HOLLAND S STEDENSCHOON Middenstandscrediet. IN PRAAT EN PRENT Ruwe huid ■■wasBWiwwwwiaBKjj T«kd ca tcefcenmgea van LEO K. ZELDENRUST Oud Dordrecht. Chineesche monetaire probleemen Qrootf} ooj?dSpoQt~f ;^35or-cfWCi€~ toren v.«/. C"> hotkt* Qrtntf. Tfya.ai-tenïhfif niDDELLANbiCHt ZEE. „De Owlheyd os een Zee daer duysent Water-poelen Ha er stroomesa schieten u^t ea door malkand'ren woelen, En toont aen oog vernuft een dick bewolckten nacht, Die niet ais schemeringh aen onse ooghen bracht: Waer vint men hier een Wegh?, Wie toont ons hier een open, Waer langhs aen dit gheheym kan worden ingeslopen Waer schuylt de Waerheydt me est? Da-er haer den ijver leyt, En daer de rede wijst ons haer Verborgentheyt". J. OUDENHOVEN, Velen Uwer zullen wellicht al eens ken nis gemaakt hebben met de stad Dordrecht. Enkelen Uwer hebben die stad bezocht, anderen hebben over haar gelezen, om kort te gaan, Dordrecht is voor de meesten geen onbekende. Wie Dordrecht kent, heeft Zwijndrecht wel eens hooren noemen. Dordrecht en Zwijn- diecbt zijn eigenlijk zooveel als broertje en zusje, als Watt en 1/2 Watt. Daarom neemt U het mij hopelijk niet kwalijk, dat ik een geschiedenis ophaal, waarbij Dordt wel be trokken was, doch! die eigenlijk in Zwijn drecht thuis hoort. „In het jaar 1336 woonde er te Swijn- drecbt, niet verre van Dordrecht een Huys- man, die -een schoone Melck-koe hadde, die boven andere Koeyen overvloedigh melck gal. De Baillu socht die Koe te koop en, maer daer toe niet konnende komen, laet die be- hendelyck 11 yt de Weyde halen, ende een ander van gelijcke groote ende hayr in die 1 plaets brengen. De Huysman treckt daer lover naer H-enegouwe, ende klaeght aen den Graef Over den Baillu. De Graef ontbiedt 'den Schout van Dordrecht, dat hij met syn lieve den Baillu daer soude komen, die oock l 't samen sonder achterdencken ghekomen I ,sijn. De Graef, den Huysman ende den 1 Baillu bij een hebbende, dede den Baillu Üen Huysman voor sijn ghelede schade ghe- ven hondert Croonen ende seyde tot den Bailltt: „Nu is de Huysman voldaan, maar de Justitie ende Lek niet". 1600 bezat. De poorten waren de belang rijkste gedeelten van de ommuring van een stad. Binnen de muren kwamen er de hoofd straten samen, er buiten de hoofdwegen. Met de ontwikkeling van de verdediging der stad hielden de doorgangen in de ommu ring gelijken tred. Zoo groeide de doorgang in de vroegere houten palisade tenslotte tot een poorthuis. Tot deze poorthuizen behoorde de Groothoofdspoort, welks vorm in den loop der tijden eenigszins gewijzigd is. Nochtans is hij de fraaiste der twee stadspoorten, die te Dordrecht te vinden zijn. In het jaar 1618 werd het bovengedeelte vernieuwd en voorzien van een koperen koe pel, waarboven een torentje. Het merkwaar dige gebouw is een mooi voorbeeld van Re naissance bouwkunst en is rijk van beeld houwwerk voorzien. Terzijde van deze poort vinden we het grap pige Palingstraatje, vanuit welk straatje men een blik kan werpen op het sierlijke boven gedeelte van de poort, terwijl de oude huizen het schilderachtig aspect verhoog en. Tot besluit van onze Dordtsche reis voer ik U nog naar het Arend-Maartens-hofje in de Lindenstraat, gesticht door Arend Maar- tensz., Ambachtsheer van Barendrecht en Schobbelandsanibacht. Het is een der vier hofjes, die te Dordrecht te vinden zijn en bevat 38 woningen voor oude burgervrou wen en bejaarde dienstboden. Ruim voorzien van Bijbelsche spreuken -en vruchtboomen is het een zeer gezocht oord voor hen, die De MlddenshttfiösfeAnken konden dit niet ver- leennen en slechts de Staat bleef over om hier de helpende hand te bieden. Dit heeft de Overheid gedaan; via de Middenstandsban- ken wordt crisiscrediet aan den middenstand verleend en daarbij wordt niet gelet op onderpand, wel op soliditeit, op bestaansmo gelijkheden der te steunen zaak, terwijl de crisis oorzaak moet zijn van de intpasse, waarin men is komen te verkeeren. De te steunen middenstander moet bovendien een bepaald aantal jaren in^et betreffende vak werkzaam zijn. Derhalve nieuwe zaken ko men niet voor crisis-crediet in aanmerking. Hiernaast worden in verschillende plaatsen (o.a. in het ressort van de Kamer van Koop handel voor Twente) borgstellingsfondsen op gericht teneinde kleine middenstanders van klein crediet te voorzien. Gewoonlijk is de getrokken grens f 500. Doch zelfs als deze steun in ruimen zin zal worden verleend, dan nog blijven ver schillende honderdtallen middenstanders over, die onder geen dezer rubrieken vallen en die toch bij een behoorlijke credietgeving hun zaak flink zullen kunnen ontwikkelen. Wij hebben reeds meermalen de gelegenheid ge had te betoogen, dat de werkverruiming in ons land voor een groot gedeelte zal moeten plaats vinden, juist door den middenstand. Wanneer men levensvatbare, credietwaardige bedrijven, welke echter niet over tastbaar on derpand beschikken, op de een of andere manier zal weten te steunen, mag met abso lute zekerheid worden gerekend op het ten arbeid stellen van tal van nu werklooze mannen. Er kan daarom niet genoeg gehamerd wor den voot crediet aan credietwaardige midden standers. Plaatselijk zou kunnen worden op gebouwd. Men zou plaatselijk een borg-rege- ling kunnen treffen. Is deze regeling er een maal, dan zou men zich tot de Regeering kunnen wenden met verzoek deze problemen te bespreken. Misschien zou men, gelijk het geval is bij vele verzekeringen, een gering eigen risico kunnen dragen. Vanwege dit eigen risico hebben wij hierboven van een fondsvorming gesproken. Elke middenstander bijv., die zich bij zijn plaatselijke credietver- eeniging wenscht aan te sluiten, moet een som ineens betalen benevens een jaarlijksche premie, af te meten in verhouding tot de grootte van zijn zaak. De norm hiervoor (om zet bijv.) kan in onderling overleg worden geregeld. Zoodra men crediet noodig heeft dient men aan een neutrale commissie (ver moedelijk van de zijde der credietgevende bank) alle gegevens te verstrekken ter mo tiveering van dit crediet en indien deze ge gevens logisch en gezond zijn, wordt het crediet verleend. De borg-vereeniging draagt dan het eerste risico ten bedrage van bijv. 5 of 10 0/0, terwijl het verdere risico op de Bank berust. Heeft de bemiddelende bank de hulp der Regeering ingeroepen, dan zou het de Overheid zijn, die dit risico verder neemt. De Regeering kan dit doen, omdat een goedgel-eide credietverleening aan den mid denstand de werkloosheid niet onbelangrijk zal doen verminderen. Vermindering der werk loosheid beteekent minder steun en de schat kist bespaart derhalve op de staatsuitgaven. Hiertegenover staat dan het crediet-risico, dat echter -eerst tot gelding komt, nadat het primaire risico door de plaatselijke borgrege- ling is gedragen. gebleken. China hoer» rrrh, zóó gered als dit voor een dergelijk land mogelijk was, gepoogd tegen de gevolgen van het opdrijven der zil- verprijzen pogen te verzetten, maar ten slotte konden geen der getroffen maatregelen haten. grijpende maatregelen: er wordt tot instel* ling van een „manag-ed currency," overgo* gaan, gelijk wij die, ondeT andere omstandig* heden, ook in Engeland kennen. Natuurlijk is het juist als men opmerkt, dat China sederf de instelling van beperkende bepalingen ojl 1 „Ende naer dat de Huysman vertrokken was, heeft de Graef den Scherprechter, ende den Biechtvader doen komen ende den Baillu het hooft laten afhouwen, en heeft hem den schout van Dordrecht weder mede gegeven om hem te begraven, 9eggende, dat alle offi cieren haer wachten souden van sulcks te doen, of hem soude mede desgeliicks ge schieden". De baljuw was hiermede van het tooneel .verdwenen. Het was ook mogelijk op minder bloederige wijze uit Dordrecht te vertrekken. Dit kon geschieden door het passeeren van ©en der twaalf poorten, die de stad omstreeks willen uitrusten van 's werelds zorgen en niet over een ruime beurs beschikken. Nemen wij hierbij afscheid van Dordrecht en zijn vele oudheden, waarvan er jammer genoeg verscheidene een prooi dreigen te worden van moderne bouwzucht ea zetten wij onze tocht voort door onze lage Hol land sche -en Vlaamsche Landen, waarover wij wel -eens putteren en die wij wel e uitschelden voor „Kikkerland", maar die toch zijn en steeds zullen blijven voor ieder lid van den Dietschen Stam „zijn dierbaar Va derland". t Meer en meer begint de gedachte- naar Voren te komen, dat het behoorlijke midden- ütandsbedrijf beter met crediet moet worden gesteund dan tot dusver het geval geweest is. De Middenstandsbanken, die goed werk ^verrichten en die hun plaats in het Neder- landsche bedrijfsleven hebben veroverd, kun- Een slechts onder bepaalde voorwaarden met rediet helpen. .Want deze banken krijgen ^un geldmiddelen ia het algemeen door het Étorteu in giro of in deposito der clienten. Waar de genoemde gelden élk moment of in lllen gr'-n' binnen betrekkelijk korten termijn kunnen worden opgevraagd, moeten ook de verleende credieten liquide te maken zijn. Onderpand dient te worden gegeven, welk onderpand eventueel herdisconteerbaar moet zijn (o.a. bij de Nederlandsche Bank) terwijl de wissels even-eens verder gegeven kunnen moeten worden. Daarom valt een groote ca tegorie middenstanders buiten den werkings sfeer van de Middenstandsbanken. Toén de crisis ook het middenstands wezen in zijn fundamenten aantastte, werd de be hoefte gevoeld aan speciaal crediet, waarbij niet zoozeer od liquiditeit mag worden gelet. door Mr. Dr. F. L. STEENSTRA. Reeds herhaaldelijk zijn wij in de gelegen heid geweest om te wijzen op de fatale ge volgen van de Amerikaansche zilverpolitiek voor die land-en, welke het zilver nog als basis van hun muntstelsel hebben. De stij ging van den zilverprijs leidde tot een ern stige ontwrichting van het financieel -en eco nomisch leven in deze landen en met name in China. De stelling, o.a. geponeerd door den directeur-generaal van de Koninklijke, dat een verhooging der zilv-erprijzen zou leiden tot een opheffing van het economisch leven in de zilverlanden, is door de feiten onhoudbaar Het uitvoerrecht op zilver werd o.a. drastisch verhoogd, teneinde de zilverstroom naar het buitenland af te dammen, maar het gelukte den Chineeschen autoriteiten niet, daarmede het wit metaal in het land te houden. Voor de binnenlandsche geldmarkt had de zilver- uitvoer zeer schadelijke gevolgen, terwijl ook de fiscale ontvangsten tengevolge van de prijs stijging van zilver gevoelig achteruit liepen. De handelsbalans een zwak punt in de Chineesche constellatie bleef ongunstig, terwijl het bedrijfsleven de deflationistische werking van den gestegen zilverprijs aan den lijve ging ondervinden. Dat het tot diep-ingrïjpende maatregelen in China zou moeten komen, als Amerika niet van zijn dwaze zilverpolitiek afzag, lag voor de hand. En het is dan ook zoo ver ge komen, dat de Chineesche Regeering tot omvorming van het muntstelsel heeft be sloten. De voornaamste bijzonderheden van de af gekondigde bepalingen zijn als volgt: ie. de bankbiljetten, uitgegeven door 'de drie ■regeeringsbanken, zullen voortaan alleen wettelijke waarde bezitten; de andere in om loop zijnde biljetten worden geleidelijk in getrokken. 2e Schulden in zilver zullen worden be taald in papieren dollars. 3e. Zilver in particulier bezit moet worden ingeleverd tegen bankbiljetten. 4e. De wisselkoers van den Chineeschen dollar wordt op den huidig en koers gesta biliseerd. 5e. Het uitvoerrecht op zilver wordt ver hoogd van -40I/2 tot 65 0/0. We hebben hier te doen met zeer in- XQHM. BV LU IN ACTIE den zilveruitvoer feitelijk al geen zilveren stan daard meer voerde. Officieel was echter tot dusverre met dezen standaard nog niet gebro ken, hetgeen door de nieuwe maatregelen thans wel het geval is. Voortaan bezit China een papieren standaard, die haar basis wel vindt in het zilver, maar in welk stelsel do bankbiljetten niet in zilver omwisselbaar zijn gesteld. Een egalisatiefonds zal den wissel koers op het officieel niveau ad 1 sh. 2I/2 handhaven, althans pogingen in het werk stel len om zulks te doen. Gelijk het Engelscb pond sterling als operatiebasis het goud heeft, zoo heeft de Chineesche dollar het zilver daartoe gekozen. Het zal echter niet vreemd zijn aan de aanwezigheid van den Britschen financieelen deskundige Sir Frede- riek Leith Ross, dat de band tusschen het Chineesch muntstelsel t.o.v. het Engelsch pond nauwer aangehaald zijn. De Times schreef in dit verband teekenend, dat „de Chinee sche Regeering zal trachten om den dollar op de huidige pariteit met het Engelscb pond te houden. Formeel worclt weliswaar de sterling niet als basis van de Chineesche valuta genomen, doch uit de regeringsmaat regelen volgt toch, dat er een band wordt gelegd". or» Wat de verdere hierboven opgesomde maat regelen betreft, kunnen wij opmerken, dat afgewacht moet worden, of de thans officieel doorgevoerde devaluatie het effect zal hebben, dat ervan verwacht wordt. Belangrijk is b.v de vraag, of het zilver in particulier bezit wer kelijk ingeleverd zal worden! Wij staan vrij sceptisch hiertegenover. Reeds werd bekend, dat de buitenlandsche banken niet bereid zijn, om hun zilvervoorrad en af te staan, terwijl men voorts diene te beden ken, dat de mogelijkheden om den zilver- uitvoer voort te zetten in dit onmetelijk land ongetwijfeld, ondanks de strenge straffen, die daarop staan, blijven bestaan. Dit is wel een heel zwak punt in het nieuwe plan. Men rekent erop groote zilvervoorraden ter be schikking van het egalisatiefonds te kunnen stellen, maar de gemakkelijkheid, waarmee zilver kan blijven worden uitgevoerd, kan streep door de rekening street is men uiterst sceptisch" hieromtrent g stemd. In de telegrammen heette het. dm het ingestelde zilver-embargo waar.whijrdijV niet kan worden uitgevoerd, -o>!at het twij felachtig blijft, of de voorgekomen stabili satie practisch verwezenlijkt worden Overigens willen wij niet 01. tkennen, dat de mogelijkheid bestaat, dat de handelsbalans in den e.v. tijd tengevolge vawi de devaluatie een verbetering zal te z.'ea geven. Het Chi neesch betaalmiddel is in wsarde ,-terk ge daald, hetgeen een gunstig es invloed op de export kan hebben, terwij! de import de ten dens kriiet om laar er te v^.vlei

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1935 | | pagina 8