelden t>p het indexcijfer in dezelfde rerbouding als de prijs van brood, boter, kaas, vleesch, enz. Jn werkelijkheid zijn de kosten (ran levensonderhoud dus nog booger, dan het officieele index cijfer aangeeft. Dit zijn derhalve de zegeningen ran devaluatie, waarop verschil lende belanghebbenden hier te Jande eveneens aansturen. Wan- feeer wij spreken van belangheb benden, bedoelen wij daarmede, dat zij er alleen persoonlijke be langen bij hebben, zooals in bo- benstaand geval de bloembollen- handelaren, waarbij zij meenen het algemeen belang te moe ten achterstellen. O.i. zeer terecht verzet de re geering zich ten sterkste tegen het toegeven aan dergelijke ver langens, die ons land alleen nog dieper in de moeilijkheden zou den kunnen storten. Moet onze begrooting nog ho- pelcozer worden? Zie wat in België gebeurt. De broosheid van het begrootingsevenwicht is ge bleken bij de behandeling (in de Belgische Kamer van het vraag stuk der aanpassing van de sala rissen, loonen, pensioenen en ver goeding aan het indexcijfer. De vakvereenigingen eischten een BINNENLANDSCH OVERZICHT. De Amsterdamsche Raadhuis kwestie eindelijk van de baan? Tien millioen is be ter. Gevaarlijke vrijbrief aan Dr. Henri Polak c.s. De Joodsche invalide en Ne- derlandsch fabrikaat. De stadhuiskwestie te Amster dam schijnt nu werkelijk op het punt te staan, haar beslag te krij gen en men zou zoo zeggen, dat het langzamerhand tijd werd. B. en W. van de hoofdstad heb ben n.1. den Raad voorgesteld, het aanbod van het Rijk om tien millioen gulden beschikbaar te stellen voor een nieuw stadhuis, te aanvaarden. Het nieuwe stad huis zou dan verrijzen op de plaats, waar het afgebrande Pa leis voor Volksvlijt heeft gestaan. Niet minder gaarne dan wie ook, zouden B. en W. van Amster dam aan de grootsche schepping van Jacob van Campen de oor spronkelijke bestemming hebben zien teruggegeven, luidt de toe lichting tot het voorstel o.a. Ook zij beseffen volkomen de waarde van dit bij uitstek Amsterdamsch monument voor de stad Amster dam. Maar noch de bewondering voor 't kunstwerk, noch de waar deering van de zeer groote ide- eele waarden, die, naar ook zij levendig gevoelen, bij de Paleis- Ra adhuis-kwestie op het spel stcVn, mag de oogen doen sluiten voor andere, niet minder ideëele belangen van Amsterdam. Andere tijden, andere zeden en ook andere eischen voor een raadhuis, dan in den tijd, toen Jacob van Campen het monumen tale gebouw aan den Dam schiep. Een commissie van onderzoek, reeds in 1931 door het stadsbe stuur benoemd, is ten slotte tot de conclusie gekomen, dat aan de in gebruikneming van het te genwoordige paleis als stadhuis zooveel bezwaren verbonden zijn, dat het in onzen tijd niet dan zeer gebrekkig aan zijn bestem ming zou voldoen. Het zou alleen dan voor admi nistratief raadhuis kunnen worden gebezigd, indien men zich bui tengewoon groote administratieve bezwaren zou willen getroosten. Buitendien zou men nog rekening moeten houden met later even tueel noodig blijkende uitbrei ding van het personeel en het aantal stedelijke diensten, met 't oog op den voortdurenden groei van de gemeente. Volgens een zeer globale schat ting van de Technische Sub-com missie zou de gemeente moeten beginnen met 4 millioen ten koste te leggen aan de verbouwing van ABESSIJNSCHE OORLOGSTROPHEEËN TE ADDIS ABEBA. De Negus stelt alles in het werk om het moreel onder zijn bevolking op peil te houden. Zoo liet hij in een galerij van het Keizerlijk Paleis te Addis Abeba de kanonnen tentoonstellen, die de Abessijnsche troepen bij Adoea op de Italianen hebben buitgemaakt*

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1935 | | pagina 5